Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

(1) Zondag en zondagsheiliging

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

(1) Zondag en zondagsheiliging

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

HOOFDARTIKEL

(Verkorte weergave van een lezing, gehouden voor de afdeling van de Ger. Bond te Lekkerkerk)

Mag je op zondag...? En waarom mag je op zondag niet...? Deze vragen kunnen op de catechisatie worden gesteld en aanleiding geven tot verhitte discussies. Zelfs de meest zwijgzame jongeren worden spraakzaam wanneer dat onderwerp aan de orde komt.

En het zijn niet alleen de jongeren die zich over deze vragen uitlaten. Ook in het pastoraat kun je regelmatig mensen ontmoeten die zeggen: vroeger thuis mochten we niet... En: die dat dan aanvoeren als één van de redenen | waarom ze afgehaakt hebben.

De zondag, bedoeld als een gave van de Heere, is een twistappel geworden. Niet alleen vandaag, maar, zoals we zullen zien, ook in het verleden.

De sabbat in het Oude Testament

Ook het vierde gebod valt onder het opschrift van de Wet: Ik ben de Heere, uw God, Die u uit Egypteland, uit het diensthuis, uitgeleid heb. Het kan natuurlijk niet de bedoeling van de Heere zijn, Zijn volk dat Hij heeft verlost uit de slavernij, te brengen in een nieuw diensthuis. Het is een genadevoorrecht, dat Hij aan Zijn volk heeft gegeven, dat het mag rusten op de laatste dag van de week.

De sabbat wordt diverse malen een , , teken" genoemd van het Verbond van de Heere met Zijn volk. Uitdrukking van en heenwijzing naar de gemeenschap tussen de Verbondsgod en Zijn Verbondsvolk. , , Daartoe gaf Ik hun Mijn sabbatten, om een teken te zijn tussen Mij en hen, opdat zij weten zouden dat Ik de Heere ben, Die hen heilige" (Ez. 20 : 12).

Daarom wordt overtreding van dat gebod ook zo zwaar gestraft. Zelfs de doodstraf stond erop, want wie de gemeenschap met de Heere verbreekt is geestelijk dood. Denk ook aan de drastische maatregelen die Nehemia neemt (hfdst. 13) als op de sabbat in Jeruzalem gekocht en verkocht wordt. Daarentegen belooft de Heere zegen op de onderhouding van het gebod., , Indien gij uw voet van de sabbat afkeert, en indien gij de sabbat noemt een verlustiging, dan zal Ik u doen rijden op de hoogten der aarde en u spijzigen met de erve van uw vader Jacob" (Jes. 58 : 13—14).

Het was de bedoeling van de Heere dat het volk eigen wegen zou verlaten en eigen lusten zou verzaken om op te gaan in de Heere en Zijn dienst. De hoofdsom van de wet is liefde. Het volk moet zich verheugen in de God Die hen liefheeft.

De grote fout van het farizeïsme is dat het liefdekoord van de Heere heeft uiteengerafeld in geboden en verboden. Het heeft de Geest uitgeblust en zich vastgebeten in de letter.

Het is opvallend in de twee lezingen van de wet, dat het sabbatsgebod verschillend wordt gemotiveerd. , , Want in zes dagen heeft de Heere de hemel en de aarde gemaakt" (Ex. 20). En , , opdat uw dienstknecht en uw dienstmaagd ruste gelijk als gij" (Deut. 5). We zouden kunnen zeggen: het scheppingsmotief en het verlossingsmotief. Dat is geen tegenstelling, want schepping en verlossing hebben met elkaar te maken. De verlossing is een verlossing van de ganse schepping.

De rustdag in het Nieuwe Testament

De Heere Jezus heeft nooit het sabbatsgebod expres genoemd. Wanneer de rijke jongeling Hem vraagt wat hij moet doen om het eeuwige leven te beërven, dan zegt Hij: , , Gij zult niet doden, gij zult geen overspel doen, gij zult niet stelen, gij zult geen valse getuigenis geven, eer uw vader en moeder". Toch was het juist het sabbatsgebod waarover Hij meestal met de Farizeeërs in conflict kwam. Als Hij op de sabbat iemand genas, als Hij met Zijn discipelen door een korenveld liep...

