Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Evangelie in Nazareth

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Evangelie in Nazareth

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

Heden is deze Schrift in ww oren vervuld. En zij werden allen in de synagoge met toorn vervuld, toen ze dit hoorden... Lukas 4 : 21b en 28

Dat wordt een grote dag voor het kleine Naareth! Jezus, de Zoon van Maria is weer huis. Tot Zijn 30ste jaar heeft Hij hier gewoond. Iedereen kent Hem. Maar nu is Hij vertrokken, Hij schijnt een kring van discipelen om Zich heen te hebben verzameld. Men zegt zelfs dat Hij wonderen heeft gedaan.

En nu is Hij weer in Nazareth. Met spanning zien de mensen uit naar de sabbat. Want dan zal Hij naar de synagoge gaan zoals altijd. $n misschien doet Hij wel een wonder, net als fi de omliggende plaatsen...

De mensen worden in hun verwachting niet teleurgesteld. Jezus gaat naar de synagoge. Naar Zijn gewoonte, zegt de evangeüst... Beschamend voor mensen die zeggen dat kerkgaan maar een gewoonte is...HIJ Die de vervulling is van wet en profeten acht het niet beneden Zijn waardigheid naar Zijn gewoonte naar de synagoge te gaan, waar wet en profeten worden gelezen. Zou Hij niet komen in het |uis van Zijn Vader? Zou Hij niet luisteren aar het Woord van Zijn Vader?

Vanmorgen zal Hij niet alleen dat Woord horen. Hij zal het ook Zelf lezen. Want dat is de gewoonte: een gast wordt uitgenodigd om de dienst van Woord en gebed te verrichten. Plechtig en eerbiedig leest Hij enkele gedeelten uit de profetie van Jesaja. Daarin schittert

1) de heerlijkheid van het Evangelie

Plotseling breekt Jezus af en gaat zitten. Want dat is de gewoonte. Als het Woord wordt gelezen, dan staat men. Bij de uitleg die volgt gaat de dienaar zitten en de aanwezigen volgen Zijn voorbeeld.

De spanning stijgt. Nu zal het gaan gebeuren. De ogen van allen zijn op Hem geslagen. Er gaat iets van deze Rabbi uit. Heilige ernst is er in Zijn optreden. In Zijn mond worden de oude profetenwoorden nieuw.

De stilte is hoorbaar. Nu gaat Hij spreken. Heden is deze Schrift in uw oren vervuld. Dat is nieuw, dat is ongehoord. Want die woorden hebben wel vaker geklonken in de synagoge. De oude beloften van het heil dat komt...

Maar nu zegt deze Rabbi: die oude woorden zijn nu vervuld! Dat heil waarvan de profeten hebben gesproken, waarnaar de vaderen hebben uitgezien, dat is nu heel dichtbij. Want HIJ van Wie Jesaja hier profeteert, staat in levenden lijve voor u. Dat ben IK.

Gezalfd met de Heilige Geest om aan de armen het Evangelie te verkondigen. Om ten dode opgeschrevenen te genezen. Om gevangenen te bevrijden. Nu is het ogenblik aangebroken, waarop de eeuwen hebben gewacht: het jaar van het welbehagen des Heeren.

Wat een preek, die eerste preek van de Heere Jezus in Nazareth! Niemand hoeft van armoede om te komen. Niemand hoeft als een blinde rond te tasten. Niemand hoeft in gevangenschap te sterven. Alle beloften zijn in Hem vervuld. Het jaar van Gods welbehagen is aangebroken. Het jubeljaar, waarin de verarmden hun bezit terugkrijgen en de slaven hun vrijheid.

Komt, armen, doven, blinden. De hoofden opgericht! Laat u door Jezus vinden!

De mensen in de synagoge vinden het prachtig! Wat een preek! Want wij wachten met onze beoordeling tot we thuis zijn, of minstens tot de kerk uitgaat. Maar een jood doet dat meteen. Zodra de dienaar uitgesproken is gaat er een gemompel op. Goedkeurend of afkeurend.

Ze gaven Hem allen getuigenis. Ze zijn he erover eens. Geweldige preek. Zo hoor je hej^ niet veel. Wat een gaven! En wat een woord^g keus! Ze verwonderden zich, vertelt Lukasi over de aangename woorden die uit zijn nion voortkwamen.

Dat hebben ze dus gehoord, dat de Heerij Jezus aangename woorden sprak. Woordei^ van genade, staat er letterlijk. Nu, dat wareij het ook. Woorden van genade. Want bij hejj citeren van Jesaja heeft Hij iets overgeslagen u Om uit te roepen het jaar van het welbehageip des Heeren, de dag der wraak van onze God g Dat laatste heeft Hij niet gezegd... Hij heef^g alleen de genade verkondigd, niet het oordeel

Spurgeon zegt: „opdat Zijn eerste preek iii Zijn vaderstad niets dan zachtheid zou ade j men, opdat Zijn eerste preek geen woord vai^ bedreiging zou bevatten. Want het was Ziji^ vurige wens dat Zijn stadgenoten behoudeif zouden worden. Dat het voor hen geen dag de; y wraak, alleen maar een jaar van Gods welbe hagen zou zijn”.

Dat hebben ze in Nazareth goed gehoord! Woorden van genade. En daar hebben ze ziel f over verwonderd.

Het is ook iets om ons over te verwonderen p Alleen al dat de Heere tot ons spreekt. En da* het niet enkel woorden van gericht, van oor m deel zijn. Want wie zou daar iets tegenin kun m nen brengen?

Maar nu verkondigt de Heere ons aangena w me woorden, woorden van genade. Hij roep' k het jubeljaar uit. Aan armen wordt het Evan z gelie verkondigd. Blinden kunnen ziende wor den. Gevangenen in vrijheid gesteld. Ten dodf d opgeschrevenen genezen. Zijn we daar no| verwonderd over?

In Nazareth is wel verwondering. Maar niei zozeer over de prediking als wel over de Predi; ker, Die het toch zo mooi kan zeggen... En Hl) v is immers Eén van hen? Hij heeft altijd in hun stadje gewoond. En niet gestudeerd zoals df rabbijnen in Jeruzalem. Waar haalt Hij hei toch allemaal vandaan?

Dat is nog altijd de taktiek van de vorst dei duisternis die hij met succes toepast. Zolans we ons maar blijven verwonderen over d( mensen die het Evangelie brengen komen w( aan verwondering over het Evangelie niet toe En dat wil de duivel zo graag. Want als w£ Hem ontdekken Die ons in het Evangeli' wordt verkondigd, dat wordt gevaarlijk vod Hem...

Waar zit de fout in Nazareth? Dat de men' sen niet verder komen dan: Hij is de Zoon van Jozef! Dat niemand op de gedachte komt: Hij is de Zoon van God!

En dat konden ze toch weten? Zou in zo'n %lein stadje de afkomst van de Heere Jezus verborgen zijn gebleven? En al zouden ze het ^oiet weten, dan hebben ze het nu gehoord. Hij '^'heeft het zonder omwegen gezegd: De Geest ^es Heeren Heeren is op Mij, daarom heeft rijjjj jyjy gezalfd... En heden is deze Schrift in 'uw oren vervuld.

Wat zou er nu moeten gebeuren? Dat de ^mensen aan Zijn voeten neervielen en zeiden: nu bent de Christus, de Gezalfde van de Vader. it)at de mensen zich om Hem heen verdrongen en zeiden: U hebt ik nu juist nodig. Wilt U mij jèenezen? Wilt U mij bevrijden?

Dan kon de Heere Jezus iets doen. Dan was ii|j ^g^ij y^QQ^ Hem. Want 't behoeftig volk in hunne noden, in hun ellend' en pijn, gans hul-'t)eloos tot Hem gevloden zal Hij ten Redder zijn.

