7DE VOLKSTELLING.

MODEL A

7»^ VOLKSTELLIMG.

""""

(Wet van 22 April 1879, Stil. no. 65) (Koii. besluit van 21 Aug. 1889, SM. no. IÜÜ).

Kaart voor een

Provincie:

Gemeente:

{of jongeiu)

VRAG£27.

AlTTWOOXtBEnr.

1. Familienaam en voornamen (voluit geschreveu) van hem wien deze ka-'.rt betreft.

2. Leeft hij afzonderlijk of in een gezin?

3. Zoo hij in een gezin leeft, is hij dan daarin als hoofd? of als kind? of als inwonend bloed- of aanverwant? of ais Inwonend niet-verwant ? of als kostganger of bestedeling? of in dienstbetrekking?

4. Dag, maand en jaar van geboorte.

5. Waar is geboren?

(GEMEENTE en PKO? IJ.CIE te vermelden. Is hij in eene Nederlandsche kolonie of huitenslauds geboren, dan te vermelden de

PLAATS en het LAND)

6. Tot welk land (nationaliteit) behoort iiij?

(Dit alleen te beantvi'oorden voor hem die GEEN NEBEK

LANDEE is.)

7. Is hij ongehuwd? of gehuwd? of weduwnaar? of gescheiden van echt ? of gescheiden van tafel en bed ? (burgerlijke staat.)

8. Tot welk kerkgenootschap behoort hij ?

(Zeer bepaald aanduiden; bijvoorbeeld: Nederduitsch Hervormd, Hersteld Luthersch, Roomscii Katholiek, OudRoomsch, Portugeesch Israëlietisch, enz)

^

I

9. Indien hij een ambt of bediening bekleedt in dienst van denjStaat, eene provincie, eene gemeente, een waterschap of een kerkgenootschap, zonder te behooren tot de personen, bedoeld ia vraag 10:

Welk ambt bekleedt hij dan?

(Vermelden den. titel, waaronder hij is aangesteld of in dienst genomen; )

10. Is hij werkzaam in eenig vak van handel of nijverheid, kunst of wetenschap, eenig beroep of eenig ambacht of handwerk uitoefenende, alsdan de volgende vragen te beantwoorden:

a. In welk vak van handel of nijverheid, kunst of wetenschap is hij werkzaam ?

11. Welk beroep, of ambacht, of handwerk oefent hij uit?

I. Indien hij hoofd is van eene zaak, van eene inrichting, van een bedrijf of onderneming:

c. Is hij dat dan voor eigen rekening? of als c bestuurder voor rekening van een ander ?

d. Hoeveel personen zijn onder hem werkzaam? d e. Bezigt hij krachtswerktuigen? Zoo ja, van e ^'^ I welke soort? S 'S I (^Bijvoorbeeld: wind- of watermolen, stoomtuig, gasü < u krachtmachine, < »»)

g o

I

li. Indien hij in dienstbetrekking is:

•SS

1

/. In Welke betrekking is hij dan werkzaam?

> S

^. In wiens dienst is hij werkzaam?

11. a. Was hij in den nacht van 31 December 1889 op I Januari 1890 in zijne woning aanwezig?

h. Zoo niet, waar was hij toen ?

(Nauwkeurig opgeven; met aanduiding van de gemeente en de woning w.iir en den persoon bij wien hij vertoeft, of wel van de reden der tijdelijke aanwezigheid aldaar, bijvoorbeeld: «als milicien in dienst te ", »mct vacantie bij . .. te ". enz Is hij in het buitenland, dan het land opgeven, of wel dat hij op zee is.

Heeft hij op het tijdstip der telling geen nachtverblijf waar hij alsdan vertoeft, dan wordt hij geacht op dat tijdstip daar te zijn, waar hij het eerstvolgend nachtverblijf heeft.)

12. Voor een blinde of doofstomme nog deze vragen te beantwoorden :

a. Is hij blind ? of doofstom ?

h. Geniet hij of heeft hij genoten het voor blinden of doofstommen bestemde onderricht ?

2.

3.

4.

5.

8.

7.

8.

10.

«

h

ƒ.....

g

11. «.

h

12.

•m^m.

i '

:

Aldus beantwoord door mij

Overtreding van de voorschriften betreffende de volkstelling (Handteekening van hem wordt gestrajt met hechtenis van ten hoogste VBEETIEN dogen of ot haar die de kaart heeft geldboete van ten hoogste HONDERD GULDEN. ingevuld of doen invullen.)

(Artikel 20 der wet van 15 April 1886, Staatsblad no 64.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen