Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bijbel en dier

In „De Reformatie" van 6 oktober schreef ds. M. J. C. Blok (vrijgemaakt Gereformeerd predikant) enkele overwegingen naar aanleiding van Dierendag 1984. Hij schreef boven zijn artikel De rechtvaardige kent het leven van zijn vee. Eigenlijk mediteert hij over de tekst Spreuken 12 : 10 waar staat: De rechtvaardige kent het leven van zijn beest; maar de barmhartigheden der goddelozen zijn wreed". De wijsheid van het Spreukenboek is levenswijsheid, praktische aanwijzingen zelfs voor de omgang met het dier. Ik citeer het belangrijkste deel van dit lezenswaardige artikel met vele behartenswaardige opmerkingen. Het is iets waar je nu ook weer niet zo vaak over hoort en wat toch in de Schrift te vinden is.

Ds. Blok schrijft:

Maak van een dier geen afgod

Afgoderij ten aanzien van dieren vindt men bij oud en nieuw heidendom. Denk maar aan oude heidenvolken die het dier hebben aangebeden. En tot op vandaag wordt de heilige koe in India niet geslacht. Men bewijst dat beest goddelijke eer.

Iets van dierverafgoding vinden we vandaag als echtparen 'niet kiezen voor een kind, maar voor een hond'. Of bij mensen die nooit een dier willen slachten. In Spreuken 12 : 27 lezen we:

De trage zal zijn wild niet vangen, maar een kostbare have is het deel van de vlijtige. Met andere woorden: de vlijtige zal zijn wild wèl vangen én ervan mogen genieten.

Dierenmishandeling

Naast allerlei vormen van dierverafgoding hoor je ook van dierverachting en dierenmishandeling. Afgelopen zomer haalde die merrie de voorpagina van de krant: uit sadisme werden haar de pezen doorgesneden. Je hoort van vee dat na geschopt en getrapt in veel te kleine veewagens wordt vervoerd, van katten die doodgeknuppeld worden, van stieregevechten enz.

Er is alle reden om Spreuken 12 : 10 te overwegen (we geven nu de vertaling van prof. Gemser): e rechtvaardige kent aard en behoefte van zijn vee, maar het hart der goddelozen is zonder erbarmen.

De rechtvaardige boer

Rechtvaardig is hij die van God barmhartigheid heeft ontvangen. Hij mag delen in de redding van (de komende) Christus. Een rechtvaardige wil dankbaar leven naar de wet van God. En heeft hij gezondigd, dan zijn er de dierenoffers die vóórafschaduwen het offer van het LAM van God, Jezus Christus. Door dat offer is er vrede voor een rechtvaardige boer. Door Christus' Geest kent die boer voortdurend (zo staat er) het leven van zijn beesten: hij heeft er steeds jiart voor, hij voelt zijn dieren aan, kent hun gemoedstoestand en gevoelsstemmingen. Het zijn voor hem niet die stomme beesten die weer gemolken moeten worden. Hij komt in de stal en ziet dat dat ene dier niet is als gisteren, het paard reageert anders dan gewoonlijk. Wat wordt het: een vloek? Of gaat hij het beest toespreken?

De hele wet in je hart

Een rechtvaardige boer leeft uit héél het Spreukenboek, daarom heeft hij zijn eigen vrouw, hij doet niet mee met het gevloek van de goddeloze, hij doorziet de leegheid van het leven zonder God. van leugenachtige lippen en een boos hart moet hij niets hebben. Hij wil wijs zijn en niet dwaas. Wijsheid voor héél het leven leert toch het Spreukenboek? Deze man heeft ook hart voor zijn dieren.

We moeten geen overdreven of exclusieve (en zeker geen sentimentele) aandacht hebben voor dieren en verder de wet van God aan onze laars lappen, zoals wellicht soms bij dierenbeschermers het geval is. We vechten dan wel voor een zeehond, maar niet voor het ongeboren kind. Een merrie die afgetuigd wordt, haalt dan de voorpagina, maar de 500 (of meer? ) abortussen van dezelfde dag niet. Selectieve verontwaardiging is dat. Ook het omgekeerde is mogelijk: wel strijden tegen abortus en euthanasie en andere misstanden niet aan de kaak stellen.

Wie zich rechtvaardig weet, draagt héél Gods wet in zijn hart.

