Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ZEGENEND GESCHEIDEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ZEGENEND GESCHEIDEN

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanië, en Zijn handen opheffende zegende Hij hen. En het geschiedde, als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde en werd opgenomen in de hemel. Lukas 24 : 50, 51.

Onderweg naar de hemel

Een klein gezelschap gaat de bekende weg, door de Stefanuspoort uit Jeruzalem naar Bethanië. Maar vóór de weg naar dat kleine dorpje afbuigt, gaan ze het Kedrondal door, de Olijfberg op. En Jezus leidde hen buiten tot aan Bethanië. De Herder is weer in het midden van Zijn schapen. Hij neemt de leiding.

Niet lang geleden betraden zij met zijn twaalven ook dit pad. Toen was het nacht. Gedenk de weg die de Heere u geleid heeft. Als ze op zichzelf zien dan moeten de schapen zich schamen. Daar sliepen zij en hier liepen ze weg. Elke voetstap is nu ook een mijlpaal, een herinnering aan de eeuwige trouw van de grote Herder der schapen. Komt, laat ons voortgaan, kinderen. De lichten van de eeuwige Godsstad wenken. Gedenk de weg. Laat het meer zijn dan een spreuk aan de wand. Het moge een brandmerk zijn in onze ziel.

Hij leidde hen. Niemand leidt Hem nu meer van Zijn doel af. Weer vallen ze de Meester lastig met vragen. Zult Gij nu aan Israël het koninkrijk weder oprichten? Wie leert het ooit af om Jezus voor dc voeten te lopen? Wie zoekt niet een koninkrijk waar hij zelf nog een beetje koning blijven kan? Achter Christus aan te komen vraagt zelfverloochening. Het woord genade moeten we spellend leren ten koste van vlees en bloed. Evenwel verliest u er niets mee, Hij leidde hen.

Daarom antwoordt Jezus minimaal en afdoende. Het komt u niet toe te weten de tijden en gelegenheden, die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft. Het lancet van de hemelse Medicijnmeester snijdt voortdurend in ons vrome vlees.

Jezus is onderweg, naar de top van de Olijfberg. Hogerop! Van het Jeruzalem dat profeten doodde en de Zoon van God aan de kruispaal sloeg, naar het Vaderhuis daar IDEN boven. Daarheen roept Hem de Vader, de hemel wenkt cn blijde legerscharen wachten de Koning der ere. De Heere sterk en geweldig. Deze leiding bergt een geheim. Het leiden buiten Jeruzalem is tevens inleiden in de verborgenheden van het Koninkrijk. De Herder gaat van stap tot stap verder. Hij wil ons leren waar onze wandel is, ons burgerschap. Hemelvaart meldt ons: uw leven is met Christus verborgen bij God. Met Christus landt de kerk ook aan in de hemelse gewesten. Dat maakt ons vreemdeling op aarde en burgers van het Koninkrijk der hemelen. Nog niet thuis en toch bij de Vader als kind in huis. Jeruzalem dat Boven is, ons aller moeder, zegt de apostel. De geboortekamer van de pelgrim is tevens zijn toekomstig vaderland. Eens komt hij daar Thuis. Naar Bethanië.

De weg voert langs Gethsemané. Daar raakte de hemel de aarde in de nacht van het verraad. Daar brandde de gloed van Gods toorn in het hart van Gods geliefde Zoon. De vloek en die vloed deed Hem bloed zweten. Zo duur zijn de schapen gekocht. Nu staat blij met Zijn duurgekochte Bruidsgemeente boven op de Olijfberg, als in het voorportaal van het Vaderhuis. Even verder ligt Golgotha. Maak het één niet los van het ander. Nedergedaald ter helle en daarom is Hij uitermate verhoogd. Ten derde dage opgestaan uit de doden, opgevaren ten hemel. Er is een eenheid in het Borgwerk van Christus. Verstaat ge dat in het geloof? Die nedergedaald is is Dezelfde die opgevaren is. Aan deze hcilsfeiten moet het geloof houvast krijgen. Het behoud van de Kerk ligt er in verankerd. Het geloof kan alleen in de hcilsfeiten voor anker gaan. Anders ben ik een baar der zee gelijk. Op de Olijfberg. Nu ziet Christus op de wereld neer, die door Zijn dood de Zijne is geworden. Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde.

Golgotha: de Balling sterft.

Olijfberg: De Overwinnaar zegeviert en vaart ten hemel op vol eer.

Opgeheven handen

Jezus is met Zijn discipelen op de Olijfberg aangekomen. En Zijn handen opheffende... Wie had dat verwacht? Had Hij niet het recht Zijn vinger dreigend uit te steken, Zijn vuisten te ballen en wraak te zweren aan een „vrome" en goddeloze wereld, die een doornenkroon voor Hem gevlochten had en een kruis voor Hem had opgericht?

En Zijn handen opheffende... sloeg Hij er de hele wereld mee plat. Nee, dat lees ik niet. Komt, verwonderdt u hier, mensen. En Zijn handen opheffende, zegende Hij hen. Hen, dat zijn Zijn schapen, het kleine kuddeke. Hoor, het is Mijns Vaders welbehagen ulieden het koninkrijk te geven. Zijn hart en oog zijn niet uitsluitend naar Boven, naar de Vader gekeerd, maar alvorens Hij gaat scheiden vestigt Hij Zijn ogen op de schapen van Gods weide. Verder en verder reikt Zijn blik. Ik hoor Hem zeggen: En gij zult Mijn getuigen zijn, zo te Jeruzalem als in geheel Judea en tot aan het einde der wereld. Zo heeft de Herder zijn hart op de schapen gezet. Ver weg en dichtbij. Gods liefde laat licht stralen over twee bergen, over Golgotha en over de Olijfberg. Kom, hier is de plaats voor een der liederen Sions. De bergen zullen vrede dragen. De zegen is vrucht van de vloek die op de heuvel Golgotha, de heuvel van het heilig recht en de heuvel der genade is weggedragen.

Vloekwaardigen kan en wil Hij met Zijn zegeningen vervullen. Hier zinken we weg in een zee van zegen, een oceaan van liefde. Op Hemelvaartsdag mag u, als de vloek dreunt in uw verslagen hart, Hem smeken om de vreê. Vervloekten door de wet mogen komen en schuilen onder zegenende handen van Christus, het einde der wet, voor ieder die gelooft. Hoe kunnen kinderhanden de stervende handen van een vader of moeder strelen. Vader, moeder, wat hebben die handen veel voor mij gedaan. Het bloed soms onder hun nagels uitgewerkt, en mogelijk in stilte gevouwen tot gebed om ons behoud. Toch is dat nog maar een zwak beeld om uit te beelden wat Jezus' handen gedaan hebben. Ze hebben kinderen gezegend en doen dat nog. Ze hebben melaatsen aangeraakt, blinde ogen geopend, doden opgewekt. Hij heeft ze laten doorboren aan het

kruis. Deze handen, met de tekenen der nagelen, ze hebben de ganse zaligheid verdiend. Ze spreken de taal van eeuwige zondaarsliefde. Het zijn vleugels om er onder te schuilen. Ze reiken het brood des levens aan hongerigen en de beker der verlossing aan allen die dorsten naar gerechtigheid. Opgeheven, zegenende handen van Christus. Ze nodigen u om alles uit handen te geven. Waarom weegt gij geld uit voor hetgeen geen brood is en uw arbeid voor hetgeen niet verzadigen kan? Waarom houdt u met beide handen de wereld nog vast, de zonde, uw geld en goed, uw vroomheid misschien, uw eigengerechtigheid? Uw verloren zaak is bij Christus in goede handen, Hij weet profetisch te leiden, koninklijk te beschermen. Maar bij zegenende handen denken we vooral aan de hogepriester. Jezus komt vandaag uit het heiligdom van Zijn lijden en betoont Zich Hogepriester van het huis Gods. Daar heft Hij Zijn handen op en zegent. Zijn hand is gevuld met de volkomen kruisverdiensten. Ze staan niet alleen open naar dc kant van Zijn jongeren, maar naar jong èn oud, naar héél de wereld. Let op Zijn handen. Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop!

Het afscheid

En het geschiedde als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde. Als Hij hen zegende. Dat wil zeggen: onder het zegenen door. Hij blijft zegenen onder het scheiden door. Zo is de scheiding geen breuk, geen afscheid voorgoed, maar in de diepste zin een bezig blijven, een met-u-blijven. Want met Zijn genade, majesteit en Geest wijkt Hij nimmermeer van ons. Nu onze Hogepriester in de hemel is, leeft Plij om voor Zijn volk te bidden. En juist in de momenten dat u zich verlaten voelt, en juist als de genade zo ver weg kan schijnen, mogelijk op het moment dat u deze regels leest, dan mogen we moed houden en troost putten en Hem voor ogen houden, Die soms wel uit het oog is, maar ncoit uit het hart. Hij zegent met nabijheid, Hij zegent in afwezigheid. Zo doet Hij nog. Kinderkens, indien wij gezondigd hebben, wij hebben een Voorspraak bij de Vader, we hebben een biddende, een zegenende, een dankende Hogepriester. We hebben er één die volkomen kan zalig maken degenen die door Hem tot God gaan. We hebben een zegevierende Koning, Die het regiment over de wereld voert. Ook al zien wij nu nog niet dat Hem alle dingen onderworpen zijn, dan zien wij toch Jezus, met heerlijkheid cn eer gekroond. Hij treedt priesterlijk tussenbeide voor God. Hij regeert wereld en kerk. Hij is ons ten goede in dc hemel.

Zo zegent Hij onder het scheiden door. Daarom ziet u hier ook geen tranen. De discipelen keren van de Olijfberg terug met grote blijdschap. Een wonderlijke scheiding. In de hemel cn toch dichtbij. Op een afstand en toch geen afstand. De wereld lacht om zulk een wartaal. De kerk belijdt cn aanbidt en gaat met deze troost het strijdperk van het leven in. Uit die zegen en bij dat afscheid wordt heimwee geboren, Kent u dat? Hopend verlangen.

Heere, wanneer komt die dag,

Dat ik bij U wezen mag En zien Uw aanschijn geprezen?

Hoor Zijn groet aan de strijdende kerk cn lees haar af uit de de zegenende doorboorde handen. Ik ben met ulieden al de dagen, tot aan de voleinding der wereld.

Hij zal Juda's steden herbouwen uit het stof als het aards Jeruzalem zal woest gelaten zijn. Maar door de Geest hebben wij een toegang in het binnenst heiligdom. Het oor des geloofs verneemt Zijn stem: Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet ophoude. Bovendien is Zijn zegen geen wens, maar daad. Als Hij zegenend scheidt betekent datniet dat Zijn werk doodloopt, maar doorgaat. Zijn handen zijn gevuld met hemelvaartsgcschenken. Die laat Hij na. En daarin blijft Hij zegenen. In de ambten die Hij gaf en geeft. In de pardonbrief die Hij laat uitreiken middels de verkondiging van het evangelie, en dat aan des doods schuldigen. Bent u dat?

Loop niet weg. Mannen, vrouwen, jongens, meisjes, u bent in de kerk en onder de ambtelijke bediening binnen handbereik van het evangelie. Wie er onder vandaan wil moet weten dat er buiten Christus' zegenende handen slechts wachten de handen van de levende God, waarvan geschreven staat dat het vreselijk is, daarin te vallen. Nog ligt de wereld binnen dc reikwijdte van Jezus' handen. Hier ligt het ontmoetingspunt waar de verloren zondaar de Vader en de Vader de verloren zondaar als Zijn kind en erfgenaam ontmoet. In Christus heet het: Ik heb u in Mijn beide handpalmen gegraveerd en uw muren zijn steeds voor Mij.

En het geschiedde, als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde.

Hen! Kom, we schikken ons even in de kring. Daar staan ze, Petrus, Johannes, Jacobus. Thomas, Filippus, Mattheüs, Simon Kanaanites. Wie kan zeggen: ik ben de zegen waard? U durft niet te gaan staan naast de apostel der liefde. Naast Petrus dan? Och, die wist immers dat zijn zonden vergeven waren. Maar wie ben ik? Naast Thomas dan? Neen, zegt u, want die was van zijn twijfel genezen, zover is het bij mij nog niet. Waarom blikt u dan niet op Jezus' zegenende handen? Heus, ze heffen alle rangen cn standen op. Onder zegenende handen staat de één niet boven de ander. Ook de kleinen en de hopenden en de uitzienden in het geloof moeten zien op onze God en Zaligmaker. De generaals in de voorhoede van de strijdende kerk, alsook de voetgangers in de achterhoede dienen onder zegenende handen een en dezelfde Koning. Hij voert het pleit. Vader, Ik wil niet dat deze in het verderf dale, Ik heb verzoening gevonden. Hij wint de strijd. Daarvan zingt ons hemelvaartslied. Gij zaagt Uw strijd bekronen.

