Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Houdt het huwelijk hoog

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Houdt het huwelijk hoog

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET ZEVENDE GEBOD

In het vorige artikel trof u een weergave aan van de visie van de oud-gereformeerde ds. M. Pronk op allerlei vragen rond gezinsvorming en bijzonder het gebruik van de zogenaamde anticonceptiva — dat zijn middelen die de conceptie (bevruchting, versmelting van eicel en zaadcel) verhinderen.

De door hem ontwikkelde standpuntbepaling vindt weerklank bij een deel van de zogenaamde 'gereformeerde gezindte', en wel met name binnen de rechterflank daarvan. Zoals beloofd wil ik nu ook de visie van dokter ten Hove aanduiden, zoals deze is weergegeven in zijn boekje 'Kinderen krijgen of kinderen nemen? Het betreft hier een bundeling en — niet ingrijpende — bewerking van de artikelen die de Katwijkse huisarts eerder in de Waarheidsvriend heeft gepubliceerd.. Voor wie deze artikelen indertijd met interesse las, is het fijn vanuit dit boek één en ander nog eens opnieuw op zich te laten inwerken. Bovendien is door deze publicatie het gebodene toegankelijk gemaakt voor een breder kring dan die van de abonnees van de Waarheidsvriend. —

Visie van ten Hove —

Ten dele sluit ten Hove aan bij wat reeds eerder door verschillende auteurs ter berde is gebracht. Met name is dan te denken aan het zeer lezenswaardige geschrift van prof. dr. W. H. Velema, 'Gezinsvorming in deze tijd' (uitg. Echo, Amersfoort z.j.). Daarnaast wijst ten Hove op een aantal gezichtspunten die nog niet eerder zo in het licht waren gesteld en verhelderend zijn voor de voortgaande gedachtenbepaling rond het zo tere onderwerp van de verantwoorde gezinsvorming. Puntsgewijs tracht ik de visie van ten Hove in het nu volgende weer te geven. Uiteraard niet om daarmee lezing van het boek zelf overbodig te maken, maar juist om daartoe te stimuleren!

— de belangrijkste ethische grens ligt voor wat dit terrein betreft bij de conceptie.

Het moment van bevruchting is een heilig moment, waar we met onze onheilige vingers vanaf moeten blijven. Dat betekent dat alle 'methoden' die voorkomen dat de bevruchte eicel zich kan innestelen in de baarmoederwand onaanvaardbaar zijn. Het betreft hier met name de 'nidatieremmers', zoals het spiraaltje. De 'pil' zoals deze tot nu toe is samengesteld werkt anticonceptief en staat wat dat betreft dus ethisch gezien geheel gelijk met periodieke onthouding, condoom, pessarium en coïtus interruptus. Dat betekent dat over de pil een meer genuanceerd oordeel dient te worden gevormd dan over nidatieremmers.

toch is er alle reden terughoudend te zijn ten aanzien van de pil en deze niet als genotmiddel of routine-middel, doch zuiver als geneesmiddel te gebruiken. Dat wil zeggen in die situaties waar de hoge eisen worden gesteld aan onze lichamelijke of geestelijke conditie. maar wat dan wél in de gewone, doorsnee-situatie, waarin een echtpaar gezond en vruchtbaar is en als er geen maatregelen genomen worden wel elk jaar een kind kan worden verwacht?

Op dit punt aangekomen neemt ten Hove een standpunt in dat toch wel principieel anders ligt dan dat van Pronk. Ik citeer: Mijn eigen standpunt is kort en goed: ezinsvorming is een opdracht. Genesis 1 : 28 spreekt van beheersen van de aarde. Ik zou eraan willen toevoegen: eheers de wereld (opdracht voor de hele mensheid), begin bij jezelf, bij je eigen huwelijk, je eigen gezin (opdracht voor ieder individu). God opent en sluit de baarmoeder, maar dat heeft bij de sterk verbeterde kennis van de vruchtbaarheid van de mens meer dan één betekenis gekregen. Kennis brengt verantwoordelijkheid met zich mee" (29). _

— gezinsvorming is een geloofszaak. Dat betekent enerzijds dat we de stroom van kinderzegeningen niet als een waterval over ons heen behoeven te laten komen — maar anderzijds dat we een brede stroom van zegeningen niet naar eigen goeddunken op ieder willekeurig moment definitief mogen indammen. Dat laatste noemt de auteur zonde voor God. Hierna gaat hij dieper in op allerlei financiële, materiële, privé-en zakenbelangen die de grootte van de kerkelijke gezinnen maar al te sterk hebben beperkt — zonder dat in die gevallen van echte sociale nood sprake was.

Scheppingsrelatie tussen sexualiteit en vruchtbaarheid

Van belang is het pleidooi dat ten Hove voert om voortaan niet meer te spreken van een koppeling van sexualiteit en voortplanting, maar van de scheppingsrelatie tussen sexualiteit en vruchtbaarheid. God heeft de mens immers niet zo geschapen dat elke geslachtsgemeenschap een bevruchting ten gevolge heeft. God heeft de mens een ordelijke vruchtbaarheidscyclus gegeven, met niet een continue vruchtbaarheid, maar met vruchtbare en onvruchtbare dagen.

