Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hogepriester naar de orde van Melchizedek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hogepriester naar de orde van Melchizedek

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

BIJBELSTUDIE

„Want deze Melchizedek was koning van Salem, een priester van de Allerhoogste God, die Abraham tegemoet ging, als hij wederkeerde van het slaan der koningen en hem zegende;

Aan welke ook Abraham van alles de tienden deelde; die vooreerst overgezet wordt, koning der gerechtigheid en daarna ook was een koning van Salem, hetwelk is een koning des vredes.

Zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsrekening, noch beginsel der dagen noch einde des levens hebbende; maar de Zoon van God gelijk geworden zijnde, blijft hij een priester tot in eeuwigheid”.

(Hebreeën 7 : 1—3)

Melchizedek...! Zijn naam viel reeds een-en andermaal in deze brief. Maar telkens werd een bredere behandeling van zijn persoon uitgesteld. Nu echter wordt de aard van zijn hogepriesterschap in het volle licht gesteld. En dat om de wankelende Hebreeën des te meer te overtuigen van het onovertroffen priesterschap van Christus. Opdat ze op Hém zouden zien. Alleen in Zijn offer zouden schuilen. Zich in nood en dood, in leven en sterven restloos aan Hem zouden toevertrouwen. En... dat geldt niet minder u en mij! Want deze dingen zijn ook tot ónze lering geschreven!

Verband

„Want deze Melchizedek...”! Uiteraard wordt met deze woorden teruggegrepen naar het voorafgaande. Melchizedeks naam viel reeds in hoofdstuk 5 (vs. 6 en 10). Daar tekende onze brief, hoe Christus' heerlijkheid die van ASron ver overtreft. De kern van zowel Aarons als Christus' werk lag in de dienst der verzoening. In het bijzonder viel echter nadruk op het feit, dat alleen zij, die van Godswege daartoe geroepen en aangesteld zijn tot die dienst kunnen toetreden: „En niemand neemt zichzelf die eer aan, maar die van God geroepen wordt, gelijkerwijs als ASron" (vs. 4). Welnu, het was in dat verband, dat de naam van Melchizedek voor het eerst viel. Want om aan te tonen, dat Christus geenszins Zichzelf tot Hogepriester had opgeworpen, maar door Zijn Vader daartoe geroepen was, wees de schrijver van onze brief o.a. op Psalm 110, met daarin de bekende woorden: , Gij zijt Priester in der eeuwigheid naar de ordening van Melchizedek" (5 : 6).

Welnu, van Christus als Hogepriester , , naar de ordening van Melchizedek" wilde hij vervolgens , , vele dingen" zeggen. Dingen, die echter , , zwaar waren om te verklaren" (5 : 11). Niet, omdat deze leerstukken in zichzelf duister waren, maar wel, omdat de Hebreeën , , traag om te horen geworden waren"! Dat mocht echter niet zo blijven. Vandaar, dat een indringend tussenstuk volgde, waarin de Hebreeën krachtig werden aangespoord om niet bij de eerste beginselen te blijven staan, maar „voort te varen tot de volmaaktheid"! Ze dienden in geloofsopzicht niet in de kinderschoenen te blijven steken, maar te komen tot geestelijke volwassenheid. Navolgers te zijn van hen, die door geloof en lankmoedigheid de beloftenissen beërven (hfdst. 6).

Dat alles mondde tenslotte uit in de opwekking om het anker van de hoop uit te werpen in Hem, Die als de Voorloper is ingegaan in de hemel, nl. Jezus. Daarbij nam de schrijver de draad van hoofdstuk 5 weer op door opnieuw in herinnering te brengen, hoe van deze Jezus gold, dat Hij Hogepriester is geworden , , naar de ordening van Melchizedek" (6 : 20). Zo is de redenering rond en komt er ruimte om breder in te gaan op de persoon en de betekenis van Melchizedek.

Koning en priester te Salem

Allereerst wordt zijn historische betekenis geschetst: „ Want deze Melchizedek was koning van Salem, een priester van de Allerhoogste God, die Abraham tegemoet ging, als hij wederkeerde van het slaan van de koningen en hem zegende"! Onze brief herinnert hier aan de gebeurtenissen, die in Genesis 14 in den brede worden gemeld. De koningen van Sodoni en Gomorra, van Adama, Zeboïm en Zoar zijn in opstand gekomen tegen Kedor-Laonier, de machtige koning van de Elamieten. Deze echter organiseert een militaire strafexpeditie om de vijf opstandige steden opnieuw onder z'n macht te brengen. Hij behaalt een glansrijke overwinning en neemt o.a. de vijf koningen gevangen. Tot de krijgsgevangenen behoort echter ook Lot. Dit tragische nieuws bereikt ook Abraham. Deze slaat direkt de hand aan de ploeg en organiseert een tegenaktie. Samen met de bondgenoten Aner, Eskol en Mamre overwint hij in Gods kracht de nietsvermoedende troepen van Kedor-Laomer en bevrijdt hij de vijf koningen en Lot.

