Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor bloedschuld behoed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor bloedschuld behoed

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

„Want voorzeker, het is zo waarachtig als de HEERE, de God Israels leeft. Die mij verhinderd heeft om u kwaad te doen, dat ten ware dat gij u gehaast had en mij tegemoet gekomen waart, zo ware van Nabal niemand, die mannelijk is overgebleven tot het morgenlicht". 1 Sam. 25 : 34

Een dwaze man

David is nog steeds op de vlucht voor Saul. ij houdt zich op in het zuidelijk bergland van udea. Veel bijzonders kan hij daar niet uitichten. Zeker niet met het oog op zijn toeomstig koningschap. Het enige wat er te oen valt is bescherming bieden aan de daar et hun kudden rondzwervende herders. Deze erden konstant bedreigd door rovers, die het p hun schapen en geiten hadden voorzien. et zal daarbij best wel eens moeilijk geweest ijn om zijn eigen mannen in de hand te houen. Immers die waren ook niet altijd van het este soort. En om telkens weer voedsel geoeg te hebben voor allen zal een hele puzzel eweest zijn.

Maar David wilde niet dat hij en zijn manen bekend zouden worden als veerovers. Op en dag is er een schaapsscheerdersfeest van abal. Een soort oogstfeest, waarbij ieder gul in ruim werd bedacht. Echt gierig kun je Naal niet noemen, want op geen enkele manier krijgen we de indruk, dat het er op zijn feest knijperig en zuinig aan toe is gegaan. Er was eten te over en overvloedig vloeide de wijn.

Dat is de dwaasheid van Nabal eigenlijk niet. Wel, dat hij als Davids mannen zich beleefd tot hem wenden om een beloning voor hun trouwe bewaking van zijn kudden, blijk geeft David niet te willen kennen. Schamperend horen wij hem zeggen: , , Wie is David, en wie is de zoon van Isaï? Is hij meer dan een weggelopen slaaf. Je hebt tegenwoordig zoveel slaven, die tegen hun heer in opstand komen. Daar kan ik allemaal geen rekening mee houden". Op het eerste gehoor eigenlijk best een nuchtere redenering van Nabal, vindt u niet. Het Hgt een beetje in de sfeer van: Je hebt tegenwoordig zoveel mensen, die denken dat ze uit hun land moeten vluchten, zoveel asielzoekers, daar kunnen wij toch niet allemaal voor op draaien?

Jawel, maar voor wie dat toen mocht gelden voor David niet. Bij David ligt alles anders. Hij is de beminde des HEEREN. Gods uitverkorene. Bestemd om Zijn Naam en Zijn rijk te dienen. Daarom staat David in de Samuëlboeken centraal. En waarom is Nabal nu dwaas? Omdat hij niet herkent, wie David is. Omdat hij niet in de gaten heeft, dat God met David is en hem schouderophalend en spottend afdoet als een weggelopen slaaf.

Daarmee staat of valt nu ook onze wijsheid. We denken dan aan de grote Zoon van David, Jezus Christus. Hij is Gods uitverkorene bij uitstek. Hij heeft als geen ander Gods Naam geopenbaard. Hij heeft Gods zaak gediend. Gods koninkrijk gesticht op deze wereld. Zeker, dat zag je er op het eerste gezicht niet aan af. Nog minder dan bij David. Die had nog een club stoere strijders om zich heen. Bij Jezus vind je tollenaren en zondaren. En Zijn evangelie is naar wereldse maat ook al niet indrukwekkend. Houd het maar eens naast de reklameboodschappen. Met hun oogstrelende lichteffekten. Hun verleidelijke beelden en klanken. En wat ze dan allemaal beloven! Datis toch pas de moeite waard. Dat maakt toch indruk. Op ouderen en jongeren. Het evangelie steekt daarbij sober en simpel af. Je kunt het jonge mensen horen zeggen: Het is zo saai allemaal in de kerk. En toch, wie het evangelie van Christus veracht, is de wijste niet, maar de dwaaste. Die is niet beter dan Nabal. Die vergooit zijn ziel en zaligheid aan dingen die de moeite niet waard zijn.