Zo bezien is er nu niet alleen een praktisch maar ook een principieel verschil tussen de natuurlijke en de kunstmatige methoden. „In tegenstelling tot de kunstmatigen methode tast de natuurlijke methode (namelijk periodieke onthouding, J. H.) de scheppingsreiatie tussen sexualiteit en vruchtbaarheid niet aan" (68). Daarmee is overigens niet élk gebruik van een kunstmatig anticonceptief middel afgekeurd, maar alleen het gebruik daarvan in gezonde, ongestoorde situaties. Het ligt namelijk anders in medisch of psychisch gestoorde situaties. Deze vragen om medische oplossingen. Wanneer met absolute zekerheid ten dienste van de genezing tijdelijk of zelfs blijvend van zwangerschap moet worden afgezien, dient de pil of sterilisatie te worden geadviseerd. Ook in een door psychische factoren sterk verwrongen situatie binnen het huwelijk fungeert de pil niet als genotmiddel, maar als geneesmiddel.

Sterilisatie

Een heet hangijzer, dit onderwerp! Het is op zichzelf al een naar woord en de zaak die erdoor wordt aangeduid ligt onder ons nogal in de taboesfeer. Ten Hove gaat echter met zijn gewone openhartigheid ook hier een duidelijke benadering niet uit dp weg. Hij keert zich ertegen dat sterilisatie in de ethische bezinning in een uitzonderingspositie wordt gemanoeuvreerd omdat het een onomkeerbare, een definitieve ingreep betreft. Maar: „(on)omkeerbaarheid is geen ethische norm, geen onderscheid tussen goed en kwaad. Dat onderscheid zit niet in de methode of de ingreep, maar in de motieven en de doelstellingen van diegenen die ze toepassen" (97). Sterilisatie ligt op één lijn met andere kunstmatige anticonceptiemiddelen

en is in feite niet anders dan een definitieve pil, een pil voor het leven. Wie dus pleit voor een genuanceerder spreken over de pil, zal dat ook moeten volhouden ten aanzien van sterilisatie. „Bij tijdelijke noodsituaties is de pil, bij definitieve noodsituaties sterilisatie geïndiceerd. Als men om zuiver medische redenen geen kinderen meer 'mag' zijn beide methoden, voor even of voor altijd, geneesmiddelen waar we dankbaar voor mogen zijn" (99). Dus niet tot sterilisatie overgaan zuiver en alleen omdat men geen kinderen meer wil (in de praktijk is dat in de meeste gevallen wèl het motief!). Sterilisatie is aanvaardbaar, wanneer er geen enkele andere bedoeling achter zit dan medische en soms psychische stoornissen te genezen of te voorkomen. Het gaat hier om echtparen die anders fysiek of psychisch in echte nood zouden komen. Duidelijk afkeurenswaardig is sterilisatie vanuit het egoïsme en de mondigheid van de huidige mens als de gangbare anticonceptieve methode bij het voltooide gezin, vaak al op jeugdige leeftijd toegepast.

Onderscheiden standpunten

Er is een duidelijk verschil tussen ten Hove en Pronk. Persoonlijk kan ik mij geheel vinden in de positie van ten Hove, maar ik weet dat er ook in onze lezerskring wel zijn die zich meer thuis voelen bij de gedachtegang van Pronk.

Met nadruk wil ik stellen dat ik met het naast elkaar plaatsen van beide visies niet bedoel te polariseren. Het moet er om te

doen zijn de standpunten helder voor ogen te krijgen. Het volgende stadium is dan dat van het voortgaande en indringende gesprek. Het pastoraat vraagt om gerijpte bezinning. Het gaat niet aan om met voorbijzien aan de vrijheid van het christelijk geweten oplossingen op een presenteerblaadje aan te dragen. Maar anderzijds: het is hard nodig dat gemeenteleden bij hun moreel beraad in deze stuur ontvangen vanuit Gods Woord.

Op de laatste pagina van zijn boek verwijst ten Hove naar de Stichting Schuilplaats te Veenendaal als aanbevolen hulpverleningsadres. In deze Stichting is ook een oud-gereformeerde vertegenwoordiging. Dat moet (blijven) kunnen — de lijn ten Hove en de lijn Pronk in één Stichting verenigd om zo met respectering van onderling afwijkende opvattingen daadwerkelijke hulp te bieden. En dat vanuit een gemeenschappelijke overtuiging inzake abortus provocatus, euthanasie, het onaanvaardbare van nidatieremmers en het verontrustende van allerlei grensoverschrijdingen in de medische techniek.

Het is goed en nodig het gesprek voort te zetten over wat scheidt. Maar het is ook goed en nodig te zien op wat verenigt om zo — onder beding van Gods onmisbare zegen — de hand aan de ploeg te slaan en te doen wat onze hand vindt om te doen.

V.

J. H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 mei 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Houdt het huwelijk hoog

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 mei 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's