Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De roeping

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De roeping

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

(6)

In een vorig artikel hebben we gezien, dat er een algemene roeping en een bijzondere roeping is. We spreken ook van uitwendige roeping en inwendige roeping. De uitwendige roeping is niet algemeen in die zin, dat ze tot alle mensen komt. Vele volkeren immers hebben eeuwenlang de roepstem van het evangelie niet gehoord. Daartegen voert men wel een tekst aan als: God wil dat alle mensen zalig worden... maar dat woord alle moeten we hier verstaan in de betekenis van allerlei, zoals op meer andere plaatsen van de Heilige Schrift.

Die echter onder de bediening des evangelies zijn worden geroepen. Niet alleen de uitverkorenen, maar allen die de prediging horen. De Heere Jezus wordt hen gepredikt, aangeboden, aangeprezen als de enige Borg en Zaligmaker. Wanneer wij niet horen en wanneer wij niet willen, dat Hij Koning over ons zij, zullen we door eigen schuld verloren gaan. En dan mogen we zeker wel met diepe ernst denken aan het woord van de Heiland: Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.

Velen willen tegenwoordig de Bijbel gevangen zetten in hun leeropvattingen en in hun eigen meningen. Daardoor is al veel kwaad gesticht. Want een gevolg hiervan is, dat het volle rijke Woord dikwijls niet meer doorklinkt. In de prediking moet de gemeente Gods Woord kunnen beluisteren en er moet dan ook Bijbels gepredikt worden. En dan komen we menigmaal tot verrassende momenten. Het evangelie is zo ruim en zo heerlijk en het aanbod van genade is zo groot.. De Heere Jezus is immers niet gekomen om rechtvaardigen maar zondaars te roepen tot bekering. Hij is gekomen om te zoeken en zalig te maken, dat verloren is. Wanneer we de Bijbel laten spreken dan zullen we horen hoeveel liefde en genade er is voor een schuldig mensenkind, dat naar recht alleen maar de dood en het oordeel verdiend heeft. Komt dan en laat ons tezamen richten, zegt de Heere: al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen wit worden als sneeuw; al waren zij rood als karmozijn, ze zullen worden als witte wol. Het bloed van Jezus Christus immers reinigt van alle zonde.

We hebben er reeds op gewezen, dat wanneer de Heere ons door de prediking roept en ons zijn genade aanbiedt, dit ook welgemeend is. Het wordt wel eens zo voorgesteld, dat de Heere het evangelie wel laat prediken, maar dat het toch eigenlijk alleen maar bedoeld is voor de uitverkorenen. Maar dan zou de Heere tot een leugenaar worden. Neen, wanneer de Heere ons roept, dan is dat welgemeend, dan is het een ernstige roepstem om de wegen der zonde te verlaten en de Heere te gaan dienen. Daarom lezen we ook in

de Schrift: Zo waarachtig als Ik leef. spreekt de Heere Heere, zo Ik lust heb in de dood des goddelozen! Maar daarin heb Ik lust, dat de goddeloze zich bekeert van zijn weg en leve. Bekeert u, bekeert u van uw boze wegen, want waarom zoudt gij sterven, o huis Israëls? En datzelfde vinden we ook in de belijdenisgeschriften onzer kerk met name in de Dordtse Leerregels: „Zovelen als er door het evangelie geroepen worden, worden ernstig geroepen. Want God betoont ernstig en waarachtig in zijn Woord wat Hem aangenaam is, namelijk dat de geroepenen tot Hem komen. Hij belooft ook met ernst allen, die tot Hem komen en geloven, de rust der zielen en het eeuwige leven".

De roeping geschiedt wel in de eerste plaats om de gemeente Gods, de uitverkorenen tot het eeuwige leven, te vergaderen. Maar dat doet niets af van de ernst der roeping waarmede de Heere in het evangelie komt tot allen, die horen. Laten we toch onze verantwoordelijkheid goed zien en verstaan. Want wanneer wij verloren gaan dan ligt de schuld niet bij God. Hij heeft wel geroepen, maar wij hebben niet willen horen.

We zullen nooit kunnen zeggen: tot ons is de roepstem Gods niet gekomen. W^e zullen wel moeten belijden: God heeft mij oprecht en welgemeend geroepen, maar ik heb niet willen luisteren. Ik heb wel dikwijls gezegd, dat ik me toch eigenlijk zou moeten bekeren en dat ik toch eigenlijk niet zo door kon leven, maar uiteindelijk ben ik toch voortgegaan op mijn eigengekozen wegen en heb ik me toch verhard onder al die roepstemmen Gods door.

En het is dan ook waar wat onze Dordtse Leerregels hier verder zeggen: , , Dat er velen, door de bediening des evangelies geroepen zijnde, niet komen en niet bekeerd worden, daarvan is de schuld niet in het evangelie noch in Christus, door het evangelie aangeboden zijnde, noch in God, Die door het evangelie roept en zelfs ook die Hij roept onderscheidene gaven meedeelt; maar in degenen die geroepen worden; van dewelken sommige, zorgeloos zijnde, het woord des levens niet aannemen; anderen nemen het wel aan, maar niet in het binnenste huns harten en daarom is het, dat zij, na een kortstondige blijdschap van het tijdelijk geloof, wederom terugwijken; anderen verstikken het zaad des Woods door de doornen der zorgvuldigheden en wellusten der wereld en brengen geen vruchten voort; hetwelk onze Zaligmaker leert in de gelijkenis van het zaad".

Laten we daarom nimmer iets afdoen van de roeping Gods, ook niet van de zogenaamde uitwendige roeping alsof deze slechts van geringe waarde zou wezen of misschien helemaal van geen waarde. Laten we het Woord Gods en de verkondiging van het evangelie toch ernstig nemen, laten we er toch niet overheen leven, want het is zo'n ernstige zaak. Het gaat immers om eeuwig leven of eeuwige dood. En we hebben door onze zonden en overtredingen allemaal de eeuwige dood verdiend. Wanneer we dat gaan zien, dan wordt het evangelie der genade zo groot en heerlijk. Wanneer onze ogen door de Heilige Geest geopend zijn voor onze zonden en ellende, dan wordt het zo'n zalige boodschap, dat de Heere Jezus gekomen is om ons te verlossen en te redden en ons te brengen in het Koninkrijk Gods vol vrede en gerechtigheid en leven.

Daarom willen we nog eens onderstrepen, dat de roeping zelf één is, of we ze nu uitwendig of inwendig noemen. Maar we willen er terstond bijvoegen, dat wij nodig hebben de wederbarende werking van de Heilige Geest, willen wij naar die roepstem Gods gaan horen. We hebben nodig die inwendige roeping, opdat we niet aan het Woord der genade voorbijgaan. In een volgend artikel hopen we dieper op die inwendige roeping in te gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 september 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

De roeping

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 september 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's