Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zending.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zending.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een nalezing.

JAPAN.

Na onze beschouwing over de opmerkelijke wisselingen, die het Boeddhisme in den loop der eeuwen onderging, dient nog een enkele blik geworpen op het rijk, waarin dat Boeddhisme totnogtoe zijn vasten burcht heeft. Is het in andere Aziatische rijken slechts een der vele godsdiensten, hoe ontzaglijk talrijk ook in zijn aanhangers, in Japan is het Boeddhisme nog steeds de godsdienst des volks.

Men weet echter hoe groote veranderingen dit »rijk der opgaande zon" in de laatste jaren onderging. Gaat het zoo voort, dan kan dit machtig eilandenrijk, 'twelk reeds geen eigenlijken staatsgodsdienst meer heeft, ook niet lang meer de zetelplaats blijven van het Boeddhisme als godsdienst, wellicht nog als zekere philosophic. En wederom staat dit in het nauwst verband met de zoo krachtig vorderende Evangelisatie en Kerstening des lands, alsook zijn omschepping naar Westersch model, die in den laatsten tijd zoozeer openbaar worden, De

moordaanslag, pas op een Japansch minister gepleegd, bewijst hoe aldaar twee partijen zijn, de een het oude vasthoudende, de ander grijpend naar het nieuwe.

De eerste pogingen om Japan met het Christendom bekend maken, gingen uit van de Roomsche kerk. We noemen slechts Franciscus Xaverius, den »apostel van Indië".

Vele Japanners, zelfs edelen en prinsen, verlieten het heidendom. Reeds in 1582 zonden Japansche bekeerlingen een afgezantschap naar Rome met brieven en geschenken voor den paus. De terugkeer der afgezondenen was 't sein tot nieuwe zegepralen; in 2 jaar werden, zegt men, 12, 000 heidenen gedoopt.

Doch er kwam een keer. De hooghartige trots der Portugeesche kooplieden (Spanje en Portugal stonden toen onder één vorst) en hun aanmatiging wekten bij de inboorlingen wantrouwen, 't Was te dier tijd, dat een Spanjaard op de vraag hoe zijn meester Philips II half de wereld had kunnen veroveren, het befaamde antwoord gaf: »Eerst zendt hij priesters om het volk te winnen; daarna zendt hij troepen die zich bij de inlandsche Christerien voegen, en dan is de verovering gemakkelijk."

Dit onvoorzichtig antwoord deed het wantrouwen groeien. Reeds in 1587 verbande de Taiko oflandsvorst de zendelingen. Zijn opvolger vernieuwde in 1596 dit besluit en reeds het volgend jaar werden 23 Roomsche priesters op éen dag te Nangasaki ter dood gebracht.

De Roomsche bekeerlingen in plaats van een verzoening te beproeven, tartten de regeering, en tastten den godsdienst des rijks aan door tempels en afgoden te vernielen. Nu ontbrandde de vervolging. In 1612 en 1614 werden tal van bekeerlingen ter dood gebracht en hun kerken en scholen verwoest. Hun buitenlandsch geloof werd gebrandmerkt als verraad jegens de goden en de regeering. In 1622 volgde een schrikkelijke Christenmoord.

Vijftien jaar later werd een saamzwering ontdekt tusschen bekeerde Japanneezen en Portugeezen om den keizerlijken troon omver te werpen en op zijn puinen de vreemde kerkheerschappij op te richten. Nu werd de vervolging steeds strenger.

Keizerlijke besluiten verboden niet alleen eiken Japannees het land te verlaten, maar evenzoo elk Christen, ja zelfs den God der Christenen, er een voet te zetten! Het besluit hieromtrent luidt woordelijk als volgt: »Zoo lang de zon de aarde zal beschijnen, verstoute zich geen Christen in Japan te komen; laat allen weten dat de koning van Spanje zelf of de God der Christenen of de groote God van allen, zoo Hij dit gebod overtreedt, er met zijn hoofd voor boeten zal.'' In 1639 werden de Portugeezen verdreven.