Opgenomen in de hemel

De discipelen zien zegenende handen, een scheidende Jezus en Hij werd opgenomen in de hemel. Ja, in de hemel. De Olijfberg is de opstap naar de hemel, die nu open is.

Verhoogt, o poorten, nu de boog, eeuw'ge deuren, rijst omhoog. rijst,

Christus gaat door de eeuwige deuren. De hemelwachten staan klaar. De erewacht van. engelen en zaligen verwelkomen Hem. De plaats aan de rechterhand des Vaders neemt Hij in bezit. Hij werd opgenomen. Let er op. Dit Kind wordt aan Gods Vaderhart gedrukt en in het Vaderhuis verwelkomd. Toen Hij van de hemel kwam werd Hij arm. Hij werd ook steeds armer, totdat Hij Zichzelf ontledigd had.

Maar nu Hij Thuiskomt is Hij beladen met schatten van verzoening en voldoening. Christus met Zijn bloed verschaft Zich ingang in de hemel. Hij werd opgenomen. Dat ziet op een Vaderlijke daad. Hij komt met rechten op de hemel, niet als een bedelaar, maar als een Zoon in eigen huis. Hij was op aarde nergens thuis, maar nu wordt Hij verheerlijkt met de heerlijkheid die Hij bij dc Vader had, eer dc wereld was.

Hij heeft echt de hemel verdiend. Hij stijgt in glorie op. De hemel moet Hem ontvangen. Nu wordt Hij gekroond met eer en heerlijkheid. God vaart voor het oog met gejuich omhoog. Lang en bang genoeg is Zijn zwerftocht geweest. Nu komt hij weer in hemelse gewesten. Voltooid is Zijn opdracht en verhoord Zijn bede.

Ik heb U verheerlijkt op de aarde, Ik heb voleindigd het werk dat Gij Mij gegeven hebt te doen. Het is niet mogelijk de hemeljubel te vertolken met menselijke stem. Het is wel mogelijk Hem na te staren, te aanbidden en met de zegen van een verzoende schuld, met vrede in het hart de Olijfberg te verlaten, de woestijn in te gaan, de aanbidding te laten opklimmen als reukwerk voor Gods aangezicht. Wie leren mag God te bedoelen in zijn leven vindt hier de diepste vreugde, niet dat hij zalig wordt, maar dat God verheerlijkt wordt in en door dc Zoon.. Die God is onze zaligheid.

Opgenomen in de hemel. Daar zit in het geloof ook een climax. Het geloof kent het vluchten onder doorboorde handen. Het geloof kent ook het schuilen, leven in de schaduw van Immanuël. Het geloof ziet Jezus met eer en heerlijkheid gekroond. We worden gevleid aan het Vaderhart Gods. Maar soms mag er ook zijn een zich verlustigen louter en alleen in het werk van de Zoon. in het werk van God Drieënig. Dat maakt dit afscheid tot een feest. En God die Zijn deugden verheerlijkt, heeft een volk geroepen om de deugden te verkondigen van Hem die u riep uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht.

U zegt: geeft u nu niet te hoog van dat volk op? Neen toch, want hun Koning is ook hoog en ze zijn met Hem in de hemel gezet. De bruidsdagen zijn ingegaan. Hij werd opgenomen. De poort heeft Hij achter Zich opengelaten. De Bruiloftszaal wordt in gereedheid gebracht. Wie nog komen wil haaste zich, eer hij de deur gesloten vindt. De laatste woorden die wij op aarde van Hem horen, beklijven in het in heimwee hopend hart: Opdat ook gij moogt zijn, waar Ik ben.

N. Tonge.

H. V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1979

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

ZEGENEND GESCHEIDEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1979

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's