Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ernstige kritiek op de proeve van belijden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ernstige kritiek op de proeve van belijden

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eén ding is duidelijk geworden in de jongste vergadering van de hervormde synode: de gereformeerden zullen niet gemakkelijk samen-op-weg gaan met de hervormd gereformeerden. Een duidelijk geïrriteerde professor Herman Ridderbos verklaarde immers, dat hij in elk geval niet met drs. K. Exalto op weg wilde gaan, van wie een artikel onder de synodeleden circuleerde, waarin deze ernstige bezwaren ontvouwde tegen een „mogelijke weg tot een nieuw belijden", zoals deze door de gereformeerde synode eenparig was aangenomen, een stuk dat door de professoren Berkouwer en Ridderbos was opgesteld. Dit stuk lag nu ook op de tafel in de februari-zitting van de hervormde synode. Maar het heeft zoveel kritiek uitgelokt, dat velen van mening waren dat het beter geweest zou zijn dat het niet door de hervormden besproken zou zijn. In elk geval was het duidelijk dat door deze bespreking weer een nieuwe kloof ontstaan was tussen hervormden en gereformeerden, waardoor 't samenop-weg zijn toch weer twijfelachtiger is geworden. De kritiek kwam van rechts en van links.

Later verklaarde prof. Ridderbos dat het stuk de „Joden niet joods genoeg en de heidenen niet heidens genoeg bleek te zijn", een opmerking die wat ontspanning bracht in de zeer geladen sfeer die ontstaan was en waardoor verschillende gereformeerden, die in de synodevergadering aanwezig waren duidelijk „aangeslagen" waren. Er was niet veel over van de sfeer van de gemeenschap-pelijke vergadering van de hervormde en gereformeerde synode, die vorig jaar gehouden is en waar het besluit viel om verder „samenop-weg" te gaan, en daarbij de weg van de geleidelijke integratie in te slaan, waarbij de beide synodes gemeenschappelijk zouden samenkomen op gezette tijden en één vergadering, één synode zouden vormen als men zo samen was. Dat heeft de gereformeerde synode echter reeds enkele weken geleden afgewezen. En er was in de hervormde synode reeds een duidelijke irritatie op te merken over dit besluit, toen de afgezwakte voorstellen over samenwerking daar behandeld werden. Onmiddellijk daarop volgde de proeve van belijden als agendapunt. Prof. Berkouwer en prof. Ridderbos hebben uiteengezet, dat dit stuk geboren was uit de verdeeldheid die in de gereformeerde kerken openbaar gekomen was. En men was dankbaar en blij dat de gereformeerde synode zich in dit stuk eenparig had kunnen vinden. In de wandelgangen hadden we echter reeds horen zeggen van de éne kant, dat we hier te maken hadden met een „typisch stuk van het midden", zoals we die ook in onze kerk zo veelvuldig hebben leren kennen, met wat verzoenende uitspraken naar rechts en links, in elk geval een stuk waaraan niemand zich zou kunnen stoten, maar dat ook niet precies en duidelijk zegt waar men nu aan toe is. Aan de andere zijde vond men dit stuk weer zo typisch conservatief en zozeer gebonden aan de voorbijgegane tijd, dat men zich er helemaal niet in kon vinden.

Zo verliep ook de bespreking in de vergadering van de synode zelf. Duidelijk brachten ds. P. J. Droogers van Wilnis en ds. G. Broere van 't Harde hun bezwaren naar voren. In deze „proeve" werd de kracht van het „Getuigenis" gemist, dat zich duidelijk aansloot bij de reformatorische belijdenisgeschriften van onze kerk, maar dat ook tegen de moderne stromingen van horizontalisme en neo-marxisme duidelijk stelling nam. Ten aanzien van de Schriftbeschouwing die in dit stuk naar voren komt was er geen voldoende duidelijkheid en het Schriftgeloof van de gereformeerde belijdenis vond men er te weinig in terug.

Van de linkervleugel van de kerk kwam ook veel kritiek. Men vond het een „tijdloos stuk", het ging niet in op de vragen van deze tijd. Een belijdenis moet eigenlijk ontstaan wanneer er dwalingen in de kerk opkomen en daar vindt men in dit stuk niets van. Het klopt allemaal als een bus, maar het is een dood stuk. En men vroeg zich af wat de classicale vergaderingen met deze „proeve" zouden moeten aanvangen.

Prof. Ridderbos vertelde iets over het ontstaan van dit stuk. Hij erkende dat er velen in de gereformeerde kerken zijn die wat moeite hebben met de oude belijdenisgeschriften. Wel moet men deze nog ondertekenen wanneer men ambtsdrager wordt, maar men begrijpt het niet zo goed meer. De gereformeerde synode wil wel vasthouden aan de oude belijdenisgeschriften, maar hier heeft men een poging gedaan om die oude belijdenis duidelijker onder woorden te brengen. Daarom moet men in dit stuk geen vervanging zien van de oude gereformeerde be-

lijdenis. Maar men moet het meer zien als ..een staf om mee te gaan" voor hen die wat moeite hebben met de oude staf.

