Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Lezen in Augustinus’ belijdenissen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Lezen in Augustinus’ belijdenissen

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bloemlezingen uit de kerkgeschiedenis

Veel aandacht geeft Augustinus aan het wonderlijke verschijnsel tijd. Hij heeft heel diep over dit wijsgerige probleem nagedacht. Velen vragen: Wat deed God vóór Hij de hemel en de aarde maakte? Die vraag kun je niet stellen, zo zegt Augustinus. Vóór de schepping was er immers geen tijd. Woorden als vóór en toen mag je in dat verband helemaal niet gebruiken, want die hebben alle met de tijd en dus met de schepping te maken:

„Maar indien iemands gevleugelde geest ronddoolt door de voorstellingen van vroegere tijden en er zich over verwondert dat Gij, almachtige, alscheppende en alonderhoudende God, Bouwheer van hemel en aarde, gedurende ontelbare eeuwen gewacht hebt met een zo groot werk tot stand te brengen, dan moge hij tot bezinning komen en opmerken, dat hij zich verwondert over iets dat niet juist is. Want hoe konden ontelbare eeuwen voorbijgaan, die Gij Zelf niet gemaakt had, aangezien Gij de Grondvester en Schepper van alle eeuwen bent? Of welke tijden zouden er geweest zijn die niet door U geschapen waren? Of hoe zouden zij zijn voorbijgegaan als zij er nooit geweest waren? Wanneer Gij dus de Maker van alle tijden zijt en wanneer er een tijd geweest is, voordat Gij de hemel en aarde schiep, waarom zegt men dan dat Gij U van werken onthield? Want juist die tijd had Gij gemaakt en er konden geen tijden voorbijgaan voordat Gij de tijden schiep. Indien er echter vóór hemel en aarde geen tijd was, waarom vraagt men dan wat Gij toen deed? Want er was geen „toen", toen er geen tijd was.

En Gij gaat niet in tijd aan de tijden vooraf: anders zou Gij niet aan alle tijden voorafgaan. Maar Gij gaat door de verhevenheid van de immer tegenwoordige eeuwigheid aan al het verledene vooraf en Gij zijt verheven boven al het toekomstige, want dat is toekomstig en wanneer het zal gekomen zijn, zal het verleden zijn; maar Gij zijt Dezelfde en Uw jaren zullen niet geëindigd worden. Uw jaren gaan niet en komen niet: de onze echter gaan en komen, opdat ze alle komen. Uw jaren staan alle tegelijk stil, omdat ze stil staan en ze gaan niet heen om door de komende jaren vervangen te worden, want ze gaan niet voorbij: onze jaren echter zullen er alle zijn, wanneer zij alle er niet meer zullen zijn. Uw jaren zijn één dag en die dag van U komt niet dagelijks, maar blijft heden, want Uw huidige dag maakt geen plaats voor een dag van morgen, immers hij volgt ook niet op een dag van gisteren. Uw huidige dag is de eeuwigheid: daarom hebt Gij Hem van eeuwigheid gegenereerd, tot Wie Gij zeidet: „heden heb Ik u gegenereerd". Alle tijden hebt Gij gemaakt en Gij zijt vóór alle tijden, en er is nooit geen tijd geweest, dat er niet een tijd was" (Conf. XI, 13)

Augustinus tast duidelijk naar woorden om het voor hem en ons onzegbare uit te zeggen. Wij die in de tijd geschapen zijn en alleen maar denken kunnen in termen van de tijd, hoe zouden wij Gods eeuwigheid kunnen begrijpen? Zij gaat ons aller begrip te boven. Gods eeuwigheid is heel wat anders dan een oneindig lange tijd. Ze is geheel eigensoortig, iets wat allen bij God hoort. Daarom verheft zij zich ver boven ons begrijpen.

Epe

P. Vermeer

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Lezen in Augustinus’ belijdenissen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 2001

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's