Simson (6)

MEDITATIE

Toen deed zij hem slapen op haar knieën, en riep een man en liet hem de zeven haarlokken van zin hoofd afscheren; en zij begon hem te plagen en zijn kracht week van hem. En zij zeide: de Filistijnen over u, Simson! En hij ontwaakte uit zijn slaap en zeide: Ik zal ditmaal uitgaan als op andere malen en mij uitschudden; want hij wist niet, dat de HEERE van hem geweken was. Richteren 16 vers 19-20

Simsons zwakke plek

De Griekse mythologie kent een verhaal dat gaat over Achilles. Zijn moeder wil dat haar zoon onkwetsbaar wordt voor vijandelijke aanvallen. Daarom houdt ze hem als klein kind in het water. Van nu af aan is Achilles onoverwinnelijk, zo luidt dan het verhaal. Alleen de hiel, waaraan zijn moeder hem heeft vastgehouden, is niet onkwetsbaar. We kennen het nog in ons spraakgebruik: een Achilleshiel. Dat is een zwakke plek. Het verhaal over Achilles zegt dat hij op een kwade dag getroffen wordt door een vergiftigde pijl, precies in zijn hiel. En Achilles sterft eraan.

De geschiedenis van Simson laat ons zien, dat een Achilleshiel geen kwestie van mythologie is. Simson heeft ook zijn zwakke plek, waar de duivel de makkelijkste ingang heeft. En wij ook. Bij Simson is het zijn zwak voor vrouwen. Dat hebben we al eerder gezien.

De vorige keer nog, toen hij in Gaza een hoer bezocht. Toen heeft de HEERE hem ternauwernood gered. We zouden verwachten dat Simson nu voorzichtiger wordt. Maar niets daarvan. 'En het geschiedde daarna', zo begint vers 4. We krijgen de indruk dat er niet veel tijd tussen zit. Weer trekt Simson naar het land van de Filistijnen. Daar ziet hij een vrouw: Delila. Het is alsof de geschiedenis zich herhaalt. In Richteren 14 lazen we dat Simson op slag verliefd werd op een Filistijns meisje. We kennen de afloop van de geschiedenis. Simson zal zich toch niet nog een keer in zo'n avontuur storten? Toch wel. Een mens is hardleers. En niet alleen Simson. Wij leren niet zomaar van onze fouten. Zeker niet als de genieting van de zonde groot is.

De val wordt opengezet

Simson begint een verhouding met Delila. Hij trouwt niet met haar. Simson kiest voor de vrije liefde. Wat dat betreft is er dus niets nieuws onder de zon. Spoedig zijn de vorsten van de Fihstijnse steden ervan op de hoogte dat Simson weer in het land is. Nu zullen ze hem krijgen! Delila wordt in het complot betrokken. Zij moet proberen om achter het geheim van Simsons kracht te komen. Voor haar verraderswerk wordt Delila een groot geldbedrag beloofd: van iedere vorst krijgt ze elfhonderd zilverlingen. Een geweldig bedrag. De duivel heeft er wel wat voor over om Gods kinderen in zijn greep te krijgen.

Opnieuw moet ons een parallel opvallen met Richteren 14. Daar was het ook een Filistijnse vrouw die achter Simsons geheim moest komen. En ook ditmaal speelt Simson hoog spel - met zijn roeping. Al lezende krijgen we de indruk dat Simson denkt: 'Ik ben sterk. Wie maakt me wat? ' Hij vertrouwt op zijn kracht, maar hij merkt niet dat de HEERE van hem wijkt. We kunnen niet ongestraft zondigen. Wie God verlaat, heeft smart op smart te vrezen.

Het geheim

Delila is uit op het geheim van Simsons kracht. Waar heeft hij die bovenmenselijke kracht vandaan? Wij weten hoe hij eraan gekomen is. Dat heeft te maken met zijn roeping. De HEERE heeft aan het begin van zijn leven gezegd dat Simson zal beginnen om Israël te verlossen uit de hand van de Filistijnen. Daarom moest Simson zijn haar laten groeien. Die lange haren zijn een symbool van zijn wijding aan God. Dat laatste staat hier op het spel. Het zijn niet alleen zijn haren, die worden afgesneden; daarmee wordt ook de omgang tussen Simson en God afgesneden. Zo eindigt deze geschiedenis immers: hij wist niet dat de HEERE van hem geweken was.