Als Abraham dan van het strijdtoneel terugkeert, treedt Melchizedek hem tegemoet (Gen. 14 : 18—24). Hij is „koning van Salem", waaronder in dit verband Jeruzalem verstaan dient te worden (vgl. Ps. 76 : 3). Maar Melchizedek is niet alleen koning, hij is eveneens priester en wordt als zodanig, , een priester van de Allerhoogste God" genoemd. En als priester zegent hij Abraham en brengt hij Abraham in herinnering, Wie hem de overwirming heeft geschonken: Gezegend zij Abram Gode, de Allerhoogste, Die hemel en aarde bezit! En gezegend zij de Allerhoogste God, Die uw vijanden in uw hand geleverd heeft" (Gen. 14 : 19, 20). Uit alles blijkt: braham aanvaardt deze zegen en erkent Melchizedek als priester van de Allerhoogste God en als teken van zijn onderwerping aan Melchizedek geeft hij hem vervolgens het tiende deel van de buit: Aan welke ook Abraham van alles de tienden deelde”!

Wordt Melchizedek een priester van de Allerhoogste God genoemd en buigt Abraham zich eerbiedig voor hem, dan mag daar gevoeglijk uit worden afgeleid, dat hij behoorde tot degenen, in wie restanten van het ware Godsgeloof aanwezig waren. Zeker, God had Abraham geroepen om zich in Abraham een eigen volk af te zonderen. Dat neemt echter niet weg, dat er in die dagen ook buiten de direkte geslachtslijn van Abraham om nog restanten van ware Godskennis aanwezig zijn geweest. Melchizedek is daar een voorbeeld van. Maar u kunt in dit verband ook denken aan Job. Het zal duidelijk zijn, dat de Hebreeënbrief Melchizedek als een vertegenwoordiger van de ware en hoogste God aan ons voorstelt.

Vrede door recht

Zijn bijzondere betekenis wordt vervolgens in VS. 2b en 3 nader in het licht gesteld. Allereerst wordt gewezen op de symboliek, die in zijn naam en in de naam van zijn stad ligt opgesloten: „Die vooreerst overgezet wordt: koning der gerechtigheid en daarna ook was een koning van Salem, hetwelk is een koning des vredes"! Inderdaad, de naam Melchizedek betekent letterlijk: (Mijn) koning is rechtvaardig. Die naam is niet maar toevallig. Nee, onze brief ziet deiarin een weerspiegeling van zijn koningschap. Melchizedek was een door en door rechtvaardig koning. Rechtvaardig in zijn handelen. Rechtvaardig in zijn spreken.

Wordt hij vervolgens ook koning van Salem genoemd, dan ziet onze brief daarin weerspiegeld, dat hij ook een vredevorst was. De grondbetekenis van Salem is nl. vrede (denk o.a. aan de betekenis van de naam Salomo). Kortom: nder zijn bewind bloeide de vrede. Let wel - en het is van groot belang dat scherp te zien en goed vast te houden: iet een vrede, bewerkstelligd door onderdrukking, maar een vrede, gegrond in récht. Kortom: ij was een koning naar het ideaal van psalm 72. Een vorst onder wiens scepter enigermate in vervulling ging: In zijn dagen zal de rechtvaardige bloeien en de veelheid van vrede" (Ps. 72 : 7).

Type van Christus

Welnu, zó ziet de schrijver van onze brief (en dat is toch ten diepste de Heilige Geest, God Zelf!) de persoon van Melchizedek als een type van de beloofde Messias. Immers, van Deze geldt in al z'n volheid en heerlijkheid: ij is de Vredevorst, die regeert in gerechtigheid. Denk aan Jesaja 9: En men noemt Zijn Naam... Vredevorst", waaraan dan wordt toegevoegd: , Aan de grootheid dezer heerschappij en des vredes zal geen einde zijn op den troon van David en in zijn koninkrijk om dat te bevestigen en te sterken met gericht en met gerechtigheid"! Zodat in Hem ten volle vervuld wordt: e vrede, die Hij schenkt, is vrucht van de gerechtigheid. Vgl. Jes. 32 : 17: , En het werk der gerechtigheid zal vrede zijn; en de werking van de gerechtigheid zal zijn gerustheid en zekerheid tot in eeuwigheid"!

Vrede door recht. Zo gold het onder het bewind van Melchizedek, zo gold en geldt het in nog veel heerlijker zin van Christus. De vrede, die Hij schenkt, is vrucht van Zijn voldoen aan het recht van God. Daar is bittere strijd aan voorafgegaan. Inunens en onpeilbaar lijden naar lichaam en ziel. Nochtans, is Hij trouw gebleven aan: het recht van Zijn Vader. Alles wat dat recht van Hem eiste, volbracht Hij. Gehoorzaam was Hij tot in de kleinste tittel en de laatste jota. En het is dan ook op grond van Zijn voldoen aan het recht van God, dat Hij op de Paasavond aan Zijn discipelen vrede mag toedelen in die alomvattende groet: „Vrede zij ulieden..."! In Hem wordt de vrede met een kus van 't recht gegroet (Psalm 85)! En het werk der gerechtigheid zal vrede zijn!

