Er zal in September 1890 te Amersfoort

een Christelijk Tehuis geopend worden voor jongelingen die het gymnasiaal onderwijs aan het stedelijk gymnasium willen volgen, met hst doel om opgeleid te worden tot den predikdienst in het Synodaal Genootschap.

Alzoo een heidensch gymnasium met een Christelijk logies.

Een gymnasiaal onderwijs zonder den Christus, en een inwonen met den Christus. Twee heeren dienen.

Een hinken op twee gedachten.

Aan besmetting blootstellen op het gymnasium en een apotheek tegen die besmetting geopend in een Christelijk Tehuis. Het bestuur dezer inrichting wordt gevormd door de heeren Ds. Enderle, Krull, Moquette, Kingma, Leenmans, Van Apeldoorn, De Vlieger, Eringa, De jong, Noordmans en Brouwer.

Maar wat nog meer verwondert, tot deze stichting traden reeds toe mannen als Dr. Hoedemaker, Ds. E. B. Gunning, Kalma, Van Griethuysen te Burgwerd e. a. Verblijve aan al deze heeren hun vrijheid van doen, maar laat ze ons toestaan, op het eigenlijk karakter van deze stichting te wijzen.

Het is eene stichting in het genre-Fis: ; ? Dijk.

Toen in vroeger jaren vele dezer heeren met ons staande hielden, dat het Christelijk huisgezin geen genoegzaam correctief opleverde tegen het gevaar van onchristelijk onderwijs, hield de heer Van Dijk steeds vol, dat dit wel kon. En zoo hij zei, zoo deed hij. Hij bleef zijn jongelieden zenden naar het staats-gymnasium en naar de staats-hoogeschool.

De Lucas-stichting lag op dezelfde lijn. Maar zie, terwijl Vele dezer heeren nu eertijds geen woorden sterk genoeg vonden, om deze halfheid van het stelsel-Van Dijk, als alle beginsel omverwerpend, af te keuren, doen ze nu zelven precies zoo.

Een Staats-gymnasium, en tegen het gevaar dat hierin schuilt, heul gezocht in een Christelijk Tehuis.

De inconsequentie, springt in het oog. die hierin spreekt,

En dat te sterker in het oog, nu er in Zetten en in Amsterdam gymnasia met den Christus bestaan, en ze deze gymnasia voorbijgaan, en opzettelijk de jongelieden naar een gymnasium zonder den Christus heenlokken.

Goedkoopte van Amersfoort kan hier geen motief zijn. Immers te Zetten is het leven nóg goedkooper, en in Amsterdam is voor den prijs dien zij vragen zeer goed onderkomen te vinden, zoodra het getal boven de tien loopt.

Ook kan het niet liggen in de bijzondere uitnemendheid van het Amersfoortsch gymnasium, want onder deskundigen staat het oordeel over het Amersfoortsch gymnasium tamelijk vast, dat dit gymnasium niet tot de uitstekende behoort.

Alleen het stelsel kan dus motief zijn, en Amersfoort zal gekozen zijn, om zijn ligging iflidden in het land. Wat nu dit stelsel betreft onderscheiden we.

Het is begrijpelijk, dat er ouders zijn, die in de stad hunner woning hun zonen naar het stedelijk gymnasium zenden, uit overweging, dat ze het gymnasiaal gevaar wel groot achten, maar toch er nog meer tegen opzien, om hun zonen op twaalfjarigen leeftijd reeds voorgoed uit den familiekring te verwijderen.

Dit echter geldt hier niet, want de heeren lokken de jongelieden uit het ouderlijk huis.

Zei_hebben dus uitsluitend zonen op het oog van ouders, die in de plaats hunner inwoning of dichtbij geen gymnasium van staatswege vinden.

Hunne stichting wil alleen jongelieden uit zeer kleine steden en dorpen verzamelen.

Ook volgt uit hun stelsel, dat zoo een vader denkt: Het gymnasium te Rotterdam en 's-Gravenhage is zooveel beter dan dat van Amersfoort, zij goedkeuren, dat hij zijn zonen derwaarts zendt, mits > hij zijn zonen slechts in een Christelijk gezin plaatse.

Alles komt dus neer op deze vraag: Moet ook bij het gymnasiaal onderwijs niet een onderwijs gezocht, dat als zoodanig o"^ den bodem van Gods Woord staat.? Of wel, doet er dit niets toe, en schuilt het gevaar alleen in het gemis aan een Christelijk tehuis.?

En hierop nu antwoordt de leer der ervaring, dat bij het gymnasiaal onderwijs nog sterker dan bij het lager onderwijs het gevaar bestaat, dat in het bewustzijn der jongelieden een wereld van voorstellingen en gedachten inschuift, die het geloof aan Gods Woord ondermijnt en uitroeit. Op dien grond betreuren we den afval dezer heeren van een hooger standpunt naar een lager.

En we roepen aan de ouders toe: »Doet naar wat deze heeren eertijds spraken, maar doet niet naar wat ze u thans raden. Waakt voor de ziel van uw kind!"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen