Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Evangelisatiewerk in de praktijk

In Transmissie, het kaderblad voor zendings evangelisatiecommissies, schrijft P. de Groot o de actie „geef het Woord door", zoals deze in Giessendam-Neder-Hardinxveld gehouden is. is goed eens iets te lezen over initiatieven op p selijk vlak. In andere gemeenten kan men daa door aan het denken gezet worden.

„Reeds heel wat jaren wordt er vanuit de Herormde Gemeente van Giessendam/Neder-Harinxveld evangelisatiewerk gedaan. Trouw zweren de medewerk(st)ers van de evangelisatiecomissie eens in de maand uit naar adressen van and-en buitenkerkelijken. Heel belangrijk werk, ant op die manier kunnen er contacten worden elegd met mensen, die niet (meer) naar de kerk aan en soms helemaal niet meer van God willen eten. Toch zijn ook zij unieke schepselen van od en daarom...

Voorafgaande aan zo'n uitzwermavond, want o worden deze avonden genoemd, staat er in het kerkblad een artikeltje over dit werk, met het verzoek dit in het gebed te gedenken. Meestal wordt dat verzoek ook tijdens de kerkdienst voorafgaand aan de uitzwermavonden gedaan.

Betrokkenheid

Vaak kwam de vraag boven of de gemeente er toch echt wel voldoende bij betrokken was, want als evangelistiewerk(st)ers kreeg je zo weinig een positieve opmerking. Terwijl het toch zo is, dat de evangelisatiecommissie dit werk namens de gemeente doet. Vinden de gemeenteleden het wel goed dat dit soms toch wel moeilijke werk is uitbesteed aan een commissie? Dat kan en mag niet zo zijn, want de gemeente dient toch een zendingsgemeente te zijn en dat niet alleen door het geven van gaven voor het zendingswerk, maar ieder hd dient toch ook oog te hebben voor de niet gelovige, maar toch zo goede buur of vriend, de collega op het werk, het vriend(innet)je van school of een famihelid? Hoe krijg je de gemeente zo ver, was dan vaak de vraag, totdat ik een brief in handen kreeg van de Stichting , , Geef het Woord door”.

„De Levensbron”

Deze stichting was in de gelegenheid gesteld, om in 1993 gratis minimaal 100.000 ex. van , , De Levensbron" (het Nieuwe Testament met gedeelten uit het Oude Testament) via acties te verspreiden onder hen die van het Evangelie vervreemd zijn. De voorwaarde die hieraan werd verbonden, was dat dit kapitaal (materieel) niet renteloos zou worden opgeslagen maar zou worden doorgegeven.

Bij die brief was een brochure gevoegd waarin was aangegeven hoe er in Soest met , , De Levensbron" was gewerkt. Deze brief bracht mij op het idee om de gemeente meer te betrekken bij haar opdracht om getuige te zijn. Dit idee werd verder uitgewerkt tot de actie , , Geef het Woord door" en zowel in kerkeraden als in de commissie besproken en erg positief ontvangen.

Opdracht

Op de laatste zondag van september zouden er aan het einde van de morgendiensten bij de uitgan­gen van de beide kerkgebouwen voldoende exemplaren van , , De Levensbron" klaarhggen om mee te nemen, met als doel deze door te geven aan een bekende die geen bijbel had (of deze diep had weggestopt) c.q. niet kerkelijk meelevend was.

Die morgen werd er in beide kerken gepreekt uit Markus 5, waar het gaat over de genezing van de bezetene uit Gardara en de nadruk lag op het laatste gedeelte van deze geschiedenis, waar Jezus de genezen man opdraagt om thuis te boodschappen de grote dingen die de Heere gedaan heeft en hoe de Heere Zich over hem ontfermd had. Deze man gehoorzaamde Jezus en degenen aan wie hij dit vertelde verwonderden zich allen.

Op die wijze werden de gemeenteleden er bij bepaald, dat ook zij, niemand uitgezonderd, een opdracht hebben om in eigen omgeving het Woord door te geven. Dat kon concreet gemaakt worden door een exemplaar van , , De Levensbron" mee te nemen en dat door te geven aan een buurman (buurvrouw) of vriend(in), een collega, familiehd of jongen(s) en/of meisje(s) uit de klas.

Om door te geven

Zouden we , , De Levensbron" bij de uitgang uitreiken of was het beter er voldoende klaar te leggen, zodat een ieder vrij was om één of meer exemplaren mee te nemen? Heel bewust hebben we voor dat laatste gekozen, omdat we van mening waren, dat een ieder vrij moest zijn om aan de oproep tot getuigen gehoor te geven. Tenslotte zou dan ook hier het Woord de mensen hiertoe moeten bewegen. Dat we hierin niet beschaamd werden bleek uit het feit, dat inclusief de exemplaren die in de week aansluitend op bovengenoemde zondag nog de gemeente , , ingingen" er ca. 800 exemplaren waren meegenomen, iets waar we stil en dankbaar van werden. Wel zijn we er ons van bewust, dat heel wat gemeenteleden hebben geworsteld met de vraag: Hoe en aan wie geef ik , , De Levensbron" door? Mogelijk zijn er nog steeds mensen in de gemeente, die met deze vraag zitten.

Alleen doorgeven?

Maar alleen , , De Levensbron" te laten doorgeven was natuurlijk niet voldoende. In ieder exemplaar van , , De Levensbron" hadden we een kort briefje gedaan, waarin werd uiteengezet wat dit voor een boek is, met gelijktijdig de uitnodiging om eens een kerkdienst te bezoeken. Hiertoe zou drie maal per jaar een evangehsatiedienst worden belegd, de eerste twee weken na de zondag dat , , De Levensbron" werd uitgereikt.

Hoe zouden we deze evangehsatiediensten verder invullen? We kozen er voor om de liturgie van deze diensten niet anders te laten zijn dan bij ons gewoon is. Een buitenkerkelijke, die ook de gewone diensten gaat bezoeken, moet niet de indruk krijgen dan in een heel andere dienst terechtgekomen te zijn.

En na afloop van de dienst? Het is beter te beginnen vóór de dienst. Als je een exemplaar van „De Levensbron" had doorgegeven, dan kon je misschien ook die persoon wel uitnodigen voor de dienst (niet zo gemakkelijk hoor!) en na de dienst thuis uitnodigen voor de koffie. Dat laatste leek ons beter dan mensen voor wie de drempel toch al zo hoog is, met koffie en al in een bijzaal extra in de , , schijnwerpers" te plaatsen.”

Dhr. De Groot noemt met betrekking tot , , De Levensbron" als minpunt dat het Oude Testament (behalve de Psalmen) in deze uitgave onbreekt. Daar staan echtereen aantal pluspunten tegenover, vooral dat , , De Levensbron" op verschillende adressen van rand-en buitenkerkelijken met belangstelling is ontvangen en dat gemeenteleden zijn bepaald bij de opdracht om het Woord door te geven.

Voor ons de vraag: geven wij het Woord door? Is in ónze gemeente voldoende aandacht voor het evangelisatiewerk? Verstaan wij onze roeping in deze?

J.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 oktober 1994

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 oktober 1994

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's