Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het dubbele van Gamaliëls raad

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het dubbele van Gamaliëls raad

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

door J.C. Schuurman, Ridderkerk

En nu zeg ik u: Houdt ajvan deze mensen, en laat hen gaan; want indien deze raad, ojdit werk uit. mensen is, zo zal het gebroken worden. Maar indien het uit God is, zo kunt gij dat niet breken; opdat gij misschien niet bevonden wordt ook tegen God te strijden. Handelingen 5 : 38-39

PNIEUW zijn enkele apostelen gear­ Oresteerd en voor de Joodse Raad geleid. Het gaat er hectisch aan toe. De gemoederen zijn verhit. Er gaan zelfs stemmen op om Jezus' volgelingen te doden. Maar dan staat Gamaliel op. Op zijn verzoek verlaten de apostelen de zaal, en vervolgens neemt hij het woord. Gamaliel was niet de eerste de beste. Hij wordt in vers 34 aan ons voorgesteld als een zeker Parizeer en als een leraar der wet die zeer gezien was onder het volk. We weten dat Saulus één van zijn leerlingen is geweest. Gamaliel genoot een groot gezag. Na zijn dood schreef iemand "dat er met hem een einde aan de eerbied voor de wet was gekomen, en dat met hem ook reinheid en matigheid waren gestorven." Dat is nogal wat. Ook binnen de Joodse Raad nam Gamaliel een vooraanstaande plaats in. Hij was iemand met een natuurlijk overwicht die boven de partijen stond en naar wie geluisterd werd. Zulke mensen kunnen tijdens een vergadering veel betekenen, vooral als er spannende punten aan de orde zijn. Gamaliel is bang dat de zaak rond de apostelen escaleert. Een eventuele terechtstelling zal een enorme onrust onder het volk veroorzaken. Die kant moet het niet uit. Het lijkt Gamaliel het beste om de apostelen maar gewoon vrij te laten. En nu gaat het in deze meditatie om de argumentatie die hij hanteert. De tekstwoorden zijn bekend geworden als de raad van Gamaliel. Een raad die brede instemming ontvangt zodat de gelederen binnen de Joodse Raad zich sluiten. Het is bovendien een raad waarin een (verkondigende) boodschap te beluisteren valt. Maar tegelijk ziet Gamaliel kans om zich neutraal op te stellen ten opzichte van het evangelie van Christus. Hij is een echte diplomaat die precies tussen de gevoelige punten weet door te laveren. Dat geeft helaas iets dubbels aan zijn woorden.

Op het eerste gehoor doen Gamaliels woorden weldadig aan. Hij zoekt naar de achtergrond van het optreden van de apostelen. Wat beweegt deze mensen? Is het mensenwerk of misschien ook niet? Kan het zijn dat Gód er achter zit? Die beide mogelijkheden zet Gamaliel naast elkaar. Broeders, stel dat hun werk uit mensen is ...! Dan houdt het geen stand. Vroeg of laat zal het gebroken worden! We kennen toch de voorbeelden. En dan noemt Gamaliel de namen van Theudas en Judas de Galileër (vers 36 en 37) die beiden leiding gaven aan een bepaalde beweging. Ze hadden hun aanhang, maar er is inmiddels niets meer van over. Want het was mensenwerk. Als dat ook het geval is met de apostelen, dan heeft hun optreden al weer de langste tijd geduurd. En dan is het niet nodig om er al te veel aandacht aan te besteden, aldus GamaHël. Maar hij noemt ook de andere mogelijkheid: dat het werk van de apostelen uit God is. En dan kan het niet gebroken worden. Kijk uit, broeders! Anders zal wellicht blijken dat we tegen God strijden! En dat zullen we altijd verliezen. Keurig zet Gamaliel de mogelijkheden naast elkaar. We weten niet hoe hij er zelf over denkt. Hoewel we vanuit het Grieks de indruk krijgen dat hij de apostelen het voordeel van de twijfel geeft.

Ondertussen heeft deze Parizeer wel een belangrijke uitspraak gedaan, namelijk dat wij Gods werk niet kunnen breken. En wat is dat gelukkig. Daaraan heeft de Kerk haar ontstaan en bestaan te danken. Als zij het werk van mensen was, dan was de Kerk al lang ten onder gegaan aan al het menselijke en het zondige dat ons aankleeft. Wat is er veel ongeestelijk, kleinmenselijk gedoe. Hoeveel tweedracht en scheuringen zijn er de eeuwen door niet geweest! Als de Kerk toch eens afhankelijk zou zijn van wat mensen (wij!) er van maken !

Hoe meer we ons verdiepen in de kerkgeschiedenis, hoe groter het wonder wordt dat er op deze aarde nog een Kerk is! Dat is niet dankzij maar ondanks het werk van mensen! Achter de Kerk zit het geheim van Gods werk. De verkiezende liefde van de Vader, de trouw van Christus Die Zijn gemeente met Zijn bloed heeft gekocht en bovendien de bezielende kracht van de Heilige Geest. De drie-enige God vergadert door de verkondiging van het evangelie Zijn gemeente die Hij ook instandhoudt. En Zijn werk kunnen wij niet breken.

Wat een bemoedigende boodschap die ons via de raad van Gamaliel bereikt.We kunnen onze zorgen hebben over de landelijke kerk en over de plaatselijke gemeente. Over jongeren en ouderen. Over het geestelijk welzijn. De tegenkrachten en de verleidingen zijn groot. We zien helaas veel afval. En toch blijft staan dat Gods werk niet te breken is. Zijn werk komt ook klaar. We zingen ervan in psalm 89: "Ik weet (en dat is het vaste weten van het geloof door de aanvechting heen) hoe 't vast gebouw van Uwe gunstbewijzen, naar Uw gemaakt bestek in eeuwigheid zal rijzen!" Wat uit God is, kan niet gebroken worden. Door geen mens en door geen duivel. Dat mag ook bemoedigen met het oog op je eigen leven.

