Kerstfeest in het teken van de liefde

RONDOM KERST

„Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld, opdat wij zouden leven door Hem. (...) Geliefden, indien God ons alzo lief heeft gehad, zo zijn ook wij schuldig elkander lief te hebben.” 1 Johannes 4 : 9 en 11

Een donkere achtergrond

Johannes schildert Gods liefde uit. Zijn schilderij oogt als een kerstschilderij van Rem­brandt van Rijn. Opvallend voor die schilderingen is de manier waarop wordt omgegaan met de lichtval. Daarmee legde hij een boodschap in zijn werk. Hij volle licht valt op de geboren Zaligmaker. Om Hem gaat het. En het duister om Hem heen geeft aan, waarvoor Hij komen moest. Hij zou hen met Zijn licht bestralen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods.

Met het woordje , , wereld" duidt Johannes dat donker aan. De wereld is een God vijandige wereld. Een wereld in het duister van de afkeer van God. Een verworden wereld. Besmeurd en beduimeld. Van haar schoonheid beroofd. Eertijds was ze een sieraad dat uit Gods scheppende handen voortkwam. Maar die eerste glorie is door ons mensen verdaan. Verbroken werd het verbond met de Vader der lichten. Begonnen werd een slavendienst bij de vorst der duisternis.

En wat heeft het ons mensen opgeleverd? Dat wij het leven hebben verloren. Met de woorden , , opdat wij zouden leven door Hem" gaat Johannes er immers van uit, dat we het leven blijkbaar niet bezitten. Het leven, dat wij van huis uit leven, is bij God de naam van leven niet waard. Het mist elk raakvlak met God en Zijn Woord. Het is een leven los van Hem en zelfs tégen Hem. Want zo dood als we zijn voor Gods dienst, zo levend zijn we van nature in het zondigen. Dat is het duister van het , , schilderij" van Johannes.

Herkent u het? Bekent u het ook van uzelf?

Het Licht van Boven

En Johannes getuigt: , , Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld." Is voor u uw zonde werkelijk zonde geworden tegen God, dan is het een openbaring te horen, wat God daar tegenover stelt. Zijn liefde. Is het niet om met heilige verbazing te lezen? Liefde van God... voor ons? Ja, dat is geopenbaard met de komst van Christus in de wereld. Tevoren was het nog enigszins bedekt.

Maar bij de geboorte van Christus is het heerlijk aan het licht gekomen. In glanzende schoonheid treedt dit wondere feit met kerst naar voren. Alle windselen van de belofte zijn nu afgewikkeld. De volle werkelijkheid komt nu voor de dag.

God heeft Zijn liefde in het zenden van Zijn Zoon voor ons helemaal opengevouwen.

Wat een liefde! God zendt niet een engel.

Hij zendt Zijn enigst Kind, Zijn Geliefde. Van Boven komend in onze duistere wereld.

Als een Licht in het donker.

Gezonden in de wereld, niet om zondaren te vonnissen en te straffen. Nee, Zijn ambt behelst het tegendeel: Hij bereidt aan dode zondaren het leven! Het ware leven in gemeenschap met God. Dat wel begint, maar nimmer eindigt. Hij brengt daartoe verzoening aan voor de zonden van velen!

Ondertussen rijst de vraag, waar u staat? De persoonlijke voornaamwoorden in Johannes' brief geven daartoe aanleiding. Misschien nog in het duister? Durft u zich niet te rekenen onder die mensen die door Christus leven? Want, ja, dan moet er toch wel één en ander voor handen zijn. Dat gaat niet zo maar, denkt u.

Toch, wat vraagt de HEERE meer van u, dan dat u komt zoals u werkelijk bent? Als een zondaar die de eeuwige dood heeft verdiend. Als een mens, die niet langer probeert God om de tuin te leiden. Die de duisternis van zijn bestaan niet langer kan en wil verbloemen. Voor zulke mensen is er alle hoop. Het Licht wordt immers gezonden in de wereld, tot mensen die tot leven moeten worden gewekt? Ga de HEERE in uw gebed maar tegemoet met Zijn eigen Woord. Daar komt u niet verkeerd mee uit!

Geopenbaarde liefde en verschuldigde liefde

God gebruikt de levende verkondiging van Zijn Woord ervoor om dit lichtende heilsfeit aan ons bekend te maken. Dit komen van Gods Zoon in het menselijke vlees wordt ons voorgehouden als het toonbeeld van Gods genadige hef de. Wat een weldaad, wanneer er voor die blijde boodschap bij u een open oor en een ontvangend hart kwam. Dan staat het u niet tegen, dat vanuit deze geopenbaarde liefde Gods er ook liefde van u verlangd wordt. Dat u, in antwoord op wat u heeft ontvangen, dat aan de HEERE verschuldigd bent.