Maar dat gebeurt niet. Want in de synagoge van Nazareth is ook

2) de ergernis aan het Evangelie

De verwondering is bezig weg te ebben en plaats te maken voor ongeduld, voor vijandi%chap zelfs... Het was wel mooi wat Hij zei, maar waarom doet Hij nu niets? Woorden zijn maar woorden, wij willen daden zien!

De Heere Jezus heeft het gemerkt. Hij begrijpt wat ze van Hem verlangen. Ze willen een wonder zien. Daarom gaat Hij opnieuw sprei ken. Vertellen van twee wonderen die in Israël zijn gebeurd.

Hoeveel weduwen waren er niet in Israël in de dagen van de profeet Elia? Maar er werd maar één weduwe geholpen, en dat was ook nog een heidense...

En hoeveel melaatsen waren er in Israël in de dagen van de profeet Elisa? Maar niet één ivan hen werd genezen. Wel een buitenlander, Naäman.

Wat wil de Heere Jezus daarmee zeggen? Dat God de mensen voorbijgaat die rechten hebben, die aanspraken kunnen maken. Die er jhet dichtst bij staan worden gepasseerd. En die 'vèr af wonen worden erbij gehaald.

Denk maar niet, omdat u in Nazareth woont, dat u een schreefje voor hebt. Juist omdat u er zo dichtbij woont is het gevaar groot dat het heil aan u voorbijgaat.

Want hoe vaak hebben de mensen in Nazareth de woorden van de profeten gehoord? Woorden van heil, van vrede, van leven. Eénrnaal zouden die woorden werkelijkheid worden. Maar het was altijd nog vèr weg. Nu is het ineens dichtbij gekomen. Ziet, zegt de Heere, Ik breng Mijn gerechtigheid nabij.

En nu worden ze voor de keuze geplaatst. Tot een besUssing gedrongen.

Waarom willen ze nu eerst een wonder zien? Waarom willen ze Hem niet aanvaarden als de Messias? Omdat ze zichzelf willen blijven. Omdat ze niet willen capituleren. Omdat ze niet willen erkennen hulpbehoevend te zijn.

Daarom worden ze ook zo boos! Omdat het Evangelie hen te kijk zet in hun armoede en schamelheid. Omdat ze door dat Evangelie worden ontmaskerd als armen en ellendigen. En alles wat in ons is verzet zich toch daartegen?

Maar wanneer ik mijn rechten niet wil verliezen, wanneer ik geen zondaar wil zijn die alleen nog van genade kan leven, dat gaat het Evangelie aan me voorbij. Dan kan de Heere Jezus niets voor me doen.

Want de Heere Jezus heeft toch niet gezegd dat het voor die mensen in Nazareth niet kón? Hij heeft toch niet gezegd dat Hij geen wonder wilde doen? Maar er was niemand die Hem nodig had! Niemand die Hem kon gebruiken als Redder, als Zaligmaker.

Ze willen zelfs van Hem af! Want ze duwen Hem naar buiten de stad om Hem van de heuvel af te werpen. Zó groot is hun ergernis aan het EvangeUe. Een verschrikkelijk voorspel van het grote koor dat straks in Jeruzalem zal worden aangeheven: kruist Hem, kruist Hem!

Nu wordt Hij geworpen uit de stad waar Zijn moeder woont. Straks zal Hij geworpen worden uit de stad waar Zijn Vader woont. Opdat armen van geest, verslagenen van hart, gebondenen en gevangenen, zouden worden gered en bevrijd en genezen.

Zijn moeder... Zou zij erbij geweest zijn toen haar Zoon in de synagoge de woorden des levens verkondigde? Dan heeft zij vast weer gedacht aan haar eigen lofzang die zij zong toen Hij nog geboren moest worden: , , Hij heeft een krachtig werk gedaan door Zijn arm. Hij heeft verstrooid de hoogmoedigen in de gedachten van hun harten. Hij heeft machtigen van de tronen afgetrokken en nederigen heeft Hij verhoogd. Hongerigen heeft Hij met goederen vervuld, maar rijken heeft Hij ledig weggezonden”.

W.v.G.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Het Evangelie in Nazareth

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's