Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BEZINNING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BEZINNING

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Diepe dankbaarheid vervult mijn hart nu ik u vanmorgen welkom mag heten op onze jaarlijkse toogdag. De Bondsdag van onze Mannenbond is in de jaren na de oorlog uitgegroeid tot één van de hoogtijdagen van het gereformeerde volk in de Hervormde Kerk en de aanblik van zoveel honderden broeders en zusters verheugt mijn hart. Trouwens, die blijdschap en vreugde zal ook gevonden worden in uw harten. We zijn vandaag gekomen van oosten en westen, van noorden en zuiden, uit steden en dorpen, uit plaatsen ook waar de hervormd gereformeerden menigmaal een kleine minderheid vormen. En wanneer we dan vandaag bij elkaar zijn en wanneer we dan ervaren dat er overal in Nederland nog mensen gevonden worden, die dezelfde belijdenis hebben en die schouder aan schouder de strijd willen voeren in de Hervormde Kerk, opdat de gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift als Gods Woord en de gemeenschap met de belijdenis der kerk metterdaad openbaar zal komen, dan worden we gesterkt en bemoedigd in die moeizame worsteling waarin we wel eens moedeloos terneer zitten en ons afvragen of we het maar niet liever gewonnen zullen geven. Voor vele mannen is onze jaarlijkse Bondsdag een medicijn waardoor de Heere de krachten weer vernieuwt en hen met nieuwe ijver voort doet gaan in de worsteling om de rechte belijdenis in het kerkelijk leven van onze tijd te doen functionneren.

Ja, we leven in een tijd van zware worsteling en strijd op kerkelijk gebied. De moeilijkheden in het kerkelijk leven stapelen zich op en voor vele gereformeerden in de Hervormde Kerk, vooral in de steden en in de grotere plaatsen, is het inderdaad

*) Op verzoek, van verschillende kanten tot ons gekomen, nemen we hier in in ons blad het openingswoord op, dat we spraken op de Bondsdag van de Mannenbond. een moeizame worsteling om een plaats te behouden of een plaats te verkrijgen in de Hervormde Kerk. En zelfs bezien vanuit het geheel van het kerkelijk leven is het voor de hervormd gereformeerden een moeizame strijd om door de andere richtingen in de kerk erkend te worden als legitieme leden van de Hervormde Kerk, als wettige zonen van de hervorming.

Dit noopt ons vanzelf tot bezinning op allerlei vragen, die hierbij aan de orde komen. Wij kunnen in dit openingswoord vanzelfsprekend niet alles behandelen, maar we willen toch enkele punten opsommen.

Andere richtingen in de kerk zien ons dikwijls als een groepering, die in de Hervormde Kerk niet thuishoort. En men spreekt het zelfs wel eens uit, dat we ons toch eigenlijk beter af konden scheiden van de Hervormde Kerk, omdat we immers in de diepste grond der zaak niet hervormd zouden zijn. En anderen mogen ons dan misschien nog wel voor hervormd houden, maar men ziet ons dan toch dikwijls als lastige kinderen, die nog opgevoed moeten worden en tot beter inzicht moeten komen om met de koers, die de midden-orthodoxie in onze kerk vaart, mee te willen varen. En vele gereformeerden buiten de hervormde kerk kunnen zich ook niet voorstellen, dat wij hervormd zijn en men spreekt er menigmaal zijn verbazing over uit, dat gereformeerde belijders nog tot de hervormde kerk behoren. Het is me menigmaal overkomen, dat ik na een Bijbellezing voor de radio verschillende brieven kreeg, waarin de verwondering doorklonk dat ik hervormd predikant was, terwijl ik een gereformeerde prediking bracht.

En in het licht daarvan is het zeker noodzakelijk, dat we ons bezinnen op ons hervormd-zijn. Hier ligt zeker ook een onderwerp, dat deze winter wel eens op onze Mannenverenigingen aan de orde mag komen.

Wanneer men mij nu echter vraag hoe de gereformeerden in de hervormde kerk daar zelf over denken, dan wil ik terstond en zonder enige terughoudendheid antwoorden, dat we ons voor 100 % hervormd voelen en dat we er niet aan denken om zolang ons een plaats in onze vaderlandse kerk gegeven is, die hervormde kerk te verlaten. Want hervormd is niet dat wondere mengelmoes van richtingen en stromingen. die in de leiding van de kerk thans de boventoon voeren. Hervormdzijn wil zeggen de beginselen der hervorming liefhebben. Hervormd-zijn wil zeggen de gereformeerde belijdenis der kerk, die in de dagen der hervorming onder bloed en tranen geboren is, tenvolle onderschrijven. De Heere God heeft de Hervormde Kerk in ons land geplant in de dagen der hervorming. Hij heeft door zijn Heilige Geest die kerk geleid en onderwezen. Hij heeft mannen gegeven in het midden van die kerk, die de waarheid Gods liefhadden en die hun leven wilden geyen terwille van de gereformeerde belijdenis en die deze belijdenis dan ook met hun bloed hebben ondertekend. De Hervormde Kerk is krachtens haar geboorte waarlijk een hervormde of gereformeerde kerk en wanneer we ons hervormd noemen, hervormd gereformeerd, dan staan we aan de kant van de belijdenis der kerk. Wij willen niets anders dan de waarheid van Gods Woord onderschrijven, ons aan het Woord Gods onderwerpen, met de belijdenis onzer kerk instemmen. Hoe is het dan mogelijk, dat men toch wel eens zegt, dat die hervörmd gereformeerden eigenlijk niet in de Hervormde Kerk thuishoren? En dan is het enige antwoord hierop dit, dat men zelf van die gereformeerde belijdenis der kerk vervreemd is en gekomen is tot allerlei wind van leer. En die wind van leer, die onschriftuurlijke prediking, die op vele plaatsen gevonden wordt, zou zich dan mogen aandienen als echt hervormd. Wij wijzen dit met alle beslist-

heid af. Die is hervormd, die is een wettige zoon van de Hervormde Kerk. die naar Schrift en belijdenis wil leven. En tegen de andere groeperingen in onze kerk en tegen de gereformeerden buiten onze kerk zeggen we het nog eens met nadruk, dat we voor 100% hervormd willen wezen, waarbij we ons natuurlijk steeds te bezinnen hebben op de waarheid van Gods Woord en op de belijdenis der kerk en opdat we ons daarbij onderzoeken of we de rechte weg gaan. Als er zijn, die waarlijk in gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift en in gemeenschap met de belijdenis der vaderen in onze kerk willen leven, dan willen wij dat zijn.

Nu is ons de vraag gesteld hoe we dan de ontwikkeling van het kerkelijk leven zien en welk doel we hebben met onze strijd en worsteling in de Hervormde Kerk. En ook dat is weer een belangrijke vraag waar we ons ook zelf op zullen moeten bezinnen. Men heeft ons immers verweten, dat we geen eigen kerkelijke politiek hebben. De midden-orthodoxie, die in onze dagen de macht heeft in de kerk, heeft tenminste een doel, zo zegt men. Zij zoekt alle richtingen in de kerk samen te binden en te maken tot één kerk.

Nu vinden wij het woord kerkpolitiek een lelijk woord. Het woord politiek heeft geen aangename klank in onze dagen. Maar wanneer men ons verwijt, dat we niet weten wat we eigenlijk willen, dan moeten we daartegen met alle klem protesteren. Want wij willen dat men in onze kerk naar Schrift en belijdenis zal gaan leven, dat men zich zal bekeren van de verkeerde wegen waarop men thans wandelt en dat men maar één Koning en Meester in de kerk erkent. Wij zoeken geen heerschappij in de kerk van een bepaalde richting van een gereformeerde richting, wij zoeken in de kerk de heerschappij van het Woord Gods, we zoeken een onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift als Woord Gods.

En dat moeten we zelf ook goed en duidelijk zien. dat het er ons nimmer om mag gaan om een bepaalde partij of richting op de voorgrond te stellen. Het moet ons gaan om de heerschappij van Gods Woord in het kerkelijk leven. Het moet ons gaan om de heerschappij van Koning Jezus.

Daarom kunnen we de heerschappij van de midden-orthodoxie. zoals we die in het kerkelijk leven van onze dagen opmerken, niet aanvaarden. We hebben er ons onder te buigen voorzover dat mogelijk is, we hebben bepaalde besluiten uit te voeren, in elk geval te dulden, zoals de o.i. kerkverwoestende beluiten om de midden-orthodoxe evangelisaties op de Veluwe tot een kerkje in de kerk te maken. De middenorthodoxie heeft daartoe de macht in onze tijd. Maar wij hebben hen er op te wijzen, dat wij onze macht moeten laten varen om alleen te erkennen de macht des Heeren.

Aan de andere kant zullen we ons echter te bezinnen hebben op de vraag of we ons niet teveel hebben opgesloten in een bepaalde groep of we wel genoeg zien het geheel van de kerk. Het mag er ons immers niet om gaan, dat wij als groep een prediking hebben waar we voedsel krijgen, het moet er ons om gaan, dat de gehele kerk gereformeerd wordt in de zin van de belijdenis, dat onze kerk derhalve een hervormd gereformeerde kerk zij.

