Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Lijden en vertroosting (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Lijden en vertroosting (II)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Want gelijk het lijden van Christus overvloedig is in ons, alzo is ook door Christus onze vertroosting overvloedig.”

2 Corinthe 1 : 5

We gaan de lijdenstijd in. Onze aandacht wordt gericht op de weg van hjden die Christus aflegde. Paulus spreekt in onze tekst over Hjden van een bijzondere aard. Christus' hjden in hem en andere gelovigen.

Christus' lijden

Paulus is gezant, ambassadeur van Jezus Christus. Zo zijn wij dan gezanten van Christuswege (2 Cor. 5). Veel lijden dat hij draagt is ten diepste bedoeld voor zijn Zender. Een aangrijpende gedachte! Misschien gaan we nu wat beter verstaan, dat de apostelen verblijd waren, dat ze waardig werden geacht om Christus' wil te lijden, zoals in de Handelingen staat. Hier zit voor Paulus een bepaalde troost in. Ik mag Zijn gezant zijn en mijn lijden is ten diepste het lijden van Christus, bedoeld voor Hem. Als je de zaak zo gaat zien, krijgt het lijden een ander karakter.

Misschien hebt u op dit punt wel een klemmende vraag. "Dat was Paulus. Maar voor mij is dat ver weg. Ik heb rust. Ik word niet vervolgd". Er is allerlei lijden. Mensen op de brede weg en mensen op de smalle weg kennen lijden. Enerlei wedervaart de rechtvaardige en de goddeloze, zegt de Pre- diker. Het gaat in onze tekst over lijden in de levende verbondenheid met, de navolging van Christus. Inderdaad, we leven in betrekkelijke rust. Maar vergis ik me, als ik geloof dat je op de weg achter Hem aan en in de verbondenheid met Hem vroeg of laat toch iets van lijden en smaad oploopt, in welke vorm dan ook.

Wellicht zal dat in de toekomst al duidelijker gaan worden bij degenen, die in de levende verbondenheid met Hem, willen leven bij Zijn Woord. De zaak van Christus zal openlijker belachelijk gemaakt worden. De Zijnen zullen steeds meer voor dwazen versleten worden. Zijn Evangelie zal meer verzet oproepen. Tekent dat zich niet al duidelijker af? Bergt de hoon van Christus en het verzet tegen Zijn Woord geen lijden in zich voor de Zijnen? Ontbrandt in het gees­ telijk leven geen harde strijd tegen de wereld, de duivel en het eigen Ik? Om een concreet voorbeeld te noemen uit Paulus' leven: als hij mensen ziet volharden in het gaan op eigen wegen, is dat voor hem lijden. Hij weent over degenen die - openlijk of wat meer gecamoefleerd, werelds of godsdienstig - vijanden van het kruis van Christus zijn!

Paulus spreekt over Christus' lijden "dat overvloedig is in ons". Het is er blijkbaar in overvloed. Zegt Paulus dat om zichzelf en de anderen te beklagen? Dat doet hij nu juist niet. Eerder wil hij een loflied zingen op de vertroostingen van de Heere dan zichzelf te beklagen. Hij weet trouwens maar al te goed: wil ik delen in Zijn heerlijkheid, dan heb ik ook te delen in Zijn lijden.

Er is nog iets waar ik graag even op wil wijzen. Onze tekst laat zien, dat Christus het lijden van Paulus ziet als Zijn lijden. Dan hoeft u niet te vragen of het Hem bekommert, of het Hem ter harte gaat. Christus ziet op degenen die hopend op Hem wachten, die de ogen smekend tot Hem opheffen en zich hulpeloos neerwerpen voor Hem. Hij slaat Zijn oog op degenen die vernieuwd worden naar Zijn beeld. Als zij lijden en verdrukking oplopen op die weg, ziet Hij dat als Zijn lijden. Wanneer Paulus dat in het oog heeft, bemoedigt het hem. Dacht u niet? Hij hoort als het ware Christus zeggen: zou het Mij ontgaan en zou uw lijden niet dierbaar zijn in Mijn oog?

Overvloedige vertroosting

Gelijk het lijden van Christus overvloedig is in ons, zo ook door Christus onze vertroosting. Is Paulus een gelukkig mens? , zo vroegen we al. Dat is hij! Door de overvloedige vertroosting van Christus. We kunnen ons ook afvragen: hoe komt hij door al zijn strijd en verdrukking heen? In hoofdstuk 11 noemt hij het een en ander. In zware arbeid. In doodsgevaar. In gevangenissen geworpen. Gegeseld. Schipbreuk geleden. In honger en dorst, en dan hebben we nog niet alles genoemd. Daarbij dagelijks de zorg over de gemeente. Een engel van de satan die hem met vuisten slaat. Hoe komt Paulus erdoor? Wel, door de vertroosting van God, door Jezus Christus. God bewaart niet voor alle verdrukkingen, haalt niet alle voetangels en doornen, hoon en smaad weg, maar wel vertroost Hij Paulus in dat alles. Maar dan is Paulus toch nog niet van alle lijden af? ! Dat is ook zo, maar hij wordt wel vertroost! En dat betekent geweldig veel voor hem. Gelooft u dat? God vertroost hem, en niet karig! In die vertroosting is niet minder dan in het lijden een overvloed. God geeft hem niet mondjesmaat. Niet zonder reden spreekt Paulus in het begin van deze brief over de God van alle vertroosting. In deze woorden zit iets van de gedachte dat hij krijgt wat hij nodig heeft. Hij wil mij niet versmaan, in al mijn tegenheden...

Als Paulus zich afvraagt hoe het verder moet, wijst de Heere hem de weg. Als hem bijna de adem wordt afgesneden, wil de Heere bijstand zenden. In hoofdstuk 6 zegt hij: als stervenden, en ziet, wij leven! Als verviolgd, doch niet daarin verlaten. Een wonderlijk man, die Paulus! Of zouden we beter kunnen zeggen: een wonderlijk Heere, die Zaligmaker van Paulus.

Calvijn ziet in onze tekst ook vooral de gedachte: hoe groter de verdrukking, hoe groter de vertroosting. Lees eens in uw Bijbel, kijk eens in de Kerkgeschiedenis: juist degenen die tot grote zegen waren voor de Kerk, liepen vaak veel verdrukking op, maar kregen ook te zijner tijd - op Gods tijd! - overvloedige vertroosting. Ze ontdekten te meer wat ze aan hun God hadden en leerden Hem te meer als de God van alle vertroosting kennen. Als de Heere donkere, raadselachtige wegen gaat - wat kan mijn ziel kreunen! - wil Hij vaak ook grote vertroosting geven. Zo vernieuwt Hij naar het beeld van Christus, Die de meest donkere en raadselachtige weg aflegde, die hier ooit door iemand bewandeld werd! Bij Paulus komt de gestalte van Christus aan de dag. Heb je dan een ge- zegend leven, of niet? Wat zijn op dit moment uw gedachten over zo'n leven?

Nu zegt Paulus dat God deze vertroostingen geeft door Christus. Hij werkt bij al de Zijnen die troost. Natuurlijk is het dan onze vraag wat die troost precies inhoudt. Nee, niet dat Paulus' weg vanaf vandaag over rozen gaat. Niet dat alle verdrukking en tegenspoed en moeite weg is. Die liepen immers door tot zijn dood. Soms kan en wil de Heere een doorn wegnemen uit het vlees van de Zijnen, maar soms ook niet. Vanuit deze brief wordt wel iets duidelijk van die troost. We lezen van het bewaard worden voor de wanhoop, van het gedragen worden door Gods hand, van het niet verdorven worden. Misschien mag ik het zo samenvatten: Christus wil Paulus en allen die Zijn verschijning oprecht liefkrijgen, een bepaalde rust en vrede schenken, hen versterken door Zijn nabijheid. Als u weet hebt van Zijn nabijheid, weet u ook wat een onmetelijke troost daarin ligt. Wat denkt u ervan als Hij me nabij komt met Zijn genade en vraagt: ben Ik niet meer dan de hele wereld? En wat is er niet te vinden in Mij, welke vertroosting is er niet in Mijn wonden? Het is maar de vraag of we iets weten van de leegheid, de voosheid van alles buiten Hem, maar ook van de rijkdom in Zijn genade, in Zijn nabijheid, in Zijn heil. Hebt u er smaak in gekregen, in de vertroosting van de Heere Jezus Christus? Of zit u er eigenlijk niet om verlegen, omdat u buiten Hem nog zoveel hebt? Door Christus de vertroosting overvloedig. Luther - wat heeft hij niet ontzaglijk veel meegemaakt! - vraagt in een van zijn werken: hoeveel wegen zijn met tranen begonnen en met een lofzang geëindigd? En dat vanwege de vertroosting van Christus. Ik denk aan een van de dichters: als mijn gedachten binnen in mij vermenigvuldigd werden, hebben Uw vertroostingen mij verkwikt. Ja, ik moet wel leren om niet mezelf met al mijn hulpmiddelen te troosten. De Heilige Geest moet me wel oefenen in deze les: grote Christus, in U alleen is heil, in Uw werk en nabijheid alleen vertroosting! De Geest leert om me niet te laten troosten door ik-weet-niet-hoeveel buiten Christus en Zijn genade.

Deze weken zien we Christus gaan op Zijn weg van lijden. De wonden die wij Hem geslagen hebben, worden ons getoond. In dat verband denk ik aan een treffende uitspraak uit onze Nederlandse Geloofsbelijdenis: wij vinden allerlei vertroosting in Zijn wonden... Wat een goede lijdenstijd, wanneer de wonden van de Heere Jezus ons verootmoedigen én... vertroosten.

Maar weet Paulus dan dat dat zal doorgaan, dat vertroost worden door Christus? Een kind zei bij de dood van zijn moeder: nu is er geen moeder meer om mij te helpen en te troosten...Paulus steunt hier op de trouw van Christus, Die gisteren en heden Dezelfde is, en in eeuwigheid. Die met de Zijnen is tot de voleinding der wereld. Zijn vertroostingen zijn altijddurend en eeuwig. Tóch een gelukkig man, die Paulus. Jaloers? Nee, u hoeft niet te verlangen naar lijden en verdrukking. We mogen wel jaloers zijn op een man als Paulus. Overvloedig vertroost door Christus. Door het werk, het offer, de voorbede, de genade van Christus.

Hier komt een indringende waarschuwing tot ons: zonder Christus is er ook lijden en moeite, maar uiteindelijk geen vertroosting. Een levend christen kent een bepaald soort lijden - opgelopen in de gemeenschap met Christus - maar hij kent ook bijzondere vertroosting. Zonder Christus blijft er eenmaal geen greintje vertroosting meer over. Ontzettend!

Nog één gedachte tenslotte: op deze weg van lijden en verdrukt worden mag Paulus anderen tot troost zijn (vs.4). Zo wordt hij geoefend in zijn dienst. Vertroost om trooster te wezen. Zouden we daar geen behoefte aan hebben in de kerk van vandaag, aan mensen die ervan weten door Christus vertroost te worden om zo anderen te troosten? Mensen die arm tot in hun vingertoppen leren leven uit Christus. Laten we niet eindigen met de uitroep: wat een wonderlijk man is Paulus, maar met de roep: wat een wonderlijke Zaligmaker, de Heere van Paulus!

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Lijden en vertroosting (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's