Hart hebben voor je dieren

Waaruit bestaat die zorg van de boer voor zijn dieren? Zonder volledig te willen zijn is op een vijftal punten te wijzen:1. Je geeft je beesten een dag vrij. Veel kerkmensen horen nog elke zondag het vierde gebod van Gods wet: .. de zevende dag is de sabbat van de Heere, uw God; dan zult gij geen werk doen, gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienstknecht, noch uw dienstmaagd, noch uw rund, noch uw ezel, noch uw overige vee... (Deut. 5 : 14);

2. Je zorgt voor eten en drinken op tijd en voor voldoende leefruimte (niet te kleine hokken).

3. In het oude Israël diende je je vee te beschermen tegen wilde dieren. Schapen konden een prooi worden van de wilde dieren (Ez. 34 : 5). O wee, als een jonge leeuw onder de schaapskudden kwam (Micha 5 : 7). Een van jongen beroofde berin kon je kennelijk zomaar tegenkomen (Spr. 17 : 12).

4. Je beschermt je dieren tegen de kou.

5. Je slaat ze niet onnodig (zoals Bileam bij zijn ezel deed).

Goddelijke wetten

De Heere God .wil dat dieren goed verzorgd worden. Hij vaardigde daarom verschillende wetten uit ter bescherming van dieren.

We letten op Deuteronomium 25 : 4. Er waren in Israël kennelijk gierige boeren die een dorsende os een muilkorf omdeden. Dan konden ze tijdens het dorsen (runderen liepen over het koren om met hun hoeven de korrels eruit te trappen) géén graan eten. Maar de Heere verbiedt die muilkorf: ij zult een dorsende os niet muilbanden. Laat het beest maar lekker eten tijdens zijn zware arbeid. Gierigheid is contrabande. En bovendien is God voor al zijn schepselen goed (verg. Psalm 145).

Wie zag dat een ezel bezweek onder zijn last, moest het beest en zijn bijrijder helpen. Zelfs als het je vijand was, moest je hem helpen (Ex 23 : 5 en Deut. 22 : 4). Gods goede zorg voor mens en dier is vastgelegd in de wet. Er zouden meer voorbeelden te noemen zijn.

Wees maar een nuchtere boer

Het is duidelijk dat je wèl vaart bij een goede behandeling van je vee. Dat lezen we in Spreuken 27 : 23—27: et uw hart op de kudden, zo lezen we daar. Dat betekent: ees heel ijverig in de verzorging van je vee! Besteed er volle aandacht aan, want anders (economisch motief!) verdwijnt je rijkdom.

Dat is nuchtere taal. Wie zijn vee verwaarloost, raak zijn schat kwijt. Wie in de zomer goed voor zijn dieren zorgt, geniet in de herfst en in de winter ('als het gras verdwenen is en het eetgroen zicht vertoont': dat is het na-gras in het najaar) van de wol van de schapen (voor kleding). Je kunt dan je bokken verkopen en een akker aankopen. Je hebt dan voldoende geitenmelk, voeding en levensonderhoud voor je personeel. Dat is nuchte 1 - re taal. Je geniet zo van de zegeningen in het verbond! Je kan echt leven en genieten als rechtvaardige boer: het schaap leverde je wol en vlees, je geiten gaven melk, van geitenhaar kon je tentdoek weven en van de huid van de geit maakte je waterzakken. Het rund was je trekdier voor ploeg en wagen, de ezel was je rijdier en lastdier en duiven konden je boodschappers zijn.

Zo ging dat ongeveer toe in die boerensamenleving in Israël.

God Zelf heeft hart voor de dieren

Herhaaldelijk lezen we in de Bijbel hoezeer de Heere God hart heeft voor de dieren. En geen wonder: het zijn Zijn schepselen, Hij heeft ze niet voor niets gemaakt (Gen. 1).

We lezen dat Jona graag gezien had dat God Ninevé, die wereldstad, zou verwoesten. Jona heeft zich geërgerd aan Gods barmhartigheid voor die decadente wereldstad. Maar de Heere dacht aan Ninevé, aan die mensen, aan die kinderen en aan die dieren die voor Hem in zak en as waren gegaan. Ook de dieren werden gehuld in rouwgewaden (Jona 3 : 8), zij moesten mee-lijden en meevasten vanwege de schuld van die goddeloze bevolking. Toen spaarde de Heere die stad nóg!

