Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De rechtvaardiging door het geloof alleen (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De rechtvaardiging door het geloof alleen (1)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

^^^^B^K^Hsk^ < s) i p I [^ i i^'THT^^^^^^^W

door P. de Vries, Elspeet

Inleiding

Uit het antwoord dat wij geven op de vraag hoe een mens rechtvaardig voor God kan verschijnen, bhjkt het karakter van onze godsdienst. Met name in de brieven van Paulus wordt ons de waarheid van de rechtvaardiging door het geloof ontvouwd. De rechtvaardiging door het geloof staat tegenover de rechtvaardiging uit de werken. Zelfs met zijn beste werken kan de mens niet voor God bestaan. Al onze werken zijn namelijk onvolkomen en met zonde bevlekt. De wet kan ons niet rechtvaardigen doch slechts veroordelen en wel tot de eeuwige rampzaligheid. Dat ligt niet aan de wet als zodanig, maar aan de gevallen mens die niet in staat is om aan de eisen van Gods wet te voldoen. In de rechtvaardiging speelt niet alleen datgene, wat wij voor onze bekering deden geen rol, maar evenmin de goede werken die wij hebben leren voortbrengen, sinds wij door het geloof in Christus zijn ingeplant. Zo moeten de woorden van Paulus aan de Filippenzen verstaan dat hij vergeet hetgeen achter hem lag. Kenmerkend voor een christen is dat hij roemt in wat de Heere aan en voor hem deed en niet in wat hij voor God doet.

Hij roemt in het kruis van Christus Die hem heeft liefgehad en Zich voor hem heeft overgegeven.

De rechtvaardiging door het geloof: een doorleefde werkelijkheid

Gerechtvaardigd worden wil zeggen vrijgesproken worden. Daarom houdt de rechtvaardiging meer in dan aUeen de vergeving van de zonden. De mens die in zichzelf doodschuldig is, wordt op grond van het werk dat Christus voor hem en in zijn plaats deed vrijgesproken. De vrijspraak is gebaseerd op de hem toegerekende gerechtigheid van Christus. De grond van de rechtvaardiging ligt geheel en al buiten de mens. Al ligt de grond van de rechtvaardiging buiten ons, de rechtvaardiging wordt over de mens uitgesproken. Deze uitspraak wordt bevindelijk doorleefd. Wanneer God de mens rechtvaardigt overtuigt Hij hem door Zijn Heilige Geest allereerst van schuld. Wanneer de zondaar ziet hoe redelijk en heilig de wet is, die volmaakte gehoorzaamheid vraagt en met de dood als straf op de zonde dreigt; wanneer hij de absolute onmogelijkheid voelt om ooit zelf aan deze rechtvaardige eisen te voldoen, dan wordt in die weg ervaren dat de openbaring van Jezus Christus als onze gerechtigheid, de wijsheid en kracht Gods tot zaligheid is. Ontbloot van alle gerechtigheid in onszelf vinden we onze gerechtigheid in Hem.

Elk mens is van nature in de staat van de

door P. de Vries, Elspeet verdoemenis en vanaf het moment dat hij in de wedergeboorte met het zaligmakende geloof is begiftigd, bevindt hij zich in de staat der rechtvaardiging. De rechtvaardiging als zodanig is een eenmalig gebeuren. De troost die geput mag worden uit de rechtvaardiging, is echter telkens weer nieuw. Veelzeggend is dat in antwoord 60 van de Heidelbergse Catechismus niet wordt gevraagd: 'Hoe zijt gij rechtvaardig voor God geworden?' maar 'Hoe zijt gij rechtvaardig voor God?' Iedereen heeft zich af te vragen wat zijn houvast is als hij tot de Vader der lichten nadert. Dan antwoordt zowel de beginnende gelovige als de meest geoefende gelovige dat zijn geweten hem aanklaagt dat hij tegen alle geboden Gods heeft gezondigd en nog steeds tot alle kwaad geneigd is. Voor beiden is het enige houvast dat de volkomen genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van Christus hen is toegerekend. In het scheppen van troost en zekerheid uit de wetenschap dat ons Christus' gerechtigheid is toegerekend mag er verschil zijn, dat geldt niet voor de zaak als zodanig. De zwakste gelovige is evenzeer rechtvaardig voor God als de meest sterke gelovige. De rechtvaardiging is niet verbonden aan een bepaalde mate van geloof of van geloofsinzicht, maar aan het geloof als zodanig en dat omdat elk waar geloof zich richt op de enige Middelaar, de Heere Jezus Christus. Krachtige prediking van deze boodschap is bevrijdend juist voor aangevochten christenen en aanvechting begeleidt toch het geestelijk leven van Gods kinderen tot hun laatste snik. Daarom blijft de boodschap van de rechtvaardiging door het geloof alleen telkens weer nieuw. (wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 maart 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De rechtvaardiging door het geloof alleen (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 maart 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's