Een wijze vrouw

We keren terug tot onze geschiedenis. Als de knechten van David vertellen wat hun is overkomen reageert hij woedend. Dat laat hij niet op zich zitten. Met vierhonderd man trekt hij er op uit.

Vast van plan om onder Nabal en al zijn i mannen een bloedbad aan te richten. Begrijpelijke reaktie, vindt u niet? Je zal maar zo beledigd worden! Dat laat je toch niet gaan? Je betaalt toch met gelijke munt terug! Je neemt toch wraak! Als de buren ons kwalijk behan i delen, kijken wij ze ook niet meer aan. Als dat j famihelid van ons niet meer wil weten, zoeken j wij ook geen kontakt meer.

Begrijpelijk toch, vanuit ons zondige en agressieve hart. Ja, maar of het goed is, of het van Christus is, dat is de vraag! Of eigenlijk i dat is geen vraag. De HEERE heeft toch gezegd: Mij komt de wrake toe. Ik zal het vergelden.

Wat is David hier verkeerd bezig. In het vo rige en volgende hoofdstuk kunnen we nog heel anders van hem lezen. Saul heeft niet anders gedaan dan hem naar het leven staan, maar David kan en wil geen wraak nemen. Nu het niet om de gezalfde des HEEREN gaatj denkt hij zich te kunnen laten gaan in blinde drift.

In de Bijbel worden ons geen standbeelden g voorgehouden, maar levende mensen. Gelovi­ •o gen, in hun overwinning, maar ook in hun ver lies. Op hun hoogten, maar ook in hun diep e te van zonde en tekort. Dat is een troost. Vooi G ieder, die de HEERE vreest en nog wel eens e schrikken moet van zichzelf. Het is ook een w vermaning. Laten we gedurig op onze hoede g zijn. Wie meent te staan, zie toe dat hij niei d valle. En op je hoede zijn, dat is in gebed zijn r , , HEERE bewaar mij en HEERE help mij”.

Dan valt er iets op. In vers 21 en 22 lezen we de eed, die David gezworen heeft om Nabal te zullen doden. Ja zover gaat hij zelfs. Maar hij ebruikt daar niet de naam van de HEERE. Hij spreekt slechts over God. HEERE, dat is de Naam van het verbond. Die Naam kan hij niet over zijn lippen krijgen. Hij voelt kennelijk aan, dat dat niet kan, omdat hij toch niet echt op de goede plaats is.

Zo gaat dat dan soms. Je bent als gelovige helemaal verkeerd bezig. En je gebruikt nog vrome woorden ook. Maar toch ergens is er iets van binnen, een stem, een gevoel, een waarschuwing, zodat je niet meer echt en vol over de HEERE kunt spreken.

Maar nu dan dus die wijze vrouw. Dat is Abigail. We hebben gehoord, hoe de Schrift van haar getuigt, dat ze goed was van verstand. En wat is nu het diepste geheim daarvan? Is dat haar voortvarendheid? Want voortvarend is ze. Als een knecht haar gemeld heeft wat er gebeurd is en waarschuwt, dat daar niet veel goeds uit voort zal komen, grijpt ze onmiddellijk in. Ze onderneemt onmiddellijk aktie en doet dat op een heel goede en verstandige manier. Haar man laat ze erbuiten. Ze beseft wel, dat op dit moment met hem geen verstandig woord te spreken is. Snel maakt ze een rijk en overdadig geschenk voor David klaar en trekt hem tegemoet.

Ongetwijfeld is dat een stuk wijsheid. En je bent ermee gezegend als je als man of als vrouw zo kordaat en trefzeker op moeilijke situaties weet te reageren. Ga daar niet trots op in en veracht zeker anderen niet, die wat minder resoluut zijn, maar dank er je Schepper voor, die u, die jou dat talent gegeven heeft.

