Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Apostolische Geloofsbelijdenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Apostolische Geloofsbelijdenis

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

GELOOFSLEER

zittende ter rechterhand van God, de almachtige Vader (Artikel 6b, vervolg)

Christus heeft alle macht

Matthéüs vertelt aan het begin van zijn evangelie hoe de Heere Jezus door de duivel werd verzocht in de woestijn (Matth. 4 : 1-11). De duivel beloofde alle koninkrijken der aarde te zullen geven als de Heere maar voor hem zou willen knielen en hem aanbidden. Schijnbaar deed zich hier een mogelijkheid voor om zonder het kruis de heerschappij te verkrijgen over alle machtige rijken der aarde. De Heere heeft deze zware verzoeking echter krachtig afgewezen. In volledige overgave wilde Hij de weg van de Vader gaan en via het kruis tot de heerlijkheid komen welke de Vader Hem beloofd had. Wat de duivel aanbood was slechts schone schijn, was leugen en bedrog. Dezelfde Matthéüs laat vervolgens in z'n evangelie zien hoe Christus tenslotte alle macht ontvangt. En dat niet alleen over de aardse rijken, maar ook over de hemelse gewesten. Weliswaar vermeldt Matthéüs de ten hemel opneming van Christus en Zijn zitten aan de rechterhand van de Vader niet, maar beide heilsfeiten liggen bij hem als vervat in de troost welke Christus aan het slot van dit evangelie aan de discipelen geeft: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde" (Matth. 28 : 18). Dit luidt een nieuwe episode in de wereldgeschiedenis in. Christus zegt dit namelijk als Middelaar. Aan de Middelaar, in Wie God en mens verenigd zijn in één Persoon, is alle macht gegeven. Als Gods eniggeboren Zoon bezat Hij met de Vader en de Heilige Geest reeds van eeuwigheid alle macht. Maar nu wordt het heel specifiek gezegd van Hem als Middelaar. Naar Zijn menselijke natuur zal Hij voortaan zitten in het brandpunt van Gods macht, kracht en heerlijkheid. Door Zijn hand regeert God voortaan alle ding in hemel en aarde. Daarmee is inderdaad een heel nieuwe fase in de geschiedenis van hemel en aarde aangebroken. Zo is het niet eerder geweest. In de doorboorde handen van Christus zijn hemel en aarde gelegd. We mogen dus niet de fout maken van sommigen, die denken dat aan het Mid- delaarschap van Christus door het gaan zitten aan Gods rechterhand een einde is gekomen. Zij menen ten onrechte dat de menswording van Gods Zoon en Zijn Middelaarschap slechts een intermezzo zijn geweest, van meet af bestemd om voorbij te gaan. Door de verhoging van de Zoon des mensen komt het Middelaarschap juist tot z'n hoogste ontvouwing. Nu zien wij pas goed welk een Middelaar God in Zijn eniggeboren Zoon ons gegeven heeft. Onze menselijke natuur nam Hij mee naar de plaats van de hoogste eer en zal haar daar altijd doen blijven. Paulus brengt dit in Ef. 1 : 20-22 als volgt onder woorden: ... en heeft Hem gezet tot Zijn rechterhand in de hemel; ver boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en alle naam die genaamd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de toekomende; en heeft alle ding Zijn voeten onderworpen. .." Woorden vol licht en heil! Christus regeert als Koning over alles: ver hemel en aarde, over Kerk en wereld, over engelen en mensen, over leven en dood, over duivelen en hel. Aan Zijn macht zijn geen grenzen. Hij moet als Koning heersen, totdat God eens alle ding onder Zijn voeten zal hebben gelegd. Ook de dood, de laatste vijand, zal ten laatste in het stof moeten bijten (1 Kor. 15 : 25, 26). Het rijk van Christus is onbegrensd en onmetelijk, want het omvat hemel en aarde. Eens brengt Hij beide voorgoed tezamen. De Middelaar, Die nu in de hemel is, kan waar Hij maar wil Zijn macht en kracht inzetten. En dat doet Hij ook al begrij­ pen wij van Zijn regering over Kerk en wereld vaak maar o zo weinig. De regering van Christus is namelijk een verborgen regering. Ze wordt slechts in het geloof gezien en verstaan. Ook al zeggen we niet als Luther dat de verhoogde Heiland naar Zijn lichaam overal tegenwoordig is, toch geloven wij dat Hij, Die aan de rechterhand des Vaders zit. Zich zodanig als overal tegenwoordig betoont als was Hij met Zijn lichaam aanwezig. Dus wat er ook in hemel en op aarde gebeurt, het gaat nimmer buiten de Christusregering om. Het Lam is de Koning der koningen en de Heere der heren (Openb. 19 : 16). Alles en allen zijn aan Hem onderworpen, voor Hem zal alle knie eens buigen en alle tong zal belijden dat Jezus Christus de Kurios, de Heere is.

