Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Twee lichtflitsen in de nacht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Twee lichtflitsen in de nacht

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

„ Want de aarde zal vervuld worden, dat z de heerlijkheid des Heeren bekennen, geli de wateren de bodem der zee bedekken. Maar de Heere is in Zijn heilige tempel. Zwijg voor Zijn aangezicht, gij ganse aar de.”

Hab. 2 : 14 en 20

We hadden misschien gedacht dat Habakuk een pessimist was. Dat hij alleen maar de zonde van zijn volk, en het gericht over die zonde zag. Maar nü zouden we geneigd zijn te vragen: is hij soms een optimist? Want het staat er uitermate slecht voor met zijn volk, en nu horen we hem toch goede, blijde boodschappen verkondigen.

Nee, de profeet is geen pessimist en ook geen optimist, hij is een realist. Hij ziet de werkelijkheid onder ogen. Maar hij mag ook over die werkelijkheid heenkijken. In de donkere nacht die over zijn volk daalt ziet hij toch een paar lichtflitsen.

Overigens is die nacht donker genoeg. Tot vijf keer toe roept Habakuk het wee uit over de goddeloosheid van zijn volk. En hij durft de zonde bij de naam noemen. Het zich verrijken ten koste van anderen. Het onrecht en het geweld in de samenleving. Het drankmisbruik en de afgoderij. Hij is niet een wereldvreemd mens. Hij kent zijn tijd en hij staat er met beide benen middenin.

Hij weet ook dat het kwaad niet ongestraft zal blijven. Hij heeft de Chaldeeën al zien aankomen. Maar die onheilsboodschap is geen doel in zichzelf. Nee, tegen de donkere achtergrond van het oordeel laat de Heere Zijn genade schitteren. De aarde zal vervuld worden dat zij de heerlijkheid des Heeren bekennen....

1) een blik vooruit

Valt dat nu niet uit de toon? Midden in dat zonderegister, midden tussen die oordeelsaankondigingen... De aarde zal vervuld worden van de kennis des Heeren? Is dat niet een zwerfsteen in deze profetie?

Ja, zeggen sommigen, dat woord past hier ij helemaal niet. Dat kan niet van Habakuk zelf jk zijn. Dat heeft iemand er zomaar tussen geschreven, iemand die de profetie van Jesaja ­ heeft gekend en die dit woord van Jesaja gebruikt om de harde woorden van Habakuk een beetje te verzachten.

Maar wanneer we aandachtig lezen, dan misstaat deze profetie helemaal niet! Dan past dit woord hier precies. Want wat wil de Heere zeggen? Dat ook de vijanden niet ongestraft hun gang kunnen gaan. Ze kunnen nog zoveel lawaai maken en nog zoveel macht ten toon spreiden, het is allemaal vergeefse moeite. Inplaats van zelf groot en machtig te worden, zal de Heere groot gemaakt worden.

Op Zijn tijd gaat de Heere ook die volken straffen en Zijn eigen volk verlossen. En dat zal niet onopgemerkt blijven. Dat zal gezien worden. En dan zullen de volken zeggen: die God van Israël, dat is nogeens een God!

Het is dus bedoeld als een bemoediging. Denk maar niet, Mijn volk, dat Ik het zal verliezen! Denk maar niet dat de vijanden vrij spel hebben. Uiteindelijk zal Ik overwinnen, en ieder zal dat zien, ieder zal dat weten.

Ze zullen de heerlijkheid des Heeren bekennen. De heerlijkheid des Heeren. Dat is de lichtglans die boven de tabernakel was in de woestijn. De lichtende wolk boven de tent der samenkomst. Het teken van de aanwezigheid van God. Van de God Die hemel en aarde vervult, en toch één plekje op de aarde had uitgekozen waar Hij wilde wonen, waar Hij Zich wilde openbaren.

En die wolk was later ook boven de tempel. Want toen de tempel werd ingewijd, toen konden de priesters niet op hun benen blijven Staan, omdat de heerlijkheid des Heeren het huis des Heeren had vervuld.

Maar die heerlijkheid bleef altijd nog beperkt, zij was gebonden aan één plaats. Aan de tabernakel, aan de tempel. Maar straks - zegt Habakuk - zal de hele aarde ermee vervuld worden. De heidenen zullen erkennen dat de Heere God is. Niet de zichzelf vergoddelijkende wereldmacht, maar de heerlijkheid des Heeren zal de aarde vervullen.