Er is dan nog meer positiefs van Abigail te zeggen. We lezen zowel in vers 24 als in vers 28, dat zij de schuld van haar man op zich neemt. Nee, ze praat niet goed, wat hij gedaan heeft. En ze draait er ook niet om heen, wat en wie haar man is. Nabal heet hij, zegt ze tegen David, dat betekent dwaas en dat is hij ook.

Dat „dwaas” heeft zowel een geestelijke als een praktische betekenis. Nabal is dwaas voor God. Hij wil David, Gods uitverkorene niet erkennen, maar hij is ook dwaas in de manier waarop hij de dingen aanpakt. Toch wil Abigail zichzelf daarmee niet buiten schot houden. David moet haar maar die misdaad toerekenen en nederig vraagt ze er vergeving voor. Dat is ook zeker een stuk wijsheid. Ja, je zou kunnen zeggen, dat is de wijsheid van de liefde. Dat je niet altijd maar de schuld zo­ ver mogelijk van je wegschuift. Je kerkelijke collega heeft zich op het werk onmogelijk gedragen. Maar daar heb jij niets mee te maken. Daar wil jij niet op aangekeken worden. Dat je man of je vrouw of je kinderen zo doen, daar neem je zover mogelijk afstand van. Je schaamt je ervoor. Laten ze vooral goed beseffen, dat jij anders bent.

Zo is de wijsheid der liefde niet. Die draagt, die draagt mee. Die spiegelt zelfs iets van de liefde Gods. Die in Christus de schuld en de zonde van die grote dwazen, die wij zijn op Zich genomen en gedragen heeft.

En toch is dat allemaal het laatste geheim van Abigails wijsheid niet. Het is eigenlijk net als bij Nabal, maar dan andersom. Haar wijsheid is, dat zij de Gezalfde Gods herkent en erkent. Ja, dat zij van hem een heerlijke profetie mag uitspreken. De HEERE zal Davids huis bestendig maken. Hij zal David beschermen en Hij zal hem koning maken over Israël.

Dat is ten diepste wijsheid. Dat we de Gezalfde Gods herkennen en erkennen. Dan zijn we zoals hier staat goed van verstand. Wij kunnen een berg wetenschappelijke kennis vergaderen. We kunnen in staat zijn met onze scherpzinnige argumenten iedereen af te troeven. Maar is dat wijsheid? De eenvoudigste werknemer kan wijzer zijn dan de knapste professor. Waarom? Omdat de eerste de Heere Jezus kent en de laatste niet. Omdat de laatste met al zijn kennis verstrikt is geraakt in zichzelf en geen oog en hart heeft voor wat van God is. Voor Zijn Woord, voor Zijn Evangelie. Moeten we dan maar onverschillig zijn tegenover alle andere kennis.

Natuurlijk niet. We mogen en moeten alle talenten, die God ons gegeven heeft met inzet gebruiken en ontwikkelen. Maar dan wel in de geloofsverbondenheid aan de Heere Jezus Christus. In de erkenning en de verheerlijking van Zijn Naam. Dan zijn we niet als deze dwaas hier, die de Gezalfde Gods veracht en evenmin als de dwaas uit het evangelie, die aan zichzelf en aan zijn rijkdom genoeg had, dan blijven we ootmoedige en afhankelijke mensen, zondaren, die leven mogen uit het wonderlijk geheim van Gods genade en trouw.

Een bewarend God

Daar mogen we tenslotte nog iets van zien. We ontmoeten in dit verhaal een dwaze Nabal, een wraakzuchtige David, een verstandige vrouw, maar vooral ook een genadig bewa- rend God. Let u er eerst maar op, hoe de HEERE Abigail Zijn belofte over Davids leven nog eens met nadruk laat uitspreken. Het is niet zomaar dat aan het begin van het hoofdstuk de dood van Samuel is vermeld.

Wat moet dat David een verdriet gedaan hebben. Samuel was toch de ziener, die hem gezalfd had tot koning over Israël. Nu was hij weggevallen. Wie en wat kon hem nu nog bemoedigen en betuigen, dat hij echt tot Gods doel zou komen. De omstandigheden werkten daar ook al niet mee. Hij kon niet veel anders doen, dan zich verbergen voor Saul en wat op de kudden van anderen passen. Je kunt je voorstellen, dat de twijfel Davids hart besprongen heeft. Wat moest er van terechtkomen. En hoor, nu gebruikt de HEERE deze vrouw om Zijn belofte nog maar eens heel duidelijk en krachtig aan hem te verzekeren. En zelfs te zeggen, wat later de profeet Nathan herhalen zal, dat zijn huis bestendig zal zijn.

Zo zorgt de HEERE nog. Er kunnen donkere dagen zijn in ons geloofsleven. Je ziet het almaar minder worden, zoveel jongeren en ouderen zeggen niet meer te kunnen geloven, en de twijfel kruipt ook in jou omhoog. Maar God laat je niet los. Hij zorgt. Ineens komt Zijn belofte weer helder en krachtig naar je toe. Van alles en iedereen kan Hij daar voor gebruiken. Een dominee, een vader, een moeder, een vriend, een vriendin. Of soms zomaar iemand, die je ontmoet en van wie je het nooit had verwacht. De HEERE laat niet varen de werken Zijner handen. Hij staat Zelf voor Zijn eigen zaak in, ook in uw leven.

En wat wil de HEERE ook heerlijk bewaren voor het kwade. We zien het hier. Wat zou het een smet op Davids naam geworpen hebben als hij zijn moordzuchtige plannen had kunnen uitvoeren. Ja, hij had een bloedschuld op zich geladen. Het zou hem later als hij koning zou zijn, altijd nog voor de voeten geworpen kunnen worden, het zou knagen aan zijn geweten. Abigail houdt hem dat ook voor. En David belijdt, niet dat zij hem voor dat kwaad heeft bewaard, maar de HEERE. Hij ziet er duidelijk de hand des HEEREN, die hem door middel van deze vrouw voor wraak en moord heeft willen bewaren.

Wat is God goed voor een zondig mensenkind als David was. Wat is God goed voor mensen als wij zijn als Hij ons voor zoveel zonden bewaart. Ja, als Hij het Zelf voor ons tegen onze vijanden opneemt. Want Nabal krijgt wel zijn verdiende loon, maar daar zorgt God voor. Mij komt de wrake toe. We kunnen het gerust aan de HEERE overlaten. Tenslotte zal Hij al Zijn vijanden doen vergaan. En als het over wraak gaat, dan is er bij de HEERE nog iets wonderlijks. Immers Hij zou Zich ook op ons kunnen wreken. Wie beter dan Nabal wil zijn kent zijn eigen hart niet. Maar de HEERE heeft die wraak en die vergelding Zelf op Zich genomen.

Zijn eigen Zoon tot zonde gemaakt voor ons, opdat er zelfs voor de grootste dwaas onder ons verzoening zou zijn en leven en vrede. We hebben veel op mensen gelet. Maar we mogen eindigen in God. Hij heeft een welbehagen in het offer van Zijn Zoon Jezus Christus. En met alles wat we zijn en wat we niet zijn, mogen we daarin schuilen. En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus.

Gij hebt Uw land, o HEER, die gunst betoond, Dat Jakobs zaad opnieuw in vrijheid woont. De schuld Uws volks hebt G' uit Uw boek gedaan, Ook ziet Gij geen van hunne zonden aan. Gij vindt in gunst en niet in wraak Uw lust. De hitte van Uw gramschap is geblust. O, heilrijk God, weer verder ons verdriet. Keer af Uw wraak en doe Uw toorn te niet.

P.

W.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 24 oktober 1994

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Voor bloedschuld behoed

Bekijk de hele uitgave van maandag 24 oktober 1994

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's