Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Herder en Zijn kudde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Herder en Zijn kudde

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hij zal Zijn kudde weiden gelijk een Herder; Hij zal de lammeren in Zijn armen vergaderen, en in Zijn schoot dragen; De zogenden zal Hij zachtjes leiden. Jesaja 40 : 11

Er is geen beeld dat meer en teerder troost bevat dan het beeld van de Herder Israëls. In onze tekst schittert al dc onmetelijke liefde van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest. Het is één werk, van één Herder, voor één kudde. U kunt hier niet scheiden. U kunt niet over de Herder spreken zonder Zijn kudde er in te betrekken. Wat is een herder zonder kudde? Mogelijk een huurling, die niets om de kudde geeft. Het is immers zijn kudde niet. Maar de Herder Israëls heeft oog en acht op Zijn kudde. Christus is een Herder die zonder schapen niet zijn kan. Hij is een eeuwige Koning die zonder onderdanen niet zijn kan. U kunt ook niet over een kudde spreken zender herder. Schapen zonder herder vormen geen kudde, het zijn wat her en der verstrooide schapen. Voor ieder dier grijpbaar. Onze tekst geeft het juiste beeld. Eén Herder, één kudde, één werk. De herderlijke zorg van de HEERE bestaat in weiden, vergaderen, dragen en leiden.

Hij zal Zijn kudde weiden gelijk een herder

Wie is Hij toch van wie hier met telkens nieuwe vreugde, in steeds hoger klimmende verwondering gezegd, ik mag wel zeggen gezongen wordt: Hij zal, Hij zal, Hij zal!? Hij is de HEERE Heere, Israëls Verbondsgod, die Zijn Woord, eens bij het brandend braambos aan Mozes gegeven gestand doet. Ik zal Zijn, Die Ik zijn zal. Hij zal het verbond met hen in eeuwigheid bewaren. Hij hecht aan Zijn Woord bovendien de Bondszegelen. Het is trouw al wat Hij ooit beval. Hij is de God van Israël, die Zijn volk door de dood van de Rode Zee heeft heengehaald en van wie Mirjam zong: Gij leidet door Uw weldadigheid dit volk, dat Gij verlost hebt; Gij voert hen zachtkens door Uw sterkte tot de liefelijke woning Uwer heiligheid. En de dichter zingt in Ps. 77 in zijn benauwdheid en tot zijn bemoediging: Gij leidet Uw volk als een kudde, door de hand van Mozes en Aaron.

Het is Hij, Die aan Zijn volk trouw gebleven is door de zonde en het oordeel van de ballingschap heen. Zijn schapen, och het zijn schapen die zich keren een iegelijk naar zijn eigen weg. Maar de Herder die trouw gezworen heeft, is trouw gebleven en dat niet voor even, maar voor eeuwig. Op grond daarvan hoor ik één der schapen die tot de Herder behoren groot van de Herder spreken. Mij zal niets ontbreken. Dit schaap is de tolk van heel de kudde. Nog eens wie is die Herder?

De HEERE Heere, God genadig en barmhartig. Hoort de roep over de verlaten vlakte over de puinhopen van Juda's steden. Een stem zegt: Zie hier is Uw God! Troost, troost Mijn volk. Waarmee? Ziet de HEERE Heere zal komen tegen de sterke cn Zijn arm zal heersen, ziet Zijn loon is bij Hem en Zijn arbeidsloon is voor Zijn aangezicht. Dat is het loon der vergelding waarmee Hij Zich wreken zal aan de vijanden van Israël aan het wild gedierte dat Zijn kudde wel verscheuren wil. Maar ook zal Hij het loon der genade schenken aan Zijn volk dat naar Hem uitziet. Zie hier is Uw God, hier op aarde, midden in uw nood, midden in uw verlorenheid.

De HEERE Heere is de Vader van onze Heere Jezus Christus. Ik en de Vader zijn één. Daarom is de Vader Herder en de Zoon noemt Zich eveneens Herder. Ik ben de goede Herder. Zie hier is uw God! Hier, dat is midden in onze verlorenheid en schuld. Dat is hier op deze wereld waar Zijn kribbe" en Zijn kruis heeft gestaan. Waar Hij Zijn leven heeft afgelegd voor de schapen, en waar Hij door de eeuwige Geest als de grote Herder der schapen is wcdcrgebracht uit de doden. Die God en Zaligmaker is het, Die Zijn kudde weiden zal.

God is liefde. Nu zoekt die liefde Gods een voorwerp. Een geschikt voorwerp? Ware het zo, het zou een verloren zaak zijn. Het voorwerp is de kudde, de verloren schapen van het huis Israëls. Het woord kudde bepaalt ons bij de verkiezende liefde, waarin de Herder opgenomen heeft, opneemt en opnemen zal de verloren en dwalende schapen. Hoor maar! Het verlorene zal Ik zoeken en het weggedrevene zal Ik wederbrengen en het gebrokene zal Ik verbinden en het kranke za! Ik sterken.

Ik, ja ziet Ik zal naar Mijn schapen vragen en Ik zal ze opzoeken, gelijk een herder zijn schapen zoekt. En de Herder verzekert ons dat er blijdschap in de hemel is over elk verloren schaap dat op de schouders van de Herder thuisgebracht wordt. In het hart van het gevonden schaap begint het te zingen: Want gij waart als dwalende schapen, maar gij zijt nu bekeerd tot de opperste Herder en Leidsman uwer zielen. Hij zal Zijn kudde weiden. Heel de kudde, één voor één en allen samen. Zelfs gaat het hart van de Herder uit naar schapen die van deze stal nog niet zijn. Die moet Hij ook toebrengen en het zal worden één kudde en één Herder.

Weiden wil zeggen dat de Herder Zijn schapen in een goede weide zal brengen. Dat zijn de weiden die liggen op de hoge bergen Israëls dat zijn de vette weiden waar overvloed aan gras en water is. Plet is vooral de weide van Zijn dierbaar Woord. Het Woord is het voedsel der schapen. Dat eten ze op met een hongerige ziel. Daarin ligt de wijd uitgestrekte weide open van al de beloften Gods, die in Jezus Christus ja en amen zijn. Altijd groene weiden, altijd frisse wateren.

Wat dunkt u van, het woord, het bloed van Jezus Christus Gods Zoon reinigt van alle zonden? Wat hebt u er op tegen als Hij u binnen de weide van Zijn verbond nodigt en zegt: Komt allen tot Mij? Het hele Woord is uw weide. Er zijn lage weiden als Hij u een verbroken hart en verslagen geest geeft. Er zijn hoge weiden waar ge zingt, Hij verkwikt mijn ziel, Hij doet Mij nederliggen in grazige weiden. Hij voert ons niet naar schrale gronden als Hij onze hongerige en dorstige zielen ook aan Zijn Tafel wil spijzen en laven ten eeuwige leven. Hij zal Zijn kudde weiden zodat ze ervaren: Hier 't vette van Uw Huis gesmaakt, Een volle beek van wellust maakt. Hier elk in liefde dronken. De Herder doet meer.

Hij zal de lammeren in Zijn armen vergaderen

De tekst brengt onderscheid aan binnen de kudde. Het eerst worden de lammeren genoemd. Dat zijn de pasgeboren schapen,

de kleinen, de zwakken. Voor de kleinsten der kudde draagt Hij blijkbaar de grootste zorg. De kleinen zijn niet die zichzelf voor een kleintje houden en daarmee meters boven de andere schapen uitgroeien, maar dat zijn die lammeren, die hun ziel bij het leven niet kunnen houden. Weid Mijn lammeren is een speciale opdracht die de Herder aan de onderherders geeft. Dus er staat niet aai de lammeren, strijk ze wat over hun hoofd, stel ze gerust buiten Christus.

Het is erg lief hoor om lammeren te aaien, maar als ze niet te eten krijgen dan gaan ze wel dood. Weid Mijn lammeren wil zeggen leidt ze al weidend in het Woord tot de Herder. Hij vergadert ze. Hij haalt ze naar Zich toe. Hij legt ze in Zijn sterke armen, die Hij beschermend om ze heen slaat. Dat zijn bekende armen. Het zijn diezelfde armen die Hij wereldwijd aan het kruis heeft uitgestrekt. Daarin wil Hij de hele verloren wereld omvatten. Lammeren in Zijn armen vergaderen is arme zondaars, pasgeboren kinderkens opvangen in doorboorde handen en ze in het hart fluisteren: lk God ben uw God.

Het is tegen een moordenaar zeggen: Lieden zult gij met Mij in het paradijs zijn. Het is met tollenaren en zondaren eten en drinken. Zijn machtig arm beschermt de vromen en redt hun zielen van de dood. Laten de lammeren zich laten vergaderen. Daar kunnen ook de kleine kinderen bij. Daar horen ook de zuigelingen van de gemeente bij. Daarboven juicht een grote schaar van kinderen voor Gods troon. Ze zijn ook getrokken, geleid, vergaderd. Hij vergadert ze en stoot ze niet weg omdat ze zo klein zijn of omdat ze nog zoveel leren moeten. Al Mijn kinderen zullen van de Heere geleerd zijn. U zou nog wel eens verbaasd kunnen staan wat kleine kinderen soms weten van de grote liefde waarmee de Herder de lammeren heeft liefgehad.

