Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Simsons huwelijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Simsons huwelijk

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

J.C. Schuurman, Ridderkerk

Maar zijn vader zeide tot hem, mitsgaders zijn moeder: is er geen vrouw onder de dochters van uw broeders, en onder al mijn volk, dat gij heengaat om een vrouw te nemen van de Filistijnen, die onbesnedenen ? En Simson zeide tot zijn vader: neem mij die, want zij is bevallig in mijn ogen. Zijn vader nu en zijn moeder wisten niet, dat dit van de HEERE was. Richteren 14:3-4a

Wat kan het met kinderen anders gaan dan hun ouders hadden verwacht en gehoopt. Dat hebben ook Simsons vader en moeder ondervonden. Hun zoon is inmiddels groot geworden. Hij is een ondernemende jongen die er veel op uit trekt. Simson is niet iemand om thuis te zitten. Daar is hij veel te ongedurig en te energiek voor. Het merkwaardige is dat hij altijd naar het grondgebied van de Filistijnen gaat. Het is net alsof Simson daar naar toe getrokken wordt. En dat is ook zo. Er staat in Richteren 13 : 25 dat de Geest des Heeren hem van tijd tot tijd begon te drijven in het leger van Dan(= rich­ ting Filistijnen). Het hebreeuwse woord voor drijven betekent ook: onrustig maken. De Geest wekt in het leven van Simson een innerlijke onrust. En zo wordt hij al jong in contact gebracht met de vijand die hij bestrijden moet. Het komt trouwens nog voor dat de Heilige Geest al in jongeren werkt met het oog op een latere taak in het Koninkrijk van God. Ik denk aan een kind dat de zending in wil. Dat kan van de Heere zijn. Of een jongere die graag zijn of haar leven in de dienst van God wil besteden en biddend zoekt welke opleiding het zal worden. Door het verborgen werk van de Heilige Geest kan er een innerlijke onrust leven, en worden sommige mensen geleidelijk aan voorbereid op een bepaalde taak.

Maar dan neemt de geschiedenis een onverwachte wending. Simson ziet in één van die filistijnse dorpjes een aardig meisje, en het is liefde op het eerste gezicht. Blijkbaar worden zijn gevoelens beantwoord, want hij komt zijn ouders vertellen dat hij verkering heeft en hij vraagt om met haar te mogen trouwen. En ja, dan komt dat ene punt aan de orde. We zien een zorgelijke trek op het gezicht van Manóach en zijn vrouw. Ze hebben niets tegen het meisje zelf, maar wat gelooft ze? Ze is een filistijnse en dient de afgoden. In de tekst vragen ze of Simson geen meisje kan vinden binnen hun eigen volk. Het is eigenlijk een heel herkenbare geschiedenis. Hoeveel ouders maken niet het­ " zelfde mee als één van de kinderen verkering krijgt met een onkerkelijk meisje of een ongelovige jongen. En dat geeft zorg. Zeker als je zelf weet hoe belangrijk het is om in de geestelijke dingen één te zijn. We hebben in de vorige meditatie gezien hoe Manóach en zijn vrouw elkaar in dit opzicht konden bijstaan. En daar ligt wat Simsons verkering betreft hun grote zorg.

Ze praten er wél over. Ze zeggen niet: "dat hoort nu eenmaal bij deze tijd." Aan het slot van het boek Richteren wordt hun tijd getypeerd met de woorden: "een ieder deed, wat recht was in zijn ogen". Eigenlijk net zo'n tijd als vandaag. Simsons ouders hadden ook kunnen reageren in de geest van: "jammer; we hadden het natuurlijk liever anders gezien, maar de tijd brengt het met zich mee. Laten we er verder maar geen woorden over vuil maken." Zo kunnen spanningen voorkomen worden. Maar het is wel de vraag of we dan als ouders onze verantwoordelijkheid verstaan. Geestelijke eenheid is een basisvoorwaarde voor een gezegend huwelijk. Dat beseften ook de aartsvaders die voor hun kinderen geen heidense vrouwen wilden. Het is niet onbelangrijk met wie we het leven gaan delen. Ik hoop dat de jongeren daarvan doordrongen zijn. Kunnen we samen de Heere dienen? Het huwelijk wil volgens Paulus een afspiegeling zijn van de eenheid tussen Christus en Zijn gemeente. Dan is het wel nodig dat we samen Christus volgen. Ik besef dat het om tere dingen gaat. En wellicht zijn het voor sommige lezers ook pijnlijke dingen omdat ze van nabij hetzelfde meemaken als de ouders van Simson. En dan kan er een moment komen dat we zijn uitgepraat. Simson blijft bij zijn keus. "Neem mij die, want zij is bevallig in mijn ogen" (vers 3b). Op het laatst leggen Manóach en zijn vrouw zich er maar bij neer. Wat moeten ze anders? Hun zoon is op een leeftijd gekomen dat je hem niet meer kunt dwingen. Bovendien is Simson in de eerste plaats zélf verantwoordelijk voor zijn keus. Hij is geen kind meer.

