Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Bijbelse verwant en vriend: Pierre Robert Olivetanus (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Bijbelse verwant en vriend: Pierre Robert Olivetanus (2)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

door M.A. van den Berg, Zoetermeer

VRIENDEN VAN CALVIJN

De nachtegaal en de kraai

De liefde voor de schat van het Woord van God mag wat kosten. Aan die overtuiging moet de vurige Farel de vrijmoedigheid hebben ontleend om in de valleien van Piémont een geldwervingsactie te beginnen om de kosten van een bijbelvertaling bijeen te brengen. Dat hij zich niet vergist heeft in de hartstochtelijke honger naar Gods Woord in de eigen taal, die leefde onder Waldenzen, laat zich bewijzen uit de enorme opbrengst van 800 ecus. Dat was voor die tijd een astronomisch bedrag, dat voor het merendeel afkomstig was van arme boeren. En dan nog te bedenken dat zij zelf meer een dialect spraken dan het Frans waarin Olivetanus zijn vertaling gegeven heeft. De reformatie van Frankrijk heeft dus aan de offervaardigheid van de Waldenzen haar Bijbel te danken! Het geld was voldoende om een vertaler en zelfs een drukkerij te bekostigen.

Zo werd Olivetanus aan het werk gezet. Calvijn zegt in zijn eerste inleiding van de bijbelvertaling dat Farel enViret (die hij met de wonderlijke schuilnamen Chusemeth en Chloretes aanduidt) er nog moeite voor moesten doen om de bescheidenheid van Olivetanus te overwinnen. Calvijn neemt zijn vriend en broeder al van te voren in bescherming tegen de kritiek die zijn vertaling mogelijk zou kunnen oproepen.'Het is makkelijk om kritiek te hebben, maar ga er maar eens aan staan' is wat Calvijn tenslotte zegt. Het leek ook voor Olivetanus haast een onmogelijk werk om de Bijbel vanuit de grondtalen in het Frans te vertalen. De vertaler is zo verrukt van de 'welsprekendheid' van de originele bijbeltalen Hebreeuws en Grieks, dat hij in vergelijking daarmee zijn eigen taal slechts 'barbaars' vindt klinken. Hij gebruikt daarbij een sprekend beeld van wat hij als de moeilijkheid van vertalen ervaart: het is de 'zoete nachtegaal'leren zingen als de 'schorre kraai'.Toch heeft hij zijn werk met al zijn kunde en liefde ondernomen, want Frankrijk moest ook Gods heilzaam woord kunnen horen. "Hoort gij hemelen en neem ter ore gij aarde: want de Eeuwige spreekt". Dit woord uit Jesaja 1, staat op het titelblad van de vertaling, is de grond van het werk. God spreekt ook in het Frans, al is het nog zo'n ruwe taal, volgens OHvetanus' overtuiging. Overigens zou Calvijn een veel minder negatief gevoel hebben ten aanzien van zijn moedertaal. Hij vond bij latere bewerkingen van de vertaling, in milde kritiek op zijn reeds overleden vriend, dat Olivetanus de eigen schoonheid van het Frans toch te weinig recht had gedaan.

De schat van Christus' bruid

Dat Pierre Robert zelf ook prachtig Frans kon schrijven bewijst zijn eigen Verdediging van de vertaler. Het is een hartstochtelijke tekst waarin de liefde voor het Woord en de kerk ineen sluiten. In afwijking van wat schrijvers meestal doen, die hun werk opdragen aan hun begunstigers, wil Olivetanus zijn vertaling opdragen aan de Waldenzen, die zulke grote offers hebben gebracht om dit werk tot stand te brengen. Hij noemt ze het 'arme kerkje van Christus', dat als een bruid haar Bruidegom met vurig verlangen verwacht. Hij mag haar als vertaler haar bruidschat teruggeven. Hij wil de 'bloemetjes van onze hoop, die verwelkt en verbrand zijn door het vuur van ellendige onwetendheid weer begieten en besproeien'. Het is opgemerkt dat zijn stijl wel iets lijkt te hebben van de grote Franse literator Rabelais, wiens boeken hij ook bezat.We merken dat bijvoorbeeld in de aangrijpende opsomming van de martelingen van de kerk van Christus, een stortvloed van woorden en huiveringwekkende beelden, waarin het lijden dat de gelovigen moesten meemaken haast letterlijk zichtbaar wordt: "gij beledigden, gelasterden, opgejaagden, uitgejouwden, vervloekten, beroofden, gevangenen, in de hel geworpenen, verbannenen, aan de kaak gestelden, uitgespuwden, verminkten, de oren afgesnedenen, met tangen geknepenen, gebrandmerkten, geplukten, voortgesleurden, geroosterden, gestenigden, verbranden, verdronkenen, onthoofden, gevierendeelden en dergelijke glorieuze en heerlijke titels van het koninkrijk der hemelen". Aan deze martelarenkerk, en aan haar alleen is zijn vertaling gewijd! In 1535 komt de Bijbel van Olivetanus van de persen in de drukkerij van Pierre de Vingle in Neuchatel. Er is jaren aan gewerkt. Het was niet een geheel oorspronkelijke vertaling, maar ze bouwde voort op een eerdere vertaling van Lefèvre d'Etaples, die echter niet gebaseerd was op de grondtalen. Het Oude Testament werd geheel uit het Hebreeuws vertaald, en dat was nieuw. Het Nieuwe Testament was een bewerking van de eerdere vertaling, en was dan ook van een andere kwaliteit. Olivetanus had zijn neef Calvijn met nadruk gevraagd om deze vertaling voor hem te willen corrigeren. Dat is wat de eerste editie betreft nog niet gelukt. In een brief aan Christopher Fabri, na de verschijning van de eerste druk, vertelt Calvijn dat hij zijn medewerking had beloofd, maar de uitgave was er al eerder dan hij zich aan de revisie had kunnen zetten. Later zou Calvijn zich nog vele malen met de herziening van deze bijbelvertaling, waarbij hij van de geboorte af kennelijk zeer nauw betrokken was geweest, bezighouden. De vertaling van Olivetanus bleef zo de komende eeuwen door alle revisies heen de grondvorm van de protestantse Bijbel.

Twee inleidingen

Welke bijdrage Calvijn vóór 1535 heeft geboden aan het levenswerk van zijn neef, valt niet precies te zeggen. Duidelijk is wel dat Olivetanus zijn jongere vriend zo belangrijk heeft gevonden voor de presentatie van zijn werk dat hij hem gevraagd heeft om zijn vertaHng van twee inleidingen te voorzien. De eerste, geschreven in het Latijn, is opmerkelijk genoeg een opdracht van het kaliber dat de vertaler in zijn apologie nadrukkelijk leek af te wijzen. Olivetanus vond het niet nodig zijn werk aan hoogheden op te dragen.Toch doet Calvijn dat juist wel als hij de franse bijbelvertaling een opdracht mee­ geeft Aan keizers, koningen, vorsten en alle vol ken die aan de heerschappij van Christus onder worpen zijn. Maar hij doet dat niet om door de opdracht waardering of eer te krijgen voor het werk zelf. Hoe zou dat ooit kunnen, want hier is geen sprake van mensenwerk. Het is geen nieuw boek, dat verschijnt en menselijke goedkeuring zou behoeven. Het is het 'profetische woord, de eeuwige waarheid van de hoogste koning'. Waarom, zo zegt Calvijn, zal men net als de 'rabbijnen' bang moeten zijn, dat de gewone mensen wordt toegestaan om God Zelf tot hen te horen spreken in ZijnWoord? De Bijbel is in de handen van gewone mensen, vrouwen en mannen, niet de oorzaak van ketterijen, zoals men wil doen geloven, maar juist het beste instrument tot bestrijding daarvan. Het is immers het Woord van God Zelf, door Zijn Heilige Geest. Wie ontkent dat een zuivere vertaling nuttig is, die beledigt de Heilige Geest.

De tweede inleiding van de hand van Calvijn is een brief Aan alle liejhebbers van Jezus Chri tus en Zijn Evangelie. Het is een hartelijke pastorale briefin het Frans, min of meer het eerste theologische geschrift van Calvijn. Hier geeft de jonge theoloog, 25 jaar was hij nog maar, op een bijzonder knappe wijze een samenvatting van de inhoud van Gods Woord. Voor mensen die misschien wel voor het eerst de totale Bijbel in handen gekregen hebben, moet het een openbaring zijn geweest om daar zoveel meer in te lezen dan ze vanuit de povere instructie en alleen de liturgische praktijk van de kerk van Rome daaruit wisten.

De Bijbel: het Licht van Christus

Calvijn wist dat het Woord van God door de Geest voor zichzelf sprak. Het had Zijn inleiding niet nodig. Maar toch was het nuttig om een nodige hulp te mogen bieden. Hij geeft een korte schets van de hele heilsgeschiedenis van Oude en Nieuwe Verbond, met als centrum: Jezus Christus en Die gekruisigd. In het hele Oude Testament ging het al om Hem, in de beloften, die in het Nieuwe Verbond tot heerlijke vervulling zijn gekomen. Calvijn schrijft: "Zonder het Evangelie zijn we allen nutteloos en niets; zonder het evangelie zijn wij geen christenen, zonder het Evangelie is alle rijkdom armoede, wijsheid dwaasheid voor God, kracht, zwakte, alle menselijke rechtvaardigheid veroordeeld voor God".

Onkunde is de ellende waardoor mensen verloren gaan, omdat ze, als ze het Woord van God missen, Gods heil nooit zullen bezitten.

Olivetanus, de bijbelvertaler, was de man van het olielampje, van het licht. Hij heeft uit liefde tot Zijn Heere en Meester, en tot Zijn liefhebbers, zijn eigen leven over gehad voor de dienst van het Evangelie. 'Olivet', een naam die te maken heeft met olijfolie.Voordat de olijven licht kunnen geven worden ze eerst geperst tot olie. Zijn meester was eerst in de Olijfhof, opdat door Zijn nacht van lijden het Licht van kruis en opstanding zou gaan stralen. Olivetanus is de man geweest die dat Licht mocht dienen. Vandaar dat zijn vriend en broeder zijn aanbevelingsbrief besluit met deze woorden: "De Heere van alle licht wil door Zijn Heilige Geest met dit heilige en heilbrengende Evangelie de onwetenden leren, de zwakken versterken, de blinden verlichten en Zijn waarheid bij alle volken en naties doen heersen, opdat de hele wereld slechts één God kent en één enkele Heiland Jezus Christus, één geloof en één Evangelie. Amen".

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Een Bijbelse verwant en vriend: Pierre Robert Olivetanus (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's