De Herder zal de lammeren ook in Zijn schoot dragen

De schoot dat is de plooi van de. herdersmantel even boven de gordel. Daar legt de Lierder de lammeren in, die niet mee kunnen komen, die niet lopen kunnen, die gewond zijn aan de kop of die hun voet verstuikt hebben aan een steen. De lammeren, die nog niet in staat zijn tegen de ruwe berghellingen op te klauteren, neemt Hij op en draagt Hij naar boven.

Hij zegt niet, zie maar dat je er komt. Neen, Ik zal u opnemen en dragen en redden. In de plooi van Zijn kleed liggen de lammeren van de kudde het dichtste aan Zijn Herdershart. Aan Jezus ' Middelaarshart. Daar horen zij duidelijk hoe Zijn hart vol liefde

klopt. Daar horen ze de klop van het Vaderhart doorheen, daar zouden zij onder de last der liefde schier bezwijken als ze vernemen: Ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde.

De stok van de drijver is gebroken en de staf van de Herder leidt ons. Lïet geweld des duivels is gewroken en in Zijn armen koestert Hij ons aan Zijn hart. Die niet mee kunnen komen, komen er toch. Die niet lopen kunnen jaagt Hij niet op maar draagt Hij. Hij weet hoe zwak van moed en hoe klein van krachten wij zijn.

De diepst gebogen zondaar is het dichtste bij Jezus. Het is de lammeren om Christus te doen, gelijk het Christus om de lammeren te doen is. Tenslotte zal de Lierder

de zogenden zachtjes leiden

De Herder heeft één kudde, maar verschillende soorten schapen. Zogenden dat zijn de oudere schapen, de moederschapen, die de lammeren nog van melk moeten voorzien. Jacob zei eens dat hij met zijn kudde zich voegen moest naar de gang van het werk, want hij had zogende schapen onder zijn hoede. De moederschapen zijn nog niet volledig op kracht en kunnen niet zo makkelijk meekomen als de andere schapen. Zo voegt de Herder der schapen Zich ook naar de gang van het werk.

De zogenden zijn ook de meer geoefende schapen, al zijn ze het zwakke deel van de kudde. Hoe meer geoefend in de godsvrucht hoe beter wij verstaan dat we onze eigen gang niet kunnen gaan. Gods kerk gaat soms maar langzaam de woestijn door. Als ik zwak ben dan ben ik machtig.

Hoe langer hoe meer worden zij geoefend in de genade dat ze niets zijn en niets kunnen zonder de Lierder. Maar Hij zal de zogenden zachtjes leiden. Hij gaat ze stap voor stap voor. Hij zet hun treden in Zijn spoor. Overal mogen de schapen gaan in de voetsporen van de Herder. En daarachter komen de lammeren die gaan in de voetstappen der schapen. De zogende schapen zijn net zo afhankelijk van de leiding van de Herder en van de bediening van de Geest als de kleinen der kudde.

Ze worden geleid in de kennis van God en Zijn wegen, in de kennis van ellende, verlossing en dankbaarheid. Steeds meer en steeds dieper. Steeds armer en steeds afhankelijker maar ook steeds vaster in het verbond. Verzegeld door de Heilige Geest gewaarmerkt tot Zijn eigendom. De Herder is hun één en al.

En intussen voeden zij de lammeren. Zijn ze bezig in Christus Jezus anderen in het evangelie te telen. Dat kost tijd, dat vraagt zorg en leiding. De genade die uzelf ontvangen hebt te mogen doorgeven. Zoals Paulus het zonder beeldspraak zegt. Mijn kinderkens die ik arbeide te baren totdat Christus een gestalte in u krijge. Is er nog een woord voor hen die geen schapen zijn? Wat let u om de Herder de belofte van de toe-te-brengen-schapen voor te houden? Wat let een kind die dit leest, en anders laat u het ze maar lezen, te bidden of zij van die grote kudde ook een klein schaapje mogen zijn?

Tot degenen die in duisternis zijn zegt de Herder gaat uit en kom tevoorschijn. Zij zullen weiden op alle hoge plaatsen, zij zullen niet hongeren en dorsten. Want hun Ontfermer zal ze leiden. Denk niet dat schapen lieve volgzame dieren zijn. Op een plaatje, ja. Maar in werkelijkheid zijn ze bar eigenwijs en koppig en eigenzinnig. Wat lopen ze vaak weg. Maar de Herder brengt ze terug. Onze zaligheid ligt toch vast in de Herder, die Schaap wilde worden en als een Lam ter slachting is geleid, om met Zijn dierbaar bloed de kudde te kopen, te leiden, te weiden en te dragen, te bewaren tot Zijn hemels koninkrijk.

Zo zullen wij de schapen Uwer weide, In eeuwigheid Uw lof, Uw eer verbreiden.

K. a. Z.

H. V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 augustus 1981

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De Herder en Zijn kudde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 augustus 1981

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's