Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een doodssteek in Christus’ beenderen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een doodssteek in Christus’ beenderen

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

En die voorbijgingen lasterden Hetn, schuddende hun hoofden en zeggende: ij die de tempel afbreekt, en in drie dagen opbouwt verlos Uzelf. Indien Gij de Zoon van God zijl. kom af van Uw kruis. En evenzo ook de overpriesters met de Schriftgeleerden, en de ouderlingen en de I'arizeeën Hem bespottende zeiden: nderen heeft Hij verlost. Hij kan Zichzelf niet verlossen. Indien Hij de koning Israëls is. dat Hij nu afkome van hel kruis, en wij zullen Hem geloven. Hij heeft op God betrouivd: at Hij Hem nu verlosse, indien Hij Hem tvel wil; want Hij heeft gezegd: k ben Gods Zoon. En hetzelfde verweten Hem ook de moordenaars, die met Hem gekruisigd waren. Mattlieüs 27 : 39—44

Spotters

Wij naderen hier tot de last van Jezus' hart. Het gaat over de spot en smaad die Hij moet ondergaan, zelfs nog als Hij hangt aan het kruis.

Spot en hoon, ze waren er al in het rechthuis van Kajafas. Ze hadden profeet met Hem gespeeld. De soldaten van Pilatus hadden hun deel daarbij gevoegd. Zij hadden koning met Hem gespeeld. En nu Hij op Golgotha hangt aan het kruis, is de spot nog niet verstorven. Men ontziet zich niet met een stervende de draak te steken.

Mattheiis vertelt van drie soorten spotters, eigenlijk ook met ieder hun eigen spot. Eerst zijn er de voorbijgangers, de mensen die zoals wij dat zeggen toevallig langskwamen. Golgotha de plaats van de terechtstelling lag langs de weg van Jeruzalem naar het noorden. En zoals dat gaat als er wat te doen is, mensen blijven staan. Eerst zijn ze alleen maar nieuwsgierig, maar steeds meer raken ze er in betrokken. De meesten zullen Hem wel gekend hebben. Heel Jeruzalem had over Hem gefluisterd in gespannen verwachting of Hij nu eindelijk eens het sein zou geven tot de aanval op de romeinen. En nu hing Hij hier aan een kruis. Wat was er gebeurd.? Hoe kon dat.? En zoals dat ook gaat bij een volksoploop: vragen zijn snel beantwoord. Hij is gevangen genomen door de overpriesters en de Schriftgeleerden. En weet je wat Hij gezegd heeft nota bene, dat Hij Gods Zoon is. Nu moet je Hem daar eens zien die Zoon van God!

Ja, en dan klinkt al spoedig de spot op. Lastertaal, schrijft Mattheiis. Men is er op uit om Jezus in een kwaad daglicht te stellen. Het leek wel alsof ze zich er nu voor schaamden dat ze zulke hoge dingen van Hem verwacht hebben. En van de weeromstuit halen ze Hem nu naar beneden. Hun schaamte en teleurstelling reageren ze op Hem af. Ze maken daarbij kennelijk gebruik van wat ze gehoord hebben over Zijn proces voor Kajafas, Zo schreeuwen ze. Ge hebt beweerd de tempel te zullen afbreken en in drie dagen weer op te bouv/en, verlos dan nu Uzelf eens als u kunt. Laat eens zien wat er van die grote woorden waar is. Als Ge de Zoon van God zijt kom nu dan eens van dit kruis af. Dat moet een Zoon van God toch wel kunnen. Een Zoon van God moet het toch beneden Zijn waardigheid achten om aan een kruis te hangen.

Zo halen de voorbijgangers de Heere Jezus naar beneden. Ze lasteren Hem. Ze tasten Zijn goede Naam aan. En terwijl ze dat doen schudden ze met hun hoofden, ook al als teken van spot,

In het koor van de spotters klinkt nog een andere stem mee. Die van de overpriesters en schriftgeleerden en de ouderlingen en de Farizeeën. Mattheiis somt hier de komplete samenstelling van het sanhedrin op. Het hoogste geestelijke gerechtshof is in al zijn geledingen bij het kruis tegenwoordig. En ook dat verlaagt zich tot de spot met een stervende. Dit waardig, ja eerwaardig college ontziet zich niet een spel te spelen met een weerloze. Want dat is de aard van hün spot. Zij spelen een spel met Jezus. Ze vermaken zich ten koste van Hem. Ook zij hebben wat af te reageren. Niet hun teleurstelling en schaamte over valse verwachtingen, Zij willen hun overwinning vieren, Eindelijk hadden ze die Jezus klein. Eindelijk zou die stem zwijgen. Nog nooit hadden ze Hem machteloos gezien. Altijd als ze Hem hadden ontmoet hadden ze aan het kortste eind getrokken. Of Hij nu Zijn tekenen deed of Hij sprak of hen slechts zwijgend aan zag, altijd was er iets beschamends van Hem uitgegaan. Ze hadden nooit tegen Hem op gekund.

Maar nu konden ze wraak nemen. En zo spotten ze: Anderen heeft Hij verlost. Zichzelf kan Hij niet verlossen. Ze erkennen dat Hij anderen heeft bevrijd uit banden van duivelse machten, uit banden van ziekte en dood. En daarom leek het er ook op dat Hij de Christus was, de koning van Israël. Maar moet je nu eens zien, daar hangt Hij! Daar moet Hij blijven hangen. Hij krijgt het niet voor elkaar om van dat kruis af te komen. Geef nu maar eens de proef op de som, zogenaamde Messias! Kom van het kruis af, dan zullen wij in U geloven!

Ze denken dat best te kunnen beloven. Ze lopen er toch geen risico mee. Hij kan niet meer van dat kruis afkomen. Het is met Hem bijna afgelopen Het sanhedrin vermaakt zich met Jezus. Het is geen onschuldig vermaak Het is een intens gemeen vermaak, Hoort u maar verder wat Mattheüs ervan vertelt. Ze tasten Hem ook nog aan in Zijn Godsvertrouwen. Hij heeft op God betrouwd, dat die Hem nu verlosse. Indien Hij Hem wel w'il. Indien God voor Hem is.

Ze herinneren zich de vele malen dat Jezus uitdrukking had gegeven aan Zijn Godsvertrouwen. De Farizeeën hadden zich daaraan geërgerd. Ze dachten God aan hun kant en op hun hand. En als iemand mocht vertrouwen dat God met Hem was dan moest hij toch ook van hun partij zijn. Jezus stelde hen onder kritiek en was toch vol van vertrouwen op God. En ook daar hadden ze niet tegenop gekund. Telkens weer had de Vader immers getuigenis gegeven aan de Zoon. Er waren wonderen en tekenen. Er was zelfs een stem uit de hemel: Deze is Mijn geliefde Zoon, hoort Hem.

Maar nu was het uur der waarheid geslagen. Als God dan werkelijk aan Zijn kant stond had Hij het toch niet zover laten komen. Als Hij werkelijk Gods Zoon vvas had Hij wel ingegrepen.

En dan is daar nog dc derde categorie spotters. Hetzelfde verweten Hem ook de moordenaars. Hier gebruikt Mattheiis weer een ander woord. Het woord voor grof schelden in het algemeen. Zoals dat van ruwe en onbeschaafde lieden te verwachten valt. Ook de moordenaars dragen hun steentje bij. Voegen hun stem in deze spotspreuk. Een driestemmig lied ten koste van Jezus.

De Bespotte

Wat moet het de Heere Jezus pijn hebben gedaan, dat driestemmig spotlied. Zomaar voorbijgangers bemoeiden zich ermee. Men

scn die er eigenlijk niets mee te maken hadden. Willekeurige passanten.

En dan de manier waarop Zijn woorden worden misbruikt! Woorden, die maar half begrepen zijn of met opzet in hun tegendeel worden verkeerd. En misschien was het ergste nog wel dat ze zelfs geen eerbied hadden voor het diepste dat er in Hem was. Zijn Godsvertrouwen, moet zelfs Jezus verdragen, dat men zich vermaakt met Zijn geloof.

Wat een pijn ligt er in die spot en wat een verzoeking. De voorbijgangers, de overpriesters en zelfs de moordenaars, ze dagen Hem als het ware uit. Ze dagen Hem uit om nog eens werkelijk te laten zien wie Hij is. Nog eens koninklijk en heerlijk Zijn macht en majesteit te demonstreren. Hij kon toch van het kruis af komen! Hij kon toch al die spotters in één ogenblik de mond snoeren. De rollen konden toch zo maar worden omgekeerd. Zijn Vader kon toch een legioen van engelen zenden en het zou allemaal afgelopen zijn.

Wat hadden wij gedaan? Ach, laten we maar stil zijn. Wij zijn zo op onze teentjes getrapt. Wij laten het er niet bij zitten. Wij protesteren. Wij zullen ze eens wat laten zien. Wij zullen eens bewijzen wie we zijn.

Jezus zwijgt. Hij klemt Zijn lippen niet opeen in machteloze woede. Hij rukt met handen en voeten niet krampachtig en verbeten aan de spijkers om los te komen. Hij blijft waar Hij is. Hij drinkt ook deze teug van Zijn lijdensbeker uit gewillig en vol overgave aan de wil van Zijn Vader. Ook deze smaad en hoon horen bij het vervullen van al de gerechtigheid Gods. Ook dit draagt Hij en lijdt Hij. Zo ver gaat Zijn liefde. Zijn liefde voor zondaren, voor zondaren als u en ik. De overpriesters staan te schreeuwen en te spotten. Anderen heeft Hij verlost, Zichzelf kan Hij niet verlossen. Ze hebben eigenlijk nog gelijk ook, maar anders dan ze denken. Hij kan Zichzelf niet verlossen, omdat Hij niet wil. Om anderen te verlossen wil Hij Zichzelf niet verlossen. Inderdaad, Hij was machteloos. Maar in een machteloosheid die Hij Zelf had gekozen. Zijn machteloosheid was macht. De macht van zelfovergave, de macht der liefde.

En wij?

We hebben het over de spotters gehad. We hebben het over de Bespotte gehad. Nu moeten we het ook nog over ons zelf hebben. En wat zullen we doen? Zullen we zeggen: De spotters en wij? Of zullen we zeggen: Jezus en wij? Nu, zegt u liever dat laatste dan maar. Want die spotters en wij dat kan toch niet. Wij spotten toch niet. De wereld om ons heen, die spot en haar hoongelach wordt in dit seculariserend tijdsbestek steeds sterker.

Maar wijzelf, wij kerkmensen? Gaan we vrijuit? Spotten wij ook niet met Jezus als we Zijn Naam wel noemen, maar Zijn weg niet gaan? Alsof het bij Hem inderdaad alleen maar om woorden gaat en niet om de daad! Spotten wij niet met Jezus als de levende Zoon van God als wij zijn Naam wel noemen, maar onze eigen gang menen te kunnen gaan? O, laat dit bitter kruis ons toch boete brengen. Laat de lijdenstijd toch niet ongezegend voorbijgaan. God zegene ons met de zegen van een verbroken hart. Er is een lied bij het kruis. Geen klaaglied, een driestemmig spotlied. Neen, laat ik dan niet mijzelf er gauw buiten zetten. Maar laat ik liever buigen en breken voor God.

Er is zelfs voor spotters een onuitputtelijke bron van troost in Jezus' lijden. De troost van vergeving en vernieuwing. Al waren uw zonden rood als scharlaken. Al waren uw woorden honend en schamper als van die spotters daar op Golgotha. Al is uw hart één stuk vijandschap, onverschillig of zelfs vroom misschien, God wil het niet aanzien om Christus' wil.

Jezus protesteert niet. Hij zwijgt. Hij bemint. Die zwijgende Jezus, die machteloze kruiseling wordt ons verkondigd als Gods gadeloze wonder. Het wonder van Zijn zondaarsliefde. Daar mogen we ons gelovig aan kwijtraken, daarop rusten in leven en in sterven. Ja, en dan raken wij er ook in betrokken. De Heere Jezus heeft Zelf gezegd: Ze hebben Mij veracht, ze zullen ook u verachten. Ook ons valt spot en hoon ten deel. Dat vinden we heel de Bijbel door. In de psalmen al komen we het tegen. De psalmdichter van psalm 42 klaagt met een doodssteek in mijn beenderen honen mij mijn wederpartijders terwijl ze de ganse dag tegen mij zeggen: Waar is nu uw God? Wat komt er nu van je Godsvertrouwen terecht. Je wordt er totaal in beschaamd.

Maar in het duister van de aanvechting, in de diepte van het schuddende hoofd, van de uitgestoken lip, zegt de stem van het evangelie: Jezus was hier. Ja meer nog, Hij is hier met Zijn Woord en Geest om u te dragen en te leiden.

En als u valt omdat de draagkracht van Uw geloof het niet houdt, dan fluistert het evangelie nog: Jezus is hier, Jezus die doorgeloofd heeft en voorgeloofd heeft. En die ook daarin Borg is. Die een volkomen verzoening is van al onze zonden. Van onze spotterszonden, maar ook van ons tekort aan geloof en vertrouwen op Hem. Als ik val omdat de draagkracht van mijn geloof het niet houdt raapt Hij mij op. Zo groot is Zijn macht. Zo ver gaat Zijn liefde.

Al wie mij ziet, bespot mij boos te moê: Men schudt het hoofd, men steekt de lip mij toe. Daar ik 't gebed tot God vertrouwend doe. Moet ik nog horen: „Dat God, op Wie hij steunt. Hem gustig' oren Verleen', hem redd'. Dat Die nu hulp doe komen En hem, in wie Hij heeft Zijn lust genomen. In ruimte zett'."

E.

Jac. W.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1986

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Een doodssteek in Christus’ beenderen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1986

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's