Ondertussen zal het zijn ouders naast verdriet ook aanvechting hebben gegeven. Hoe zit het met de belofte dat hun zoon als nazireeër zijn leven zal wijden aan God? Ze zien het tegendeel van wat de Engel gezegd heeft. God vervult Zijn belofte (zoals zo vaak!) door het tegenstrijdige heen. Manóach en zijn vrouw gaan tenslotte maar mee naar de bruiloft in Thimnath (vers 5).

Met pijn m hun hart! Ik stel mé voor dat ze - onderweg naar die heidense familie - het verschillende keren hebben verzucht: "Heere, hoe moet het toch met onze jongen? Houdt U hem vast; wij kunnen het niet!" Is dit niet de enige weg die in zulke en in andere moeilijke omstandigheden overblijft? Dat we onze kinderen opdragen in het gebed en voor Gods troon brengen. Dat is de beste dienst die we hun kunnen bewijzen, juist als ze andere wegen gaan en ons wellicht ontglippen! «tetói

Tóch loopt het in deze geschiedenis Gód niet uit de hand! Immers - wat lezen we in vers 4? We hebben de neiging om het twee keer te lezen omdat we bijna niet kunnen geloven dat het er werkelijk staat. "Zijn vader nu en zijn moeder wisten niet, dat dit van de HEERE was." Nee, dat wil niet zeggen dat de Heere Simsons huwelijk goedkeurt. Uiteindelijk zal het niet eens doorgaan. Zoals bekend heeft de bruiloft een triest verloop. Aan het einde van dit hoofdstuk is Simson niet gelukkig getrouwd maar zit hij weer thuis bij zijn ouders, terwijl de bruid is uitgehuwelijkt aan de ceremoniemeester. Er rust geen zegen op Simsons keus. Maar - door alles heen is de Heere wel bezig om Simson in aanraking te brengen met de vijand. Dat is van de Heere (zie vers 4b). Het is tekenend dat in de tekst de Naam van de HEERE met hoofdletters is geschreven. Het gaat om de trouwe God van het verbond Die Zijn volk zal bevrijden van de Filistijnen. Daar gaat het uiteindelijk om in deze hoofdstukken. Dat zouden we bijna vergeten. Als we niet uitkijken letten we alleen op het doen en laten van Simson. Het gaat echter niet allereerst om hem maar om Gods grote daden. En de Heere is zó machtig dat Hij Simson gebruikt ondanks al zijn dwaalwegen. Weet u wat vers 4 ons leert? Wat we zingen in psalm 99: "God de Heer regeert!" Dwars door alle kronkelwegen van mensen heen. Zelfs hun fouten en zonden weet Hij dienstbaar te maken aan Zijn raad. Nee, daarmee is Simsons levenswijze op geen enkele wijze goed gepraat. Zonde is zonde. Maar God staat er met Zijn leiding wél boven. En Hij volvoert nochtans Zijn plan!

Dat komen we meer tegen in de Bijbel. De zegening van Jakob boven Ezau. Puur bedrog. De oude Izak wordt voorgelogen. En toch wordt Gods verkiezend voornemen gerealiseerd. Of de verkoop van Jozef naar Egypte. Een lage, om niet te zeggen criminele daad van zijn broers. Maar wat zij ten kwade hebben gedacht, heeft de Heere ten goede gedacht. Wat hebben we toch een machtige God. De ouders van Simson zijn onderweg naar Thimnath somber gestemd, maar ondertussen weten ze niet dat het van de HEERE is. Hij regeert. Wat is dat vertroostend. Als er dingen gebeuren die ons grote zorg geven. In het gezin: kinderen dwalen af van het evangelie, en zelf staan we machteloos. In de kerk: ontwikkelingen die ons verontrusten. En in de wereld: de recente schokkende gebeurtenissen met alle onzekerheid van dien. Er zijn tijden en omstandigheden waarin we niet meer over houden dan die genoemde psalmregel dat God de Heere regeert. Hij laat Zijn Koninkrijk doorbreken. Dat kunnen mensen met al hun ongehoorzaamheid en zonden niet tegenhouden. Het is maar een korte aantekening van de Heilige Geest dat Simsons ouders niet wisten dat dit van de HEERE was. Maar u mag er wel troost uit putten, juist als u het zelf niet meer kunt bekijken. God is groter dan wij. Hij is hoe dan ook Koning!

Dat neemt niet weg dat Simson vreemde wegen gaat. Hij leidt zo'n dubbel leven. Dat zien we ook in het vervolg van Richteren 14 dat ik kort even aanstip. Het is net alsof er twee verschillende Simsons zijn. De ene Simson wordt geleid door de Geest, de andere Simson door het zondige vlees. In dit hoofdstuk wordt de Geest des Heeren twee maal vaardig over hem. De eerste keer als hij die leeuw ontmoet en verscheurt (vers 6). De tweede keer als hij dertig Filistijnen verslaat om zo aan dertig paar onder- en bovenkleding te komen. Die kleding was de inzet van het raadsel dat Simson tijdens zijn bruiloft had opgegeven. Door de bruid te bedreigen zijn de Filistijnen achter de oplossing van het raadsel gekomen. Maar dan maken ze voor het eerst kennis met de enorme kracht die de Geest van God Simson verleent. Hij wordt door de Heere gebruikt om de Filistijnen te verslaan. Dat is de ene Simson. Sterk in de Geest. Maar die andere Simson is er ook. Een door en door zondig mens die de werken van het vlees doet, en die er geen bezwaar in ziet om als knecht van God met een heidense vrouw te trouwen. Verderop zal nog sterker blijken hoe zwak hij tegenover vrouwen staat. Simsons vlees begeert tegen de Geest (Gal. 5 : 17).

Bij wie niet? Wat kan de spanning hoog op- lopen als Geest en vlees met elkaar in botsing komen. Een mens zit zo gecompliceerd in elkaar. Om dat te weten behoeven we geen psycholoog te zijn. Als de Heilige Geest ons eerlijk in ons eigen hart laat kijken, dan schrikken we van de dubbelheid die diep in ons zit. Loopt er niet door het leven van ons allen een scheur? Ook en juist als we de Heere vrezen?! Soms kunnen we geen wijs meer worden uit ons eigen innerlijk. Wil ik nu wél of niet in Gods wegen gaan? Maar waarom doe ik het dan niet? Sta ik wel aan Gods kant? Bén ik wel getrokken uit de duisternis tot Zijn licht? Dat zijn benauwde vragen. Vooral omdat onze eeuwige bestemming op het spel staat. Wie moet belijden evenals Simson innerlijk verdeeld te zijn? Gelukkig bevat de Schrift gebeden die op deze nood berekend zijn. "Doorgrond mij, o God! en ken mijn hart; leid mij op de eeuwige weg" (Ps. 139). "Verenig mijn hart tot de vreze van Uw Naam" (Ps. 86). En dan kan het niet anders of we komen opnieuw bij Christus uit. Hij was volstrekt op God gericht. Hij heeft niet anders gedaan dan Zijn leven wijden aan de opdracht van Zijn Vader, zelfs toen Zijn weg richting Golgotha leidde. Bij Hem was geen spoor van dubbelheid te bekennen. Hij is wél vlees geworden maar heeft niet vleselijk geleefd. Zo heeft Hij verzoening aangebracht. Zelfs met dubbelhartigen weet Hij raad. Niemand kan ons verlossen zoals Hij het doet. Kennen we déze Richter?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Simsons huwelijk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's