Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is de huisdoop geoorloofd?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is de huisdoop geoorloofd?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Enkele weken geleden ontvingen we een brief, waarin de bovenstaande vraag gesteld werd: Is de huisdoop geoorloofd? Het was goed, dat bij deze brief een toelichting gevoegd was, waaruit bleek dat het l ier ging om een bijzonder geval. Want in het algemeen zouden we op deze vraag met neen willen antwoorden. Maar in bijzondere gevallen hebben onze vaderen de huisdoop toegestaan onder bepaalde voorwaarden. Uit het schrijven, dat we ontvingen bleek duidelijk, dat het een bijzonder geval betrof. Een kind, dat te zwak was cm naar de kerk te vervoeren en dat bovendien zeer ongelukkig was, werd door de predikant ter plaatse aan huis gedoopt. Onze briefschrijver had hiertegen nogal enkele bezwaren en meende in de huisdoop zelfs roomse tendenzen te kunnen opmerken en daarom stelde hij de vraag of deze predikant toch eigenlijk niet tegen de gereformeerde zede had gezondigd en of dit volgens de kerkorde onzer kerk wel geoorloofd was.

Nu trof het juist dat we deze brief ontvingen, toen we zelf voorbereidselen aan het treffen waren voor een huisdoop. Ook dit was een zeer bijzonder geval waarover we hier nu niet uit willen weiden. Maar we zijn ervan overtuigd, dat de briefschrijver ons niet verdenkt van het willen invoeren van „paapse stoutigheden".

Daarbij overtreden we de kerkorde onzer kerk niet. Want in de Ordinantie voor de bediening van de Heilige Doop wordt de mogelijkheid van een huisdoop gesteld: Indien de kerkeraad van oordeel is, dat zeer bijzondere omstandigheden daartoe nopen, kan, mits kerkeraad en gemeente daarbij vertegenwoordigd zijn, de Doop ook buiten een kerkdienst der gemeente worden bediend. (Ord. 8.3.3.)

Maar nu blijft dan nog over de vraag of hier dan niet gezondigd wordt tegen de gereformeerde zede ten aanzien van de Doopbediening. En ook hierop kan ons antwoord ontkennend luiden. Hoewel onze gereformeerde vaderen de prediking en de sacramentsbediening nauw aan elkaar verbonden hebben, werd toch op de algemene regel een uitzondering toegelaten. De algemene regel was de bediening van de Doop in een kerkdienst, maar in zeer bijzondere gevallen kon, onder bepaalde voorwaarden, ook de Doop aan huis worden bediend.

In de eerste tijd van de christelijke kerk doopte men overal waar water was, in de stromen, in de rivieren, in de zee, in meren en vijvers, bij bronnen en ook wel in particuliere huizen. De Heere Jezus werd gedoopt in de Jordaan, de kamerling in een stroom en de stokbewaarder in de gevangenis. De Doop van de Heere Jezus in de Jordaan bewoog in de eerste eeuwen velen om een rivier of ander stromend water te kiezen voor de Doop. En toen de christelijke kerk vrijheid kreeg om in het openbaar haar godsdienst uit te oefenen, haastte men zich terstond om afzonderlijke doopkerken in te richten. Men bouwde deze gaarne op plaatsen in de nabijheid van een beek of een rivier of waar een bron ontsproot. Eerst was alleen de bisschop gerechtigd te dopen, later ook de priesters. Langzamerhand groeide de gewoonte om alleen maar te dopen in de kerken. Alleen in gevallen van noodzakelijkheid was het geoorloofd aan huis te dopen.

Merkwaardig was daarbij dat de prediking des Woords in de roomse kerk en de bediening van de Heilige Doop gescheiden waren. In de tijd van de reformatie heeft men echter getracht de band tussen de Doopbediening en de openbare samenkomst der gemeente te herstellen. Calvijn schreef hierover het volgende: „Doch moet één ding voor alles bedacht worden. Omdat dit sacrament is de heilige plechtige opneming in de kerk Gods en het getuigenis van ons hemels burgerrecht, dat allen bezitten, die God tot zijn kinderen aangenomen heeft, zo mag de Doop niet bediend worden dan in de vergadering der gelovigen. Niet dat daarvoor juist een tempel vereist wordt, maar er moet toch minstens een zeker aantal gelovigen samengekomen zijn, die de kerk voorstelt, en dat de bedienaar des Doops als Dienaar des Woords moet erkend zijn. Want indien men een kind doopte in het geheim, zonder getuigen, dan zou dat niet overeenkomen met de orde door Christus ingesteld, noch met het voorbeeld der apostelen. Alzo is nodig dat het kind gedoopt wordt in een gemeenschap, die zich voor goed van de besmetting des pausdoms heeft afgezonderd."

Ook onze gereformeerde vaderen hebben vastgehouden aan de nauwe band tussen bediening des Woords en sacrament. Op de synode van Dordrecht van 1574

werd dan ook vastgesteld, dat men de Doop niet zou bedienen dan in een predicatie. De volgende redenen werden daartoe aangevoerd:1. Wanneer de Doop bediend werd ook buiten de samenkomsten der gemeente, zou er grote verwarring, wanorde en misbruik kunnen ontstaan. 2. De bediening van de Doop is een deel van de kerkedienst, welke niet minder dan andere delen van de eredienst publiek moet worden uitgeoefend. 3. De kinderen worden evengoed als de volwassenen door de Doop in de gemeenschap der kerk ingelijfd, en dit mag niet geschieden zonder medewerking van de kerk.

Toch werd dit niet vastgesteld zonder dat men enkele uitzonderingen toeliet in zeer bijzondere gevallen, zoals dit ook in onze kerkorde omschreven is. Maar daarbij werd ook gesteld, dat men de Doop niet los mocht maken van de prediking. Zo zal men, wanneer in bijzondere omstandigheden aan huis de Heilige Doop gaat bedienen, als algemene regel moeten gelden, dat men daar een huiselijke godsdienstoefening belegd, waarbij de kerkeraad en de gemeente vertegenwoordigd is en waarin het Woord Gods gepredikt wordt, het formulier gelezen wordt en daarna de Heilige Doop wordt bediend.

Daarbij willen we ook in acht nemen dat het alleen in zeer bijzondere gevallen moet worden toegestaan, wanneer ouders verzoeken een kind aan huis te laten dopen. Het komt in ons land dan ook zeer weinig voor. Het was voor ons persoonlijk de eerste maal in een zestienjarige ambtsbediening, dat we een dergelijk geval hebben meegemaakt. Onze briefschrijver kan echter gerust zijn wat de roomse tendenzen betreft die hij meende te vinden in zijn predikant, die een kind aan huis doopte. Onze gereformeerde vaderen hebben ook de huisdoop in zeer bijzondere gevallen toegepast.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 mei 1954

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

Is de huisdoop geoorloofd?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 mei 1954

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's