Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Afscheiding

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Afscheiding

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(2)

Voortekenen

Een jaar nadat de reglementen-bundel van kracht was geworden, in 1817, herdacht de Synode de Reformatie. Bij die gelegenheid werden de predikanten gewaarschuwd zich te zullen onthouden van een teugelloze vrijheid die de grondslag van het christelijk geloof, de waarheid en het gezag van de Goddelijke openbaring verzwakt en onder schoonklinkende namen ons een evangelie aanbiedt dat Christus en Zijn apostelen nimmer als het hunne zouden erkennen. Dat beloofde veel goeds. Maar toen het twee jaar later tweehonderd jaar geleden was dat de Synode van Dordrecht werd gehouden was er niemand thuis.

De beroemde Nationale Synode mocht niet herdacht worden! Ds. Nicolaas Schotsman, die zich aan het verbod niet stoorde en zijn „erezuil ter nagedachtenis van de voor tweehonderd jaren te Dordrecht gehouden Nationale Synode' uitgaf, heeft het geweten! Hij werd in woord en geschrift met scheldwoorden overladen en-de liberale kerkbestuurders noemden het geschrift geen „erezuil", maar een „schandzuil". De auteur, die ervoor werd betaald om het Evangelie des vredes te verkondigen, en op zo'n manier orde en rust in de kerk verstoorde, moest gecensureerd worden!

Dat gebeurde gelukkig niet met Schotsman, maar wel met ds. Lukas Fockens van Sneek. De bejaarde prediker die vanaf de kansel vrijmoedig getuigde tegen de nieuwe theologie en haar aanhangers kreeg met de kerkelijke tucht te maken. Een zekere candidaat A. Dibbits te Arnhem kreeg bij zijn examen te horen dat hij het nogeens over

moest doen wegens zijn „dweepzieke gevoelens".

Een felle aanval op de nieuwe synodale organisatie werd gedaan door de Haagse predikant Dirk Molenaar. Van zijn hand verscheen — echter anoniem! — een „adres aan alle mijne hervormde geloofsgenooten". Hij zag de oorzaak van alle ellende in de kerk in de opgedrongen organisatie van 1816 en hij beschuldigde de predikanten van ondermijning der kerkleer en de Synode van oneerlijkheid inzake de uitleg van de proponentsformule. Het boekje sloeg in als een bom: in een jaar tijds beleefde het niet minder dan zeven drukken. De liberalen voelden zich betrapt en gingen geweldig te keer. Het werd uitgezocht en ontdekt wie de auteur was en Molenaar kreeg zelfs een berisping van de koning omdat hij „orde en rust" had verstoord. De man was geen held, hij beloofde zich voortaan koest te houden, maar trok geen van zijn beschuldigingen in.

Ds. J. J. Ie Roy van Oude Tonge, die later een belangrijke rol zou spelen in de kerkelijke discussie, had de moed het openlijk voor Molenaar op te nemen in een brochure: „een woord voor vrede en waarheid".

In ieder geval waren er in de kerk nog velen die niet wensten te buigen voor de nieuwe theologie en voor het gezag van de besturen. Het moet voor de „verlichte geesten" een bittere pil zijn geweest dat te constateren.

Voorlopers

De rust in de kerk — het hoogste doel dat de kerkelijke machthebbers voor ogen stond — werd niet bereikt. Integendeel, hoe langer hoe meer ogen gingen open voor het anti-gereformeerde van het nieuwe kerkbestuur. Het kerkbezoek bij de liberale predikanten ging zienderogen achteruit. De mensen die geen stenen voor brood wilden bleven thuis of kwamen samen in gezelschappen, waarvan sommige later als afgescheiden gemeente zouden worden geïnstitueerd.

Voorbeeld van zo'n gezelschap is de groep rondom de Axelse oefenaar J. W. Vijgeboom. De man maakte een grote opgang doordat hij in woord en geschrift te velde trok tegen de synodale organisatie. Toen de kerkeraad van Axel weigerde zich aan de reglementen te onderwerpen en verschillende broeders werden afgezet sloten ze zich aan bij Vijgeboom en zijn groep. Dat was

al in 1820, dus veertien jaar vóór de Afscheiding! De oefenaar en zijn aanhangers werden regelmatig veroordeeld tot hoge boeten. Later sloten ze zich aan bij de Afgescheidenen.

Het klassieke voorbeeld van haat tegen alles wat gereformeerd was is natuurlijk de behandeling van Kohlbrügge. De van huis uit Lutherse proponent Hermann Friedrich Kohlbrügge, die herhaaldelijk heeft geprobeerd lidmaat van de Herv. Kerk te worden, lidmaat van de Hervormde Kerk te worden, werd niet toegelaten. „Rust moeten we hebben, rust" zei de praeses van de Synode in eigen persoon. De werkelijkheid was dat men doodsbenauwd was van deze prediker van de gereformeerde leer...

Ontsporingen

Er waren echter ook andere figuren. Mensen die zich afkeerden van de verworden en verdorven Kerk en een groep om zich heen verzamelden, die echter op den duur of al vrij spoedig afweken van de gereformeerde leer. Ook van hen een enkel voorbeeld.

Allereerst was daar Jan Mazereeuw, „de profeet van Opperdoes". Hij leefde van 1773 tot 1849. In eerste instantie een diep-bevindelijk man, die sprak en schreef in de geest van Schortinghuis en Verschuir. Maar tevens was hij een chiliast, die een spoedige wederkomst van Christus verwachtte. Hij verzekerde zijn volgelingen dat de kerk, de ambten en de sacramenten hadden afgedaan. In de ene dienst per zondag, die overigens vier uren duurde, spoorde hij zijn volgelingen aan sober en ingetogen te leven omdat de wederkomst zeer nabij was. De ouders stuurden hun kinderen niet meer naar school, de boeren verkochten hun land en hakten hun boomgaarden om voor brandhout. Maar de aangekondigde wederkomst bleef uit en Mazereeuw stierf... De sekte ging al spoedig teniet doordat zijn volgelingen zich bij de Afgescheidenen aansloten.

Een andere buitenkerkelijke groep was die van de Zwijndrechtse Nieuwlichters, die ook was voortgekomen uit een gezelschap. Ze waren echter niet gereformeerd, maar vrijzinnig. Centrale figuren in deze bijbelscommunistische sekte waren Stoffel Mulder uit Puttershoek, de Waddinxveense schout Dirk Valk en een jonge vrouw Maria Leer. Deze groep is ook uit elkaar gevallen en vrij snel verdwenen.

Al kunnen deze laatste twee sekten zeker niet als voorlopers van de Afscheiding worden getypeerd, ze laten wel iets zien van het onbehagen dat er leefde ten aanzien van de Kerk en het kerkelijk leven. Ze tonen duidelijk aan dat de eenheid was verstoord en dat de kerk op het leven en denken van haar, leden niet veel greep meer had.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 september 1984

Gereformeerd Weekblad | 10 Pagina's

De Afscheiding

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 september 1984

Gereformeerd Weekblad | 10 Pagina's