Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

AUGUSTINUS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

AUGUSTINUS

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(11)

Aan het slot van ons vorige artikel hebben we al met een enkel woord gezegd, dat de reformatie veel aan Augustinus te danken heeft. Luther heeft zich bij zijn studie ook beziggehouden met deze kerkvader, naar wie de kloosterorde genoemd was waartoe deze reformator aanvankelijk behoorde. Door de studie van Augustinus werd Luther gedrongen tot Schriftonderzoek, waarbij hij zich vooral bezighield met de brieven van Paulus. Zoals we weten zullen is de bestudering van de brief van Paulus aan de Romeinen een keerpunt geworden in het leven van Luther. Hij leerde verstaan, dat een zondaar alleen gerechtvaardigd wordt door het geloof in Christus, waarbij de werken der wet niet in aanmerking komen. Hoe anders was de leer van de roomse kerk. Toen ging Augustinus echter leven voor deze kerkhervormer. Hij vond immers bij hem steun voor zijn nieuwe inzicht. Toen ging hij ook dieper op de werken van Augustinus in en diens leer van zonde en genade, diens bestrijding van het Pelagianisme en het semi-Pelagianisme hebben grote invloed uitgeoefend op zijn theologisch denken.

Ook Calvijn is sterk door de werken van Augustinus beïnvloed. Dat blijkt wel uit zijn eigen geschriften waaronder vooral zijn grote werk de Institutie, waarin Augustinus herhaaldelijk wordt aangehaald. Duidelijk komt openbaar dat Calvijn de werken van de grote kerkvader door en door kende. We zullen trouwens begrijpen, dat het voor de reformatoren van groot belang was, dat ze zich voor hun gevoelens konden beroepen op een man, die ook door de roomse kerk geëerd werd en die ook daar als een autoriteit gold, hoewel men hem op verschillende punten had losgelaten. Maar men meende toch dat men aan de leer van deze kerkvader vasthield. Dat was zelfs zo sterk, dat Karlstadt aanvankelijk de bedoeling had om Luther door middel van Augustinus te bestrijden. Hij wierp zich op de studie van diens geschriften, maar het resultaat was, dat hij ook zelf voor de reformatie werd gewonnen.

Bij het beroep op Augustinus door de reformatoren staan altijd twee onderwerpen in het middelpunt. We hebben reeds genoemd de leer van de zonde en de genade. Daarnaast moeten we ook wijzen op de leer der sacramenten. Dan is het vooral Calvijn, die er blijk van geeft de werken van Augustinus op deze punten nauwkeurig bestudeerd te hebben. Wanneer Calvijn handelt over de verdorvenheid der menselijke natuur, over de onmacht van de gevallen mens tot het goede, over de verkiezende genade Gods, over het absoluut en onwederstandelijk karakter van die genade, dan laat hij nooit na op de gevoelens van Augustinus te wijzen, waarbij hij dan diens leer in citaten weergeeft of ook wel in het kort samenvat.

Maar ook bij de leer der sacramenten, in 't bijzonder ten aanzien van de Avondmaalsleer, beroept Calvijn zich gaarne op de kerkvader. Het sacrament als het zichtbare Woord is een zegswijze aan Augustinus ontleend. En de omschrijving van

het Avondmaal als de band der liefde is ook typisch Augustimaans. En er mag dan ook zeker gesproken worden van een innige samenhang tussen de opvattingen van Augustinus en die van Calvijn ten aanzien van het Avondmaal. Eerst veel later na Augustinus zal immers in de roomse kerk de geheel onschriftuurlijke leer van het misoffer opkomen en gelding verkrijgen.

Nu moet men niet denken, dat de reformatoren op alle punten de opvattingen van Augustinus volkomen deelden. Er waren wel wezenlijk verschilpunten, die echter nergens op de spits gedreven werden. In zulke gevallen liet men de opvattingen van Augustinus voor wat ze waren, en ging men zijn eigen weg.

Het moet ons bovendien ook duidelijk wezen, dat de reformatoren bij hun beroep op de grote kerkvader hem niet de hoogste autoriteit toekenden. Tenslotte staat immers het Woord van God boven de opvattingen van welke theoloog dan ook, hoe grote plaats die in de kerk mag hebben ingenomen. Tenslotte moesten de opvattingen van Augustinus ook aan de Heilige Schrift worden getoetst. En alleen wanneer dan bleek, dat die opvattingen in overeenstemming waren met Gods Woord, dan aanvaardde men het gezag ervan ook voor de reformatorische kerk.

Juist omdat Augustinus zich bij zijn leer en prediking zo nauw heeft aangesloten bij de Bijbel en zich ook door dat Woord heeft laten onderwijzen, vonden de reformatoren, die zich ook aan het gezag der Heilige Schrift wilden onderwerpen, zo'n nauwe aansluiting bij hem. Dat ze zich zo dikwijls op hem beroepen — we hebben er hierboven reeds op gewezen - — vindt natuurlijk ook zijn oorzaak in het feit, dat Augustinus bij Rome ook zeer hoog stond aangeschreven. Door naar hem te verwijzen trachtten ze bij de roomsen grotere indruk te maken bij hun bestrijding van de roomse dwalingen. Zo schrijft Calvijn ergens: „Maar indien zij mochten voorwenden, dat mijn definitie niet een wet is, die zij genoodzaakt zijn te gehoorzamen, laten ze dan eens luisteren naar Augustinus, die zij, gelijk zij voorgeven, voor onschendbaar houden."

Aan de andere kant waren er in de boeken van Augustinus zeer zeker punten aan te wijzen, die een duidelijke verwantschap vertonen met latere roomse opvattingen.

Augustinus was immers 'n kind van zijn tijd. Maar juist daarom was het zo groot, dat zijn leer ten aanzien van de hoofdpunten van het geloof, zodanig was, dat de reformatoren er van harte bij konden vallen, terwijl ze een zekere geestelijke gemeenschap gevoelden met die kerkvader, die zelf zo geweldig gestreden heeft voor de waarheid Gods tegen over allen, die een leer bracht in strijd met Gods Woord. Daarbij heeft hij zeer veel tijd en arbeid besteed aan de strijd tegen het Pelagianisme. Vooral daarin zien we een zeer grote verdienste van Augustinus. En het is dan ook geen wonder, dat de reformatie het juist op dit punt zo hartelijk eens kon wezen met hem, dat de weg der zaligheid een weg van vrije genade is, waarbij de verdienste van een mens niet in aanmerking komt.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 december 1954

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

AUGUSTINUS

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 december 1954

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's