Vrede door recht. Zo en niet anders is het ook vandaag. Hoe deelt u in de vrede met God? Wanneer u uw best doet? Zich ijverig toelegt om uzelf voor God aangenaam te maken? Nee, dan blijft de onrust en de onvrede. U deelt alleen in de vrede met God, als u volstrekt recht staat tegenover Hem. Let erop: volstrekt recht! Niets mag er aan schorten. Hoe is dat mogelijk? , zegt u en u ziet op al het kromme en ongerechtige van uw zondig bestaan. Dat is mogelijk alleen door het geloof in Christus. Alleen door het geloof in Hem ben ik rechtvaardig voor God. Dan ziet God mij niet meer aan in mezelf, maar in Christus en rekent Hij mij de gerechtigheid van Christus toe, alsof ik zelf al de gerechtigheid volbracht heb, die Christus voor mij volbracht heeft. En... ben ik door het geloof in Christus rechtvaardig voor God, dan sta ik niet langer in een kromme, maar in een rechte verhouding tot God. Met als heerlijke vrucht: Vrede! Vrede met God door het bloed des kruises: „Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus"!

Vrede door recht. Zo bloeide Jeruzalem onder het bewind van Melchizedek. Zo bloeit Gods Sion onder de gezegende scepter van de Koning der gerechtigheid Christus. Zo zal het straks in volkomenheid zijn in Zijn eeuwig Vrederijk. Naar Zijn belofte zal Hij scheppen nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waarop gerechtigheid woont. Met als vrucht: eeuwige vrede. Daar liggen vrede en recht eeuwig ineengestrengeld. Naar de prachtige berijming van Psalm 72: „De bergen zullen vrede dragen/de heuvels heilig recht"!

Zijn priesterschap

Legt VS. 2 de aard van Melchizedeks koningschap open, VS. 3 doet dat t.a.v. zijn priesterschap: „Zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsrekening, noch beginsel der dagen, noch einde des levens hebbende, maar de Zoon van God gelijk geworden zijnde, blijft hij een priester in eeuwigheid"! Een passage, die vooral verstaan moet worden tegen de achtergrond van het feit, dat onder Israël een priester zich moest kunnen legitimeren. Hij moest stammen uit de zonen van Aaron, terwijl zijn moeder een zuiver Israëhtische diende te zijn. Melchizedek kon aan geen van deze voorwaarden voldoen.

Hij is „zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsrekening". Uiteraard wil dat niet zeggen, dat hij geen vader of moeder gehad zou hebben. Nee, de Schrift tekent ons hem als een voluit historisch figuur. Alleen, ze j meldt niets van zijn komaf. Wie zijn vader en j moeder zijn? We weten het niet. Uit welk geslacht hij stamt? Het is ons onbekend. Zelfs van zijn levensbegin en van zijn levenseinde wordt ons in de Schrift niets gemeld: , , noch beginsel der dagen, noch einde des levens hebbende". Het lijkt erop alsof hij nooit werd ge-; boren en nooit is gestorven. Kortom: alsof hij zijn priesterschap aldoor bekleed heeft en nog bekleedt. Alsof zijn priesterschap een ééuwig priesterschap is.

Dat de Schrift hem ons op deze wijze tejkent, is natuurlijk niet zonder bedoeling. Nee, zegt de Hebreeënbrief, dat heeft de Heilige Geest met opzet zo geschikt, opdat in de persoon van Melchizedek het eeuwig priesterschap van Christus zou opHchten: Maar de Zoon van God gelijk geworden, blijft hij priester in der eeuwigheid". In de volgende verzen wordt dit nader uitgewerkt, we hopen er dan ook een volgende maal op terug te komen. Voor nu is voldoende, dat Melchizedek dus ook als priester een type is geweest van Christus, de Hogepriester bij uitnemendheid. Hij heeft het ware offer gebracht. Met één offerande volmaakt degenen, die geheiligd worden. Dat we het dan bij Hem zoeken. Al de dagen van ons leven in Hem schuilen. Van niets en niemand anders willen weten dan van deze Priester, van Wie God Zelf getuigt: Maar Deze, omdat Hij in der eeuwigheid blijft, heeft een onvergankelijk Priesterschap. Waarom Hij ook volkomen kan zalig maken degenen, die door Hem tot God gaan, alzo Hij altijd leeft om voor hen te bidden" (7 : 24—25). Waar dan heen? Tot Hem alleen!

M.

L.W.Ch.R.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 mei 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Hogepriester naar de orde van Melchizedek

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 mei 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's