Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HEMELVAARTSGEDACHTEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HEMELVAARTSGEDACHTEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

(2)

In dit artikel zouden we nog antwoord zoeken vanuit de Schrift op de vraag hoe het leven zal wezen in de hemel waarheen de Heere Jezus Christus na volbrachte strijd is opgevaren om ten goede van zijn volk werkzaam te wezen voor het aangezicht des Vaders. Er worden in de Heilige Schrift slechts enkele dingen over dat hemelleven geopenbaard. Het is alsof de Heere dat voor ons verborgen heeft gehouden, opdat we onze roeping hier op aarde niet zouden verwaarlozen. Het zou voor ons te veel zijn wanneer die hemelse heerlijkheid ons zo klaar en helder was geopenbaard zoals het wezen zal.

Aan de andere kant echter heeft de Heere ons toch iets van dat hemelleven bekend gemaakt, opdat we door de hoop en de verwachting op die eeuwige toekomst gesterkt zouden worden in alle moeiten en zorgen des levens.

In de eerste plaats willen we u er dan op wijzen, dat ons lichaam neergelegd wordt in het graf en voorlopig alleen onze ziel zal delen in dat eeuwige leven. Nu moeten we niet denken, dat men in die hemelse heerlijkheid onmogelijk lichamelijk zou kunnen leven. Als gereformeerde belijders leggen we er immers de nadruk op, dat de Heere Jezus Christus lichamelijk is opgestaan van de doden en ook lichamelijk ten hemel is gevaren, ook al had Hij dan een nieuw verheerlijkt lichaam. Bovendien lezen we van Henoch dat de Heere hem van deze aarde wegnam vanwege zijn godvrezende wandel met God. En van Elia weten we ook, dat hij op een vurige wagen met vurige paarden is opgenomen in de hemel. Maar dat zijn slechts uitzonderingen. Bij het sterven wordt de ziel dergenen die God vrezen opgenomen in de hemel, terwijl het lichaam tot de jongste dag toe blijft rusten in het graf. Zolang we hier op aarde leven is de ziel bekleed met het lichaam. Nu heeft men wel eens gemeend, dat het lichaam als 't ware de gevangenis is waarin de ziel verkeert en dat dit de verlossing is wanneer de ziel uit het lichaam wordt bevrijd. En men wijst dan op de begeerte van Paulus om ontbonden en met Christus te wezen, daar dit zeer verreweg het beste zou zijn. Maar ontbonden worden wil hier niet zeggen, dat de ziel bevrijd moet worden uit het lichaam maar , .ontbinden geeft de voorstelling van een reis, waarbij de tént op deze plaats wordt afgebroken om haar elders weer op te richten".

Vandaar ook dat we spreken van onze reis naar de eeuwigheid. En het is het verlangen van Paulus om in dat eeuwige leven in te gaan om hier ontbonden te worden en zijn tent op te slaan in de heerlijkheid des hemels. Onze ziel gaat derhalve, voorzover we in Christus geloven, „van stonde aan tot haar Hoofd".

De zielen dergenen, die niet geloofd hebben zullen de eeuwige duisternis binnengaan. Die zielen leiden in de hemelse heerlijkheid echter een bewust leven. Men heeft het wel eens voorgesteld, dat de zielen tot de dag der opstanding in een diepe zieleslaap liggen te wachten op het geluid der bazuinen. Maar dan zou Paulus niet kunnen schrijven, dat het leven hem Christus en het sterven hem gewin was.

De zielen hebben een bewust leven, ze zijn ook zalig in dat leven, ze vieren daar de hemelse bruiloft met Christus de Bruidegom. De Schrift noemt het hemelleven op verschillende plaatsen een bruiloftsfeest om de heerlijkheid van dat hemelleven te tekenen. Ja daar is het pas leven, want daar beantwoordt de mens weer aan zijn doel waartoe hij geschapen is: „zijn Schepper recht kennen, Hem van harte liefhebben en met Hem in de eeuwige zaligheid leven".

Maar dan mogen we niet vergeten, dat daar in de hemel ook een zaak is weggelegd voor Gods kinderen. Het is waar dat het hemelleven menigmaal wordt voorgesteld als een toestand van rust. Hoe kunnen we vertroost worden in de moeilijke strijd van deze aarde door het woord der Schrift, dat er een rust overblijft voor het volk van God. Maar die rust betekent niet hetzelfde als ledigheid. We zullen daarboven rusten van de moeite, de zorg, de nood, de ellende en van alles wat hier op aarde ons drukt en ook verbonden is met onze arbeid. Maar we zullen daar zeker een taak hebben. Lichamelijke arbeid is in de hemel natuurlijk onmogelijk. We hebben daar immers geen lichaam, dat rust tot de jongste dag in het graf. Maar we zullen toch een heerlijke taak hebben in de heerlijkheid des hemels, we zullen daar God dienen en loven en prijzen, zoals nu de heilige engelen al doen. Maar hoe die arbeid daar zal wezen en welke de taak precies zal zijn, die ons daar is opgedragen, daar kunnen we geen antwoord op geven, omdat de Heere dit ook voor ons verborgen heeft gehouden. Maar dit mogen we toch wel zeggen naar de Schrift: al onze arbeid, die we te verrichten hebben, zal strekken tot verheerlijking Gods.

Het zal ons duidelijk zijn, dat we van het hemelleven eigenlijk slechts kunnen stamelen. En we kunnen alleen maar nastamelen hetgeen de Heilige Schrift erover bekend maakt. Het zijn immers onuitsprekelijke dingen, die geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en die in geen mensenhart zijn opgeklommen, maar die God heeft weggelegd voor degenen die Hem vrezen.

Maar daardoor moeten we te meer de Heere gaan zoeken, opdat we hier op aarde voorbereid worden voor dat hemelleven. We moeten de weg zoeken, die tot dat leven leidt, opdat we niet verderven maar het eeuwige leven hebben. We moeten Christus hebben. Want Hij heeft niet gezegd: Ik ken de weg. Hij heeft ook niet gezegd: Ik wijs de weg. Hij heeft gezegd: Ik ben de weg. Hij is de weg naar de hemel, door zijn verzoenend lijden en sterven, door zijn opstanding en hemelvaart. Hij heeft alles volbracht. Maar dat volbrachte werk moet door de Heilige Geest worden toegepast aan onze harten. Dat Christus voor ons alles heeft volbracht is de grond voor onze zaligheid. Maar nu roept de hemelvaart van Christus om het Pinksterfeest, om de uitstorting van de Heilige Geest, opdat Deze in onze harten Christus openbare en wij mogen leven uit Hem en uit zijn volbrachte werk.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 21 mei 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

HEMELVAARTSGEDACHTEN

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 21 mei 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's