Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In den beginne

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In den beginne

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

(17)

„ ... En God heeft de zevende dag gezegend, en die geheiligd; omdat Hij daarop gerust heeft van al Zijn werk, dat God geschapen had, om te volmaken". Genesis 2 : 1—3

„Alzo zijn volbracht de hemel en de aarde, en al hun heer..." De hemel en de aarde, met al wat daarin en daarop is, zijn nu door God als een voltooide schepping voortgebracht. Het heer — daarmee kan bedoeld zijn: e sterren, of de engelen. „Heft uw ogen op omhoog, en ziet, Wie deze dingen geschapen heeft; Die in getal hun heer voortbrengt; Die ze alle bij name roept..." (Jes. 40 : 26). Vandaar is er de Naam, onder Israël bekend: eere der heirscharen. Nu is de hemel en de aarde, met al wat daarin leeft, door God geschapen.

We hebben tot nu toe, als met ingehouden adem en van diep ontzag vervuld, aangehoord hoe God zes dagen lang de schepping van hemel en aarde heeft volbracht. Tenslotte hoorden we van de bekroning van Gods scheppend handelen: de mens, geschapen als man en vrouw. En toch vormt niet de zesde dag, die de mens trouwens met de dieren deelt, de eigenlijke bekroning, maar dat is de zevende dag! Het doel van de schepping, met andere woorden, wordt niet verstaan vanuit de mens, maar vanuit het geheim van de zevende dag. We horen het scheppingsverhaal pas goed wanneer we het horen van achteren naar voren en wanneer de glans van de zevende dag valt over de zes voorafgaande dagen. Vanuit het einde wordt het begin verstaan. Hier ontmoeten we een geheim tot het verstaan van de Schriften: ze willen gehoord zijn vanuit het einde, dat het licht terugwerpt naar den beginne.

We komen nu tot de vraag naar het doel van de schepping, of, wanneer we meer vanuit ons eigen bestaan spreken, tot de vraag naar de zin van het leven. God schiep de hemel en de aarde en al hun heer: waarom, waartoe, waarop loopt dit alles uit? In de schepping en in het leven zelf is deze vraag onontwijkbaar verborgen: al wat geschapen is, hemel en aarde, planten en dieren en mensen, al het geschapene is in beweging — waarheen en waartoe? De zevende dag van de schepping wil ons antwoord geven op zulke vragen. Laten we luisteren naar de Schriftwoorden van deze zevende dag: „Toen nu God op de zevende dag volbracht had Zijn werk, dat Hij gemaakt had, heeft Hij gerust op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had".

Tot tweemaal toe horen we hier het woord „volbracht". Het is volbracht — zo luidt het woord van de zevende dag. Dit woord betekent méér dan eenvoudig het klaar-zijn met het werk. Dan zouden we het al op de zesde dag verwacht kunnen hebben. Toen immers was God na de schepping van de mens in

eigenlijke zin „klaar" met het werk van Zijn handen. Na de komst van de mens op aarde is er geen nieuwe scheppende handeling van God meer geweest. En toch — horen we op de zévende dag, dat God Zijn werk volbracht had. Wat wil in dit verband het woord „volbracht" ons zeggen?

Wanneer Mozes de tent der samenkomst gebouwd heeft, geheel naar de woorden Gods, dan horen we: alzo voleindigde Mozes het werk" (Ex. 40 : 33). Hiermee is méér uitgesproken dan eenvoudig: laar zijn, ophouden met werken. Een gebouw, zoals de tabernakel, wordt, wanneer de bouw er van voltooid is, ook ingewijd. In een plechtige ingebruikname wordt het gebouw voor voltooid verklaard! Het is deze betekenis, die in de woorden van Genesis 2 : 2 doorklinkt: od verklaart Zijn schepping voor volbracht! En dat is allereerst de betekenis van de zevende dag. Op deze dag klinkt het oordeel van de Schepper over al het geschapene in woorden, die bevestigen dat alles goed, ja, zeer goed is. God neemt dus een afzonderlijke dag om Zijn schepping voor voltooid en volbracht te verklaren. Hij wijdt — om zo te zeggen — nu Zijn schepping in.

Er is dus een einde en een grens aan de schepping. Deze gaat niet onbeperkt, tijdloos, grenzeloos dóór van uit zichzelf. De schepping, eenmaal in beweging gebracht, ontwikkelt zich niet zomaar zonder grenzen en gestelde perken. God heeft Zijn werk voltooid! Met de schepping van de mens heeft de Schepper Zijn gestelde grens bereikt. Vérder dan de mens, naar het beeld van God geschapen, gaat de schepping van hemel en aarde niet. Daarmee is het werk volbracht! Het wérk — driemaal wordt in onze tekst dit woord voor „werk" uitgesproken. In het Hebreeuws klinkt hierin door het woord voor „bode, afgezant". Geen zwoegend werken is het geweest deze zes dagen: er was het Woord, waardoor de schepping in het aanzijn geroepen werd. En deze schepping is nu als een bode, een gezant, die zijn heer en meester looft, die een taal doet horen en een klank vernemen, waarin de lofprijzing aan de Schepper doorklinkt...

