Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Statenvertaling

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Statenvertaling

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder ons hervormd gereformeerde volk is de Statenvertaling nog zeer geliefd, ook al is ze dit jaar al driehonderdveertig jaar oud. Het geheim daarvan vonden we vertolkt in een boek dat onlangs verschenen is bij de uitgeverij Ton Bolland te Amsterdam als herdruk van de eerste uitgave die in 1937 verschenen is toen de Statenvertaling driehonderd jaar daarvoor voor het eerst gedrukt was. Daarin zegt Prof. dr. Joh. de Groot in een bijdrage over „De Statenvertaling van het Oude Testament als wetenschappelijk werk" aan het slot:

„Maar hoeveel lof men in litterair en wetenschappelijk opzicht aan de Statenvertaling wil toezwaaien, zij zou nog niet in den vollen zin des woords een goede vertaling zijn, indien zij niet voldeed aan een anderen cardinalen eisch: als ze niet het werk was van menschen, congeniaal met den tekst dien ze moesten vertalen.

Geen vertaling is zonder eenzijdigheden, den tijd van ontstaan eigen; elke vertaling is immers tot op zekere hoogte verklaring — en wel verklaring door den vertaler, die nooit zonder eenzijdigheden kan zijn. Zoo verraadt de beroemde Grieksche vertaling op schier elke bladzijde het Hellenistisch denken der Alexandrijnsche geleerden, die haar vervaardigden. En spreekt de Leidsche vertaling niet een duidelijke taal in zake de bijbelopvatting der in wetenschappelijk opzicht zoo bekwame mannen, wier namen op haar titelblad prijken?

Zoo mag men zich erover verblijden — zonder recht tot kritiek van welke zijde ook — dat de Statenvertaling het vurige stempel draagt van de sterke, geloovige persoonlijkheden der vertalers. Naar het wijze oordeel van den praeses der Dordtsche Synode moesten zij mannen zijn, ervaren in talen en theologie, maar tevens vroom en heilig van leven pia et sancta vita). Hij besefte dat het geheim van een waarlijk goede vertaling, vooral waar het den Bijbel geldt, voor een groot deel ligt in de geestelijke hoedanigheden van de vertolkers.

In elk opzicht is de Statenvertaling er eene van groote allure. Maar dat zij tot op den dag van heden in de lange rij van Nederlandsche vertalingen nog mag zijn wat de adelaar is onder de vogels: facile princeps, dat heeft zij niet alleen en hoofdzakelijk te danken aan de wetenschappelijke kwaliteiten van Bogerman en zijne medewerkers — hoe hoog die overigens moeten worden aangeslagen — noch aan hunne onbetwistbare litteraire gaven, doch bovenal aan den diepen eerbied, dien zij hebben getoond voor het mysterium magnum van het boek, dat aan hun zorgen was toevertrouwd. Zij waren allen mannen, die den God van het Oude Testament kenden en liefhadden. Door zulke vertalers, kundig en vroom, zal aan den inhoud van den tekst geen geweld worden aangedaan, maar wordt de overzetting van de Heilige Schrift inderdaad gemaakt tot wat ze tot op zekere hoogte altijd dient te zijn: een boek, waaruit dezelfde Geest spreekt als uit de oorspronkelijke bladen."

Inderdaad, zo wordt het ook aangevoeld door hen die de Statenvertaling liefhebben en zo wordt het ook ervaren wanneer we de Bijbel in die vertaling lezen. Trouwens aan het slot van de bijdrage van Prof. dr. J. de Zwaan over „De wetenschappelijke waarde der Statenvertaling" lezen we iets dergelijks:

„Al kan het hier ter plaatse dan niet worden toegelicht en aangetoond, willen we echter niet besluiten zonder iets uit te spreken, dat nog meer zegt dan al het vorige. Wie de Statenvertaling nauwkeurig bestudeert zal m.1. moeten beseffen, dat dit werk verricht is als een getuigenis van ootmoedig en sterk geloof. Het wekt eerbied op door de eerbied waarmee het is geschapen."