Maar Jona was kwaad. Hij had willen zien dat die stad ondersteboven gekeerd werd, dat de

mensen dood gingen. Hij had die ezels, kamelen en runderen wel wanhopig willen zien rondrennen in die brandende stad, te midden van de verstikkende rook. Maar God was barmhartig, ook ten aanzien van Ninevé's vee: Zou Ik dan Ninevé niet sparen, de grote stad, waarin meer dan 120.000 mensen zijn, die het onderscheid niet kennen tussen hun rechterhand en hun linkerhand, benevens veel vee? (Jona 4 : 11).

God zorgt voor Zijn schepselen. Het is Gód die de leeuwin haar prooi geeft en de raaf zijn buit (verg. Job 39). En Psalm 104 leert dat Gód aan het vee gras geeft (niet de boer dus). Het zijn de jonge leemven die om roof brullen en van Gód hun spijs begeren (niet van mensen dus; verg. Psalm 104 : 14, 21, 27 — zie ook Psalm 36 : 7).

Een vreesachtige kerk krijgt van Christus, de hoogste Wijsheid, te horen (Matth. 10 : 29—31) dat Vader zelfs voor de mussen zorgt. Dan toch zeker voor zijn kerk! 'Wees dan niet bevreesd, gij gaat vele mussen te boven' (verg. Matth. 6 : 26).

De Heiland had hart voor dat schaap dat (ook al was het sabbat) in een put viel (Matth. 12 : 11). Die Rechtvaardige bij uitstek kende het leven van Zijn dieren!

De barmhartige Christus leert ons om barmhartig te zijn voor mensen én dier. Ook in onze omgang met de dieren zullen we navolger van Hem hebben te zijn.

Geen sentimentaliteit

Er zijn er die een jasje voor hun hond of poes breien, lk kan niet helemaal beoordelen of dit niet dicht in de buurt komt van een verkeerde sentimentaliteit. De Iezer(es) oordele zelf.

Soms moest hardhandig tegen de beesten worden opgetreden. Wie gevoel voor zijn dieren heeft, zal ze soms hard moeten aanpakken. Lastige, nukkige beesten werden in de tijd van de Bijbel in toom gehouden met een ossenstok, die van onderen van een scherpe prikkel was voorzien. Misschien waren ook de ploeg en de dorswagen van prikkels voorzien. Slaat het rund achteruit, verzet liet zich tegen zijn baas, dan komt het erachter: et beest verwondt zich! De Heere Christus heeft dit beeld eens gebruikt tegenover Saulus (Hand. 26 : 14): aul, Saul, waarom vervolgt gij Mij? Het valt u zwaar tegen de prikkels achteruit te slaan!

Geen sentimentaliteit. We weten ook dat slachten mag: lles wat zich roert, wat leeft, zal u tot spijze zijn (Gen. 9 : 3). Maar er is verschil tussen slachten en moorden, tussen jagen en uitroeien. De rechtvaardige kent ook hier fijngevoeligheid. Wie goed voor zijn vee is, is ook goed voor mensen.

Het wrede hart van de goddeloze

In Spreuken 12 : 10 staat de rechtvaardige tegenover de goddeloze. 'De rechtvaardige kent aard en behoefte van zijn vee, maar het hart der goddeloze is zonder erbarmen.'

Er is antithese, ook in de omgang met je vee. Tegenover het liefdevol gevoel ten aanzien van de dieren, staat de wrede levensinstelling. Die zich natuurlijk niet alleen openbaart naar beesten, maar ook naar mensen! Zeg mij hoe u met uw dieren omgaat en ik zal zeggen wie u bent...

Nu zijn er ook goddelozen die gevoelvol met hun dieren zullen omgaan. Maar bovengenoemde spreuk tekent de wrede goddeloze. Hij wil niet leven van het bloed van (de komende) Christus. Hij wil niet weten van verzoening van Gods wet. Hij leeft niet van Gods barmhartigheid en is daarom ook niet barmhartig naar mens en dier. Die goddeloze wordt getekend in de spreuk. Hij leeft voor zijn eigen belang. Wat leveren mijn beesten op, dat is de enige zaak die hem bezig houdt. Hij gééft niet om mensen en dieren, alleen geeft hij om zichzelf. Als hij zelf maar beter wordt van mens en dier, dan gaat hij uiteindelijk over lijken. Dan is hij wreed, hardvochtig en meedogenloos.

Tot zover uit het artikel van ds. Blok. Aan het eind merkt ds. Blok nog op dat hart hebben voor je dieren een toetssteen is voor je rechtvaardigheid. Een ontdekkend element wat niet vaak doorklinkt in de prediking denk ik. in de mijne althans niet.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 oktober 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 oktober 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's