Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gods strijdwagens zijn gerichtswagens

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gods strijdwagens zijn gerichtswagens

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

BIJBELSTUDIE

'Aan welke wagen de zwarte paarden zijn, die paarden gaan uit naar het Noorderland; en de witte gaan uit, dezelve achterna; en de hagelvlekkige gaan uit naar het Zuiderland. En die sterke paarden gingen uit en zochten voort te gaan om het land te doorwandelen; want Hij had gezegd: aat heen, doorwandelt het land. En zij doorwandelden het land. En Hij riep mij en sprak tot mij, zeggende: ie, deze die uitgegaan zijn naar het Noorderland hebben Mijn Geest doen rusten in het Noorderland' Zacharia 6:6-9

Nadat de HEERE aan Zacharia heeft uitgelegd dat de wagens en de paarden die hij in dit achtste gezicht ziet, Zijn strijdwagens zijn, toont Hij hem in het tweede gedeelte van dit visioen waarheen zij trekken.

Waarheen?

De engel die hem de dingen moet uitleggen zegt: Aan welke wagen de zwarte paarden zijn, die paarden gaan uit naar het Noorderland; en de witte gaan uit dezelve achterna; en de hagelvlekkige gaan uit naar het Zuider­ land' (vs. 6). Het 'Noorderland' kwamen we in Zacharia's nachtgezichten al eerder tegen (o.a. 2:6). Daarmee wordt Babel bedoeld. Babel dat ten oosten van Palestina lag maar alleen via de noordelijke karavaanweg bereikt kon worden. Het 'Zuiderland' is een aanduiding voor Egypte en was alleen bereikbaar via de zuidelijke karavaanweg. Gods strijdwagens trekken dus zowel naar noord als zuid. Zacharia ziet ze vanuit de inham tussen de twee bergen wegtrekken: En die sterke paarden zochten voort te gaan om het land te doorwandelen; want Hij had gezegd: Gaat heen, doorwandeh het land. En zij doorwandelden het land' (vs. 7).

Hoewel Gods strijdwagens dus naar alle bereikbare windstreken uittrekken, valt in dit laatste nachtgezicht de nadruk op de paarden die via het noorden richting het oosten trekken. Dat is: richting Babel. Waarom trekken Gods strijdwagens in het bijzonder naar Babel? Om gericht te oefenen! Want hoe heeft Babel zich niet tegen Hem verzet. Hem bespot. De God van Israël veracht en gehoond. Bovendien - en daar sprak het vorige nachtgezicht van: in Babel is voor 'vrouwe goddeloosheid' zelfs een tempel gebouwd. Daar wordt de ongerechtigheid, de zedeloosheid en de liederlijkheid als een god aanbeden en vereerd. Een ten hemel schreiend kwaad.

En nu heeft de HEERE lang geduld. Maar aan Zijn geduld komt eens een einde. Lang kan Hij Zijn toorn uitstellen en Zich in goddelijk geduld inhouden. Mensen denken dan: , het valt wel mee! Zo'n vaart loopt het allemaal niet! Maar welk een vergissing. Want nu laat de HEERE in dit laatste nachtgezicht aan Zacharia zien: acharia, het valt niet mee! Ik zend wis en zeker Mijn strijdwagens uit! Babel kan lachen en spotten. Babel kan in zijn grootheidswaanzin denken: ie is de God van Israël eigenlijk? Maar als de maat van de ongerechtigheid vol is, zend Ik Mijn strijdwagens uit. Om ge­ richt te oefenen. Om Babels goddeloosheid te oordelen en te bezoeken. En Zacharia ziet Gods strijdwagens dan ook daadwerkelijk wegtrekken vanuit de inham tussen de twee koperen bergen. En het zijn met name de zwarte paarden die richting Babel worden gezonden. Overigens - en daar ligt een heel bijzondere boodschap in - gevolgd door de witte paarden. Maar de zwarte gaan voorop. Hun zwarte kleur is een teken van rouw en verdriet. Het is een kleur waarin weerspiegeld wordt de ontzaglijke gevolgen die het optreden van Gods strijdwagens in Babel zal hebben. Ze zullen zorg dragen voor leed en verdriet, voor honger, armoede, kommer en kwel. Het trotse, welvarende, zelfgenoegzame en hoogmoedige Babel zal vernederd worden. Zal in diepe rouw gedompeld worden. Haar grote mond zal zwijgen. Gods strijdwagens zullen gerichtswagens blijken te zijn. En dan geldt: Gij, vrees'lijk zijt Gij in 't gericht/ Wie zal bestaan voor Uw gezicht? ' (Ps. 76:4 ber.)