De duivel is uit op ons geheim. Als we gedoopt zijn, dan zijn we aan God gewijd. Beseffen wij dat? Hebben we soms ons geheim verraden? Is het kerkelijke leven daarom zo lauw en smakeloos geworden? Zit er daarom zo weinig kracht in onze woorden, omdat de duivel ons in zijn greep heeft? Het leven is geen spelletje. Simson denkt dat wel en wij vaak ook. Maar de HEERE kan van ons wijken. Dat laat deze geschiedenis ons duidelijk zien.

Het spel

Delila speelt haar duivelse spel met Simson. En Simson speelt het mee, overmoedig als hij is. Maar hij is er blind voor dat de duivel uit is op zijn geheim. De duivel is op zoek naar Simsons zwakke plek. Nog eens: deze geschiedenis is niet zo buitenissig als ze op het eerste gezicht misschien lijkt. Ze herhaalt zich dagelijks. De duivel is ook uit op ons geheim. Hij speelt zijn duivelse spel van kat en muis.

We kennen de geschiedenis. Delila vraagt aan Simson: 'Wat is het geheim van je kracht? Waarmee moetje gebonden worden om je kracht te breken? ' En Simson speelt het spel mee. Eerst laat hij zich binden met zeven verse pezen. Daarna met nieuwe touwen. Maar beide keren blijkt, dat Simson een spel met Delila speelt. Hij vertelt zijn geheim niet. Maar Delila houdt vol. De aanhouder wint. Zo doet de duivel het ook.

Hij heeft geduld. Hij laat ons eerst langzaam aan de zonde wennen. Maar wie op het pad van de zonde doorloopt, die raakt hoe langer hoe meer verstrikt. Zo is het ook bij Simson. Wat is jouw geheim, Simson? Als ze mijn haren invlechten, dan zal ik zwak worden als ieder mens. Zijn haren .... Het teken van zijn wijding! Wat speelt Simson hoog spel. Zonder God. Dit kan nooit goed aflopen. Nee, ook ditmaal wordt zijn kracht niet bekend, maar Delila laat het er niet bij zitten. Je hebt me driemaal bedrogen, zegt ze. Je houdt niet van me. We lezen in vers 16: 'En het geschiedde dat ze hem alle dagen met haar worden perste en hem moeilijk viel, dat zijn ziel verdrietig werd, tot stervens toe.' Weer valt Simson voor een vrouw. Hij vertelt zijn geheim: 'Er is nooit een scheermes op mijn hoofd gekomen, want ik ben een nazireeër Gods van mijn moeders buik af. Als ik geschoren zou worden, dan zou mijn kracht van mij wijken en ik zou zwak worden als alle andere mensen.' Het geheim is verteld. Het spel is uitgespeeld. Het is bittere ernst. Simson verliest niet alleen zijn haren, maar ook zijn wijding. Terwijl Simson slaapt, worden zijn zeven haarlokken afgeschoren. Eén voor één. Zevenmaal gaat zijn ambt te grabbel. En dan roept Delila: Simson, de Filistijnen over u! Simson wordt wakker en wil de Filistijnen te lijf gaan. Maar zijn kracht is weg. Hij is een weerloze prooi voor de vijand.

Verlos ons van de boze

Met al zijn kracht is Simson toch zo zwak. Wij kunnen in eigen kracht de macht van de duivel niet bedwingen. Zelfs niet als we veel van de HEERE hebben gekregen, zoals Simson. Wij zijn zwak, de sterkte van de boze is groot. Dat laat deze geschiedenis ons duidelijk zien. We krijgen zelf de spiegel voorgehouden. Hoe staat het met ons geheim? Krachteloosheid is geen kenmerk van een leven in de vreze des HEEREN. Kent u dit gebed: Verlos ons van de boze! Het brengt me bij mijn Heere Jezus. Hij, Die staande bleef, temidden van alle verzoekingen.

Om mensen die gevallen zijn en die zelfs hun geheim verraden, te redden. Zo diep moest hij komen: om mensen waar de HEERE naar recht van wijken moet, terug te brengen. Vertrouw niet op eigen kracht. Christus heeft alle macht, in hemel en op aarde. En wie zich aan Hem gewonnen geeft, zal vrede vinden!

A.J. Kunz, Groot-Ammers

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen