Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Gezalfde (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Gezalfde (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

"Alsnu weet ik, dat de HEERE Zijn Gezalfde behoudt. (...) Die koning verhore ons ten dage van ons roepen " Psalm 20:7a, 10b

Ook in de Psalmen zien we, net als in andere delen van het Oude Testament, herhaaldelijk het adventslicht doorbreken. We denken dan niet in de laatste plaats aan de zogenaamde koningspsalmen. In deze liederen van Israël kan het gaan over de heerlijkheid van een koning, de bijzondere plaats die hij van God kreeg, de heerschappij die hem in handen gelegd is. Het kan ook zijn, en dan komen we wat dichter bij Ps. 20, dat voor de koning gebeden wordt.

Daarbij hebben we te bedenken dat in het koningsschap iets van de Messias gezien werd. We mogen zeggen: deze Psalmen vonden hun vervulling in Christus. Het mag dan waar zijn dat het in eerste instantie over David, Salomo of een andere koning gaat, maar tenslotte krijgt zo'n Psalm zijn volle vervulling in de grote Zoon van David. De Geest der profetie drijft de dichter zodat hij, meer dan hijzelf kan vermoeden, de grote Koning bezingt.

In Psalm 20 wordt gebeden voor de koning. We mogen het ons zo voorstellen, dat er de dreiging van vijanden is. Misschien hebben de tegenstanders de grenzen van Israël al gepasseerd. De koning - we denken aan David - maakt zich gereed om met zijn leger op te trekken tegen de vijand. Eerst worden nog de offers gebracht in het huis van de Heere. Door het volk of door de tempelkoren wordt gezongen, gebeden voor de koning. De Heere verhore u in de dag der benauwdheid! Hij ondersteune u uit Sion! Zo wordt gebeden om de zegen van Gods machtige hand. Een ander bekend voorbeeld van een gebed voor de koning vinden we in Psalm 72. O God, geef de koning Uw rechten...! Op indrukwekkende wijze wordt dan gezongen over de heerlijkheid van de koning. Zo zal hij regeren van de zee tot aan de zee en koningen zullen hem onderworpen zijn. Aan welke koning denkt u dan? Aan Salomo? De vervulling in Salomo is maar zeer ten dele. We moeten uiteindelijk bij een andere Koning zijn, bij de grote Zoon van David. Hij is vandaag nog bezig om zondaren te overwinnen in de kracht van Zijn Woord en Geest. Hij zal komen in heerlijkheid. Voor al degenen die deze Koning liefkrijgen is dat zo machtig en heerlijk, dat er op bepaalde momenten een diep verlangen komt. Dan wordt gebeden: kom, Heere. Welnu, deze dingen mogen we bij het lezen van Ps. 20 in gedachten houden. Ook hier wordt gebeden voor de Koning.

Nadat nu gebeden is voor de koning die op het punt staat om ten strijde te trekken, klinkt er een stem: alsnu weet ik dat de HEERE Zijn Gezalfde zal behouden... Wie zingt dat? Sommigen zeggen: het is David zelf die dit laat horen. Anderen houden het op een dichter die antwoordt op de gebeden in de tempel. Hoe dat ook zij, hier is iemand die in het geloof de stellige verwachting uitspreekt, dat de HEERE de koning zal behouden en als overwinnaar zal doen wederkeren van het slagveld. De vijanden mogen wel pochen op hun strijdwagens, maar ze zullen toch het onderspit delven.

We kunnen ons afvragen hoe de dichter tot deze zekerheid komt. Hoe kan David, of wie dan ook maar daar in Jeruzalem, nu zeker weten dat de HEERE de koning de overwinning zal geven? Hoe kan iemand vandaag de zekerheid hebben dat zijn bidden en smeken door God verhoord wordt? Hoe kan iemand getroost worden door de wetenschap dat Christus al Zijn vijanden onder Zijn voeten zal hebben? In het algemeen kun je al zeggen dat bij de Psalmdichters meermalen onder hun bidden de zekerheid doorbreekt dat de Heere genadig zal horen. Verder mogen we zeggen: hier is iemand aan het woord die zijn God kent en vreest, die groot van de God van Abraham, Izak en Jakob denkt. Deze man weet van de waarachtigheid van het Woord Gods. Dat alles geeft hem de stellige verwachting dat de HEERE Zijn gezalfde zal behouden. De vromen in Israël hebben de woorden Gods zo gehoord, dat ze, vluchtend tot de Heere met hun nood en de nood van hun volk, in het diepst van hun ziel geweten hebben: Hij zal naar Zijn Woord uitkomst brengen.

Het is hier in onze tekst die heel "eigenaardige" geloofswetenschap, die vaak tegen al het zichtbare en tastbare ingaat. En nochtans... De Heere heeft Zijn belofte gegeven aan David, Hij zal het koningsschap in stand houden en zo de overwinning aan de koning geven, al zou het ook door duizend nederlagen heengaan. Hij aanschouwt Zijn Gezalfde, zoals daar in Psalm 84 om gebeden wordt.

Maar nogmaals, krijgt dit alles nu niet zijn diepere vervulling in Christus? Het konmgshuis van David zal bewaard worden, al hangt het meer dan eens aan een zijden draad en schijnt alles op zijn ondergang uit te lopen. (Misschien herkent u dat wel vanuit uw eigen leven, dat Gods werk zovaak schijnt dood te lopen.) Het huis van David wordt bewaard tot op Christus. In Hem krijgt het zijn volle vervulling: God geeft de overwinning aan Zijn Gezalfde. Zou het ook kunnen zijn dat hier een geweldige troost gevonden wordt door mensen die hunkeren naar de totale overwinning van Christus? De eeuwen door zijn er die ernaar hongeren en dorsten, dat Hij groot zal zijn. Bent u er een van? Spreekt u wel eens voor de Heere uit: Heere, als dat maar waar is, dat de grote Koning, Uw Gezalfde, uitgaat en triomfen behaalt en zondaren aan Zijn voeten brengt en tenslotte volkomen heerschappij voert?

Alsnu weet ik... In ieder geval een machtige troost voor mensen die de verschijning van Gods Gezalfde van harte liefkrijgen. Juist zij lopen vaak met ik-weet-niet-hoeveel vragen en raadsels. Wat was het voor de vromen in het Oude Testament een machtige troost als de Heilige Geest deze geloofswetenschap deed doorbreken. En wat is het vandaag een troost, dat Gods Gezalfde voortgaat Zijn gemeente te vergaderen en Zijn bedelaars te onderhouden. Is dat u bekend?

Wat weet de dichter nu precies? Dat God Zijn Gezalfde behoudt. Het is goed om nog even voor ogen te houden, dat de koning op het punt staat om ten strijde te trekken. Nu zal God hem behouden, de overwinning geven. We denken aan David, maar inmiddels is ons wel duidelijk geworden dat er nog een Koning is Die boven David uitgaat. Er is een andere Koning Die door God zal worden gezonden, dé Gezalfde.

We kunnen het ook anders zeggen: in het Oude Testament wordt de HEERE keer op keer genoemd en bezongen als de Koning van Israël. Tegelijk zien we dat aan het koningsschap in Israël onlosmakelijk de naam van David wordt verbonden. Wijst dat alles niet op de grote Koning Die komt in de Naam des Heeren, God en mens. Zoon van David en Zoon Gods?

Wat een veelzeggende titel trouwens, die hier in onze tekst aan Hem wordt gegeven: de Gezalfde, Gods Gezalfde. Deze Naam brengt ons als vanzelf bij Zijn ambten: Hij is Profeet, Priester en Koning. Wat Hij al niet doet! Wat in Hem al niet gevonden wordt! En daarom is Hij Redder in en uit allerhoogste nood. De Messias, door God bestemd en aangewezen om Zijn machtig werk te verrichten. De Hebreeënbrief leert ons dat we in deze titel kunnen zien, dat Hij niet Zichzelf heeft opgeworpen, maar dat Gods hand Hem zond. Dé Gezalfde - door God gezonden in deze wereld om hier te doen het werk dat God Hem op de handen legt. Mag ik u voor deze adventsweken toewensen, dat u diepe verwondering kent en koestert over het feit dat het in Gods hart opkwam om Zijn Zoon te zenden? Mijn Zoon, ga op Mijn weg, naar Mijn wil. En Hij verklaart Zich ten volle bereid om in gehoorzaamheid aan Zijn Vader te gaan. Zie, ik kom...

Ik kom, al brengt het Mij in de diepste diepte van de dood. Hij is de gehoorzame Zoon van de Vader, Die niet liever doet dan de wil van Zijn Vader. Er moeten mensen verlost worden die boordevol ongehoorzaamheid zitten. De zalving had in het Oude Testament ook te maken met het bekwaam gemaakt worden voor je taak. Wie kon er zeggen, al eeuwen voordat Hij hier op de aarde kwam: Zie, de Geest des Heeren HEEREN is op Mij? Hij is toegerust met de volheid van de Geest. Het betekent nogal wat! Als het waar is dat de volheid van de Geest op Hem rust - en het IS waar! - dan is Hij machtig om het alleronmogelijkste werk te verrichten. Ik denk daarbij aan het redden van het verlorene, het voortgaan om Zijn gemeente te vergaderen. U bent niet te ver weg om door Hem gered te worden. De volheid van de Geest rust op Hem - zo dient Hij Zich bij u aan in de verkondiging van het adventsevangelie.

We hopen volgende week meer te zien van de gezalfde Koning in Zijn strijd.

M. Goudriaan, Lunteren

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De Gezalfde (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's