Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tussen Hemelvaart en Pinksteren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tussen Hemelvaart en Pinksteren

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tien dagen

De catechisanten hebben er altijd weer moeite mee. Of dat nu komt doordat hun interesse niet groot genoeg is, of dat het te wijten is aan een gebrek aan algemene ontwikkeling, ik weet het niet. Er staat namelijk een vraag in het boekje: waarom vieren we Hemelvaart altijd op donderdag? ' Het is toch zo eenvoudig: mdat de Heere Jezus op de 40ste dag na Zijn opstanding ten hemel gevaren is. Tussen Pasen en Hemelvaart liggen 40 dagen, tussen Hemelvaart en Pinksteren 10 dagen. Dus van Pasen tot Pinksteren zijn 50 dagen. Maar iedere keer wéér haspelen ze alles door elkaar. Wij weten het hopelijk wel: ien dagen na Hemelvaartsdag is 't Pinksteren. Dat wil zeggen dat er tussen die twee feestdagen maar één zondag zit. Die zondag noemen we gewoonlijk de „Weeszondag". Dat heeft te maken met de belofte van de Heere Jezus: Ik zal u geen wezen laten" (Joh. 14 : 18). Hijzelf is ten hemel gevaren, de Heilige Geest is nog niet uitgestort. Vandaar dat de discipelen wat verweest achterblijven. Vandaar ook: e Weeszondag.

Blijdschap

Toch hebben de discipelen van Christus en de kring van gelovigen om hen heen zich bepaald niet verweesd of in de steek gelaten gevoeld. Dat blijkt al uit wat Lukas ons vertelt, vlak na het bericht van de Hemelvaart: zij aanbaden Hem en keerden weder naar Jeruzalem met grote blijdschap". Men zou misschien verwachten dat zij, nu Jezus van hen weggegaan is, zouden treuren en wenen. Maar het tegendeel is waar: ij gaan naar Jeruzalem met grote blijdschap. Want hun Meester en Koning mag dan van hen heengegaan zijn, maar Hij heeft Zijn belofte achtergelaten: Gij zult met de Heilige Geest gedoopt worden, niet lang na deze dagen" (Hand. 1:5).

Het is wel duidelijk dat het onderwijs van Christus aan Zijn discipelen, juist in de periode tussen Zijn opstanding en Zijn hemelvaart, vrucht heeft gedragen. Lukas is het ook die ons vertelt dat Hij in die 40 dagen tot hen sprak van de dingen die het Koninkrijk Gods aangaan (Luk. 1:3).

In zijn Gereformeerde Dogmatiek schrijft dr. H. Bavinck daarover het volgende:

„Jezus verscheen niet slechts aan Zijn discipelen om hen nu voorts aan hun eigen nadenken en redenering over te laten, maar Hij heeft in die veertig dagen de betekenis van Zijn dood en opstanding, van Zijn persoon en werk, veel helderder voor hen in het licht gesteld dan Hij het vroeger kon doen. Want vóór Zijn dood en opstanding begrepen Zijn discipelen Hem niet; ieder ogenblik miskenden - zij Zijn bedoelingen. Zij zouden het eerst na dezen verstaan. Maar toen Jezus gestorven en opgestaan was, Zelf in een andere gedaante aan hen verscheen en met hen sprak over de dingen van het Koninkrijk Gods, toen leerden zij in die veertig dagen meer dan in de drie jaren welke zij met Jezus hadden omgegaan; toen ver-

stonden zij eerst de woorden die Hij vroeger tot hen gesproken had" (H. Bavinck, Ger. Dogmatiek, deel III, blz. 437).

Verwachting

In de tien dagen tussen Hemelvaart en Pinksteren vinden we in de opperzaal in Jeruzalem een gemengd gezelschap bijeen. Het is wéér Lukas die een aantal van deze mensen opsomt: e discipelen, de vrouwen, Maria de moeder des Heeren en Zijn broeders. Daaromheen wellicht nog een ruimere kring van gelovigen, want er blijkt een schare bijeen te zijn van 120 personen (Hand. 1 : 12—15)..