Wat kan het levende geloof worden bestreden.Van buitenaf én van binnenuit. Hoe verder we komen op de weg van het geloof, hoe meer we onze eigen zwakheid ontdekken. We houden onszelf niet op de been. Dat is één van de dingen die de Heilige Geest grondig leert verstaan. Als we volharden tot het einde en zalig worden, dan alleen uit genade. Het kan door omstandigheden zó donker in ons leven zijn dat we in de vertwijfeling terechtkomen. Als we vastlopen met Gods leiding, met de waaroms. Of als we onszelf zo tegenvallen en dingen doen of denken waarvoor we ons diep schamen. Juist als we de Heere vrezen kunnen we het houvast zo kwijt zijn.

Maar hoor het woord van Gamaliel: Indien het uit God is, zo kan niemand het breken! Door alle diepten en verwarring heen houdt de Heere Zelf Zijn eigen werk in stand. Wat Hij begint maakt Hij ook af] Om maar weer een psalmregel te citeren: "De Heer is zo getrouw als sterk, Hij zal Zijn werk voor mij volenden!" Is dat geen psalm om dikwijls te zingen? Juist als we worden aangevochten? ! Zing het maar tegen uw ongeloof en twijfel in. Nee, niet ik, maar Hij zal het voltooien! Want Hij is een sterke God Wiens werk niet te breken is. Soms houden we niet meer over dan deze ene belijdenis. Met het oog op ons eigen leven en met het oog op de kerkelijke situatie vandaag. Maar het is genoeg. Wie Gamaliels woorden leert overnemen als een belijdenis, leert het om al zijn heil enkel en alleen van de Heere te verwachten. "Uw werk - daar moet ik het van hebben."

Zo heeft Gamaliel raad gegeven. Het is een handig, diplomatiek voorstel dat vergadertechnisch goed in elkaar zit. Want het werkt. De gemoederen komen tot bedaren en de vergadering neemt zijn voorstel over. Maar - hoe zit het ondertussen met Gamaliel zelf? Ook hij is via de apostelen geconfronteerd met de Naam van Christus. Ook hij is schuldig gesteld aan het kruis (vers 30). Ook hij heeft gehoord dat God bekering en vergeving der zonden wil geven (vers 31). Maar wat doet Gamaliel met het evangelie van de gekruisigde en opgestane Heiland? Uiteindelijk niets. Dat moeten we helaas in alle eerlijkheid vaststellen. Op het eerste gehoor komt hij sympathiek op ons over. Hij lijkt het op te nemen voor de apostelen en weet te voorkomen dat ze gestenigd worden zoals later Stefanus. Hij houdt er zelfs rekening mee dat God in de apostelen werkt. Maar daarmee houdt het voor Gamaliel wel op. Hij valt niet voor het evangelie van Christus. Hij stelt zich neutraal op.

Wat is dat herkenbaar. We belijden dat er maar twee mogelijkheden zijn: voor of tegen de Heere. Maar in de praktijk creëren we nogal eens een derde tussenmogelijkheid.We zijn niet tégen God en Christus, maar ook niet van harte vóór! We zitten er wat tussen in. Tot een duidelijke keus komt het niet. En dat uit zich in gebrek aan liefde en toewijding. Beslistheid in het dienen van de Heere ontbreekt. De neiging tot neutraliteit zit ons in het bloed. Weet u hoe dat komt? Omdat we ons leven niet willen verliezen aan Christus. We willen niet sterven aan onszelf. Maar geen keus is ook een keus. Dat is het aangrijpende van Gamaliels raad en houding. Zonder het te beseffen kiest deze bekwame en algemeen geachte Parizeer terdege! Niet vóór is tégen, heeft Jezus gezegd. Hoe we het ook wenden of keren: zijn woorden vormen wel een beleefde afwijzing van de Heere Jezus Christus. Dat is het dubbele in zijn raad. Gamaliel wil niet breken voor de Zaligmaker. En wij? De Heilige Geest zet vanuit Handelingen 5 de zaak op scherp. Zijn we voor of tegen Christus? Het is één van beide! Dat is de radicaliteit van het evangelie. Ook als kerkelijk meelevende mensen kunnen we ons neutraal houden. Gamaliel was nota bene een wetgeleerde die de schriften door en door kende. En toch een vijand van het kruis van Christus.We kunnen het als gemeentelid jarenlang volhouden om met een boog om het kruis en de Gekruisigde heen te lopen.

Hoe anders de apostelen! Op voorstel van Gamaliel worden ze vrijgelaten na eerst nog gegeseld te zijn. Een pijnlijke foltering die ook hun Meester heeft ondergaan. Daarna wordt hun opnieuw een (s)preekverbod opgelegd. Spreken in de Naam van Jezus is ten strengste verboden (vers 40). Zien we ze gaan met hun bebloede ruggen? Een zielig stel mensen om te zien. Maar vergis u niet. Wat de wereld zielig noemt, noemt God zalig. Daarom lezen we geen woord over zelfbeklag of iets dergelijks. Integendeel. De apostelen zijn verblijd dat ze waardig geacht zijn om smaadheid te lijden omwille van Christus' Naam (vers 41). En het laatste wat dit hoofdstuk vermeldt, is dat ze niet ophielden om te leren en te verkondigen Wie de Heere Jezus is. Dat is wat anders dan neutraliteit. In hun leven zien we Gamaliels woord bevestigd. Gods werk kan niet gebroken worden. Is dat geen reden om Hem van harte lief te hebben, te dienen en te eren?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 2003

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Het dubbele van Gamaliëls raad

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 2003

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's