Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe vieren we de zondag?

U zult misschien denken: wat een uitgekauwd onderwerp. Daar zochten we vroeger al ruzie ovor thuis en op de verenigingen. Daar willen wc niet heen. De Bond van verenigingen van Gereformeerde Vrouwen (vrijgemaakt) gaf een themanummer uit over 'Feest'. Daarin staat ook te lezen een artikel van mw. Kamphuis over 'Het feest van de zondag'. Geen ruzie over de zondag maar het feest van de zondag. Ik licht twee fragmenten uit dit artikel omdat ik denk dat sommigen daarmee geholpen kunnen zijn. Kinderen op catechisatie klagen weieens over de 'somberheid' en de 'zwartgalligheid' van de zondagsviering. Jammer als deze dag door de Heere gegeven zo wordt beleefd. Mw. Kamphuis schrijft dat een rechte viering van de zondag op tijd moet beginnen. Ze schrijft dan:

„Belangrijk lijkt het mij om op tijd te beginnen. Dat scheelt de héle dag. Je moet ervoor oppassen niet de hele dag achter al je verpHchringen aan te draven met het gevoel altijd net iets te laat te zijn. Dat geeft een jachtig klimaat. Er komt dan voor ons en voor de anderen om ons heen geen rustdag. Daarom het begin niet door je vingers laten glippen!

Daar kan de vrije zaterdag, die we als regel hebben in het economisch verkeer, ons bij helpen.

Natuurlijk, die vrije zaterdag kan ook een belemmering worden. Als we de zondag niet zien als 'de dag van de Heere Jezus Christus'. Maar als het lamme handje aan óns 'weekend'. Dat 'weckend' begint vrijdagsavonds. En dan een lange, vrije zaterdag, en als we het dan die zaterdag goed laat maken, dan wordt de zondag het wat kleurloze einde van ons 'weekend'. Dan is die zondag als christelijke feestdag al mislukt vóór we eraan begonnen zijn.

Wie helpt ons van dat verschrikkelijke woord 'weekend' af.ï>

Het is de moord op die dag als eerste dag van de week.

Wie helpt er ons van af.'

Dat moet bij óns beginnen, omdat wij met de Heere die dag gaan vieren als dag van vrijheid en van vrijspraak.

Dan kan een vrije zaterdag ons prachtig helpen — als we die dan maar in het perspectief van de zondag zien.

We kunnen die dag gebruiken om voorbereidingen te maken, zodat de zondag niet al te zwaar is belast met huishoudehjk werk. De gereformeerde traditie trok hier voor de huisvrouw duidelijke en strakke lijnen. Wat op zaterdag kon, mocht niet op de zondag. Daar kan wel eens een trek van wetticisme bij gezeten hebben. Maar aan de andere kant geloof ik dat we op dit punt van de nauwgezetheid van onze ouders kunnen leren.

We mogen er verder in ons gebed (niet alleen op zaterdag trouwens!) ook wel aan denken dat vooral op die dag onze dominees bezig zijn zich voor te bereiden voor de preek. Het is toch heel gewoon daaraan opzettelijk aandacht te geven. Dat brengt stuur in je leven, ook je leven als gezin, je leeft naar de zondag toe. Het is ook goed je op zaterdag even op de hoogte te stellen door de lectuur van het kerkblad. Niet alleen 'welke dominee we hebben', maar vooral ook van het wel en wee van de gemeente, van zaken waar de kerkeraad aandacht voor vraagt. Sommige dominees hebben de gewoonte iets over de prediking te schrijven. Een kerkblad is maar een eenvoudig hulpmiddel. Maar de lezing ervan kan helpen om de zondag op zijn plaats te houden. Dus geen restje van het weekend. Maar feitelijk begin van onae week. Tot in het accent op de dagen toe, worden we geroepen anders te leven dan de mensen die niet meer hebben dan wat déze wereld heeft te bieden. Dan maken we het zaterdags ook niet onnodig laat, precies an> dersom als de mensen die niet 'het feest van de zondag' hebben. Die zakken zaterdagsavonds eens lekker uit: 'morgen is het toch zondag'.

