KLEINE KRONIEK
Evangelisch - Reformatorisch - Gereformeerd
Over dit thema confereerde op 2 april het Contact Orgaan van de Geref. Gezindte (C.O.G.G.) en prof. dr. K. Runia (hoogleraar Theol. Hogeschool Kampen) refereerde over dit onderwerp. Ik wil u doorgeven de stellingen die prof. Runia zelf in het Centraal Weekblad publiceerde.
1. Alle drie termen hebben in de loop der geschiedenis veranderingen ondergaan en het proces zet zich tot op vandaag door. Het woord 'evangelisch', dat oorspronkelijk identiek was met 'reformatorisch', wordt vandaag in allerlei nieuwe verbindingen gebruikt. Het zelfde geldt van 'reformatorisch'. Het woord 'gereformeerd' heeft sedert de vorige eeuw al een variëteit van betekenissen.
2. We gaan op het onderwerp in aan de hand van drie vragen: a. Wat bedoelen we vandaag precies als we deze
woorden gebruiken? b. Hoe verhouden ze zich tot elkaar? c. Hoe moeten we verder?
3. Evangelisch (evangelical, Evangelikal) is vooral in de 18e eeuw in Engeland weer naar voren gekomen in verband met de beweging rondom Wesley en later ook in de kerk van Engeland. In 1846 vond de oprichting van de (le) Evangelische Alliantie plaats in Engeland. Ook in Amerika, Duitsland en Nederland vinden we vandaag een 'evangelische' beweging.
4. De evangelischen hebben vooral drie gemeenschappelijke kenmerken.
a. De onvoorwaardelijke aanvaarding van de Heilige Schrift als het gezaghebbende Woord Gods voor ons. b. De persoonlijke geloofsband met Jezus Christus
door het werk van de Heilige Geest. c. Een sterke nadruk op de missionaire taak van
de gelovige(n). In deze drie punten komt de drie-voudige 'gelaagdheid' van de historische wortels van het evangelicalisme uit.
a. gaat terug op de Reformatie.
b. gaat terug op het Puritanisme, Piëtisme, Nadere Reformatie.
c. gaat terug op de opwekkingsbewegingen van de i8e en 19e eeuw.
Bij het tweede punt moeten we nog even wijzen op drie zware accenten:
a. grote nadruk op Jezus Christus en zijn heilswerk
b. grote nadruk op de Heilige Geest en zijn werk
c. grote nadruk op de 'gemeenschap der gelovigen".
5. De sterke punten zijn ook de punten waar de zwakheden liggen.
a. Ondanks de gemeenschappelijke erkenning van het (formele) gezag van de Schrift zijn er vrij ingrijpende verschillen t.a.v. de interpretatie en de inhoud van de Schrift. Er is weinig oog voor de eenheid van de Schrift.
b. De nadruk op het werk van de Heilige Geest leidt gemakkelijk tot een door ervaring beheerste vroomheid. Vergelijk ook de verwerping van de kinderdoop bij velen.
c. Nadruk op de persoonlijke heiliging leidt gemakkelijk tot een verwaarlozing van het structurele kwaad. Vaak ligt er een bepaalde visie op de schepping achter.
d. De leer van de kerk is vaak deficiënt. Hier ligt een doperse lijn naar de gedachte van een kerk van wedergeborenen.
6. Na de tweede wereldoorlog heeft ook 'reformatorisch' een verschuiving ondergaan en wel in de zin van een verenging. Verschillende motieven. In werkelijkheid is er vaak meer aansluiting bij de Nadere Reformatie dan bij de Reformatie uit de 16e eeuw. De nieuwe beweging is nogal statisch en exclusief.
7. Aanvankelijk sloeg 'gereformeerd' op de hele reformatorische beweging. De kerk werd immers
ge-re-form-eerd. Later werd het woord speciaal gebruikt door de volgelingen van Calvijn. Sinds de 19e eeuw wordt het gebruikt in de naam van verschillende kerken. (Vgl. 10 x gereformeerd!)