Nu reikt de bUk van de profeet vér vooruit. Over de grenzen van zijn land heen. Zelfs over de grenzen van de tijd heen. Hij ziet het moment aanbreken dat alle knie zich voor de Heere zal buigen, alle tong Zijn Naam zal belijden.

Hoe gaat dat gebeuren, hoe is dat gebeurd? Wel, toen de Zoon van God op deze aarde kwam, ons vlees en bloed aannam, toen is het al begonnen. Want in de nacht van Zijn geboorte stonden daar enkele schamele herders, in het licht van de heerlijkheid des Heeren. En als één van de evangeUsten het wonder van de vleeswording bezingt, dan zegt hij: wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd! De heerlijkheid des Heeren is vlees en bloed geworden in Hem Die ons in alles gelijk geworden is. En nu straalt het licht van Gods genade in de donkere nacht van onze zonde. Nu mogen mensen die 'j zitten in duisternis en schaduw van de dood, leven in het licht van Gods heerlijkheid.

Het Ucht schijnt in de duisternis. En dat licht breekt overal door. Door de wereld gaat een Woord, God Die gezegd heeft dat het licht uit de duisternis zou schijnen is Degene Die onze harten geschenen heeft om te geven verlichting der kennis der heerlijkheid in het aangezicht van Jezus Christus. En dat gaat zo door tot straks de aarde vervuld is van die heerlijkheid.

De aarde zal er zó vol van zijn als de wateren de bodem der zee bedekken. De zee is vol en de hoeveelheid water in die zee is niet te meten. Zo zal de heilige tegenwoordigheid van de Heere niet alleen de aarde vervullen, ze zal de aarde als het ware overstromen.

Dat lijkt toch in flagrante tegenspraak met wat onze ogen zien! Het is juist alsof het op aarde steeds donkerder wordt. Alsof God Zich terugtrekt, alsof Hij Zijn aangezicht verbergt. Alsof de vijandige machten het voor het zeggen hebben, en overwinnen zullen.

Maar het is schijn. De nacht valt wel over deze wereld, maar door die nacht heen zal de heerlijkheid des Heeren zich openbaren.

Dat is een bemoediging voor de Gemeente van Christus! De vijandige machten staan óp tegen de Heere en Zijn Gezalfde. Maar Hij heeft beloofd dat de poorten der hel Zijn Gemeente niet zullen overweldigen.

Maar je moet er wel ogen voor gekregen hebben om het te zien. Geloofsogen wel te verstaan. Want ze zullen de heerlijkheid des Heeren bekennen, zegt Habakuk. Ze zullen erkennen dat de Heere Koning is. Maar het zal een groot verschil zijn of we dat gewillig doen of gedwongen.... Waarom zouden we Hem niet te voet vallen, voordat we straks op onze knieën gedwongen worden? Waarom zouden we Hem niet uitroepen tot Koning over ons leven voordat we straks met tegenzin moeten erkennen dat aan Hem gegeven is alle macht in hemel en op aarde?

Als de heerlijkheid des Heeren over ons leven opgaat, dan wordt alles anders. Dan bekijken we alles met andere ogen. Dan kijken we over de zichtbare werkelijkheid heen. En dan is er ook een verlangen in ons hart dat de aarde vol zal zijn van de heerlijkheid des Heeren. Dat Hij de eer krijgt die Hem toekomt.

2) een blik omhoog

Maar de Heere... Het is alsof de profeet aan het slot zichzelf in de rede valt. Als hij wil zeggen: de Heere is er ook nog! Hij heeft het immers zojuist gehad over de afgoden van de heidenen? Hij heeft de spot gedreven met de mensen die de beelden eer bewijzen. Wat 'n dwaasheid is dat, goden aanroepen van hout en steen. Die kunnen niet horen, die kunnen niet spreken.

Onwillekeurig denken we aan Elia op de berg Karmel. De priesters van Baal sprongen tegen het altaar op en verwondden zich, ze riepen de hele morgen: O Baal, antwoord ons! Maar er was geen stem of opmerking. En Elia stak er de draak mee: roep een beetje harder, misschien slaapt hij, of is hij op reis...

Is dat vandaag relevant? Wij vereren toch geen afgoden, wij roepen toch niet tot stomme beelden? Dat weet ik nog niet zo zeker! De afgod van de welvaart, en van de techniek en van de sport en van de sex. En dan alle vormen van occultisme die vandaag in zwang zijn? Er zijn duizenden mensen die dag en nacht deze goden aanroepen, maar ze krijgen geen antwoord.

