Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Golgotha

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Golgotha

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs kon men het volgende bericht in de kranten lezen: „Bij herstelwerkzaamheden van de Heilig-Grafkerk is een deel blootgelegd van Golgotha, de plaats waar de Heere Jezus is gekruisigd. De vrijgekomen oostwand van de heuvel is een grauwe ruige rots, die tien meter steil boven de rest uitsteekt. Aan de voet van de rots bevinden zich twee holen, waaraan deze plek waarschijnlijk de naam Golgotha (schedelplaats) ontleent. Binnenkort kunnen de pelgrims de rotswand bezichtigen. Aanraken is er echter niet bij, tussen de rand en de bezoekers komt een stevig traliewerk om te voorkomen dat dc rots binnen de kortste keren bij stukjes en beetjes door souvernirjagers wordt gesloopt. Dat de plaats van d.e terechtstelling niet eerder is verdwenen, is te danken aan het feit dat de Romeinen na de val van Jeruzalem in het jaar 70 de rots gebruikten als voetstuk voor een geweldig Venusbeeld. In 326 bouwde keizer Constantijn een basiliek boven de plek van de kruisiging en het graf van Jezus. De opgravingen onder leiding van dr. Cristof Katsimibinis maken deel uit van een grote opknapbeurt van dc kerk, die ruim tien jaar geleden begon".

Tot zover dit bericht dat ons opnieuw voor de vraag stelt of men in Jeruzalem de plaats van de kruisiging nog kan aanwijzen en of we werkelijk met Golgotha te doen hebben op de plaats die men daarvoor aanwijst. En dan kunnen we wel zeggen dat de argumenten daarvoor steeds sterker zijn geworden en dat nu door archeologen wel als vast woedt aangenomen dat we hier werkelijk te maken hebben met de kruisheuvel Golgotha en met de tuin van Jozef van Arimathea waar de Heere Jezus immers is begraven geworden. Toch is het nog steeds een uitspraak waaraan de wetenschappelijke grond ontbreekt waardoor men zeggen kan: dit is vast en zeker.

Het is niet zo gemakkelijk om precies vast te stellen waar de verschillende gebeurtenissen die in de Bijbel verhaald worden plaatsvonden. Immers in het jaar 70 is de gehele stad verwoest. En de grote vraag is of men zich later bij de herbouw van Jeruzalem wel gehouden heeft aan de oude stadsgrenzen en de stad weer gebouwd heeft binnen de vroegere muren. Dit klemt te meer, daar de plaatsen die men aanwijst als Golgotha en de graftuin nu binnen de muren van het oude Jeruzalem liggen. En het is duidelijk dat in de dagen van de Heere Jezus deze plaatsen buiten de stadsmuren gezocht moesten worden. Vandaar dat men in de vorige eeuw gezocht heeft naar een plaats buiten de stadsmuur. Nog zegt men dat men die plaats gevonden heeft waar nu de zogenaamde graftuin is even buiten de Damaskuspoort van het huidige oude Jeruzalem. Wanneer men in die tuin komt, dan zien we dat ze ligt aan de voet van een rotsachtig gebergte dat inderdaad Golgotha zou kunnen zijn. En wanneer men daar vertoeft dan kan men zich inderdaad in de hof van Jozef van Arimathea wanen, terwijl men vandaar opziet naar Golgotha. In de hof vinden we in de rotsen uitgehouwen ook een graf, meerdere graven zelfs, en men kan zich voorstellen dat zo het graf van de Heere Jezus geweest is. Toch willen de meeste archeologen er niet aan dat dit de plaats geweest zou zijn waar de Heere Jezus gekruisigd en begraven is. Ze houden vast aan de plaats waar nu de Heilige Grafkerk is gebouwd en men meent daarvoor steeds sterker gronden te kunnen aanvoeren, zodat algemeen is aanvaard dat hier inderdaad die plaatsen zijn van de kruisiging en van het graf van de Heere Jezus.

In de Bijbel vinden we geen enkel spoor dat de christenen Golgotha en de hof van Jozef als heilige plaatsen hebben beschouwd die ze met een bijzondere zorg hebben behandeld. Na het Pinksterfeest waarop de Heilige Geest is uitgestort was er toch een christelijke gemeente in Jeruzalem. Maar de Bijbel en de vroegste christelijke bronnen zwijgen over iets dat maar op een „heilige plaats" zou lijken.

Trouwens, er breekt voor Jeruzalem een tijd van veel onheil aan. In het jaar 70 wordt de stad immers door Titus veroverd en voor het grootste deel verwoest. Tot de tijd van keizer Hadrianus volgt dan een tijd van onrust en opstanden; de laatste joodse opstand tegen het romeinse bewind wordt in het jaar 135 neergeslagen. Dan besluit Hadrianus het wonen van Joden in Jeruzalem te verbieden. Hij bouwt dan een nieuwe stad op de puinhopen van 't oude Jeruzalem. Daarbij zijn de puinhopen geëgaliseerd en de stad die al naar het noorden was uitgebreid, krijgt nu ook uitbreidingen naar het zuiden. Vandaar dat Golgotha en de hof van Jozef daardoor binnen de muren van het romeinse Jeruzalem terechtgekomer kunnen zijn. De eerste christelijke keizei Konstantijn had grote belangstelling voo: Jeruzalem. Die belangstelling was vooral ge wekt door zijn moeder Helena. Deze laat he graf van Jezus zoeken. En hoewel er nergen: iets over te lezen is, komt ze toch tot di conclusie dat dit graf gezocht moet wordei op de plaats die men daar tegenwoordig voo aanwijst. Welke redenen zij daarvoor geha< heeft, is moeilijk te zeggen, maar dat he gegronde redenen geweest zijn is wel dui delijk. Opgravingen binnen het tegenwoor dige oude Jeruzalem hebben aangetoond da de plaats waar de Heilige Grafkerk is ge bouwd vroeger buiten de muren van Jeru zalem gelegen moet hebben. Van haar is d volgende uitspraak: „Het is evident dat d traditionele plaatsen van Golgotha en he graf van Jezus autentiek kunnen zijn, ma; niet dat ze autentiek zijn.

Gezegd kan worden, dat toen keizeri Helena vroeg in de vierde eeuw kwam om e kerk te bouwen, de door haar uitgezochl plaats binnen de romeinse stad lag en de/ plek dus voor haar even onwaarschijnlij moet hebben gelegen als voor de toerist va deze tijd. De traditie, die haar ertoe bracl op deze plaats de Heilige Grafkerk te boi wen moet haar dus zeer sterk voorgekome zijn."

Inderdaad, wij zouden de heuvel Golgotl en het graf van de Heere Jezus buiten c stadsmuren zoeken, omdat Hij immers , , bu ten de legerplaats" is gebracht. Maar steei vaster is komen te staan dat deze plaats de dagen van de Heere Jezus inderdaad bu ten de stadsmuur heeft gelegen.

Het is wel een ontroerende gedachte wa; neer men staat op de plaats waar de Hee Jezus gekruisigd is. Om dit goed te kunn< doorvoelen moet men echter wel de og< sluiten. Want de kerk met haar uitbundii versieringen en prachtig bewerkte altari geeft nu niet de indruk dat men hierop ei gerichtsplaats is en bij een graf staat. Ma toch is dit de plaats waar de Heere Jez de zonde van Zijn volk verzoend heeft gedr

gen, waar Hij van God verlaten is geweest opdat wij nimmermeer van Hem verlaten zouden worden, waar Hij het uitgeroepen heeft: Het is volbracht! Het Lam Gods heeft hier de verzoening tot stand gebracht. E11 aan de voet van Golgotha vindt men het graf, dat in de rotsen was uitgehouwen. In de eigenlijke grafkamer kan men slechts door een smal en laag poortje komen, zodat men er alleen bukkend door in kan gaan. Ontroerende gedachte dat hier het lichaam van de Heere Jezus gelegen zou kunnen hebben. Ons hart is eigenlijk te klein voor al de gevoelens die hier op je afkomen. Natuurlijk heeft men allerlei verhalen en legenden geweven om hetgeen hier heeft plaatsgevonden.

Maar 't sterven van Christus en Zijn begrafenis is al heerlijk genoeg voor een arme en verloren zondaar. Daar hoeven geen onwaarschijnlijke verhalen en versieringen bij te komen. Er is trouwens nergens dieper vernedering op te merken dan op de kruisheuvel Golgotha en in het graf van Jozef van Arimathea, waar de Heere Jezus is neergelegd. Hoe soberder de plaats is waar dit alles geschied is, des te meer indruk zal het op ons maken. Daarom laten we het verhaal dat Golgotha de vindplaats is geweest van de schedel van Adam — die bij de dood van Christus enkele ogenblikken tot leven zou gekomen zijn — maar voor wat het is. Ook het verhaal dat keizerin Helena in de nabijheid van het graf het kruis van Christus gevonden zou hebben, verwijzen we ook maar naar het rijk der fabelen. Dat hier bij opgravingen resten van bomengroei gevonden zijn, is een aanwijzing dat hier inderdaad een hof van Jozef geweest kan zijn waarin het graf van de Heiland gelegen heeft. Maar het allergrootste is dat Christus gestorven is voor de zonden van Zijn volk en opgewekt is tot hun rechtvaardigmaking. In de dood van Christus vindt een ieder die in Hem gelooft het leven. Dat zegt ons het Woord dat onder ons verkondigd is.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1978

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Golgotha

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1978

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's