8. Wat is gereformeerd? Beslissend is wat de belijdenisgeschriften zeggen. Toch is ook daarin nog wel de nodige variatie. Men spreekt wel van de 'gereformeerde religie'. Daar gaat het om de harteklop van het belijden. Het hart van het gereformeerde belijden is dat de genade werkelijk 'gratis' is (vgl. de Dordtse Leerregels). Maar ook heiligmaking is genade!
9. De verhouding van de drie begrippen (en de groepen/kerken er door aangeduid) is niet eenvoudig weer te geven. Het beeld van drie concentrische cirkels gaat hier niet op. Het is beter te denken aan drie olympische cirkels, die elkaar wederzijds snijden en overlappen. Daarbij moet gelet worden op de volgende punten:
a. de cirkels hebben verschillende grootte
b. de drie cirkels overlappen elkaar in het centrum (het gemeenschappehjke!)
c. de cirkels overlappen elkaar ook tweezijidg (op een niet statische wijze)
d. de overlappende gedeelten geven de gemeenschappelijke accenten aan tussen twee groepen.
Is 'gereformeerd' dieper en breder dan 'evangelisch'?
10. Alle drie begrippen zijn niet alleen historische, maar ook kritische begrippen. Kritisch allereerst naar de betreffende groep zelf! Maar we mogen het elkaar ook vragen.
11. 'Gereformeerden'oordelen ongelijk over de evangelische beweging. Maar we zullen moeten oppassen dat we haar niet alleen maar meten aan onze eigen confessionele formuleringen. We zullen haar allereerst moeten zien als een werk van de Heilige Geest. Ook de Reformatie was allereerst een opwekkingsbeweging! Het grote gevaar van de gereformeerde gezindte is traditionalisme. We zijn trots op het 'semper reformanda', maar willen we het werkelijk?
12. Samenwerking is noodzakelijk. Ze is alleen vruchtbaar als we meedoen als 'gereformeerden'. Is de Heere in deze tijd misschien bezig ons op hardhandige wijze bijeen te brengen? Zou het kunnen zijn dat de toekomst van de institutionele kerk ligt in de wederzijdse bevruchting van de 'oude' kerken en de 'nieuwe' bewegingen?
Tot zover prof. Runia.
Hofman over 't Hart
In 'Koers' van 17 april stond een gesprek van Rik Valkenburg met de heer E. Hofman uit Gouda over de bekende Nederlandse schrijver Maarten 't Hart, met name over diens boek 'Een vlucht regenwulpen'. Een boek dat zijn duizenden intussen heeft verslagen. Onder andere omdat deze van huis uit gereformeerde schrijver in dit boek afrekent met zijn verleden.
Uit het gesprek licht ik een enkel deel omdat het goed is daarvan kennis te nemen.
In deze roman zou je een verslag kunnen zien van de weg hoe iemand tot ongeloof komt. Kunt u iets zeggen hoe die afval van het geloof in dit geval in zijn werk gaat? Hoe verloopt dat proces? ...
— Je kunt je voorstellen, dat, als je in een milieu leeft waarin het godsdienstige leven een plaats inneemt, maar dat je er in feite geen aantrekkingskracht toe gevoelt, dat tot moeilijkheden aanleiding geeft. Je staat er continu tegen op, terwijl je er zelf toch ook niet onderuit kunt. Zolang je een kind bent, neem je dat nog wel, maar wanneer je tot een zelfstandig denken komt en tot zelfstandig handelen, dan komt alles wat een keer onder de grond geweest is, er uit. Dan blijkt dat je je nooit lekker gevoeld hebt met het geloof. Er vindt een doorbraak plaats en dat gaat bijna op een plotselinge manier. Ook in 'Een vlucht regenwulpen'. Ik heb hier de bijna beroemd en berucht geworden passage waarin hij vanuit dc ik-figuur
beschrijft, hoe bij deze, twee ouderlingen op huisbezoek komen bij het sterfbed van zijn moeder, die hij de deur uit ramt en de één zelfs in de sloot gooit. Daarna loopt de ik-figuur naar buiten en zegt het volgende: „Terwijl ik zo buiten loop, weet ik plotseling zeker, met die onwrikbare zekerheid waarover calvinisten altijd praten, dat het christendom bedrog is"... Als u dus nu vraagt: Hoe gaat dat in zijn werk? , dan antwoord ik: Op een gegeven moment komt iemand plotseling tot de overtuiging dat het zo is. Er is een gebeurtenis, en naar aanleiding van die gebeurtenis komt: men dan tot die zekerheid. Plotseling is er een doorbraak.