Maar de Heere! zegt de profeet. Van de afgoden brengt hij ons bij de enige, ware God. Want - zegt Calvijn - ook al dienen we de afgoden niet, dat wil nog niet zeggen dat we de enige ware God kennen en vereren. Ook nu zijn er gelukkig nog velen die niet in de greep zijn van allerlei machten, maar in hun leven heeft de Heere óók geen plaats.

Daarom wordt Zijn Naam uitdrukkelijk genoemd. Daarom wordt er aandacht gevraagd voor HEM. Je kunt Hem vinden, zegt Habakuk, in Zijn heilige tempel. Bedoelt hij daarmee de hemel? Of die ene plek in Jeruzalem, waar Hij Zich openbaart? Het ene hoeft het andere niet uit te sluiten. Die God, Die hemel en aarde gemaakt heeft. Die zo groot is dat de hemel der hemelen Hem niet kan bevatten, heeft een plaats waar Hij Zijn Naam doet wonen. Een plaats waar Hij gezocht en gevonden wordt.

Als de moderne heidenen ons zouden vragen: waar is jullie God? - dan kunnen wij niet wijzen naar Jeruzalem. Want de Heere Jezus heeft gezegd: de ure komt dat gij niet meer in Jeruzalem de Vader zult aanbidden... En toch is de Heere in Zijn heilige tempel. Daar, waar Hij Zijn Gemeente vergadert door Zijn Woord en Geest. In het heiligdom, waar het volk vergaderd is.

En Hij is niet een zwijgende God, Hij is een sprekende God. Hij heeft ons Zijn Woord gegeven. Hij heeft ons Zijn heil bekend gemaakt. En Hij heeft nog nooit tegen iemand gezegd: zoek Mij tevergeefs.

Wie zou deze God durven tegenspreken? Wie zou iets op Hem aan te merken hebben? Niemand toch? Daarom zegt de profeet: zwijg voor Zijn aangezicht, gij ganse aarde. Omdat Hij spreekt, de levende God, Wiens Woord geschieden zal, daarom past het ons, en alle mensen, te zwijgen.

Nu is Habakuk zelf ook op zijn plaats gekomen. Hij had nogal wat op zijn God aan te merken. Liet Hij alles zomaar toe? Mochten de goddelozen zomaar hun gang gaan? Zwijg voor zijn aangezicht, zegt de profeet ook tegen zichzelf. Hij is God en wij zijn mensen.

Maar het geldt ook voor de heidenen, die denken dat ze alles maar ongestraft kunnen doen. Hij ziet het kwaad en het onrecht wel. Wacht maar, want Hij komt erop terug!

Zwijg - in het Hebreeuws is dat alleen maar een klanknabootsing. Het zou vertaald kunnen worden met SSSTTT! Of wat je zegt tegen een blaffende hond: koest! Zó roept Habakuk op om stil te zijn voor de Heere. Stil toch, maak niet zo'n herrie. Je hebt immers tóch niets in te brengen? De Heere regeert!

Zwijgen. Dat is de enige houding die ons past tegenover de hoge en heilige God. Nee, dat ligt ons niet. Wij hebben een grote mond. Wij hebben veel op Hem aan te merken. Wij doen het goed, Hij doet het verkeerd.

Zwijgen kunnen we leren aan de voeten van Hem Die als een Lam ter slachting is geleid, en als een schaap dat stom is voor het aangezicht van zijn scheerders. Tegen Wie de zwaarste beschuldigingen werden ingebracht - doch Jezus zweeg stil.

Nu kan Job, ook in de ergste beproeving, zeggen: ik leg mijn hand op mijn mond. Nu kan een psalmdichter zingen: mijn ziel is immers stil tot God.

Wat wordt het dan een wonder, dat we niet een zwijgende, maar een sprekende God hebben! Een God Die tot ons spreekt van blijde troost en vree. Een God Die het gesproken heeft en Die het ook doen zal.

Als wij dan nog iets te zeggen hebben, laat het dan zijn tot eer van God. Dan geeft de Heere Zelf te spreken. Opdat mijn eer U psalmzinge en niet zwijge... Heere, mijn God, in eeuwigheid zal ik U loven!

W.v.G.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 augustus 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Twee lichtflitsen in de nacht

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 augustus 1992

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's