Het samenzijn van deze mensen wordt gekenmerkt door verwachting. Ze zijn namelijk „eendrachtig volhardend in het bidden en smeken" (14). Ook daaruit blijkt dat zij het onderwijs van de Meester verstaan en ter harte genomen hebben. Herhaaldelijk heeft Hij, al vóór Zijn lijden en sterven, gesproken over de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zou in Zijn Naam. En na Zijn opstanding heeft Hij telkens die belofte herhaald. Blijf gij in de stad Jeruzalem totdat gij zult aangedaan zijn met de kracht uit de hoogte' (Luk. 24 : 49). „Gij zult met de Heilige Geest gedoopt worden, niet lang na. deze dagen' (Hand. 1:5).

Het is déze belofte van de komst van de Trooster, die hen aandrijft tot het gebed. Ze zitten niet gelaten af te wachten of de Heere misschien ooit die belofte vervult, ze bidden en smeken om de vervulling van die belofte.

En als het dan op de tiende dag, op de Pinksterdag, ook werkelijk gebeurt, dan weet Petrus uit naam van allen dit heilsfeit ook onmiddellijk te verklaren: Hij dan, door de rechterhand Gods verhoogd zijnde en de belofte van de Heilige Geest ontvangen hebbende van de Vader, heeft dit uitgestort wat gij nu ziet en hoort" (Hand. 2 : 33).

Aktiviteit

Toch blijkt die „Pinkstergemeente" in Jeruzalem niet overgeestelijk bezig te zijn. In gespannen verwachting bidt zij om de komst van de beloofde Heilige Geest, maar zij is daarin niet overgeestelijk. Dat wordt ons wel duidelijk wanneer wij het tweede gedeelte van Hand. 1 lezen. Daar stelt Petrus heel nuchter de verkiezing van een twaalfde apostel aan de orde die de opengevallen plaats van Judas moet innemen. Er wordt een tweetal gesteld en daarna vindt er een loting plaats, waardoor Matthias wordt aangewezen.

Geest en ambt /

Overigens moeten we hier geen tegenstelling oproepen, alsof de komst van de Heilige Geest „geestelijke" zaak zou zijn en de verkiezing van een apostel een „zakelijke" aangelegenheid. Het is immers de Heilige Geest Die Zich aan de ambten en de ambtsdragers verbonden heeft en door het ambt werkt. We lezen dat Christus na Zijn hemelvaart de Heilige Geest heeft uitgestort, maar evenzeer dat Hij na Zijn verhoging gegeven heeft „sommige tot apostelen, sommige tot profeten, sommige tot evangelisten, sommige tot herders en leraars, tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing van het lichaam van Christus" (Efeze 4 : 11 — 12).

Pinksteradvent

Zo valt er op en rondom de Weeszondag heel wat te leren en te overdenken. Enerzijds kan er een „nabetrachting" zijn op de Hemelvaartsdag: Christus is ten hemel gevaren en gezeten aan de rechterhand van de Vader. Wij zien Jezus met heerlijkheid en eer gekroond. Anderzijds mag er ook het uitzien zijn naar Pinksteren, de dag waarop Hij Zijn belofte vervult en Zijn Geest uitstort op alle vlees.

We dienen daarbij wel te bedenken dat ook deze heilsfeiten éénmalig zijn. Zoals Christus éénmaal ten hemel gevaren is, zo is de Heilige Geest ook maar één keer uitgestort. Als zodanig is het Pinksterfeest onherhaalbaar.

Dat moet gezegd worden aan het adres van de „vrije groepen" waarin telkens weer wordt beweerd dat we een nieuw Pinksteren nodig hebben. Is het onder invloed van deze groepen of is 't onkunde als onder ons soms ook wordt gebeden om een nieuwe uitstorting van de Heilige Geest? Het zal misschien wel goed zijn, maar het is niet nodig, want de Heilige Geest is uitgestort. Wat we wel nodig hebben in ons eigen leven, in gezin, gemeente en kerk, is een krachtige, doorwerking van de Heilige Geest. Daarom mag en moet gebeden worden, en als zodanig mag de gemeente van het Nieuwe Testament een Adventsgemeente zijn, een gemeente die uitziet naar een opwekking, een opleving, door de Heilige Geest gewerkt. Kom, Schepper, Geest...!

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 mei 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Tussen Hemelvaart en Pinksteren

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 mei 1982

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's