Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het bloed der verzoening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het bloed der verzoening

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

(2)

Wanneer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbijgaan.

Exodus 12 : 13(m.).

Het bloed van het Paaslam aan de posten der deuren, het bloed van het Lam Gods, dat vloeide op Golgotha, komt tot ons met een aanklacht en een oordeel. O, als wij daarover aan de hand van Gods Woord, en onder de toepassing van Gods Geest aan ons hart, mediteren mogen, dan hebben wij het niet gemakkelijk. Er gaat een sprake uit van het bloed, die ons bepaalt bij de schrikkelijke toorn van God tegen de zonde, die de ongerechtigheid is. Bij die toorn van God tegen de zonde bepaalt ons ook het verbannen van de gevallen engelen uit de hemel. Ja, dat is geweest de eerste ontzaglijke openbaring van Gods toorn tegen de zonde. En daarop is gevolgd die tweede openbaring, waarbij wij nog meer van nabij betrokken zijn, die openbaring van Gods toorn tegen de zonde van onze eerste voorouders, Adam en Eva, die van God zijn afgevallen en gemene zaak hebben gemaakt met de duivel, de vader der leugenen. Die tweede openbaring zien wij in de verdrijving van de gevallenen uit het Paradijs. Ach, wat wordt het u bang tot in het diepst van uw hart, als gij door de Heilige Geest teruggeleid wordt naar het Paradijs, en daar krijgt te zien, wat het is de God der waarheid niet te geloven, maar wel de influisteringen van de vader der leugenen, wat het is het verbond met God te verbreken en een voorzichtig verdrag te sluiten met de hel, wat het betekent van de hoge, heilige God af te vallen en de duivel, de mensenmoorder van den beginne, toe te vallen. Ja, deze openbaringen van Gods toorn zijn aangrijpend. Zij ontroeren u, die in het Paradijs wordt gebracht tot in het diepst van uw ziel.

En wat is het dan ook niet, als vrucht van dit alles te zien te krijgen, en waarlijk te geloven, dat wij verdiend hebben de eeuwige straf van God, beide aan lichaam en ziel, verwezen te worden naar het eeuwig verderf van Gods aangezicht. Ja, dat is ook een vreselijke openbaring van Gods toorn tegen de zonde, die de Heere Jezus zo duidelijk aanwijst in dit diep ernstige woord: „Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk de duivel en zijn engelen bereid is.' Hoe kan deze openbaring u ontroeren in de tijd der ontdekking!

Maar de meest ontroerende openbaring van Gods toorn tegen de zonde hebben wij toch wel in het Lam Gods, dat geslacht wordt, in het bloed, dat op Golgotha vloeit. Christus moest sterven om Gods toorn te stillen, om aan Zijn recht genoeg te doen. Hij moest sterven als Plaatsvervanger, om het leven en de verderfelijkheid aan het licht te brengen voor de Zijnen. Dat is wat, mijn lezer! Onder die openbaring van Gods toorn wordt gij geheel ontgrond, gans verbrijzeld.

Maar, gelukkig! Het bloed aan de deurposten der Israëlieten, het bloed der verzoening van het ware Lam Gods, spreekt ons ook van Gods grondeloze barmhartigheid. Hij laat plaatsbekleding toe. Hij Zelf brengt het offer. Moet Gods Kerk het niet belijden: „Maar God bevestigt Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is, als wij nog zondaars waren"? Hier worden de schatten van Gods genade geheel en om niet geopend. Hier toont God Zijn liefde tot een gevallen wereld, die in het boze ligt. Hier staan de engelen verwonderd, begerig om in te zien. Hier wordt het hart verblijd, dat angstig vraagt: „Is er nog een middel, waardoor ïk. de welverdiende straf kan ontgaan, en weder tot genade komen? " Hier wordt Gods naam groot gemaakt: het is alles Zijn werk, Zijn welbehagen. De schuilplaats voor zondaren - .6 alleen Zijn werk. Noodzakelijk, heerlijk is het te mogen schuilen achter het bloed. Dan is het in waarheid: „Bij U schuil ik."

In de huizen der Israëlieten was veiligheid, daar was blijdschap. In de harten van Gods kinderen, die in het geloof leerden rusten in Jezus' bloed, is rust en vrede en zaligheid. Er is vrede door het bloed des kruises. Zoek door het geloof dan maar veel te mogen schuilen achter het bloed des kruises. God ziet met welgevallen op dat bloed. En, wanneer Hij dat bloed ziet, dan zal Hij niet op u toornen, noch op u schelden. Wanneer Ik het bloed zie, dan zal Ik ulieden voorbijgaan. Dat bloed was het enige beschuttings-, het enige redmiddel voor Israël. Als het bloed niet aan de deurposten was, dan waren zij ook niet veilig voor de engel des verderfs. Mozes wist dat, en met hem het Israël, dat waarlijk Israël was, want: Door het geloof heeft hij het Pascha uitgericht, en de tesprenging des bloeds, opdat de verderver der eerstgeborenen hen niet raken zou" (Hebr. 11 : 28). Zo reinigt het bloed van Jezus Christus alléén van alle zonden. O, wij hebben zoveel redmiddeltjes. De een zoekt zich te redden met zijn goede werken, een ander met zijn godsdienst, een derde met zijn: od is toch liefde. Ieder heeft zo zijn eigen manier om zich gerust te stellen. Schuilen achter het bloed des kruises is niet gemakkelijk voor onze hoogmoedige natuur. Zij staat er vijandig tegenover. En zelfs na ontvangene genade zijn wij telkens zo druk bezig met nu eens dit en dan weer dat middel te beproeven. Wij willen onszelf redden. Er is echter maar één beschuttings-, één redmiddel. En dat is het bloed der verzoening. O, gelukkig hij of zij, die het meer en meer in leert zien, die het al meer buiten zichzelf leert zoeken, in de enige offerande van Christus aan het kruis volbracht! Daar en nergens anders is de bedekking, die een zondaar nodig heeft, om voor Gods heilig aangezicht te kunnen bestaan. Och, dat wij dan van alles en van allen afgebracht mogen worden, om alleen te mogen schuilen achter het bloed der verzoening. Dan zal het ook hier zo heer lijk, zo vertroostend waar gemaakt worden: En hun ogen opheffende, zagen zij niemand dan Jezus alleen." Jezus alleen ook in het schuilen, het veilig en weigeborgen zijn achter het bloed der verzoening.

Het bloed van het Paaslam moest gestreken worden aan de posten van de deuren. Uitdrukkelijk had de Heere door Mozes en Aaron aan het oude Bondsvolk het bevel gegeven: „Gij zult een volkomen lam hebben. En zij zullen van het

bloed nemen en strijken het aan de beide zijposten, en aan de bovendorpel, aan de huizen, in welke zij het eten zullen." Het was niet genoeg, dat het bloed gevloeid^ had. Neen, hun huizen moesten ook gebracht worden, door het bloed te strijken aan de beide zijposten en aan de bovendorpel, onder de bedèkking van het bloed van het geslachte lam. Alleen door met dat bloed in aanraking gebracht te wprden, alleen door met dat bloed als het ware bedekt te worden, zouden de huizen van de Israëlieten veilig zijn. Zij waren niet beter, niet waardiger dan de Egyptenaren. Zij zouden alleen bewaard worden voor de komst van de verderfengel, doordat zij mochten schuilen achter het bloed. Geen wonder dan ook, dat er geweest zullen zijn, die er zékerheid van wilden hebben, dat het bloed van het lam werkelijk was aan de zijposten en de bovendorpel van het huis, waarin zij waren.

Aan die bedekking toch hing de veiligheid, hing het leven van de eerstgeborenen.

Het bloed aan de zijposten en aan de bovendorpel van de huizen der Israëlieten is een van de veelbetekenende schaduwen van het Oude Verbond. Het ziet op het bloed van Christus Jezus, Die het ware Paaslam is, Die Zichzelf heeft opgeofferd aan het kruis van Golgotha. En het besprengen met het bloed, het bestrijken met het bloed bepaalt ons bij de toepassing, bij de toeëigening van het heil, dat door de Heere Jezus is aangebracht. Het is goed, het is nodig, dat het Lam Gods ter slachting is geleid. Dat is de grondslag, dat is het verwerven van het heil. Zonder bloedstorting geschiedt er geen vergeving. Ach, als Christus zich door de Joden had laten verleiden, om Zichzelf te verlossen en af te komen van het kruis, dan zou er niemand gered, niemand zalig kunnen worden. Dan zouden alle mensen vervallen aan het eeuwig verderf. De apostel wist het wel, en hij wilde de Galatiërs er bij bepalen met al de kracht die in hem was: Maar het zij verre van mij, dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onze Heere Jezus Christus, door Welke de wereld mij gekruisigd is, en ik der wereld" (Gal. 6 : 14). O, laat ons de heilsfeiten toch niet vergeten. Daar moeten wij steeds weer op terugkomen en van uitgaan. Zij spreken van het verwerven van het heil, van het verdienen van de zaligheid. In die heilsfeiten wordt de Heiland Zelf verheerlijkt. Op die heilsfeiten leggen de apostelen steeds weer de nadruk. Wij denken hier als vanzelf aan dat heerlijke woord uit de eerste brief van Petrus: Wetende, dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt uit uw ijdele wandeling, die u van de vaderen overgeleverd is, maar door het dierbaar bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt lam" (1 Petr.

1 : 18 en 19). Van die heilsfeiten wordt in de prediking gesproken in het bijzonder in de lijdensweken.

Maar wij hebben nodig, zullen wij deel hebben aan dit alles, dat de verdiende zaligheid ons ook wordt toegepast. Heeft de Heiland Zelf bij de voetwassing niet tot Petrus gezegd: „Indien Ik u niet was, gij hebt geen deel met Mij"? Met de kennis van het voorwerpelijke heil alleen, zelfs al zouden wij er veel over gesproken, zelfs al zouden wij er over gepreekt hebben, gaan wij voor eeuwig verloren. Wij moeten er het onderwerp van worden. Wij moeten er door de toepassing van de Heilige Geest deel aan krijgen. En dus moest het bloed der verzoening niet alleen vloeien op de kruisheuvel van Golgotha, maar moet het ook door en in het geloof gestreken worden aan de posten van uw hart-deur. Alleen maar gehoord te hebben en te weten, en te spreken van het bloed der verzoening, dat zal onze ziel niet redden van het verderf. Dat zal ons gericht en onze verdoemenis nog zwaarder maken. Het zal wat zijn, mijn lezer, onder het Evangelie geleefd te hebben, en dan ten slotte onder het Evangelie verloren te gaan! Dan zullen wij met dubbele slagen geslagen worden. Dan zal dat bloed der verzoening tegen ons getuigen tot in der eeuwigheid.

Gelukkig degene, die van dit alles iets te zien krijgt, en die nu naar de toepassing van de zaligheid aan zijn eigen ziel gaat begeren. O, wat kan een ontdekte zondaar daarnaar verlangen! Gij ziet uw zonde en schuld. De nood uwer ziel wordt u voor ogen gesteld. De angst der hel doet u alle troost missen. Gij ziet de verderfengel rondgaan. En, bepaald bij de beschutting achter het bloed der verzoening, is het uw vurige smeking: Och, Heer', och wierd mijn ziel door U gered.

Het wordt er u om te doen, dat gij besprengd moogt worden met het bloed der verzoening van het Laïn Gods. Het is uw verzuchting: och, dat de posten van de deur mijns harten bestreken mochten worden met dat bloed! Daarachter alleen ben ik veilig en welbewèard.

Wat is het heerlijk, als deze bede verhoord wordt, als de Heilige Geest u in de Heere Jezus leert geloven, en u zo brengt in een huis op de Steenrots gegrond, een huis, waarvan gezegd mag worden, dat het is onder de beschutting van het bloed der verzoening. Daar is het veilig en heerlijk wonen. Daar mag der vromen tent weergalmen van hulp en heil hun aangebracht.

Hebt gij reeds kennis aan dat schuilen achter het bloed van het Lam Gods? Och, dat wij in de lijdensweken er veel mee bezig mochten zijn, en er steeds meer behoefte aan mochten krijgen. Een gelukkig mens is alleen die mens, die door genade is gezeten in deze schuilplaats van de Allerhoogste!

Z.

S. V. D.

P.S. Nu moet ik enige tijd rust houden. Het behage de Heere mij daarna weer voor deze arbeid te willen gebruiken.

S. v. D.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 maart 1952

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

Het bloed der verzoening

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 maart 1952

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's