Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

CORRESPONDENTIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

CORRESPONDENTIE

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

M. de L. te R. De heksenvervolging is een donker hoofdstuk in de geschiedenis van de Europese beschaving. Het geloof aan heksen is al heel oud en van heidense oorsprong. Men verstond onder een heks een meestal oudere en in de toverkunst bedreven vrouw, die uit loutere kwaadaardigheid andere mensen onheil berokkent. De heksen werden ook in staat geacht tot contacten met geesten. Denk maar aan de geschiedenis van de tovenares van Endor, bij w r ie koning Saul aanklopte om raad (1 Samuël 28). In 1484 werd door de paus een bul uitgevaardigd, waarin de uitroeiing der zg. heksen werd aanbevolen. Gedurende twee eeuwen heeft men toen deze ongelukkige vrouwen vervolgd, gemarteld en gedood. Door folteringen werden de arme schepsels gedwongen te bekennen en medeplichtigen aan te geven. Het was zeer gevaarlijk om zijn stem tegen deze misbruiken te verheffen, want men werd dan zelf een verdacht persoon, die met de duivel in contact stond. Soms werden heksen gewogen om daarmee te bewijzen dat zij heks waren. In Oudewater was zo'n Heksenwaag. De meeste vrouwen, die van hekserij verdacht waren, kregen daar echter vrijspraak en uit vele landen kwamen de vrouwen, die onder verdenking stonden, naar Oudewater om zich te laten wegen en daardoor zichzelf een vrijbrief van hekseij te verschaffen. Daardoor heeft Holland wel een gunstige uitzondering gevormd in de zaak van de heksenvervolgingen, die in andere landen soms honderden slachtoffers hebben gemaakt. Het is inderdaad waar, dat behalve de roomse kerk ook de reformatie schuld treft. De reformatoren hebben zich ook niet krachtig genoeg verzet tegen de heksenvervolgingen, waarin men meende de duivel te bestrijden.

Nu hebt u mij het knipsel toegestuurd uit een krant, waarin een artikel verscheen over de heksenvervolgingen. In dat artikel staat, dat op aandrang van Calvijn te Genève in 1545 meer dan 30 heksen werden verbrand. Nu kunnen we dit in zijn algemeenheid inderdaad niet tegenspreken. Wij kunnen ons niet voorstellen dat men tot zulke wreedheden is gekomen tegenover vrouwen en in het heksenproces van Genève ook wel mannen, die beschuldigd worden van tovenarij en hekseij. En we kunnen ons ook niet voorstellen, dat de kerk in die vervolgingen is voorgegaan en heeft aangedrongen op berechting van de verdachte mensen. En we kunnen ons wel helemaal niet voorstellen, dat Calvijn mede schuldig staat aan deze vervolgingen. Maar hij was in dit opzicht kind en slachtoffer van zijn tijd. In Genève gold toen het gruwelijke en onmenselijke strafrecht, dat in de meeste landen en steden van die tijd werd toegepast, waarbij de folterwerktuigen niet ontbraken om tot een bekentenis te dwingen en waarbij men op een afschuwelijke wijze ter dood gebracht werd, als men schuldig was bevonden. Calvijn heeft inderdaad aangedrongen op gestreng optreden tegen de „heksen en tovenaars", die volgens hem uitgeroeid moesten worden. Niet dat Calvijn zo'n bijzonder wreed man was, maar hij meende hierin de ere Gods te zoeken. Hij grondde dit optreden op teksten als Exodus 22 : 18: De tovenares zult ge niet laten leven..." In zijn commentaar zegt hij bij deze tekst: Deze plaats eist de doodstraf voor tovenaressen. Hieronder verstaat Mozes vrouwen, die zich met magische, geheime kunst afgeven, om door bezwering schade te stichten of ook om van de satan openbaringen te ontvangen." Calvijn meent dat tovenaars en waarzeggers ter dood gebracht moeten worden. Op grond daarvan heeft hij ook'in het grote heksenproces dat in 1545 te Genève is gevoerd, ingegrepen in deze zin, dat hij aandrong op vervolging en berechting van alle verdachte personen", opdat zodanig ras in genoemd gebied zou worden uitgeroeid". U kunt dit alles veel breedvoeriger lezen in het onlangs verschenen boek van dr. N. J. Hommes: Misère en grootheid van Calvijn", dat ons een beeld geeft van deze grote reformator zoals hij werkelijk was ook als kind van zijn tijd. Misschien vinden onze lezers het erg, dat het beeld van Calvijn, dat zij zich hebben ontworpen, hierdoor wat lelijke krassen krijgt, maar de feiten liggen zo. We kunnen het alleen maar betreuren, dat men in die tijd meende deze ongelukkige mensen, waaronder waarschijnlijk ook wel misdadigers zijn geweest, te moeten vervolgen om hun zogenaamde hekserij. En we moeten het nog meer betreuren dat de reformatorische kerk van die dagen ook niet meer inzicht had in het Woord Gods, dat zelfs een Calvijn een Godewelgevallig werk ziet in de uitroeiing van de „heksen".

Redactie.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 maart 1960

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

CORRESPONDENTIE

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 maart 1960

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's