De les

Rekenen we daarmee? Want deze dingen gelden niet alleen Babel maar ook ons. Ja, het geldt ook kerk en gemeente, land en volk en vorstenhuis? Ja, zelfs heel West-Europa en heel deze wereld! We leven in een tijd waarin bijna niemand meer met deze dingen rekent. Waarin velen denken: niet zo benauwd, niet zo zwartgallig. Pluk de dag. 'Laat ons eten en drinken en vrolijk zijn, want morgen sterven wij'. Ja, maar Zacharia is een profeet! Hij geeft niet zijn eigen maar Gods gezichten door. En als God hem onthult wat in de toekomst te gebeuren staat, beeft hij.

En zegt hij: 'En ik zag en ziet, vier wagens gingen uit van tussen twee bergen' (VS. 1).

Het zijn geen sprookjes maar het is een heilige, goddelijke werkelijkheid. God zal Babel opnieuw richten. Babel is reeds overweldigd door de Perzen. Maar straks zal God ook de Perzen richten. Zij zullen worden overwonnen door de Grieken. De Grieken op hun beurt door de Romeinen. De Romeinen door de Vandalen enz. Napoleon stond op en ging ten onder. Hitler waande zich de grootvorst van het Derde Rijk maar stierf een donkere, duistere dood. En als we het huidige wereldgebeuren bezien in het licht van dit achtste nachtgezicht dan moeten we zeggen: ook vandaag trekken Gods strijdwagens uit. Het zijn gerichtswagens. En we zien ze voorttrekken temidden van oorlogen en geruchten van oorlogen. Temidden van nietsontziende terreuraanslagen en allerlei andere vormen van geweld die zich openbaren. In het Midden-Oosten, in Europa, in Amerika en waar niet. Zeker, wij mensen blijven voor de volle honderd procent verantwoordelijk voor onze daden. Van alle haat, nijd, moord, doodslag, terreur en oorlogvoeren moet eens rekenschap worden gegeven. Maar... dwars daar doorheen volvoert God toch Zijn Raad en oefent Hij gericht.

Want van alle zonde en ongerechtigheid geldt: 'De HEERE zal het zien en zoeken' ! En dat zowel in het groot als in het klein. Dat we het beseffen en ter harte nemen. Niet spotten. Niet in lichtzinnigheid voort zullen gaan. Maar ons voor God zullen verootmoedigen en zullen beseffen dat er maar één remedie is tegen al die aangrijpende gebeurtenissen: wederkeer tot de levende God!

Ja, dat we redding en behoud zullen zoeken bij Hem in Wie er werkelijk ontkoming is aan Gods gericht. Bij Wie er veiligheid, zorg en bescherming is. Leven en eeuwige zaligheid. Hij wilde voor schuldige zondaren lijden en sterven. Hun zonde en schuld op Zich nemen. Op Golgotha Gods gericht dragen. Opdat individuen en volken die voor Hem buigen uit Zijn doorboorde hand vergeving zouden ontvangen. Verzoening en vrede met God. Zaligheid en eeuwig leven. Ziedaar, wat Gods gerichten beogen. Ze zijn niet alleen rechtvaardig, ze zijn ook heilzaam en ten leven bedoeld. Schitterend wordt dat in dit achtste nachtgezicht onder woorden gebracht. Want de zwarte paarden van het gericht worden gevolgd door... de witte paarden. De paarden die Gods overwinning vestigen in harten en huizen, onder volken en in landen. Maar daarover een volgende keer meer.

L. W. Ch. Ruijgrok, Monster

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Gods strijdwagens zijn gerichtswagens

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's