En om er nog een derde getuige bij te nemen, Prof. dr. F. W. Grosheide, die een bijdrage levert over „De theologie van de Statenvertalers", zegt heel openhartig:

„Het behoeft niemand eenige moeite te kosten om in de kantteekeningen de geheele Gereformeerde dogmatiek te vinden. Wie naleest wat er bij de brieven is aangeteekend, heeft daar reeds de bewijzen voor het grijpen. We hebben de vraag trachten te beantwoorden, welk was het theologisch standpunt van de Statenvertaling blijkens hun vertaling. De vraag is niet moeilijk te beantwoorden. Zowel op grond van hetgeen aan de Statenvertaling is voorafgegaan als wat we in de vertaling en met name in de kantteekeningen vinden, moet het antwoord luiden: De Statenvertalers waren gereformeerde theologen."

Waarom heeft men in de hervormd of gereformeerde kerk van de dagen rondom de Dordtse Synode van 1618/19 zoveel werk

gemaakt van de vertaling van de Bijbel en waarom heeft men er zoveel moeite en kosten aan besteed om tot die Statenvertaling te komen? Waren er dan geen Bijbels in de Nederlandse taal? Zeker, maar dat waren geen Bijbels die uit de oorspronkelijke talen vertaald waren doch waarbij gebruik gemaakt was van andere vertalingen die reeds in verschillende talen bestonden. Vandaar dat er ook verschillende fouten en vergissingen binnengeslopen waren in die vertalingen. De voorzitter van de synode sprak zelfs van de toenmalige Bijbel in het Nederlands die „wemelde van fouten en vlekken". We kunnen dan ook alleen maar dankbaar zijn dat het algemene inzicht was dat er een nieuwe vertaling moest komen opdat men de Bijbel zou kunnen lezen in een zuivere overzetting, temeer daar toen lang niet alle predikanten in staat waren de Bijbel in de oorspronkelijke talen te lezen en van daaruit te vertalen. Slechts een enkele remonstrantse predikant was van mening dat men helemaal geen nieuwe vertaling nodig had. Maar men kan begrijpen dat dit voortkwam uit kwalijke kerkpolitieke overwegingen, daar hij vreesde dat door een zuivere Bijbelvertaling de leer van de remonstranten nog meer en duidelijker als onschriftuurlijk aan de kaak zou worden gesteld.

Prof. Dr. D. Nauta heeft in het bovengenoemde bock over De Statenvertaling een boeiende bijdrage geleverd over „Geschiedenis van het ontstaan der Statenvertaling". Wanneer hij gekomen is aan het einde van zijn artikel, dan zegt hij:

„Zoo is de lang-gekoesterde begeerte der kerken in vervulling getreden, en de moeizame arbeid der vertalers en overzieners met een gezegend resultaat bekroond. Door Gods goedheid mocht thans dit geweldige werk in het openbaar worden gebracht; nu zou aan den dag treden wat Revius in 1633 aan zijn ambtgenoot Sibelius had verzekerd: „dit werk is te heilig dan dat het iets zoude behoeven te duchten van de knabbelarijen van afgunstige kleine zielen."

De Staten-vertaling verscheen als een monument, dat de eeuwen zou verduren. Zij zou aan geslacht na geslacht de verrassende gelegenheid geven te ontmoeten den eeuwigen God, sprekende in de Nederlandsche taal."

Inderdaad, met de Statenvertaling is een uitgave van de Bijbel gegeven in onze taal, die niet alleen een monument genoemd kan worden, zoals nooit enige vertaling van de Bijbel in het Nederlands is geweest, maar we hebben hier te maken met een heilig boek, een boek van Gods openbaring, waarin we de Heere God mogen ontmoeten in Zijn Woord. En hoe machtig dat Woord is en met welk een kracht dit Woord spreekt en met welk een overmacht dit Woord tot ons komt, wordt ervaren door ieder die door de Heilige Geest geleid wordt en die in de weg van dat Woord gevoerd wordt. Wc willen nimmer vergeten dat ook de Statenvertaling een vertaling is uit de oorspronkelijke talen, zodat we niet moeten menen dat we hier te maken hebben met de Bijbel, zoals de Bijbelschrijvers, geleid en geïnspireerd door de Heilige Geest, Gods Woord rechtsstreeks hebben geschreven. Maar we hebben hier wel te maken met een vertaling die met veel eerbied voor Gods Woord en met grote wetenschappelijke kennis van de oorspronkelijke talen is overgezet in onze taal door godvruchtige mannen, die zich ook in hun hele leven wilden laten leiden door Gods Woord. Anders dan vele nieuwere vertalingen die tot stand gekomen zijn mede door medewerking van vertalers, die juist die liefde en die godsvrucht misten.