Nu stelt men ons menigmaal de vraag of het wel ooit zover zal kunnen komen. Immers zelfs in de tijd toen de heerschappij van Schrift en belijdenis in het kerkelijk leven kon worden opgemerkt, in de gouden eeuw van de hervormde of gereformeerde kerk in ons land, was het kerkelijk leven niet volmaakt. Nu verwachten wij hier op aarde nimmer een volmaakte kerk. Hier zal alles ten dele blijven. Maar wat zou het groot wezen wanneer de Hervormde Kerk een pilaar en vastigheid der waarheid zou wezen in het midden van ons volksleven. Wat zou het heerlijk wezen wanneer de Hervormde Kerk in het midden van ons volk weer zou spreken de waarheid van Gods Woord. Hier en daar dreigt men nu echter moedeloos te worden. Het wordt toch niets, zo zegt men dan. Laten we de strijd maar liever opgeven. Laten we toch een eigen kerk stichten en een eigen kerkelijk leven leiden.

Dat men moe is van de strijd, dat kan ik begrijpen. In die gemeenten van onze kerk waar vanouds de gereformeerde prediking gebracht is en waar men ook niet anders verlangt, kan men van de worsteling der gereformeerden in de grote steden weinig of niets begrijpen. Maar wanneer men een schier hopeloze strijd voert op leven en dood, zo als»toch vele hervormd gereformeerden in hun woonplaats moeten voeren, dan wordt het al zo anders.

Is het daarom geen hopeloze strijd in de Hervormde Kerk, die we voeren? Denk nu maar eens aan de kwestie van de vrouw in het ambt, waar in de maand December de uiteindelijke beslissing over vallen zal. Is het niet droevig, dat men temidden van het verval der kerk zulke vragen aan de orde stelt en zoveel tijd verspilt aan deze zaak? Hoeveel krachten zijn er niet gegeven moeten worden tot bestrijding van dit voorstel, dat bij aanneming ons weer verder af zou voeren van het gereformeerd karakter van onze kerk. Is het niet hopeloos als men ziet hoe de midden-orthodoxie schier overal de vrijzinnigen binnenhaalt en voor hen een plaats inruimt in het kerkelijk leven!

Is het niet droevig, dat men in geschriften zoals het Herderlijk schrijven, eigenlijk de doorbraak in bescherming neemt en zich niet positief stelt achter de christelijke organisatie? Is het niet droevig, dat men door zijn wijze van optreden nog propaganda maakt voor de openbare school, waar de Bijbel is verdreven en waar men dan nog een enkel uurtje godsdienstonderwijs mag geven voorzover dat gewenst wordt? Vele andere vragen zouden we hierbij nog kunnen stellen. Want

het ziet er inderdaad niet rooskleurig uit op het kerkelijk erf.

Daarom kunnen we de moedeloosheid van sommigen begrijpen. Daarom kunnen we ook verstaan, dat velen zich afvragen of dit nu al maar door kan gaan of het verval der kerk nog niet tot het einde toe is voortgeschreden. Is het geen tijd om ons te bezinnen op de vraag: wat nu?

Wij willen ons echter door de Heere laten leiden. Wij moeten de hand aan de ploeg slaan en niet achterom zien, want dan zijn we niet bekwaam tot het Koninkrijk Gods. Als we letten op alles wat we rondom ons zien, dan is er veel duisternis en weinig licht. Maar wanneer we naar Boven zien, dan is er veel, zeer veel licht. En nu kan het wezen, dat we als kerk nog door dikke duisternis heen moeten. We zullen ons kruis op ons moeten nemen en stil voortgaan. Laten we het juk toch niet eigenwillig afwerpen. Wanneer het juk maar gevoeld wordt als mede om onze zonden en ongerechtigheden, wegens ons gebrek aan geloof en liefde en ijver.

Moeilijk is onze plaats in de Hervormde Kerk van vandaag, moeilijk is de positie van de hervormd gereformeerden op de erve der vaderen. Maar wij willen die erve der vaderen niet overgeven, wij willen op die erve der vaderen onze roeping blijven vervullen, omdat we ons hervormd gevoelen, omdat we ons voor 100 % hervormd gevoelen, omdat we de belijdenis van die Hervormde Kerk liefhebben, omdat we Gods heilig Woord liefhebben. Maar wanneer we dan onze legitieme plaats als zonen der hervorming, als geestelijke zonen van de grote hervormers, willen blijven innemen op de erve der vaderen, dan zullen we ons moeten voorbereiden op een geweldige geestelijke strijd. Dat het in die strijd dan niet ons begeren zij, dat wij het winnen. Het moet er om gaan, dat de Heere het wint. En dan kan het wel eens wezen, dat de Heere zegt: Ik zal voor ulieden strijden en gij zult stil zijn.

En als de Heere gaat strijden dan kunnen er wondere dingen gebeuren.

Wanneer de Heere gaat strijden dan kunnen we machtige daden zien.

Wanneer de Heere gaat strijden dan kunnen wij gerust stil zijn.

Dat onze verwachting dan zij van de Heere der heirscharen, die hemel en aarde geschapen heeft.

Dat onze verwachting zij van de Koning der koningen, Christus Jezus.

Dat onze verwachting zij, van de Heilige Geest, die zijn Kerk in alle waarheid leidt.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 december 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

BEZINNING

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 december 1955

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's