Fel was prof. Ridderbos ten aanzien van het stuk van drs. K. Exalto, zoals we hierboven reeds hebben opgemerkt. Nu had deze ook zeer ernstige kritiek ingebracht: Is deze nieuwe belijdenis gereformeerd? Dat is de eerste vraag die wij willen stellen, en naar wij menen is het een vraag die legitiem is. De Proeve is behandeld op synoden van kerken die zich gereformeerd of hervormd noemen. Men zal zich daar toch hopelijk niet voor schamen. Maar het legt in elk geval een verplichting op. In een gereformeerde qf hervormde kerk hebben geen andere dan gereformeerde belijdenissen recht van bestaan.

Nu heeft de gereformeerde religie en hebben derhalve de gereformeerde belijdenissen altijd een paar kenmerkende trekken gehad. Wij denken aan de leer der dubbele predestinatie: verkiezing èn verwerping, beide van eeuwigheid; wij denken ook aan de leer vari de totale onmacht van de zondaar tot het goede, wat men wel noemt zijn dood zijn in zonden en misdaden; wij denken aan het geloof in het werk van de H. Geest, die als Enige bij machte is een zondaar tot Christus en tot het heil te brengen; wij denken aan het erkennen en beleven van het volstrekte goddelijke gezag van het Woord Gods, gegeven in de H. Schrift, die door de Geest geïnspireerd is. Wij denken ook aan de leer van de verzoening door voldoening. Christus heeft, volgens alle gereformeerde belijdenissen, de toorn Gods tegen de zonde gedragen, de schuld der Zijnen verzoend, een schuld die al dateert vanaf het paradijs.

Geen belijdenis kan zich als gereformeerd aandienen die deze zaken niet duidelijk en onomwonden uitspreekt. Dan is er een 4nder verstaan van het Evangelie in het geding. Alleen al door het erover zwijgen.

Welnu, leg de nieuwe Proeve hier eens naast. Op zijn best genomen hier en daar een vage aanduiding in de richting van het zojuist genoemde; in de meeste gevallen een totaal zwijgen erover.

Is er dan soms in deze Proeve een zich keren tegen bepaalde moderne dwalingen? Ook dat niet! Als zodanig staat het ver beneden het Getuigenis. De nood van de kerk is in dit stuk volkomen afwezig. Is de nood van de wereld er dan in aanwezig? Ternauwernood! Ik kan me levendig voorstellen, dat een stuk als dit de revolutie-theologen wel smaakt, omdat zij er ruimte door krijgen om binnen de kerk zelf voort te gaan op de door hen ingeslagen weg, maar dat zij aan de andere kant de waarde van het stuk voor nihil houden, omdat zij zelf al veel verder zijn. Het is een typisch midden-orthodox stuk, een doorgangspoort naar een vrijzinniger stuk. Het vertegenwoordigt niet de theologie van Kuitert en van Wiersinga, maar het geeft hen wel ruimte en het schept de mogelijkheid dat er nog veel meer Kuitert's en Wiersinga's in de kerk komen; het schept er een kweekplaats voor.

Is er continuïteit in deze belijdenis? Ja, maar niet met de klassiek gereformeerde belijdenissen; eerder met het universalisme van de remonstranten. Al wat zelfs maar in de verte zweemt naar het particuliere van het heil, is volkomen afwezig. Ik kan dan ook niet anders dan deze belijdenis volkomen ón-gereformeerd noemen.

En aan het slot van dit artikel lezen we: „Een dergelijke proeve kunnen we onmogelijk als Belijdenis aanvaarden. Het zou niets minder dan verloochening zijn van wat de kerk. op grond van het haar toebetrouwde Woord Gods, door Zijn genade en Geest, in het verleden heeft mogen belijden en wat zij nog dient te belijden."

Het gesprek in de svnode liep uit op één grote verwarring. Aan de ene kant was men er wat verlegen mee dat de gereformeerde gasten al deze kritiek moesten aanhoren, aan de andere kant werd wel gezegd dat dit nu „typisch hervormd" was dat men openlijk zei wat men dacht, al kwam dat misschien wel wat hard aan. Maar men wist er toch eigenlijk niet goed raad meer mee. Sommigen meenden dat ze niet mochten zeggen wat ze meenden te moeten zeggen, anderen waren van mening dat het beter was verder over dit stuk maar te zwijgen. De vrijzinnige ds. Scholten meende dat hier twee systemen van belijden op elkaar botsten. Maar prof. Berkouwer zei terecht dat het eigenlijk drie systemen zijn. Hij zag ook nog die groep mensen die „het om de waarheid ging". Deze mensen vond men ook in de gereformeerde kerken. Zo komt de driedeling weer openbaar: gereformeerden die aan de reformatorische belijdenis willen vasthouden, de midden-orthodoxen en de vrijzinnigen. En wat de hervormde synode betreft, het is waar wat prof. Ridderbos opmerkte: dit stuk is de gereformeerden in de hervormde kerk niet gereformeerd genoeg en de linkervleugel niet links genoeg. Het is teleurstellend dat dit

gezegd moet worden. Hoewel prof. Ridderbos de linkervleugel wel voorhield: Wanneer u samen-op-weg wilt gaan zult u er toch rekening mee moeten houden dat de gereformeerden in elk geval op de wijze van de „proeve" de band met de gereformeerde belijdenis willen bewaren.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 maart 1974

Gereformeerd Weekblad | 1 Pagina's

Ernstige kritiek op de proeve van belijden

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 maart 1974

Gereformeerd Weekblad | 1 Pagina's