Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De sleutelmacht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De sleutelmacht

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

HOOFDARTIKEL

Al enige tijd ligt er een vraag op beantwoording te wachten. De vraag naar de sleutelmacht. Wat bedoelde de Heere Jezus, toen Hij tegen Simon Petrus en in hem tegen al Zijn discipelen zei: Ik zal u geven de sleutelen van het Koninkrijk der hemelen en zo wat gij op de aarde binden zult zal in de hemelen gebonden zijn, en zo wat gij ontbinden zult op de aarde zal in de hemelen ontbonden zijn" (Matth. 16 : 19).

Misschien is de week waarin Hemelvaartsdag valt een geschikt tijdstip om ons op die vraag te bezinnen. Immers, Hij Die alle macht heeft in hemel en op aarde, regeert vanuit de hemel Zijn Gemeente, en Hij doet dat door middel van de ambtsdragers.

Het Fundament

We geloven een heilige algemene christelijke Kerk. Er is in deze wereld een Gemeente Die door Christus in het leven is geroepen en die vergaderd wordt uit alle geslachten en volken. In haar inrichting en cultus ver- toont deze Gemeente overeenkomst met de Oud Testamentische synagoge, maar zij is toch een zelfstandige organisatie van het nieuwe leven dat Christus aan het licht heeft gebracht.

Die Gemeente wordt gebouwd op het fundament van apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus de Hoeksteen is. Juist voordat Christus aan Zijn apostelen de sleutelmacht geeft stelt Hij de vraag: Wie zegt gij dat Ik ben? En dan antwoordt Petrus: Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God. En terstond daarna zegt de Heere Jezus: Ik zeg u ook dat gij zijt Petrus, en op deze petra zal Ik Mijn Gemeente bouwen, en de poorten der hel zullen haar niet overweldigen. En Ik zal u geven de sleutelen van het Koninkrijk der hemelen.

Bevoegdheid

Sleutels zijn tekenen van macht, van bevoegdheid. Wanneer jonge mensen gaan trouwen en een huis gekocht hebben, dan zeggen ze: "Over zoveel weken krijgen we de sleutel". Daarmee bedoelen ze: dan hebben we de bevoegdheid om dat huis binnen te gaan, het te gaan verbouwen en inrichten. De sleuteldrager is de eigenaar van het huis. Een ander heeft dan in dat huis niets te maken.

Zo heeft Christus de macht over Zijn huis, de Gemeente, gegeven aan Zijn apostelen. Zij zijn bevoegd om namens Hem handelend op te treden. Te openen en te sluiten. Te binden en te ontbinden.

Het komt er, ook gelet op de betekenis van de Griekse woorden "binden" en "ontbinden" op neer dat Petrus van de Heere Jezus de bevoegdheid krijgt, te bepalen wat er in de Gemeente van Christus geldt, en wat er niet geldt. We zouden vandaag zeggen: wat kan en wat niet kan. En het oordeel van Petrus en van alle ambtsdragers zal zoveel gezag hebben alsof het in de hemel zelf was uitgesproken.

Vrij of gebonden

De kerk van alle eeuwen is dus gebonden aan het woord van de apostelen. Er is geen ander evangelie dan het EvangeUe dat ze van Christus gehoord hebben en dat door hen verkondigd wordt.

Daarom kan Paulus ook met zoveel stelligheid aan de Galaten schrijven: Doch al ware het ook dat wij, of een engel uit de hemel u een ander evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt" (Gal. 1 : 8).

Op de avond van Zijn opstanding heeft Christus dat nog eens duidelijk onderstreept. Toen Hij door gesloten deuren was binnengekomen blies Hij op Zijn discipelen en zei: Ontvangt de Heilige Geest". En meteen liet Hij daarop volgen: Zo gij iemands zonden vergeeft, die worden ze vergeven; zo gij iemands zonden houdt, die zijn ze gehouden" (Joh. 20 : 19—23).

De apostelen en hun opvolgers zijn geroepen het Evangehe te verkondigen. Het bekend te maken dat wij mensen gevangen zitten in de boeien van de zonde. Maar ook dat wij vrijgemaakt kunnen worden door het geloof in Christus en Zijn bloed. En wie dat van harte gelooft, die is vrij, die heeft de vergeving der zonden. Maar wie het naast zich neerlegt, wie het verwerpt, die blijft gebonden.

Dat mogen de ambtsdragers verkondigen, in Zijn Naam, op Zijn gezag. En dan geldt het: Wie u hoort, die hoort Mij; en wie u verwerpt, die verwerpt Mij; en wie Mij verwerpt, die verwerpt degene die Mij gezonden heeft" (Matth. 10 : 16).

Moeilijk en gemakkelijk

Dat is enerzijds een geweldige taak. Een opdracht die mensenkracht vèr te boven gaat. Een verantwoordelijkheid ook, die voor een mensenkind bijna niet te dragen is. Ambassadeurs te zijn van het hof des hemels. Te spreken in Naam van de Koning der koningen.

En tegelijk is het een gemakkelijke taak. Want de apostelen, de dienaren van het Woord, en alle ambtsdragers, hoeven niet zelf een boodschap te bedenken. Ze komen ook niet in hun eigen naam of met hun ei- gen gezag. Ze mogen wegschuilen achter Hem Die hen tot die hoge post heeft geroepen. Ze mogen zeggen: "Alzo spreekt de Heer e Heere”.

Dat houdt dan wel in dat wij enkel maar de woorden Gods hebben te spreken. Want de volmacht ligt uiteindelijk niet bij hen die het Woord brengen, maar in het Woord dat ze verkondigen. In dit verband schreef wijlen Ds G. Boer:

„De gemeente heeft niets aan onze al of niet welgemeende woorden, maar heeft alles aan Gods woorden. De mensen moeten onbedrieglijke zekerheid hebben over de eerste en de laatste vragen van het leven. Zij moeten erop kunnen sterven. Zij kunnen de volgende week voor de rechterstoel van Christus staan, en moeten daar het amen Gods horen op onze prediking, hetzij tot hun vrij­ spraak, hetzij tot hun veroordehng. Daarom behoren wij het Woord der verzoening met gezag uit te dragen. Een gezant spreekt daarom met gezag, omdat hij met de volmacht van zijn Zender is bekleed. Deze hoogheid is allerminst een reden voor de dienaar om hovaardig te worden - o verschrikkelijke mogelijkheid - maar om zich erover te verwonderen, dat hij een mens is en blijft, maar een mens van God gezonden". (G. Boer, De prediking van de verzoening, pag. 49).

Er zijn ten allen tijde ambtsdragers geweest, en ze zijn er nóg, die hun autoritair optreden trachtten te rechtvaardigen door te pas en te onpas te schermen met hun ambtelijk gezag. Maar dat heeft geen enkele waarde wanneer ze niet het Woord van God, maar slechts hun eigen mening verkondigen.

W.v.G.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 mei 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's

De sleutelmacht

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 mei 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's