„De sabbat is er voor de mens, niet de mens voor de sabbat". Met deze uitspraak wilde de Heere Jezus natuurlijk niet zeggen dat de mens zich op die dag mag uitleven en die dag gebruiken voor zijn doeleinden. Het gaat om de mens die vernieuwd is naar het Beeld Gods en die geschapen is tot goede werken. , , De Zoon des mensen is een Heere, ook van de sabbat". Dat wil zeggen: Hij is de gezaghebbende Instantie Die beslist over de strekking van het gebod.

De Oud-Testamentische sabbat heeft in de Heere Jezus z'n vervulling gevonden. Daarom mogen we niet zeggen dat de sabbat is afgeschaft, maar dat hij in Christus is vervuld. Van de sabbat mag worden gezegd: , , nochtans blijft de waarheid en de substantie daarvan in Christus Jezus, in Wie ze haar vervulling hebben" (Art. 25 NGB).

In het Nieuwe Testament vinden we weinig concrete gegevens over de eerste dag van de week. We weten dat de discipelen samenkwamen op de opstandingsdag van Christus, die steevast , , de dag des Heeren" wordt genoemd. Op die dag werd het Woord verkondigd (Hand. 20) en werd een inzameling gehouden (1 Cor. 16). Het was wel een vierdag, maar geen rustdag: de christenen in een overwegend heidense omgeving moesten op die dag werken. De eerste christengemeente kwam óf 's morgens vroeg samen, of 's avonds, als het werk was gedaan.

Waarschijnlijk hebben de christenen uit de joden een tijdlang vastgehouden aan de laatste dag der week als rustdag. Maar ze hebben het sabbatsgebod niet opgelegd aan de heidenen (Hand. 15).

Het is riskant om ons voor de viering van de rustdag te beroepen op die plaatsen, waar Paulus spreekt over sabbatten. Daarmee worden naar alle waarschijnlijkheid andere vierdagen bedoeld dan de laatste, of de eerste dag der week.

De zondag in de Middeleeuwen

Toen het christendom een geoorloofde religie, zelfs staatsgodsdienst was geworden (tijdens de regering van Constantijn de Grote), vaardigde de overheid zondagswetten uit. De handwerkslieden moesten rusten, het werk op het land mocht alleen worden verricht wan- neer de nood daartoe drong. Latere wetten waren nog strenger.

Het verval van de kerk ging gepaard met een steeds wettischer opvatting van de zondag. Naarmate de eredienst meer ceremonieel werd, naar die mate werd de zondag meer als sabbat gevierd. Concilies moesten zelfs uitspraken doen tegen al te rigoreuze opvattingen van de rustdag.

„Wij zijn op de sabbat verzameld, niet omdat wij aan joodse overleveringen krank zijn, maar omdat wij de Heere van de sabbat vereren" (Athanasius).

In de Middeleeuwen werd de zondag steeds meer ontwijd. Het was voor velen een dag van zinnelijke vreugde. De plattelandsbevolking trok naar de steden, daar werd gekocht en verkocht. Herbergbezoek, drinkgelagen en vechtpartijen waren op zondag heel gewoon. Wanneer men de mis had bijgewoond, dan vond men dat men z'n pUcht had gedaan en dan werd de rest van de zondag op de eigen manier ingevuld.

Een absoluut dieptepunt was de 15e eeuw. Akkerbouw, herstel van woningen, rechtspraak, kermis, met al deze zaken was de zondag gevuld. Het waren, zegt een geschiedschrijver, , , Bacchus-en Venusdagen”.

(wordt vervolgd)

W. v. G.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

(1) Zondag en zondagsheiliging

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's