Óp de zevende dag heeft toen God gerust van al Zijn werk. Hier klinkt voor het eerst in de Schrift het woord voor „sabbat". Het werkwoord wordt hier gebruikt: rusten, ophouden met... Maar ook hier, zoals bij het woord „volbracht", is er sprake van méér dan gewoon ophouden met werken. Dat laatste is het. geval op de zesde dag, maar hier ontmoeten we de dag, de zevende, die de bekroning vormt van de andere dagen. Wanneer God rust, is Hij — bij wijze van spreken — Zelf de Eerste, voor wie geldt dat „na gedane arbeid het zoet rusten is".

We hebben uiteraard niet de richting uit. te denken, dat God vermoeid zou zijn geraakt, maar — zo vernemen we — God houdt op met werken, om de zevende dag te wijden aan de verkwikking. Zó horen we het namelijk in het Schriftwoord aangaande de sabbat: Hij zal tussen Mij en tussen de kinderen Israëls een teken in eeuwigheid zijn; omdat de HEERE, in zes dagen, de hemel en de aarde gemaakt, en op de zevende dag gerust en Zich verkwikt heeft" (Ex. 31 : 17). Deze verkwikking van de sabbat is letterlijk het adem halen en adem scheppen en op adem komen: Zes dagen zult gij uw werken doen; maar op de zevende dag zult gij rusten; opdat uw os en uw ezel ruste, en dat de zoon van uw dienstmaagd en de vreemdeling adem scheppe" (Ex. 23 : 12).

Ze dagen van de schepping zijn met recht adem-benemend geweest. Wanneer we het werk Gods zes dagen lang hebben gezien, zijn we buiten adem geraakt van verwondering. Het is alles zo indrukwekkend goed en schoon, dat de adem als het ware ons benomen is.

Dit nu is van de Schepper gesproken in menselijke taal: Hij kwam de zevende dag op adem. Ook voor Hem was het werk van de schepping van hemel en aarde adembenemend. De zevende dag schept God adem — nogmaals: in de taal van het kind uitgedrukt — en Hij rust en Hij geniet! Hij geniet de vreugde vanwege het werk van Zijn handen: zéér goed is het! De zevende dag betekent het einde, het doel: God verheugt Zich in al wat Hij gemaakt heeft. Het is — om een beeld uit onze mensenwereld te zoeken — zoals een kunstenaar een kunstwerk voltooid heeft, Hij staat er voor, wanneer het klaar is. Het zweet parelt op het voorhoofd, nog buiten adem van het ingespannen werken is hij. Hij staat en kijkt en geniet. De blik in de ogen spreekt de taal van de voldoening en de vreugde. De ademhaling wordt rustiger en regelmatiger. Hij schept nu adem, terwijl de handen rusten en de spieren ontspannen. De geest is opgehouden met denken en vormen en beelden. Een moment leunt hij achterover, intens verheugd: het is nu klaar...

Wat is het doel van de schepping? Wat is, wat ons mensen betreft, de zin van het leven op aarde? Het antwoord der Schriften luidt eenvoudig: dat verklaart ons de zevende dag! Deze dag is de dag van God Zelf en voor Hem Zelf. We horen dat God rust! Niet wordt met zoveel woorden over de mens gesproken. Ook nog niet de eigenlijke inzetting van de sabbat voor de mens vernemen we hier. Die glans is er wel, maar toch: het gaat er om dat we hier niet in de eerste plaats aan onszelf denken. De woorden van de tekst spreken in klare taal van het rusten van onze Schepper. Hij rust deze dag — zo horen we tot tweemaal toe. Zie daar, het geheim! Dit is het werkelijke geheim, dat aan al het geschapene ten grondslag ligt. Zonder deze zevende dag zouden we niet weten waarop het uitloopt met het leven van mens en dier. We zouden er zijn, maar zouden niet weten: waartoe! Vanuit het einde valt het licht terug: God verklaart de schepping volbracht, en Hij rust. De schepping is zeer goed, en God geniet van het geschapene. Het doel van ons leven is: het rusten van God, het Zich verheugen van God vanwege de schepping. Daarvan is de zevende dag vervuld, en het is een dag waarop niet volgt, zoals steeds eerder, dat het avond was geweest en morgen geweest. Nee, dit is de dag zonder avond en nacht aan het einde. Dit is een dag, die bestemd is om altijd-durend te blijven: God wil voor altijd de vreugde kennen vanwege alles wat Hij gedurende zes dagen in het aanschijn heeft geroepen...

„En God heeft de zevende dag gezegend..." Voor de derde maal horen we van de zegen van God. De dieren zijn gezegend, de mens is ook gezegend, en nu: de dag, de zevende. De zegen van God betekent — zoals we zagen — de vruchtbaarheid van dieren en mensen. De overstelpende rijkdom van de schepping kan niet in zichzelf besloten blijven, maar wil vruchtbaar zijn. Zo wordt de zevende dag gezegend als een dag van vruchtbaarheid. Hier is de vrucht van het rusten van God, hier is de vrucht van het genieten. Alle andere dagen zijn gezegend vanuit de zevende dag. De vrucht van het rusten van God is de zegen ook voor de zes voorafgaande dagen.

„En God heeft de zevende dag gezegend en die geheiligd... Deze dag is geheiligd, dat is: afgezonderd onder de dagen, opdat wij mensen verstaan zouden, dat de rust van God het ware licht geeft over de schepping

van hemel en aarde...

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1983

Gereformeerd Weekblad | 20 Pagina's

In den beginne

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 december 1983

Gereformeerd Weekblad | 20 Pagina's