Het zit dus niet in het geloof zelf? ... — Nee, het geloof zelf is een constant gegeven. Ik denk dat dat zit in de persoon die afscheid neemt van het geloof. En dat doet hij altijd onder eigen verantwoordelijkheid. Hij doet hier een keus, komt tot een inzicht.
De schrijver meent dus heel zeker te weten dat het christendom een leugen is! Maar dan zeggen wij: Hoe zit dat met die zekerheid? Kun je erop vertrouwen, dat 't Hart zichzelf niet bedriegt? ...
— Dat is wel een belangrijke vraag. Velen die dit werk lezen, die deze zinnen tegenkomen, dat hij zegt: „Ik weet het heel zeker"... die zouden aan het twijfelen kunnen raken en denken: hij heeft vast wel gelijk, want hij weet het toch maar zeker. Het is van belang om je af te vragen hoe dat zit met die zekerheid. Ik vind het gevaarlijke van deze zekerheid dat het gepaard gaat met woorden als: „En terwijl ik zo buiten loop" ... Iets heel vaags! En ook: kreeg ik plotseling de zekerheid. Kijk, dat is een andere zekerheid dan de zekerheid van het geloof. De zekerheid van het geloof gaat altijd gepaard met het geschreven Woord van God dat verlicht wordt door de Heilige Geest. Dat heeft te maken met: „Er staat geschreven!" God zegt iets en dan ben ik ervan overtuigd dat het waar is. Dit van 't Hart is de zekerheid op het moment dat iemand zo buiten loopt en dan plotseling iets zeker weet. Het is een zwevende zekerheid, waarvan je niet weet waar die vandaan komt. Van de zekerheid van het geloof weten wij waar die vandaan komt.
Het is dus meer een impuls, die andere zekerheid? ...
— Meer een impulsief weten, terwijl het geloof een weten en vertrouwen is. Daarom weet ik dat wc niet zo hard achter dit boek aan hoeven te lopen, cn zeker niet zo overtuigd behoeven te zijn over wat hij schrijft, als de schrijver waarschijnlijk zelf dat is.
Kan het ook te maken hebben met het beschikken van God dat de één baadt in weelde en dat de ander armoede lijdt? Dat de één altijd gezond is en de ander een ziek lichaam ronddraagt en weer een ander zwaar gehandicapt is, en noem zo maar op? ...
— Dat is ook het punt waarbij 't Hart afknapt, want in die zelfde passage die ik zojuist aanhaalde sleept hij zondag 10 van de Heidelbergse Catechismus er bij. En dan heeft hij het over een God die de mensen zo intens haat, dat hij keelkanker voor ze uitgevonden heeft. Hij kan dus niet in een God geloven die bewerkt dat ik ziek word, dat de één alles heeft en de ander niks heeft en bijna sterft van armoe. Hier liggen natuurlijk heel moeilijke vragen, dat moeten we eerlijk bekennen en toegeven, maar die vragen zijn denk ik toch wel oplosbaar als je de Bijbel er naast legt. Als je Job er bij haalt, dan zie je dat Job ook vreselijke dingen overkomen, maar we weten ook dat Job niet alleen naar die dingen blijft kijken.