In het boek over De Statenvertaling vinden we nog verschillende andere bijdragen, die we hier niet allemaal zullen opnoemen Maar er is nog een zeer interessant artikel in te vinden van dr. C. C. de Bruin over „Invoering en ontvangst van de Statenvertaling". Er is vooral onder het eenvoudige kerkvolk eerst nogal wat verzet geweest tegen het feit dat de oude vertaling van toen eigenlijk terzijde werd gesteld. Dr. de Bruin zegt ervan:

„Van welken aard was dat lijdelijk verzet? Opgegroeid als wij zijn bij een Statenbijbel, dien wij liefhebben als bron van troost en tegelijkertijd vereeren als Bock van eerbicdwaardigen ouderdom, dat onzen voorvaderen drie eeuwen lang dezelfde woorden des heils heeft gesproken als ons, valt het moeilijk ons in te denken, dat de Statenbijbel eenmaal een „nieuwigheid" is geweest, een „moderne" vertaling. Meer dan honderd jaar immers hadden de Hervormden in de Nederlanden het Woord Gods in andere vertalingen leren liefhebben, en nu kwamen de predikanten de nuttigheid en noodzakelijkheid van een nieuwe overzetting betoogen. De eenvoudigen vroegen zich af,

of de oude bijbel dan niet alles inhield, wat voor de zaligheid van noode is, en of men dan al die tijd een valschen bijbel had gehad. Met eenigen wantrouwenden argwaan werd de „publieke" overzetting door zulke lieden bejegend. Een noodelooze nieuwigheid zagen zij erin, waaruit meer kwaads dan goeds zou voorkomen. Op het terrein van den godsdienst leven eenmaal aangenomen gewoonten taai voort, ook wanneer het er om gaat een goede bijbelvertaling te vervangen door een betere. Een dergelijke tegenstand nu hadden de predikanten te overwinnen. Zij waren, evenals de Heeren Staten, er op voorbereid en. gingen daarom, waar het noodig was, met bedachtzaamheid te werk."

Maar juist door die bedachtzaamheid is het eenvoudige kerkvolk ook ervan overtuigd geraakt, toen men eenmaal de Statenvertaling in handen had gekregen, dat hiermee een groots werk was verricht voor het Koninkrijk God. Het heeft werkelijk niet zo lang geduurd dat men deze vertaling van de Bijbel van harte liefkreeg. Het was inderdaad een monumentaal werk dat de Statenvertalers hebben verricht. En dat wordt in dit bock van verschillende kanten belicht. Wanneer we de verschillende bijdragen lezen waarin de lof bezongen wordt van de Statenvertaling, dan is er eigenlijk slechts één ding dat jammer is. De eerste druk verscheen in 1937. En de taal en de stijl en de spelling van een taal verandert toch wel snel. Dat kunnen we goed merken wanneer we na veertig jaar deze ongewijzigde herdruk onder ogen krijgen. Maar niettegenstaande dit feit, bevelen we dit boek over de Statenvertaling zeer hartelijk bij u aan, de Statenvertaling die de eeuwen heeft verduurd. En we besluiten dit artikel met een aardige bijzonderheid uit dit boek:

, , En ook bij onze Protestantsche stamverwanten, die sinds de 17de eeuw om verschillende redenen zich in Noord-Amerika gevestigd hebben, is de Statenbijbel nog in eere, ook in families, die geleidelijk zijn losgeweekt van het stamland en wat taal en gewoonten betreft, zijn opgegaan in het Amerikaansche volk. Toen Franklin Delano Roosevelt, zoon uit een Hollandsch geslacht, op 20 Januari 1937 bij de tweede inauguratie in zijn ambt van president der Vereenigde Staten ten overstaan van tienduizenden te Washington den eed aflegde, legde hij de hand op den Statenbijbel zijner familie, opengeslagen op I Cor. XIII, treffende belichting van de beteekenis die de arbeid der vertalers tot in verre nageslachten heeft behouden."

Het bovenstaande artikel werd geschreven naar aanleiding van het onlangs verschenen boek: De Statenvertaling. 1637—1937. Uitgave van Uitgeverij Ton Bolland voorheen H. A. van Bottenburg B.V. te Amsterdam. Prijs geb. ƒ 24, 50.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 januari 1978

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De Statenvertaling

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 januari 1978

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's