Hun handel ging, gelijk elders, over aan de Nederlanders, als vijanden van Portugeezen en Roomschen beide. Als zoodanig alleen werd dan ook ons volk geduld. Toen in 1640 de inlandsche Roomsche Christenen openlijk opstonden en een fort bemachtigden werden zij met hulp der Nederlanders onderworpen. De sterkte viel en duizenden met haar. Sedert dien tijd sneed Japan alle verkeer met vreemdelingen af en alleen ons volk mocht bij uitzondering een handelsfactorie bezitten op het eilandje Decima bij Nangasaki.

Zoo bleef het tot 1852. Toen gaven klachten over de behandeling van Amerikaansche zeelui op de Japansche kust de Unie aanleiding te pogen een verdrag te sluiten. Het kwam tot stand in 1854 en werd door dergelijke met Engeland, Nederland en Rusland gevolgd. Aldus was Japan voor den buitenlandschen invloed geopend.

Vijf en dertig jaar zijn nu voorbijgegaan en het vooruitstreven van Japan naar Westersche beschaving in dien tijd is voorbeeldeloos. Men kan haast zeggen dat 30 a 40 millioen menschen in één menschenleeftijd in alle opzicht anders zijn geworden. De toestand van vóór 40 jaar is nauw ergens meer te vinden, en dit geldt op verstandelijk, maatschappelijk, staatkundig en godsdienstig gebied; van regeering, school en godsdienst; van 't bijzonder en huiselijk leven; van handel en zeden; van geldmiddelen en staathuishouding. Volkomen naar waarheid zei onlangs een jonge Japannees, een tot het Christendom bekeerd student, in een kerk te Philadelphia: «Niets in mijn land is gebleven als 't was dan de natuurtooneelen." Hij voegde er bij: »Het licht van Azië wordt mat en verdwijnt, doch wijl dit ondergaat, verrijst het licht der wereld over het eilandenrijk."

De landsvorst, de Mikado, loopt met deze veranderingen hoog en zijn volk blijft niet achter. Schepen worden gebouwd, werktuigen vervaardigd; sporen en telegrafen aangelegd; gronden ontgonnen, het poststelsel ingevoerd, het leenstelsel afgeschaft, lagere en hoogescholen gesticht, terwijl het oude Boeddhisme in verval raakt, ja zelfs zeer bestreden wordt. Nieuws­

bladen zijn in zekeren zin een maatstaf voor den toestand eens volks. Dertig jaar geleden had Japan er niet éen: thans telt het er meer dan Rusland en Spanje saam, ja, dan heel 't overig Azië.

Ook de oude afzondering heeft geheel opgehouden. De zee sluit niet langer Japan af, maar is ook voor dit rijk de heirweg gewor den. Vertegenwoordigers heeft het eilandenrijk in elke Europeesche hoofdstad. De indeeling in kasten of afgesloten standen verdwijnt. Het oude lastige alphabet moest plaats maken voor ons Romeinsch letterschrift; een nieuwe munt en nieuw belastingstelsel zijn ingevoerd. Reeds in 1881 was het getal uitgegeven boeken en geschriften 5000. In één jaar nam het aantal leerlingen in de scholen met 200, 000 toe! Ook op het staatkundig gebied is de ommekeer volkomen. In 't begin van 1886 maakte het oude ministerie met zijn geheime raad plaats voor het meervermelde »Kabinet" en beval de Mikado een verstandige hervorming van heel het bewind. Dit nieuwe Kabinet telt elf afdeelingen. De president en eerste minister, de minister van buitenlandsche zaken en die van onderwijs gelden in 't bijzonder voor vrienden van vooruitgang. In 1890 zal men zelfs overgaan tot het kiezen van een volksvertegenwoordiging, iets ongehoords in een Aziatisch rijk. Voorts is van regeeringswege de oprichting bevolen eener keizerlijke hoogeschool te Tokio. Zij zal vijf faculteiten hebben : rechtsgeleerdheid, geneeskunde, werktuigkunde, letterkunde en natuurkunde, en in vier andere steden vertakkingen hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 november 1889

De Heraut | 4 Pagina's

Zending.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 november 1889

De Heraut | 4 Pagina's