„Geliefden, indien God ons alzo lief heeft gehad, zo zijn ook wij schuldig elkander hef te hebben". Johannes geeft zelf het voorbeeld. Hij spreekt de gemeente aan als beminden, als gehefden. Elkander hefhebben, dat is een omschrijving voor de gemeenschap der heiligen. Voor de onderlinge genegenheid in de gemeente, waarvan het geheim de Hefde Gods is in het zenden van Zijn Zoon. Dat zal toch te merken zijn, wanneer u dat beoefent. Als er wat man­ keert bij een ander, dan kunt u niet zwijgen. En... daarbij bidt u God om het juiste moment, de juiste plaats, de juiste toon. Dan gaat u andermans huis niet voorbij in kwade dagen, in moeite en verdriet. Of dat nu tijdelijke dingen betreft of eeuwige. Dan weet u een ander te vinden, als er reden is tot vreugde. In de famiUaire leven, maar ook en juist in het geestelijke leven.

Hoever liefde strekt

Verschuldigd zijn de ander hef te hebben. Vallen uw collega's daarbuiten? Of uw werknemers? Bent u begaan met hun leven, in de zin van Johannes' brief? Dat te tonen zal niet altijd eenvoudig zijn. Het kan maar al te zwaar vallen om een goed woord van de gekomen Zaligmaker te berde te brengen. Hoevelen zijn er niet die de naam van God alleen nog over hun lippen krijgen in een vloek? Soms kan het betoon van de liefde van uit het Kerst evangehe een tijd lang niet anders worden uitgedrukt dan door uw manier van doen. Als het onmogelijk is om aan een ander Gods Woord voor te houden, dan is het altijd nog mogelijk, dat anderen dat Woord enigszins weerspiegeld zien in uw levensboek...

Liefdebetoon zal ook verschuldigd zijn in de kring van de famihe. Dat kan zo eenvoudig zijn. Als er over en weer geleefd wordt vanuit Gods geopenbaarde liefde. Maar, het kan ook zo moeilijk zijn. Als er wat is voorgevallen. En dat is niet dezelfde dag weer bijgelegd. Dan wordt de drempel van het huis van de ander met de dag hoger, 't Wordt moeilijker te vergeven. De sphnter in het oog van hem of haar wordt geleidelijk aan een dikke balk. En de balk in uw eigen oog wordt zachtjes aan een microscopisch kleine sphnter... Hoe langer het in het vat zit, hoe meer het verzuurt. Zo kan het zijn tussen broers en zusters, tussen ouders en kinderen, zelfs tussen man en vrouw.

Liefde geven

Met de geschonken liefde van God in het hart zal er een sterk verlangen zijn om anderen liefdevol te bejegenen. Dat verlangen zal niet beperkt blijven tot de kring van de vrienden. Want dat is geen opgaaf. Jezus zegt ergens, dat de heidenen dat ook doen.

De verschuldigde hefde waar sprake van is in 1 Johannes bedoelt juist ook hen die u hebben kwaadgedaan. Die u hebben miskend, hebben veracht, of misdeeld of... De bede die Christus Zijn discipelen leerde wordt hier met andere woorden onderstreept: Onze Vader Die in de hemelen zijt, vergeef ons onze schulden, gelijk óók wij vergeven ónze schuldenaren. Het één kan toch niet blijven zonder het ander. Het één roept om het ander! Overweldigd door Gods liefde in Christus bent u gehouden om die liefde te leven met Hem én met uw naasten.

Roepen deze woorden soms het één of ander op bij u? Iets waar u in wezen al langer geen vrede mee had? Maar u schroomde nog om een eerste stap te zetten van genegenheid. U ziet er tegenop.

In de liefde Gods met Kerst ligt niet alleen een krachtige aansporing. Daarin ligt ook voor het uitvoeren van die aansporing de kracht. Bij de Gezondene des Vaders kunt u terecht om kracht en wijsheid en vooral om liefde.

Hij heeft Zich vernederd, van de heerlijkheid Gods tot in deze duistere wereld. Ja, zelfs de dood aan het kruis was Hem niet te laag om u, die gelooft het leven te bereiden... Zou u dan Hem niet bidden, dat Hij u zoveel van Zijn liefde toedeelt, als nodig is om uzelf te vernederen, en liefde te geven aan die ander met wie het nog niet in orde is.

Mag u leven van die geopenbaarde liefde Gods, dan mag u daar uit ook putten om liefde te geven.

Putten

C. J. P. van der Bas

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen