Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De martelaren.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De martelaren.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

»Het bloed der martelaren is het zaad der kerk." Deze bekende woorden van Christus' martelaarskerk moet™ niet misverstaan worden. Dit geschiedt, wanneer men, ^6 letteriijk opnemende, verklaart, dat het bloed der mar-'slaren aan de kerk het leven geeft, tenminste haar doet J^assen en toenemen. Deze opvatting toch zou tegen Gods Woord ingaan. Daar hebben we o. a. het woord van I Petj.^ 1:23: Gij, die wedergeboren zijt, niet uit 'vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het Jeyende en eeuwig blijvende Woord van God, " waaruit W'JK dat alleen de almacht en vrijmacht des Drieëenigen trods de kerk doet geboren worden en leven.

De bovengenoemde woorden zeggen ons alleen, dat het gezicht van het lijden en sterven der martelaren in Gods nand vaak het middel is geweest, waardoor de kerk weer P'oed schepte en anderen, die buiten haar stonden, tot naar gevoerd werden. En dat niet alleen, wanneer wij ^oggetuigen kunnen zijn van de genade Gods, die aan °e martelaren door den Heere verheerlijkt wordt, maar °ok wanneer ons daarvan een tafereel opgehangen wordt.

Daarom is het geen wonder, dat voor het geslacht, °*' de martelaren en hun einde niet meer aanschouwen *°n) verscheidene martelaarsboeken zijn samengesteld, waarin — om ons bij de Protestanten te bepalen — omstreeks 900 martelaren, die ter dood gebracht zijn, voor oogen worden gesteld. Onder de Nederlandsche martelaarsboeken noemen wij dat van Tieleman Jansz. van Braght, hetwelk het eerst in 1660 verscheen, onder den titel: »Het bloedigh tooneel der doopsgesinde en weerelooze Christenen, die om het getuygenisse Jesu harer Salighmaeckers geleden hebben en gedoodt zijn van Christi tydt af tot dese qnze laatste tijden toe." Voorts dat van den predikant van St. Antoniepolder, Abraham Mellerus, die het «Groot Rechtghevoelende Christen martelaarsboek" schreef, dat in 1609 verscheen en loopt van de geboorte onzes Zaligmakers tot het jaar 1520. De geschiedenis der martelaren na 1520 is door den vroegen dood des schrijvers (gest. 1622) in de pen gebleven. Naast dezen hebben we nog te noemen het „Offer des Heeren", dat van 1562 tot 1599 verschillende edities beleefde, de «Historie der martelaren" van Jacobus Outerman van 1615—1632, het „Onderwijs door exempelen of spiegel der lijdzame heiligen" door Jan Stevensz, van 1686, de »Goudene spreucken der godsaelige martelaren en getrouwe helden Gods" van Simon de Vries. Doch boven deze allen munt het martelaarsboek van Adriaan Cornelisz. van Haemstede uit. In 1559 verscheen het eerst zijn: »De gheschiedenisse ende de doodt der vromen martelaren, die om het getuyghenisse des Evangeliums haer bloedt ghestort hebben, van de tijden Christi af totten jare MDLIX toe. Openb. 6". Herhaalde malen werd djt werk herdriikt, in 1565, in 1579, in 1590, in 1593 (twee malen), in 1601, in 1608, in 1609, in 1612, in i6i6, in 1633, in 1634, in 1644, i" 1657 (twee malen), in 1658, in 1659, in 1671, in 1747, in 1764, in 1868, in 1870, in 1883, en meermalen werd het uitgebreid, het laatst tot het jaar 1655.

Adriaan Cornelisz van Haemstede, waarschijnlijk behoorende tot het adellijk geslacht van dezen naam (al komt hij in de genealogie dezer familie niet voor) ié uit Zeeland geboortig. Men heeft veel getwist over zijn eigenlijken naam. Sommigen hebben beweerd, dat die eigenlijk was Adrien Cornelisz. Maar dit is onwaarschijnlijk, want in de i6e eeuw was in de Noordelijke Nederlanden het gebruik van dubbele voornamen onbekend, terwijl, de toevoeging van den voornaam des vaders algemeen was. Haemstede heeft zichzelven ook onderteekend Adrianus Haemstedius.

De datum van zijne geboorte is niet meer te bepalen. In 1556 woonde hij in Oost-Friesland. In datzelfde jaar kwam hij naar Antwerpen, waar hij het werk van den bedienaar des Woords deed, zonder in het ambt te zijn. In 1558 was 'hij in Aken, om er een Gereformeerde kerk, uit 13 familiën, van Antwerpen afkomstig, te planten. Nadat daar twee predikanten gekomen waren, begaf Haemstedius zich naar Frankfort, om er den magistraat aan te spreken over de Calvinisten en ^Vederdoopers, die door de Lutherschen vervolgd werden. In hetzelfde jaar predikte hij weer te Antwerpen bij het Hooge kruis op de plaats de Meir. Gedwongen om te vluchten, begaf hij zich naar Oost-Friesland, waar hij ten huize zijner zuster Catharina eenigen tijd toefde. Door die van Emden daarna naar Groningen gezonden, bleef hij daar slechts kort, om dan naar Londen te gaan, en daar de Nederlandsche Gereformeerde kerk, die onder de regeering der bloedige Maria verstrooid geraakt was, te verzamelen.

Daar hij verdraagzaam was, werd hij beschuldigd van de Mennonieten of Wederdoopers te begunstigen, en het duurde niet lang, of hij werd ontzet en verplicht Engeland te verlaten.

In Nederland teruggekeerd, toefde hij in Zeeland, in Holland, waar' zijne goederen geconfiskeerd werden, en in Oost-Friesland. Daar werd hij ook weer gebannen; ja, zelfs die van Emden wilden hem niet weer herstellen in zijn ambt. Eindelijk vestigde hij zich te Oldersum, in Hannover, waar hij zich op den landbouw toelegde en daarmee den kost verdiende. In 1562 trok hij weer naar Londen, daarheen geroepen door eenige vrienden, . onder welken de bekende geschiedschrijver Emanuel van Meteren. Weer onderging hij vele vervolgingen, omdat hij de onderteekening van de akte van afzwering door den Anglikaanschen bisschops Edmond Grijndal weigerde.

In die akte zou hij o. a. hebben moeten verklaren: »Ik Hadrianus Hamstedius, geëxcommuniceerd en van mijn dienst afgezet door den Eerw. bisschop van Londen, overmits zekere leeringen die Godes Woord contrarie waren, nadat ik mijne zaken omtrent anderhalf jaar beter onderzocht heb en nu anders gevoele, erken mijne schuld van harte en ben bedroefd dat ik zoodanige ergernissen veroorzaakt heb."

Den igen Augustus 1562 werd Haemstede opnieuw geëxcommuniceerd »als een obstinaet mensch uit voorstaen van dwaelachtige opiniën." (Hij erkende de Wederdoopers als broeders en nam hunne verdediging op zich). Hij stierf in Friesland in hetzelfde jaar.

DE GAAY FORTMAN.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 januari 1890

De Heraut | 4 Pagina's

De martelaren.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 januari 1890

De Heraut | 4 Pagina's