Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hemelvaartsvreugde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hemelvaartsvreugde

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

„En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanië, en Zijn handen opheffende, zegende Hij hen. En het geschiedde, toen Hij hen zegene, dat Hij van hen scheidde en werd opgenomen in de hemel. En zij aanbaden Hem, en keerden weer naar Jeruzalem met grote blijdschap. En waren te allen tijde in de tempel, lovende en dankende God. Amen." Luk. 24 : 50—53

Afscheid

Een afscheid beleven wij meestal niet met jveel vreugde. Op Schiphol komt vaak de zakdoek tevoorschijn. En hoe diep ontroerd is het [niet als we van een stervende afscheid nemen.

Hier lezen we over het afscheid van Jezus. Hij scheidde van hen en werd opgenomen in de hemel. Wat hebben de discipelen na de opstanding van de Heere Jezus goede uren met Hem doorgebracht. Telkens weer was Hij hun verschenen om hun twijfelende hart er toch maar vast van te overtuigen, dat Hij de dood had overwonnen. Alles wat ze met Hem hadden meegemaakt was geen mooie, maar wel 1 vervagende herinnering. Zijn liefde en Zijn jwaarheid, ja Hijzelf was levende werkelijkjheid. Zijn koninkrijk had de toekomst. We I hebben ook gezien, hoe de Heere hun onderwijs heeft gegeven over de tijd, die komen zou. De prediking van bekering en vergeving van zonden zou mogen uitgaan tot aan het einde der aarde.

Maar nu kwam daar een eind aan. Jezus wordt van hen opgenomen in de hemel. Hij zal niet opnieuw verschijnen, tot eens de dag zal komen van Zijn heerlijke wederkomst.

En wij zouden hier ook tranen verwachten. Tranen van verdriet om alles wat de discipelen in Jezus verhezen moesten. Maar de evangelist schrijft niet over tranen, of het moesten tranen van vreugde zijn. We lezen van grote blijdschap, waarmee de discipelen terugkeerden naar Jeruzalem.

Zegen

En is het begin van de tekst niet het geheim van het eind? Jezus is niet zomaar naar de hemel gevaren. Nee, Zijn handen opheffende zegende Hij hen. En dan nog verder: En het geschiedde, toen Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde.

Jezus legt al scheidend de zegen op Zijn discipelen.Dat houdt veel in. Dat houdt alles in. De zegen is het goede, het goede van Gods gunst en genade. En dat is heil, vrede en leven. Als God de mens gemaakt heeft, naar Zijn beeld en gelijkenis, zegent Hij hem. De mens zal zich vermenigvuldigen en de aarde vervullen. Hij zal heersen over het werk van Gods handen, maar het zal goed zijn. Zijn leven zal een gezegend leven zijn.

Later komt God tot Abram met Zijn belofte: In u zullen al de geslachten van de aardbodem gezegend worden. In u en uw nageslachten zullen zij het goede vinden.

Wat heeft Jakob niet allemaal gedaan om de aartsvaderlijke zegen te verkrijgen. De zegen, dat is dat God met je is. Dan kan het toch niet meer verkeerd gaan, dan moet het goed zijn en goed komen.

De zegen steekt af tegen de vloek. Er waren twee heuvels in Kanaan: Ebal en Gerizim, vloek en zegen. Als Israël Gods wetten zou houden, zou het zegen vinden, maar op overtreding zou zonder meer vloek volgen. Vervloekt is een ieder, die niet blijft in al hetgeen geschreven staat in het boek der wet om dat te doen. Maar waar is dan nog zegen? Ons bestaan is immers getekend door de zonde.

Daarom heeft het in het paradijs al geklonken: C Vervloekt. Wij hebben van huis God niet mee, d maar tegen. En God tegen, dat is alles tegen Zegen spreekt nooit vanzelf. Zegen is alleen''d maar genade. Dat God ondanks alles er toch p voor mensen wil zijn is een wonder.

In het Oude Testament werd er ^1 iets van 'h het geheim van dat wonder openbaar. Als de w offerdienst was volbracht hief de paster zijn handen zegenend over het volk op. Dan had g het bloed der verzoening gevloeid, dan waren D de gebeden gedaan en kwam hij naar buiten B bij het eerbiedig wachtende volk. Dan hief hij w zijn handen en sprak de zegen uit: De HEERE zegene u en Hij behoede u; de HEERE doele Zijn Aangezicht over u lichten en zij u gena-d dig; de HEERE verheffe Zijn Aangezicht over M u en geven u Zijn zegen.

Dat geheim valt helemaal open in de Heere Jezus. Hij heeft Zichzelf gegeven tot een volkomen verzoening van al onze zonden. Hij is voor ons tot een vloek geworden op Golgotha. Zo verwierf Hij de zegen.

Nu heft Hij Zijn handen zegenend op, Ziej die handen: Niet besmeurd en bezoedeld door z de zonde, maar doorboord en geschonden om de zonden. Die handen zegenen. Uit die han-b den vloeit ons het goede toe.

Er staat niet dat Jezus eerst zegende en toen! heenging. Dan zouden we nog kunnen den-| ken, dat met Zijn heengaan de zegen voorbij was. Nee, al zegenend wordt de Heere Jezus opgenomen in de hemel. En Hij is nu in de hemel als de zegenende Hogepriester. Het valt! heerlijk samen met de belofte, die we lezen aan het eind van het MattheüsevangeUe: En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de volein ding der wereld.

We zagen, hoezeer het Jakob om de zegen| te doen was. En ons? Het is ons nog zoveel heerlijker en rijker geopenbaard. Is het ons ook om de hemelvaartszegen te doen? Leven onder de zegenende handen van de Heere Jezus is toch pas echt leven.

