Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De meerwaarde van christelijk onderwijs (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De meerwaarde van christelijk onderwijs (1)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

PASTORAAL

O nlangs mocht ik op uitnodiging van het bestuur van de protestants-christeUjke basisschool , , De Bron" te Bruchem op een avond voor ouders, personeels-en bestuursleden iets zeggen over , , de meerwaarde van het christelijk onderwijs". Aan de hand van een aantal stellingen hebben we hierover met elkaar nagedacht. Aangezien één en ander ook binnen de lezerskring van het Geref. Weekblad belangstelhng ondervindt, geef ik deze stellingen hierbij door.

„I. Over de meerwaarde van christelijk onderwijs kan alleen zuiver gesproken worden als dit in ootmoed gebeurt.

Ik onderstreep hiermee het gevaar van hoogmoed bij voorstanders van en betrokkenen bij christelijk onderwijs. Het kan en mag niet zo zijn dat wij de schijn wekken dat wijzelf in staat zouden zijn béter onderwijs te geven en de school béter te kunnen inrichten dan anderen dat doen in het openbare onderwijs of bij onderwijs vanuit een andere identiteit. Als wij spreken van een , , meerwaarde" van christelijk onderwijs, dan doen we dat met vrezen en beven. Die meerwaarde kan alleen beleefd worden als een gunst, een geschenk. Een geschenk dat we van Godswege ontvangen en waarvoor we dankbaar zijn, terwijl we ootmoedig erkennen dat dit geschenk in ons beheer niet veilig is, tenzij we door Gods Geest geleid worden en het zo telkens opnieuw uit Gods hand ontvangen.

Christelijk onderwijs is niet wat het zou moeten zijn. Het is en blijft stukwerk. Christelijk onderwijzend personeel moet van dag tot dag van vergeving leven. Daarom kunnen en mogen we ons niet boven anderen verheffen, ook al zeggen we met stelligheid dat het ons niet onverschiUig is of onze kinderen christelijk dan wel zogenaamd , , neutraal" onderwijs ontvangen. Het is een voorrecht dat er, in alle gebrekkigheid, maar ook in alle oprechtheid, christelijk onderwijs mag worden gegeven en dat het in ons land door vele kinderen kan worden gevolgd.

2. De meerwaarde van christelijk onderwijs ligt ten diepste in de aanwezigheid van Christus Zelf in de school

Het is natuurlijk van belang dat de grondslag van de christelijke school in de statuten goed omschreven staat en dat bestuur en medezeggenschapsraad met alle ouders toezien op de handhaving en naleving van die grondslag. Daarmee is immers de identiteit van de christelijke school in geding. Toch ligt het hart van de zaak niet in formules, hoe rechtzinnig ook, en zelfs niet in belijdenisgeschriften, hoe waardevol en eerbiedwaardig ook. Vroeger vaker dan nu was er sprake van , , de school met de Bijbel". En ik herinner mij hoe in mijn geboorteplaats boven de voordeuren van de school met de Bijbel ook een afbeelding van de opengeslagen Bijbel in steen was aangebracht. Inderdaad een veelzeggende bena- ming, die ons heel dicht brengt bij de kern van de zaak. Maar we komen pas écht tot het hart als we ons realiseren dat het Woord vlees geworden is en niet alleen onder ons gewoond heeft, maar nog steeds bij ons is. Christus wijkt niet van Zijn gemeente naar Zijn godheid, majesteit, genade en HeiHge Geest. Hij heeft beloofd al de dagen met ons te zijn tot de voleinding van de wereld. Laten we dan ook gelovig aanvaarden dat Christus in de school is waar het Woord van God gelezen wordt, waar geestelijke liederen worden aangeleerd en gezongen, waar gebeden wordt, waar het hele leven en dus ook alle vakken in het licht van Gods geboden en beloften worden gesteld!

Prof. dr. W. H. Velema schrijft in een boeiend opstel over , , Geloofsbeleving in de christelijke school" (Door het Woord bewogen. Leiden 1996, 63 - 70): , , Het gaat om de heerschappij van Jezus Christus in de praktijk van elke dag, zowel in de omgang tussen docenten en leerhngen als tussen docenten onderling en allen, die op welke plek en in welke functie dan ook, bij de school betrokken zijn" (70). Zo is het geheim van de christelijke school gelegen in de werkelijke aanwezigheid van Jezus Christus Zelf!

3. Het christelijke is niet als het slagroom op het ijsje, maar als de gist die het geheel doortrekt.

Er zijn mensen die zeggen: , , christelijk is best, maar je hoeft het er toch niet zo dik boven op te leggen". Wanneer zij daarmee bedoelen dat het christelijk karakter van het onderwijs niet hoeft uit te komen in uiterlijk vertoon, hebben ze gelijk. We moeten ervoor oppassen dat het christelijke een extraatje is zoals de slagroom die sommigen wel graag op hun ijsje willen hebben. Dan zou het christelijke iets bijkomstigs zijn. Bovenop het huis van het normale onderwijs in allerlei vakken die in het leerplan voorkomen wordt een christelijke dakkapel gezet doordat er ook nog van tijd tot tijd gebeden en uit de Bijbel gelezen of verteld wordt. Als het zo ligt, onderscheidt het christelijk onderwijs zich nauwelijks meer van openbaar onderwijs, dat zogezegd levensbeschouwelijk neutraal is, maar waar ook voor de liefhebbers een uurtje per week bijbelonderwijs of religieuze oriëntatie wordt gegeven.

In werkelijkheid dient het christelijk geloof als een gist het hele brood te doortrekken. Met een ander bekend beeld: niet als een sausje over de pap, maar als het zout in de pap. Natuurlijk is het heel belangrijk dat de Bijbel opengaat en dat er gebeden en gezongen wordt. Natuurlijk is het ook heel belangrijk dat er in schoolverband vieringen zijn waarin bij de heilsfeiten wordt stilgestaan of dat er bijvoorbeeld aan biddag en dankdag aandacht wordt gegeven. Maar dat alles mag niet los staan van het gewone lesrooster van elke dag en van de normale gang van zaken in de school.

4. Voor het onderwijzend personeel houdt dit in dat zij de verbondenheid met Christus dienen te kennen.

Ik denk dat we er niet omheen kunnen radicaal te poneren dat mannen en vrouwen die zich geven aan het christelijk onderwijs, dat alléén kunnen doen vanuit een persoonlijke verbondenheid met Christus. Zoeven hebben we gesteld dat het meest wezenlijke voor de christelijke school is dat Jezus er Zelf aanwezig is. Maar we vergeten daarbij niet dat die aanwezigheid merkbaar wordt doordat mensen binnen dat onderwijs bezig zijn in de navolging van Christus. De meester en de juf zijn identificatiefiguren voor de leerlingen. Zij hebben voor hen groot gezag. Wat is het dan van grote betekenis dat zij door hun woorden, maar vooral ook door hun hele habitus, door hun omgang met de kinderen een verwijzing naar Christus mogen zijn. Velema stelt dat de christelijke geloofsbeleving meer een zaak is van , , zijn" dan van , , zeggen". Het zeggen komt er ook wel bij. Maar het zijn gaat eraan vooraf en gaat ook dieper. Het houdt in dat ons leven gestempeld is door het evangelie van Christus en dat we reflec- toren mogen zijn die het licht dat we eerst zelf van Christus opgevangen en ontvangen hebben, weerkaatsen naar de collega's in de school, naar de ouders en in het bijzonder naar de kinderen toe. Het gaat erom dat Christus in ons als onderwijzend personeel leeft en dat Hij zo herkenbaar is voor de kinderen via ons.

Een docent op de christelijke school moet discipel, leerling van Christus zijn. Dan zal hij of zij met vallen en opstaan in de navolging van Christus leven. Dit geldt overigens van elke oprechte gelovige: Christus neemt gestalte in hem of haar aan, er is een dagelijks vernieuwd worden naar het evenbeeld van Christus, zodat Hij in ons leeft en wij in Hem leven. De vraag is: hoe kan dit geconcretiseerd worden binnen de christelijke school? We moeten immers oppassen dat we niet zo in algemene bewoordingen spreken dat we boven de dagelijkse realiteit uit gaan zweven.”

V.

J.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De meerwaarde van christelijk onderwijs (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's