Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is men heel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is men heel

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam., 12 Oct. 1888.

Is men heel het land door wel genoeg doordrongen van het groot belang, daf voor onze beginselen in het bezit van een Gereformeerde Kweekschool ligt

Soms mag het betwijfeld. Anders toch zou een inrichting, die zoo kleine som kost, niet nog steeds worstelen, met een aanzienlijk tekort; dat dan ook hoe eer hoe beter uit de wereld dient geholpen.

Er heerscht op dit punt een dwaling.

Velen denken namelijk, dat deze Gereformeerde kweekschool niet anders bedoelt, dan om aan de zóó en zó6veel hulponderwijzers, die telken jare examen doen, er nog een tiental 'sjaars toe te voegen.

En natuurlijk, school daarin haar eigenlijke beteekenis, dan kon ze veilig opgeruimd.

Als het alleen om een tiental onderwijskrachten 'sjaars meer te doen is, och, die zijn op heel andere, minder omslachtige en veel goedkoopere wijs ook wel te verkrijgen.

Maar daar schuilt dan ook de hoofdbeteekenis dezer kweekschool niet in.

Die zit in heel iets anders.

Men herinnere zich toch wel, hoe we er et het Christelijk onderwijs aan toe liggen. Scholen met den Bijbel moesten geopend n Christelijke onderwijzers moesten optreen; en die zijn dan ook opgetreden. Maar iteraard hoorde bij het Christelijk onderwijs ook een andere voorbereiding. Het oest komen tot een andere wijs van het ind te bezien, van het onderwijs in te richen, van de leerstof gereed te maken, en an het doel te kiezen waarop men afging.

Nu kon het eerst niet anders, of dit alles moest aan den tact en het inzicht der enkele onderwijzers overgelaten. En zoo is het dan ook gegaan. Hooger intuïtie heeft ze geleid. En heerlijke vruchten zijn verkregen.

Maar daarmee had ra& ti nog zijn methode niet, was ons paedagogisch stelsel nog niet ontwikkeld, en wisten we nog geen rekenschap te geven van ons doen. En tegelijk bood niets ons waarborg, tegen het insluipen van allerlei doling en misverstand.

Het leven van intuïtie is in den aanvang van elke beweging het eenig mogelijke, maar mag niet bestendigd.

Vandaar dat men terstond begreep, dat er een kweekschool moest komen. Immers was noch de private opleiding noch de normaalles in staat oiii een aanstaand onderwijzer principieel en met heldere bewustheid te vormen.

De kweekschool kwam er dan ook al spoedig. Nijmegen ging voorop. Maar, eilacie, een kweekschool laboreerend aan ontstentenis van een eigen scherp belijnd beginsel.

En wat w.as hier het gevolg van ?

Dit; dat deze algemeene Christelijke kweekscholen wel jongelieden opleidden, maar machteloos waren, om een spoor, een lijn te trekken, en het gebouw van onze Christelijke paedagogiek op degelijk fundament te helpen timmeren.

Vandaar de teleurstelling, die én Nijmegen én Doetinchem ons bezorgden.

Niet, alsof deze instellingen niet uitstekend bedoeld waren, uitmuntten door veel aantrekkelijks en ten deele zeer goede vruchten afwierpen.

Daar dingen we niets op af, en volgaarne geven we ook aan deze inrichtingen eere.

Alleen maar, ze gaven niet wat een kweekschool geven moet, en ze konden dit niet geven, eenvoudig wijl ze in moeite zaten met de belijning en beschrijving van hun beginsel.

Uit een beginsel kunt ge geen methode afleiden, of ge moet scherpe lijnen trekken. . Zoolang ge zweven blijft in algemeenheden is er van methode geen sprake.

Het schortte dus niet aan goeden wil, maar aan de belijndheid van het beleden beginsel. En wat men ook tobde en argumenteerde, er kwam van een eigen principieele paedagogische ontwikkeling eenvoudig niets.

Tot zulk een ontwikkeling kan de Moderne komen, die zijn modern beginsel als uitgangspunt kiest. Kan ook deLuthersche of Roomsche geraken, die beslist voor zijn belijdenis uitkomt. Maar daartoe komt nooit het algemeene, boven belijdenisverschil zwevende Christendom, dat men aan deze inrichtingen hoog hield.

Wel daarentegen kon men daartoe geraken, zoo men ook onzerzijds weer uit het algemeene en zwevende tot het concreet belijnde en dies boeiende kwam, en de Gereformeerde belijdenis weer aandorst.

LeJ men die ten grondslag, en had men den moed om op die basis een kweekschool op te richten, dan viel er aan te denken, om van lieverlee de paedagogische vragen van allerlei aard aan een vast beginsel te toetsen, en kon men allengs geraken tot een eigen paedagogiek.

En vormden zich door zulk een kweekschool dan allengs vaster denkbeelden, en wierden deze denkbeelden tegelijk practisch in een aantal degelijk onderlegde onderwijzers belichaamd, dan mocht geprofeteerd dat er vastheid voor slapheid in heel ons onderwijs zou varen, en niet alleen de Gereformeerde, maar alle Christelijke scholen allengs bate bij deze meerdere vastheid vinden zouden.

Welnu, om dat hooge doel te verwezenlijken en dat groote goed te verkrijgen is dan ook de Gereformeerde Kweekschool te Amsterdam in het leven geroepen.

Ze vindt in den heer Bijleveld een directeur, van wien heel onze onderwijzerswereld erkent, dat hij alles in zich vereenigt wat voor zulk een hooge positie kan gevraagd worden.

Reeds aanvankelijk bloeit ze.

En de vrucht die ze dusver afwierp was zoo uitstekend, dat al haar candidaten slaagden en den besten indruk maakten.

Maar, helaas, in tal van kringen ziet men nog het wenschelijke van deze zaak niet; men beseft er hethoogbelangniet van; men doorziet niet wat deze kweekschool eigenlijk is en wil. En als ze morgen den dag moest opgeheven, zouden verreweg de meesten, onder de Gereformeerden zelfs, van verre niet vermoeden wat slag aan heel het Christelijk onderwijs was toegebracht.

Dit noopte ons de beteekenis van deze kweekschool kortelijk ook voor onze lezers toe te lichten.

Ook hun moet het duidelijk gemaakt, hoe in het niet behartigen van de belangen der kweekschool een zeer ernstig gevaar voor onze' ontwikkeling ligt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 oktober 1888

De Heraut | 4 Pagina's

Is men heel

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 oktober 1888

De Heraut | 4 Pagina's