Hij weet ook de achtergronden in ogenschouw te nemen. De Heere heeft genomen! Er zijn ontzaglijk veel mensen die het op dit punt hebben laten afweten en die niet willen geloven in een God van liefde, Die tegelijkertijd de grote verschil-
len in de wereld laat blijven bestaan. Daarom schrijft men God dan maar af.
Waar het geloof verdwijnt, vergroeit een mens weer met andere dingen. Wat komt er in dit boek bij de ik-figuur voor het geloof in de plaats? ...
— Alleen als wij God in ons leven kennen en met Hem rekening houden, pas dan staan de dingen in ons leven op de juiste plaats en in de juiste verhouding. Wanneer God er niet meer is, dan treedt de disharmonie op en dat is ook in het leven van de ik-figuur het geval. Je ziet bijvoorbeeld een sterke vergroeiing met de natuur. In de plaats waar God moet staan is de natuur gekomen. Daarbij komt dan natuurlijk ook het ontbreken van het perspectief in het leven. In dit boek is niets van dit alles.
Er wordt wel eens gezegd, dat de invloed van de moderne literatuur op de jeugd heel groot is. Heeft dit boek de jeugd wat te zeggen? ...
— Ik geloof zeker van wel. Er is veel jeugd die 'Een vlucht regenwulpen' en nog meer boeken van Maarten 't Hart lezen, omdat ze zich er door aangesproken voelen, daar die dingen met zoveel zekerheid gezegd worden, dat het van invloed is op de jeugd. Dat 't zelfs grote invloed uitoefent op de jongelui. Zij hebben in dit boek een groot voorbeeld en zeggen: wat hier beweerd wordt, daar houd ik mij aan. Vandaar dat dit boek echt een gevaar kan betekenen. Ook al omdat in grote delen van de kerk veel aan schriftkritiek gedaan wordt. Het effect van de twijfel wordt door zijn boek versterkt.
Hoe kun je als christen staan tegenover dit boek? ...
— Iedere lezer zal er weer anders tegenover staan. Ik moet zeggen dat ik er niet van ondersteboven ben. Als je dit boek leest, merk je toch wel dat Gods Waarheid hier boven staat. Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid. Nu kun je natuurlijk hevig tegen dit boek fulmineren, maar ik geloof dat het beter is om dwars tegen alle afbraak in, te blijven belijden, zolang dat nog kan en te blijven getuigen van wat God ons in Zijn Woord openbaart. Want ik denk toch niet dat een boek als dit het wezenlijke van het geloof kan aantasten. Dat blijft echt wel staan. Als wij allen voor Gods Aangezicht zouden vrezen en voor Zijn oordeel en als ook Maarten 't Hart dat deed, als schrijver, zou hij zich er wel voor wachten zich op een dergelijke wijze op te stellen. Ook zal hij er kennis mee maken als hij geplaatst wordt voor de rechterstoel van Christus.
Wat kunnen we van dit werk zeggen in het perspektief van het komende koninkrijk van God? ...
— Dit boek vertegenwoordigt een fase in de geschiedenis. Het rijk van God komt in een tijd, waarin bijna niemand meer gelooft. Zo'n boek is er een bewijs van dat de afval van God en Zijn Woord, het verlaten van Hem steeds groter wordt en stecus triestere vormen aanneemt en steeds meer mensen zich openlijk tegen Hem verzetten.
Heeft u tot slot nog iets aan het gesprek toe te voegen? ...
— Ik zou tenslotte nog dit willen zeggen: Omdat je je hart vasthoudt voor de kuituur in een samenleving als de Nederlandse, waarin zo openlijk met God afgerekend wordt vraag je je af: Hoe lang laat God het nog toe dat de mensen zich zo tegen God verzetten?
Hoe lang hebben wij die vrijheid nog? Je denkt weieens: als de vijandschap tegen God zo hoog opgeklommen is, wanneer zal God dan komen om daar een eind aan te maken?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 april 1981
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 april 1981
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's