Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vraag en antwoord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vraag en antwoord

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vraag: Zou u mij een nadere verklaring kunnen geven van Openbaring 6 : 2?

Antwoord: In Openbaring 6 is eigenlijk sprake van vier paarden, want eerst wordt het witte paard genoemd en dan het rode paard, het zwarte paard en het vale paard. En elk van die paarden komt opdraven wanneer een zegel verbroken wordt van het boek, waarover in Openbaring 5 gesproken wordt. Dat boek bevat de raad Gods, het testament Gods. Daar staat in geschreven wat de kinderen Gods zullen erven. Maar voordat die erfenis hun deel wordt moeten ze nog door veel nood en veel verdrukking heen. Dat testament is nog gesloten als Johannes het ziet. Het moet geopend worden en de inhoud ervan moet verwerkelijkt worden. En wie zal dat doen? Wie zal het testament Gods uitvoeren? Wie zal de erfenis de heiligen doen toekomen? Wel, dat zal Christus zijn, het Lam Gods. Daarom zingt men ook in de hemel: , , Gij zijt waardig dat boek te nemen en zijn zegelen te openen, want Gij zijt geslacht en hebt ons Gode gekocht met uw bloed uit alle geslacht en taal en volk en natie." En wanneer Christus dan de eerste vier zegels verbreekt ziet hij eerst dat witte paard opkomen, dan het rode, daarna het zwarte en tenslotte het vale paard. Dat witte paard gaat echter voorop. „Overwinnende en opdat Hij overwon", zo staat er van zijn ruiter geschreven. Dat mag wel zo gesteld worden, want de andere drie paarden brengen een geweldige verwoesting op de aarde. Eerst het rode paard, waarop een ruiter zit met een zwaard. Het is het oorlogspaard, dat door deze wereld draaft. Het heeft wel eens een beetje rust, maar verder draaft het toch maar over de aarde, terwijl het dood en verderf zaait. Daarop volgt het zwarte paard en zijn ruiter heeft een weegschaal in de hand. Het voedsel is schaars en duur geworden. Het wordt in kleine hoeveelheden afgemeten en verdeeld. De oorlog brengt immers altijd de honger met zich mee. Het voedsel wordt verdeeld. Denk maar aan de bonnentijd. En de armën zullen het 't moeilijkst hebben, want het eten zal erg duur worden. En dan komt de derde ruiter met een vaal paard. Die ruiter is de dood. En het dier brengt een mengeling van plagen mee, en een vierde deel van de aarde komt in de macht van de dood.

Is het wonder dat de vraag bij ons opkomt wanneer we dat rode, zwarte en vale paard over de aarde zien draven: waar leven we eigenlijk voor, wat voor zin heeft het leven als drie zulke paarden op de aarde zijn en daar blijven? Wel, de zin en de bedoeling van ons leven is dat we ons door die ruiter op het witte paard laten overwinnen. Dat paard gaat tenslotte vooraan: „En ik zag en ziet een wit paard en Die daarop zat had een boog en Hem is een kroon gegeven en Hij ging uit overwinnende en opdat Hij overwon."

Het is de triumferende Christus, die rijdt op het witte paard. Dat witte paard is het zinnebeeld van Gods Woord. Het evangelie draagt Christus overal heen

waar Hij wil. Er zijn drie verwoestende paarden op de aarde, maar het witte paard is er gelukkig ook. En dat paard is een strijdpaard om ons te overwinnen. Daarom heeft Christus de boog in de hand. En de pijlen van het evangelie zijn bestemd om ons dodelijk te verwonden, opdat we bij Hem hulp en redding zullen zoeken. Onze kanttekenaren bij de Statenvertaling zien in die boog een beeld van de Heilige Geest. Het paard alleen doet het niet. De pijlen van de boog moeten er aan te pas komen. Woord en Geest moeten samengaan, want zonder paard, zonder het Woord Gods, gaat het ook niet. We moeten getroffen worden door de pijlen van wet en genade. Zo gaat Christus door de wereld heen op het witte paard van Zijn Woord, overwinnende en opdat Hij overwon.

Maar nu wordt er in deze tekst ook gesproken van een kroon. Men was oudtijds gewoon een overwinnend veldheer te tooien met een krans. Maar Christus draagt die krans of kroon reeds als Hij uittrekt op dat witte paard. Hij zal immers overwinnen. Er is in deze wereld veel dat daartegen pleit, maar Hij draagt toch reeds de kroon. Hij zal de overwinning behalen en Zijn volk in Zijn koninkrijk brengen. En de pijlen van de boog vliegen soms ver. Christus en Zijn evangelie ontmoeten veel tegenstand, maar alle vijandschap wordt overwonnen als Hij die pijlen afschiet. Denk maar aan de vervolgende Saulus. Eén pijl van die boog op de weg naar Damaskus was genoeg om hem te overwinnen. En zover kan een zondaar niet afgedwaald zijn en zo diep kan een goddeloze niet in de schuld steken of hij is nog in het bereik van die machtige schutter. Dat blijft voor al Gods kinderen het wonder, dat zij geraakt zijn. Christus overwint ook de drie andere paarden. , , De bergen zullen vrede dragen, de heuvels heilig recht; Hij zal hen vrolijk op doen dagen, het heil hen

toegezegd."

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 25 december 1972

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Vraag en antwoord

Bekijk de hele uitgave van maandag 25 december 1972

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's