Misschien tobben we en zeggen we: ja maar ik ben al zo lang en zo vaak onder die zegenende handen vandaan gevlucht. Ik heb het goede telkens weer elders willen zoeken, tegen beter weten in. Verzwijg dat vooral niet. Kom er eerlijk voor uit. Het bloed van deze zegenende Jezus reinigt van alle zonden.

Wat had Jakob het er slecht afgebracht, toen hij bij Bethel kwam. Toch ging de hemel open en klonk de belofte van Gods genadige nabijheid. Hemelvaart is een heerlijker Bethel. Het laat ons een hemel zien, die vol is van Christus en daarom vol is van zegen voor zondige mensenkinderen.

Bij de oude Grieken leefde de gedachte van ; de wraak der goden. Die kon je nooit ontlo-Ipen. Je kon menen veilig te zijn, maar onverhoeds trof die wraak je toch. Bij Christus is ; het net andersom. Zijn zegen is met je, overal waar je gaat en staat.

Wat hebben we soms moeilijke tijden. We Igaan door nachten van verdriet en zorgen. Diepe wonden worden in ons leven geslagen. Bekommerd vragen we ons af, wat er nu toch wel van die zegen te merken is.

Wij gaan soms vreemde wegen op. We dwa-'len hot en her. Het lijkt wel, of we bewust onder die zegenende handen vandaan willen. I Maar boven alle nachten en boven alle dwaalwegen, blijft de belofte staan: Ik ben met u. Ik zal u niet begeven en u niet verlaten. En telkens opnieuw mag het loflied kUnken: Geloofd zij God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegeningen in de hemel in Christus Jezus. Christus' afscheid is een afscheid vol zegen en daarom ook een afscheid vol vreugde.

Vreugde

Dat is de kern van wat Lukas aangeeft als reaktie van de discipelen. Er zijn ook nog andere dingen: Aanbidding, gehoorzaamheid, lof en dank. Maar de blijdschap speelt door alles heen. Als de Heere Jezus zo zegenend van hen heengaat, vallen ze in verwondering en aanbidding neer. Het moet in hun harten geleefd hebben: Wat is Hij groot en heerlijk en goed. Dat mag op Hemelvaartsdag ook in ons hart zijn. Het lijkt op Koninginnedag. Het is koningsdag. De dag, waarop we in 't bijzonder mogen denken aan de grootheid en de heerlijkheid van de Koning der koningen. Hemelvaart vraagt bewondering en aanbidding. De reserves mogen wegvallen, de banden losgemaakt om ons over te geven aan de heerlijkheid van Jezus' Naam. De wereld gaat voorbij met al haar begeerlijkheden. Jezus is een eeuwige Koning. Zijn Koninkrijk is van alle eeuwigheid. Wie nu niet valt voor Zijn majesteit, zal straks moeten vallen. Nu vallen is leven, straks vallen is ondergaan.

De aanbidding van de discipelen gaat samen met gehoorzaamheid. De Heere Jezus heeft ze naar Jeruzalem verwezen. Daar gaan ze nu dan ook heen. Ze stuiven niet alle kanten op. Laten zich niet leiden door ingevingen van hun hart. Ze houden zich eenvoudig aan het woord van Jezus. Aanbidding zonder gehoorzaamheid heeft geen gewicht. Wel zingen over de grote Koning, maar niet naar Zijn woorden leven is leeg. Het woord van Jezus wil ons regeren en bewaren op de weg van Zijn zegen.

Daar wordt ook vreugde gevonden. Jezus had Zelf beloofd bij Zijn afscheidsrede: Er zou wel verdriet zijn bij hen, want Hij zou van hen heengaan, maar dat verdriet zou veranderd worden in bUjdschap. En die blijdschap zou niemand meer van hen wegnemen. Het is die blijdschap, die haar fundament vindt in een zegenende Jezus. Zo komen ze bij elkaar in de tempel om God te loven en te danken. Loven is de reaktie op zegen. In het Grieks is het hetzelfde woord. God zegt ons in Christus het goede toe. Met dat goede keren wij lovend naar Hem terug. De zegen wekt een lofzang. Waar het vandaan komt, keert het terug. Uit God, door God en tot God zijn in alle dingen.

In Handelingen 1 schrijft dezelfde Lukas, dat de discipelen bijeen zijn volhardende in het gebed. Hier staat, dat ze te allen tijde in de tempel waren, lovende en dankende God. Dat sluit elkaar zeker niet uit. Ze mochten de Heere Jezus grootmaken, ze mochten danken voor de belofte van de Geest. Maar het gebed blijft. En zoals het voor Pinksteren was, blijft het daarna. We gaan er nooit vanuit, dat het natuurlijk wel goed komt. We danken en bidden, we bidden en danken. We danken, dat de Heere Jezus Zijn Geest heeft uitgestort in de gemeente. Maar we beschikken er nooit over. We blijven arme zondaren en altijd weer strekken we onze lege handen naar God uit. , , Werk door met Uw Heilige Geest in de gemeente en in onze harten, opdat wij leven mogen tot eer van Uw grote Naam". We geloven en bedelen, we bedelen en geloven en zo vinden we vreugde. Vreugde om Hem, die nooit beschaamt.

Gods wagens, boven 't luchtig zwerk. Zijn tien-en tienmaal duizend sterk. Verdubbeld in getalen. Bij hen is Zijne majesteit. Een Sinaï in heiligheid. Omringd door bliksemstralen. Gij voert ten hemel op, vol eer; De kerker werd Uw buit, o HEER! Gij zaagt Uw strijd bekronen Met gaven tot der mensen troost. Opdat zelfs 't wederhorstige kroost Altijd bij U zou wonen.

W.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 mei 1993

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Hemelvaartsvreugde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 mei 1993

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's