Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het „ruimen" van graven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het „ruimen" van graven

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

HOOFDARTIKEL

door W. van Gorsel, Bergambacht

EN goede vriend in het hoge noorden E van het land wierp een probleem op, waar ik zelf al vaak aan heb gedacht: hoe moeten we staan tegenover het zogenaamde „ruimen" van begraafplaatsen?

Ik neem aan dat het bij de meeste lezers bekend zal zijn. We hebben man of vrouw, vader of moeder, op een eervolle wijze ter aarde besteld. Na enkele maanden kwam er op het graf een steen, die de plaats aanwijst waar de overledene ligt, en van tijd tot tijd brengen we een bezoekje aan het kerkhof. „Nee", zeggen de mensen, „je vindt er niets, je gaat er zo leeg vandaan als je er gekomen bent, maar toch..." Begrijpelijk, je wordt er als het ware door een onzichtbare hand naar toe getrokken.

Maar na verloop van tijd - soms twintig, soms dertig jaar - krijg je van het gemeentebestuur bericht dat er plannen zijn, om dat gedeelte van de begraafplaats te „ruimen". Het is mogelijk dat de steen weggehaald wordt, maar de stoffelijke resten worden verwijderd. En op dezelfde plaats worden nieuwe graven gedolven. Wat gebeurt er met de stoffelijke resten? Soms worden ze bij elkaar begraven in een massagraf, in een bepaalde gemeente - zo las ik dezer dagen in de krant - waren er plannen om ze te verbranden. Tegen dat laatste werd terecht geprotesteerd: de overledene zou dan na twintig of dertig jaar alsnog worden gecremeerd...

Iets voorlopigs

Ik moet zeggen dat de hele problematiek me nogal tegen de borst stuit. We zijn op Schriftuurlijke gronden voorstanders van het begraven van onze doden. En hoewel het geen eer is dat ons lichaam tot stof wederkeert - in de hof van Eden was geen graf] - spreken we toch van een „eervoUe" begrafenis. Maar de gedachte dat zo'n begrafenis iets voorlopigs heeft, en dat te zijner tijd de kist met het stoffelijk overschot weer opgegraven wordt, is niet te verteren. In het begin van mijn ambtelijke loopbaan zei ik bij een graf nog weleens dat de overledene hier nu zou liggen tot de morgen der opstanding, maar later kon ik deze woorden haast niet meer over mijn lippen krijgen. En je wilt ook niet zeggen: „voor twintig of dertig jaar, dus zeg je maar niets...

Ik vind het eigenlijk een schande, en ik heb dat ook meer dan eens tegen verantwoorde- Hjke personen gezegd, dat kerkhoven „geruimd" worden. Niet alleen omdat onze overledenen daardoor gestoord worden in hun grafrust, maar ook omdat er blijkbaar geen plaats meer is voor onze doden. Gebrek aan ruimte kan daarvoor niet als motief worden aangevoerd. Als er wel vele hectares grond worden bestemd als sportvelden of als natuurgebieden, terwijl er geen plaats is voor de overledenen, dan is er iets grondig mis...

Lichaam en ziel

Eigenlijk kan ik niet zo goed begrijpen dat er vanuit onze gezindte, bij mijn weten, niet méér tegen , , ruiming" wordt geprotesteerd. Zit daar - misschien onbewust - toch niet een dosis Grieks denken achter, alsof de ziel belangrijker is dan het lichaam? Bij de Grieken is het lichaam hoogstens een kerker, waarin de ziel tijdelijk gevangen zit. Het sterven is dan de bevrijding van de ziel uit de gevangenis van het lichaam...

Lange tijd heeft men beweerd - en het nu is nóg wel te horen - dat het Nieuwe Testament de invloed van dat Griekse denken zou hebben ondergaan. Maar ik kan nergens in de Bijbel vinden dat het lichaam minderwaardig zou zijn ten opzichte van de ziel. Denk alleen maar aan Paulus, hoe hij in de eerste brief aan de gemeente Corinthe spreekt over het lichaam als over „een tempel van de Heilige Geest". Onze belijdenis zit op dezelfde lijn wanneer ze de nadruk legt op het vlees dat de Middelaar heeft aangenomen (Art. 18 van de NGB). Hoe belangrijk het lichaam van de Heere Jezus was, ook voor Zijn discipelen en voor de vrouwen, bleek wel toen Hij gestorven was, en kosten noch moeite gespaard werden voor Zijn begrafenis.

Wat we in onze tijd kunnen constateren is een overdreven lichaamscultus. De moderne mens, in alle opzichten aards en tijdelijk gericht, heeft alles gezet op die ene kaart van de lichamelijkheid. Maar dat wil niet zeggen dat wij nu uit reactie mogen doen alsof het lichaam niets is. Toch zijn die klanken onder ons wel te beluisteren. , , Als mijn ziel maar gered is..."Jawel, maar de Heere Jezus is gekomen om ziel èn lichaam te behouden. En die ziel leeft wèl, en als we gestorven zijn hééft die ziel wel geleefd, in dit lichaam. Dat vergaat weliswaar tot stof, maar als we in het geloof gestorven zijn, waakt de Heere Jezus over dat stof, om het op de jongste dag gelijkvormig te maken aan Zijn heerlijk lichaam.

Ook wanneer het graf van onze dierbaren, of ons eigen graf, geruimd zou zijn, zal dat de opstanding niet verhinderen. De Schepper van hemel en aarde is bij machte om uit al dat stof lichamen te formeren. Hóe Hij dat doet is, met alle eerbied gesproken, ZIJN zaak. Maar dat laat onverlet dat wij met het lichaam niet kunnen doen wat wij willen. Vandaar zie ik het zogenaamde „ruimen" van graven als in strijd met de Heilige Schrift, in feite als een ontkenning van de wederopstanding van het vlees.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 september 2003

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Het „ruimen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 september 2003

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's