Wij houden de tijd in de gaten: morgen zondag! Een feestdag op tijd beginnen. Dat wil niet zeggen: zó laat er uit, dat je nog net op tijd in de kerkbank aan kunt schuiven. Maar ze vroeg eruit. dat er tijd is voor een plezierig en rustig ontbijt, met een tikkeltje feestelijkheid. Een sneetje krentenbrood doet vaak al wonderen. En dan de rust van de Schriftlezing en van het gebed. De kinderen mogen het best horen, dat we dankbaar zijn voor die dag en dat het van binnen feest is bij ons. Ze mogen ook best horen dat we van de Heere een goede dag verwachten en die van Hem vragen — voor eigen gezin, voor de gemeente, voor zovelen dichtbij en veraf die de dag veel zwaarder beginnen dan wij; voor onze mensen die in de zending werken — een feestdag ook voor hen! In alles: de dag van „de majesteit van de Vader", de dag van onze Heere."

Tot zover een eerste fragment.

De kerkdienst

Mw. Kamphuis schrijft dan over de kerkdienst. Daaruit het volgende:

Maar in die kerkgang krijgen we ook met anderen te doen. Wat is het niet fijn elkaar te ontmoeten. Even elkaar te groeten. Blij met de blijden, meelevend met wie moeite hebben te verwerken. De één kan makkelijker een woord voor z'n broeder en zuster vinden dan de ander. Maar het belangrijkste is: hoe is onze instelling? Zien we de anderen mèt ons opgenomen in de omgang met God. waardoor de dag zo feestelijk is? Of gaan we onze eigen gang, waarbij we dan 'toevallig' ook die andere mensen tegen het lijf lopen? Dan ligt het feest gauw aan gruzelementen! Want 'de gemeenschap van de heiligen' mag ons feest een extra dimensie geven: samen deel aan Christus en al zijn heil. Maar als het mag, dan móet het ook.

Letten we er ook op of er onbekenden in de kerk zijn? Pas ingekomenen óf mensen die 'zoekende' zijn?

Na de kerkdienst waaiert de dag uit. Voor ieder op een eigen manier. Maar we houden het programma van onze God goed in het oog. Hij heeft ons die dag gegeven om de héle week ermee aan te steken: een aanstekelijke dag! Een dag van aanstekelijke vreugde. Daar mogen onze kinderen ook in delen: in Christus geheiligd zijn ze toch? Dus houden we dat ook goed voor onze aandacht. En zo verschillend als onze situaties zijn, zo verschillend ook de kinderen. Maar er komt ruimte (al moeten we er zuinig mee zijn — de dag is ook zó weer om), echt ruimte voor een spelletje, voor voorlezen, voor een wandeling, voor eens dóórpraten. Ook doorpraten over een preek. Dat kan heel mooi in de kring van het gezin. Hoe vaak zijn er vragen wakker geworden. Waarom die niet bespreken? Hoe vaak zijn er andere dingen die in het gesprek een plaats kunnen krijgen: een inwerp dat in de pers wordt besproken. De kinderen moeten weten dat ze er echt bij horen. Ze doen natuurlijk wèl vaak afbreuk aan onze zondag, als we die zien als een dag van onszelf en een dag voor onszelf. Maar als de Heere de Eerste is? Ja, dan zullen we het ook vaak genoeg moeilijk hebben met de kinderen. Zij hebben het ook niet in zichzelf om de zondag als een feestdag te ontvangen. Ze moeten het leren. En zijn vaak hardleers. Maar we moeten niet te gauw de schuld bij de kinderen zoeken. Ook niet te gauw de moed opgeven. Ik weet van kinderen die echt niet iedere zondag met een blij gezicht rondliepen. Maar toen ze door bijzondere omstandigheden een keer een zondag niet thuis konden doorbrengen, toen zei er één: „het was niks fijn, we kregen niet eens 's morgens een snee krentenbrood — er werd ook niet gebeden. Ze rommelden maar wat aan". Laten we niet vergeten, dat we met onze zondag, die we van de Heere ontvangen, aan onze kinderen een stuk 'jeugdland' meegeven voor héél hun leven.

Nog herinner ik me, hoe ik mijn vader hoorde zingen, 's zondagsmorgens vroeg over de zon-

dag, die dag met 'gouden glans'.

Er is nog zoveel meer over onze wekelijkse feestdag te zeggen!

Hoe is het met samen zingen (zie Kol. 3 : 16)? "

Het eind van de zondag

Tenslotte ook iets over de afsluiting van deze feestdag. Mw. Kamphuis: „Maar alle dingen hebben ook hun einde. Ik hoop niet dat één van u mij te bedillerig vindt, maar ik voor mij geloof dat het goed is om de dag niet onnodig te rekken. De volgende dag heeft ieder weer z'n werk en de school. Voor de moeders is de dag — hoe feestelijk ook! — altijd een inspanning. Dat geldt als de kinderen jong zijn. En het is niet anders, wanneer ze groter worden. En daar komt nog iets heel belangrijks bij: wil het goed blijven, dan moet de dag eindigen, als het nog goed is. Natuurlijk, er zijn situaties, dat als de kinderen naar bed zijn, er — soms eindelijk! — tijd is om als man en vrouweens rustig bij elkaar te zijn, met elkaar te praten of alleen maar te genieten van de rust.

Maar ook dan blijven we de dag mèt z'n einde uit de hand van de Heere ontvangen.

Het is eigenlijk wonderlijk: een feestdag. Het einde zóu alleen maar dank moeten zijn. Toch zullen we ook aan het einde van deze christelijke feestdag moeten weten dat we van vergeving moeten leven. Onze dagen, ook onze zondagen komen wèl als volmaakt feest, van God naar ons toe. En er bij Gods kinderen een begin van het grote feest, 'de eeuwige Sabbat'. Maar het begin is vaak nog maar zo klein! Soms zien we zelfs op een mislukte dag terug. Om hoeveel redenen kan de dag niet mislukken? We raken veel te gauw geïrriteerd en reageren kribbig op de kinderen. En dat 'escaleert' maar zo. We voelen ons nog moe van het werk van de week en kunnen óp zien tegen een visitie en dan kan het lijken alsof het niet in onze macht is om de vreugde van de dag te beleven. We worden moedeloos en gedrukt. Of — wat ook zo'n gevaar is — de dag, die een feest móest zijn, wordt door ons toedoen een dag van sleur, van grauwe eentonigheid. De zorg voor de komende week neemt ons alweer in beslag. Wat doen we dan onszelf tekort. En ons gezin. Zondag vieren is een zaak van ootmoedig gebed èn van actief geloof. We kunnen ons tekort als een schuld voelen, waardoor alle vreugde wegvloeit. Maar dat mag het laatste niet zijn, wat we hier over de zondag schrijven. Het blijft, ook als wij nog niet zo ver op 'de weg' zijn als we wel wilden, toch de dag van de Heere! Het mag tóch zijn: 'eind goed, al goed'. Er is vrijspraak óók voor onze zondagse zonden, ook voor ons zondags tekort. En in de omgang met de Heere zal het bij

Hem altijd zijn 'eind goed, al goed'. Daar de Heere Christus Borg voor! staat

Zo is de christelijke week begonnen.

De Heere is waarlijk opgestaan! De oostersorthodoxe kerken hebben het Paasfeest als het gróte feest. Dan groeten ze elkaar met: „de Heere is waarlijk opgestaan'. De blijdschap springt eruit! Je zou er jaloers van kunnen worden. Maar laten wij nooit vergeten: wij hebben iedere week ons Pasen. Hoe groot is het licht dat over ons is opgegaan!

Zondag: Opwekkingsdag!

Het door-de-weekse leven is de moeite geworden." waard

Tot zover enkele citaten uit genoemd artikel. Er valt genoeg uit te leren om op een waardige en zegenrijke wijze de zondag te beleven.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 september 1987

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 september 1987

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's