Christus is liet Hoofd der Kerk

We legden in het bovenstaande met opzet de nadruk erop dat het de Middelaar is aan Wie God alle macht gegeven heeft. Zijn regering over alle ding, moeten we namelijk vooral en bovenal overwegen in haar betekenis voor de Kerk van God. De macht van Christus is in de eerste plaats bedoeld tot heil van het volk van God. Ze heeft niets van willekeur aan zich, maar is dienende macht en draagt het keurmerk van gadeloze zondaarsliefde. In Ef. 1:22, 23 staat dat de Vader Hem aan de Gemeente tot een Hoofd boven alle dingen gegeven heeft. Christus regeert niet alleen over alle ding, boven alles is Hij het Hoofd van de Kerk. We moeten Christus en de Kerk daarom heel dicht bij elkaar houden. Tussen beiden bestaat een zeer innige levensgemeenschap. In Hem is de Kerk zelfs al in de hemel gezet en bezit ze die (Ef. 2 : 6). Het is God bij de Christusregering ten diepste te doen om de vergadering en de bewaring van Zijn volk. Voor hen is de nieuwe hemel en de nieuwe aarde bestemd. Het draait in de Christusregering, om zo te zeggen, uiteindelijk om de Kerk. De macht van Christus over alle ding is de noodzakelijke voorwaarde om Hem in staat te stellen Gods Kerk bijeen te brengen, haar te beschermen en te bewaren en eens als een reine Bruid aan de Vader voor te stellen en in de eeuwige erfenis te leiden. Zondag 19 van de Catechismus zegt heel mooi, dat Christus naar de hemel gevaren is om Zichzelf als het Hoofd van Zijn christelijke Kerk te bewijzen. Terecht legt de Catechismus bij Christus niet de nadruk op het regeren van alle ding, hoezeer dat Hem ook is toevertrouwd, maar op Zijn werk als Zaligmaker.

In de hemel betoont Christus Zijn macht in het bijzonder in de voorbidding. Hij is de machtige Voorspreker bij de Vader (1 Joh. 2:1). Zijn pleit is een gewonnen pleit. Geweldig is daarom de troost uit Rom. 8 : 34: Wie is het, die verdoemt? Christus is het. Die gestorven is, ja, wat meer is. Die ook opgewekt is. Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt." Treffend zegt Calvijn: Want ingegaan zijnde in het heiligdom, dat niet met handen is gemaakt, verschijnt Hij voor het aangezicht van de Vader als een voortdurende Advocaat en Pleitbezorger voor ons; de ogen van de Vader wendt Hij zo op Zijn gerechtigheid, dat Hij ze afwendt van onze zonden; Hij verzoent het hart van de Vader zo met ons, dat Hij door Zijn voorbidding de weg en toegang voor ons baant tot Zijn troon; terwijl Hij Hem vervult met genade en goedertierenheid. Die anders voor ellendige zondaren vol verschrikking zou zijn" (Inst. II, 16, 16).

Op aarde betoont Christus als Hoofd der Kerk Zijn macht door vanuit de hemel de hemelse gaven in Zijn leden uit te gieten. Daarbij mogen we denken aan de gaven van geloof, genade, gerechtigheid, vergeving, verzoening en verlossing. Hij doet dat door Zijn Heilige Geest. Ook beschut en bewaart Hij de Zijnen door Zijn macht tegen alle vijanden (antw. 51). Alle engelen staan daarbij in Zijn dienst. Hij is ook hun Heere en Koning. De wegen die Hij daarbij gaat zijn voor ons echter meestal maar moeilijk te begrijpen. Het is en blijft voor de Kerk op aarde een gaan in het geloof. Maar onderschat intussen dit geloof niet. Het grijpt de macht van de verheerlijkte Christus aan, in de overtuiging dat Hij, 'onze Broeder en ons vlees, daarom de heerschappij over de wereld verworven heeft, opdat Hij die met ons dele; maar nu ondertussen, totdat wij in het volkomen bezit ervan zullen gesteld zijn, ons beschermt, regeert en met de gaven van Zijn Geest vervult' (Ursinus). Met deze verhoogde en verheerlijkte Christus kan de Kerk het echt wel doen. Soli Deo Gloria!

P. Vermeer, Wilsum (D)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Apostolische Geloofsbelijdenis

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's