Van Pasen naar Pinksteren (1)

MEDITATIE

door AJ. Kunz, Groot-Ammers

Doch Ik zeg u de waarheid: Het is u nut dat Ik wegga; want indien Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar indien Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden. Johannes 16:7

Van Pasen naar Pinksteren

Onderweg van Pasen naar Pinksteren luisteren we naar de afscheidswoorden van Christus uit Johannes 16. Jezus spreekt ze uit vlak voor Zijn sterven. Ze zijn echter vooral bedoeld als onderwijs voor de discipelen, als ze straks onderweg zijn van Pasen naar Pinksteren. Om de betekenis van de heilsfeiten te verstaan, is dit onderwijs onmisbaar. Na Pasen raken velen de draad kwijt. Ze weten geen raad met het Pinksterfeest. Onderweg van Pasen naar Pinksteren lopen we het gevaar dat we verdwalen. Juist daarom is het onderwijs, zoals Christus dit geeft in Johannes 16, zo belangrijk. Er zijn vanuit onze tekst twee dingen die wij onderweg van Pasen naar Pinksteren moeten leren. Allereerst zet Christus het werk van de Heilige Geest in het grote geheel van het heilshandelen van God met deze wereld. Daarnaast moet ons opvallen dat er een onlosmakelijke band is tussen het werk van Christus en het werk van de Heilige Geest.

Het afscheid van Christus

Na Pasen is het werk van Christus op aarde voltooid. Hij is naar deze wereld gekomen om het werk van de verzoening te volbrengen. Nu alles is volbracht, keert Hij terug

door AJ. Kunz, Groot-Ammers naar Zijn Vader in de hemel. Jezus zegt in onze tekst dat Hij weggaat. Als we het evangelie van Johannes lezen, dan merken we dat alles gericht is op Zijn terugkeer naar de Vader. Het verblijf van Christus op aarde is van tijdelijke aard. Zo lezen we in Johannes 3, hoe Jezus tegen Nicodemus zegt: 'Niemand is opgevaren in de hemel, dan Die uit de hemel nedergekomen is, namelijk de Zoon des mensen. Die in de hemel is' (vers 12). Daar spreekt Jezus reeds over Zijn hemelse thuis, terwijl Hij Zijn kruisweg nog moet gaan. En als Jezus in de poort van Zijn lijden staat, schrijft Johannes: 'Jezus wetende, dat Zijn ure gekomen was, dat Hij uit deze wereld zou overgaan tot de Vader, alzo Hij de Zijnen, die in de wereld waren, liefgehad had, zo heeft Hij hen liefgehad tot het einde' (13 vers 1). In het hogepriesterlijk gebed (Johannes 17) horen we Hem bidden: 'Vader, de ure is gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon U verheerlijke. Ik heb U verheerlijkt op de aarde; Ik heb voleindigd het werk, dat Gij Mij gegeven hebt om te doen. En Ik ben niet meer in de wereld, maar deze zijn in de wereld en Ik kom tot U'. Na Zijn opstanding zegt Jezus tegen Maria Magdalena: 'Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot MijnVader; maar ga heen tot Mijn broederen en zeg hun: Ik vaar op tot MijnVader en uw Vader en tot Mijn God en uw God' (20 vers 17).

Het hele leven van Jezus staat in het teken van het volbrengen van de opdracht van de Vader Die Hem naar deze wereld heeft gezonden. Hij is het Lam van God, Dat de zonden der wereld wegneemt (Joh. 1:29). Alles staat in het teken van het kruis. Nadat Christus het offer van de verzoening heeft gebracht, is Zijn taak op aarde ten einde. Het is volbracht! Zo klonk de overwinningsroep over Golgotha. Na Pasen gaat het naar de Hemelvaartsdag. Jezus keert terug naar Zijn Vader in de hemel.

Het is u nut dat Ik wegga

Ook dit heengaan van Christus naar Zijn Vader hoort in Gods heilsplan. Afscheid nemen doet pijn. Droefheid heeft uw harten vervuld, zegt Jezus tegen Zijn discipelen (vers 6). Wij kunnen ons het verdriet van de discipelen wel voorstellen.Vooral als we in ons eigen leven weten van de liefde Gods. Dan is Christus ons dierbaar. We kunnen ons in deze wereld soms eenzaam voelen. Gods Kerk is in deze wereld immers niet thuis. En toch moet Christus weggaan. Hij zegt in onze tekst tegen Zijn discipelen: 'Ik zeg u de waarheid: Het is u nut dat Ik wegga.' Het is in uw belang dat Ik wegga. Die woorden worden ingeleid door: Ik zeg u de waarheid. leder woord uitjezus' mond is van groot gewicht. Maar deze' formulering onderstreept het nog eens. Het gaat hier om een openbaringswoord. Het is in uw belang dat Ik wegga. Het gaat van Pasen naar Pinksteren. Christus wil ons onderwijs geven aangaande het heilshandelen van God. Het werk van Christus wordt gevolgd door het werk van de Heilige Geest. Na de verlossing volgt de toepassing van de verkregen verlossing in harten van zondaren.

De komst van de Heilige Geest

Christus plaatst Zijn afscheid in het grote kader van het handelen van God. Door Zijn Hemelvaart maakt Christus de weg vrij voor de komst van de Heilige Geest. Na Gods komst als de Schepper en als de Verlosser volgt de komst van God als de Herschepper. Christus laat Zijn discipelen niet verweesd achter in deze wereld. Ook bij Zijn afscheid draagt Hij de Zijnen op Zijn middelaarshart. 'Het is u nut dat Ik wegga, want als Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar als Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden.' Opnieuw moet ons opvallen, dat Christus Zijn weg ziet in het teken van het einddoel. Zijn weggaan uit deze wereld is een heengaan tot de Vader. Het is voor Christus de volgende trap van Zijn verheerlijking. In onze tekst valt echter vooral de nadruk op het feit dat Zijn heengaan tot zegen is voor Zijn Kerk op aarde. Als Ik niet wegga, dan zal de Trooster tot u niet komen, zegt Jezus tegen Zijn discipelen. Zijn heengaan naar de Vader is ook plaats maken voor de Heilige Geest. Zijn afscheid luidt een nieuwe fase in Gods heilshandelen in. God komt op de derde wijze naar deze wereld: als de Heilige Geest, Die Heere is en levend maakt. Chris- tus belooft Zijn discipelen: Als Ik heenga, dan zal Ik Hem tot u zenden.

De Parakleet

De Heilige Geest wordt hier door Jezus de Trooster genoemd. Het Griekse woord 'Parakleet' heeft twee betekenissen: de Parakleet is degene die een beschuldigde beschermt. We kunnen het woord dan vertalen met 'voorspraak'. Daarnaast heeft het woord ook een lerend aspect. De Parakleet is de leermeester. We hopen de komende weken meer te horen over het werk van de Heilige Geest. Hij overtuigt ons van zonde, gerechtigheid en oordeel. Hij onderwijst ons in de heilgeheimen. Bovenal verheerlijkt Hij Christus in harten van zondaren.

De Heilige Geest is de Parakleet. In Zijn Naam klinkt de onlosmakelijke band met Christus door. Christus en de Heilige Geest dragen dezelfde Naam. In Johannes 14 vers 16 horen we Christus zeggen: Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster ge­ ven, opdat Hij bij u blijve in der eeuwigheid'. Zoals Christus de Voorspraak is aan Gods rechterhand (1 Joh. 2:1), zo is de Heilige Geest het bij Gods Kerk op aarde. Het gaat van Pasen naar Pinksteren. Ook in het werk van de Heilige Geest gaat het om het borgwerk van Christus. De Heilige Geest wil ons deel geven aan de verkregen verlossing. En nadat wij er deel aan gekregen hebben, bewaart Hij ons erbij. Daarom gaat de Kerk er niet op achteruit als Christus weggaat.'Het is voor de bruid van Christus goed, dat Hij niet meer zichtbaar is, dat Hij naar het lichaam niet meer hier op aarde is; anders zou zij de Trooster niet van de Vader ontvangen en zou ze niets gewaarworden van de Godheid, de majesteit en de genade van haar Bruidegom' (Kohlbrugge).

We leven van Pasen naar Pinksteren. Hebt u de Heilige Geest al ontvangen? Christus wil Hem tot u zenden. Het is immers Pinksteren geworden!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen