Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Professor Spruyt met zijn

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Professor Spruyt met zijn

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Professor Spruyt met zijn vermakelijke openhartigheid vindt bij de redactie van Z> i? ^i? rvorming zelve reeds tegenspraak. »Enkele heetgebakerde overvragers uitgezonderd, zoo schrijft ze, die 's.lands zaken naar de eene of andere afgetrokken theorie zouden willen regelen, kan, wie het thans op een liberaal programma eene plaats wil geven, daarmede niet bedoelen, dat alles wat de bijzondere verhouding tusschen den Staat en de verschillende kerkgenootschappen regelt, met één slag zou worden opgeruimd, als ware die verhouding niet allengs, in verband met allerlei omstandigheden, geworden.

„De leuze: „scheiding van leerken staat" dagteekent immers - het enkelvoudige „kerk" wijst er reeds op - uit een tijd, waarin de staat tegenover eene bepaalde, op de eene of andere wijze bevoorrechte kerk stond. Wie van „scheiding tusschen kerk en staat" spreekt - zoo althans vatten wij het op- bedoelt daarmede wegneming van alles wat daaraan herinnert. Dan b'ijtt de vraag nog onbeslist of, en zoo ja, in hoe^ verre de verhouding tusschen den staat en de godsdienstige vereenigingen - zij mogen kerken, of kerkgenootschappen, of vrije ge. meenten, of atdeelingen van den Protestantenbond of anders heeten - nog eene andere moet zijn dan tegenover andere zedelijke lichamen. Dan komen de bijzonderheden ter sprake, waarop Prof. Spruyt de aandacht vestigt.

„Ten onzent herinnert, wij zouden willen zeggen, herinnert alléén de wijze, waarop aan wat Art. l68 der vorige grondwet voorschrijft, uitvoering wordt gegeven aan den ouden toestand. Men kan van gevoelen verschillen over de vraag, of «scheiding van kerk en staat" het opheffen van eiken financieelen band vereischt; maar men moet, dunkt ons, toestemmen, dat de wijze waarop thans de financieele verhouding tusschen kerk en staat geregeld is, op het daarin uitgesproken beginsel inbreuk maakt. Althans wat de Ned. Hervormde Kerk betreft. ïn dien geest lieten de oüd-minister Smidt, Prof. Buys, Mr. De Beaufort en anderen zich er over uit. De Staat oefent met de thans bestaande regeling invloed uit op het innerlijk - leven der kerk."

O Hoofd en woonivoeiTler eener ketterij.

En dan terugkomende op professor Spruyts potsierlijk Liberalisme, dat in onderdrukking van de kerk door den Staat wierd_ gezocht, zegt ze : „Indien liberaal te zijn, liberaal in den politieken zin des woords, nog iets anders beteekent — en dat doet het toch zeker — dan te eischen „dat bij de leiding der zaken hartstocht en vooroordeel niet, kennis en nadenken (en geweten) ivel de beslissende stem hebben"; indien „liberaal" ook een politieken inhoud heeft, dan kan de liberale partij daarmede geen vrede hebben; dan moet zij inzien: dat dit strijdt met het beginsel „scheiding van kerk en staat."

„Bij de grondwetsherziening bleef art. 168, hoofdzakelijk om redenen van politiek beleid, zooals het was; , gelijk het in 1848 uit verlegenheid was gebleven, zooals het vóór dien tijd reeds luidde. Maar bij de jongste grondwetsherziening werd, toen het aan de orde was, het uitzicht geopend, dat eene organieke wet aan het daarin vervatte voorschrift eene toepassing zou kunnen geven, die meer in overeenstemming zou zijn met het beginsel der scheiding van kerk en staat.

„Dat had de liberale partij moeten aangrijpen, zonder er zich van te laten terughouden door de overweging, dat ook Dr. Kuyper en de zijnen het wenschten, of dat het dezen zou ten goede komen. Zij had het kunnen doen, zonder daarom in haar programma buiten de lijn van actie te gaan, die door de jongste herziening is getrokken. » Waarom deed zij het niet.' Waarom spraken de liberale kiesvereenigingen in dien zin zich niet uit.

„Mr. Van Houten wilde, naar hij in de Amsterdamsche kiesvereeniging de Grond-%vet verklaarde, ook in deze materie voorstellen van de kerkelijke partijen afwachten.

„Waarom.?

„Is dit dan eene zaak die alleen de kerkelijke partijen aangaat.'

»Daar is een tijd geweest dat Mr. Van Houten bij onderwerpen van dezen aard eene andere houding aannam.

» Wat maakt hem, wat de liberalen in 't algemeen in deze zaak zoo terughoudend.' „Wat brengt er hen toe in dit opzicht én .aan de anti-revolutionairen én aan de radicalen zooveel vóór te geven.'

„Zeg, indien gij meent dat het zoo is, zeg dan, dat de omstandigheden, dat dit en dat en wellicht nog' iets anders, u verhinderen, uwe beginselen toe te passen; maar zeg in de plaats daarvan niet, dat zij niet zouden eischen, wat ge thans meent niet te kunnen doen."

Dit is ronde, dit is eerlijke taal. Een geeselstriem voor politieke tinnegieters en makelaars in uitruilbare, verkleurbare, en als caoutchouc kneedbare beginselen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 11 maart 1888

De Heraut | 4 Pagina's

Professor Spruyt met zijn

Bekijk de hele uitgave van zondag 11 maart 1888

De Heraut | 4 Pagina's