Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Maria van Bethanië (2, slot)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Maria van Bethanië (2, slot)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bijbelse figuren

H. Hartman, Ridderkerk

(Mattheüs 26 : 6-13; Markus 14 : 3-9; Lukas 10 : 38^2; Johannes 12 : 1-8)

De zalving

In de eetzaal van Simon de melaatse, is de maaltijd opgediend. De gasten, gelegen op hun aanligbedden, laten zich het eten goed smaken. Maria is blijkbaar even weg geweest, maar komt nu weer binnen. Ze heeft een albasten flesje in haar hand. Het is gevuld met nardusolie. Deze olie werd gewonnen uit de nardusplant. Door toevoeging van andere welriekende bestanddelen, bereidde men daaruit een kostbare narduszalf. Deze zalf werd in albasten flesjes met nauwe druppelhals bewaard. Om haar grote kostbaarheid werd zij op allerlei wijze vervalst. Maar de zalf die Maria in haar flesje had, was „onvervalst en zeer kostelijk". Niet minder dan een Romeins pond (327 gram) was de inhoud. Deze echte nardusbalsem van Maria was „kostbaar". Judas Iskarioth, die iets van prijzen afwist, schatte de waarde op „meer dan 300 penningen" (d.i. meer dan 120 gulden). Evenveel als het jaarloon van een arbeider.

Maria gaat naar de plaats waar Jezus ligt. Ze breekt de lange hals van de fles af en giet het reukwerk niet druppelsgewijs, maar in stromen uit, eerst op Jezus' hoofd en dan op Zijn voeten. Dan maakt ze haar lange haren, het sieraad van de vrouw, los, en droogt daarmee de voeten van haar Meester af. Haar hart dringt haar om op deze wijze Hem haar dankbare liefde te brengen. Zij wil Hem eren. Het beste is daarbij voor Hem niet te goed.

Wat Maria deed was niet ongewoon. Voorname gasten die ter maaltijd genodigd waren, bood men na het wassen van handen en voeten, uitgezochte reukwerken aan om zich mee te besprenkelen. Maar dat Maria zulke dure specerij in zo grote hoeveelheid gebruikte, dat was iets bijzonders. Daar keken allen van op.

De heerlijke geur van de nardus vervulde het gehele huis: „en het huis werd vervuld van de reuk der zalf' (Joh. 12 : 3). U denkt: „Die liefdegeur moet elk tot liefde nopen." Vergeet het maar. Als de eerste indrukken van Maria's liefdevolle daad zijn weggeëbd, wordt er gemompeld in de zaal. Het komt uit de discipelenkring. Men kan blijkbaar de daad van Maria niet waarderen. Judas speelt hierin de hoofdrol, maar trekt wel anderen mee. Eigenlijk heeft Judas toch wel gelijk, dit is geldverkwisting. Als een wanklank klinkt het verwijt uit de mond van Judas: „Waarom is deze zalf niet verkocht voor driehonderd penningen, en den armen gegeven? " (Joh. 12 : 5; zie ook: Mk. 14 : 4 en 5). Judas huichelt. Niet zorg voor de armen drijft hem, maar hebzucht. Hij wilde er zelf beter van worden (Joh. 12 : 6). Deze boekhouder is een dief. De andere discipelen hebben dit blijkbaar nog niet door. Zó hoog nemen zij de zaak op, dat er staat: „En zij vergrimden tegen haar" (Markus 14 : 5b). Ze werden boos op Maria. Welk een tegenstelling: aan de ene kant: het liefdeoffer van Maria; aan de andere kant: de haat van Judas en onbegrip van de anderen. En dat waren, nota bene, discipelen! Pijnlijke zaak voor Maria, maar ook voor Jezus. Maria staat er verslagen bij. Maar Jezus beschermt haar. Hij is haar Pleitbezorger. De Heere bestraft Judas en neemt het op voor Maria. Hij richt Zich tot Judas en zegt: „Waarom doet gij deze vrouw moeite aan? Want zij heeft een goed werk aan Mij gewrocht. Want de armen hebt gij altijd met u, maar Mij hebt gij niet altijd. Want als zij deze zalf op mijn lichaam gegoten heeft, zo heeft zij het gedaan tot een voorbereiding van mijn begrafenis. Voorwaar zeg Ik u, alwaar dit evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld, daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden van hetgeen zij gedaan heeft." (Matth. 26 : 10-13). In dit antwoord van Jezus vragen vier dingen de aandacht.

1. Armenzorg zal altijd noodzakelijk zijn. Daarvoor is steeds gelegenheid, hetzij dichtbij, dan wel veraf. Vandaag denken wij daarbij ook aan de arme landen, waar de armoede schrijnend is. 2. We zien, dat de discipelen Maria bestraffen, maar de Heiland haar prijst. Zij heeft „een goed werk" aan Jezus gedaan. 3. De liefdedaad van Maria zal overal waar het Evangelie gelezen of gepredikt wordt, in gedachtenis blijven. Heel de wereld moet het weten! Maria is de enige van wie de Heere Jezus dit gezegd heeft. En daarin gaat zij de groten der aarde, wier woorden en daden veelal vergeten zijn, verre te boven. 4. Jezus legt verband tussen deze zalving en Zijn begrafenis. Het is als een voorbereiding daarop. Maria heeft blijkbaar aangevoeld wat met de Meester gaat gebeuren. Ze kent de spanning die rondom Hem groeit en de grote gevaren die Hem bedreigen (Joh. 11 : 57; 12: 10, 11).

Zelfs gaat het gerucht, dat men ook Lazarus wil doden, omdat zijn opwekking uit de doden zulk een opzien heeft gebaard en de naam van Jezus wordt genoemd en geroemd. Het vervult Maria met grote zorg en sombere gevoelens. Meer dan dit met de discipelen het geval is, die aan de dood van Jezus nog niet denken, hardleers als ze zijn.

Als Judas hoort, dat Jezus Zijn dood aankondigt, stort zijn wereld ineen. Weg is zijn droom van een Messiaans rijk met Jezus als Koning. Een rijk, waarin hij een belangrijke functie zou kunnen vervullen. Wat moet hij aan met een Koning Die Zijn eigen begrafenis aankondigt?

Na afloop van de maaltijd spoedt Judas zich naar het Sanhedrin, de opperraad der Joden. Hij vraagt de leiders van het volk: „Wat wilt gij geven en ik zal Hem u overleveren? " (Matth. 26 : 15). En hij ontvangt het verradersloon: 30 zilveren penningen, ongeveer 45 gulden. De satan was in hem gevaren. In hem, die één van de twaalven was! Hij werd de verrader van zijn Meester. Schrijnend contrast: Judas heeft zijn geld, maar is alles kwijt. Voor eeuwig is er geen geluk voor Judas, maar enkel ongeluk: een lijden in diepe duisternis. Maria is haar geld kwijt, maar zij heeft een rijkdom die eeuwig blijft.

„Als Maria Jezus einde voorvoelt, is haar geen prijs te hoog, is Hij haar alles waard. Als Judas voor Jezus geen toekomst ziet, levert hij Hem voor 30 zilverlingen over" (H. Ridderbos).

Als een lichtend voorbeeld van persoonlijke toewijding en liefde aan de Heiland, staat Maria van Bethanië voor ons. „Aan des Heilands voeten, luisterend naar de Heer, zette zich Maria van Bethanië neer. Zij verkoos het goede deel. Wat ontving zij goddelijk veel. "

Aan de voeten van Jezus heeft ze uit haar volle liefde, haar liefdeoffer gebracht. Zij heeft daarin betoond wat leefde in haar ziel, en de geur van de nardus is opgeklommen als reukwerk voor God toegericht, als offers die des avonds branden. Zulk een toewijding aan de Heere, zulk een verheerlijking van Zijn gezegende Naam, is ook nu nog een lieflijke geur voor Hem, die het gehele huis vervult.

Het is de roeping van de gemeente van de Heere in haar geheel en van ieder gelovige persoonlijk, om de nardus van dank en aanbidding aan Jezus Christus toe te brengen. Hem met mond en hart te verheerlijken. Moge het zó zijn, dat onze werken, waaruit deze ook mogen bestaan, de vrucht zijn van de waardering van ons hart voor de gekruisigde Heere en Heiland. Dan zal het dagelijks gebed niet ontbreken: „Neem mijn leven, laat het Heer' Toegewijd zijn aan Uw eer. "

„En nu blijft geloof, hoop en liefde, deze drie; doch de meeste van deze is de liefde" (1 Korinthe 13 : 13).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 april 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Maria van Bethanië (2, slot)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 april 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's